irger.
Kerk en School
en
ÏL.
DORP,
Handen
Weiland
GRAPJES
m
.ATEHDAü 7 NOV. 1919.
Hl
Hl
örieven wit Brazilië,
Provinciaal ftieuws.
Benauwende dag.
Om den haard.
SPROKKELINGEN N -
ONZE BRIEVENBUS
'lÉl a* Ha
Ilden aan
blad.
;e Zijdewind
s horloge,
an op een
n. Terug te
XG, Zijde-
(125)
iKK.
eplantingen
De Hoop"
coping
cn 10 DE»
o niddagg
REUMAN",
Zijpe, van:
ebouwde
f ij ver,
eel
gelegen on-
rbrug en de
roote Sloot.
E, no. 586,
,289-248,
254 en 441,
den
jrug, (Groott
xudenHoek",
423,
J.ERIKSK*
en 1 Meia.»
tG te Zijpe.
(167)
DE NIEUWE REGEERING.
Wat voor een president zal Dr. Epitacio Pes
Sod zijn? In hoog aanzien is hij teruggekeerd van
de vredesconferentie en onder algemeenen jubel
door het geestdrifige volk van Rio de Janeiro den
21 en juli binnengehaald, om plechtig zitting te ne
men voor vier jaren op den 28sten óerzelfdc maand.
Gekozen zonder partijovereenkomsten, zonder zei
gesolliciteerd te hebben naar het presidentschap, ja,
gedurende zijne afwezigheid, voorgesteld', zijnde se
nator voor een der kleinste staten van de Vereenig-
d Staten van Brazilië, als de beste oplossing van
de scherpe en zeer ernstige politieke crisis, heeft
de nieuwe President van Brazilië zijne handen vrij
om onafhanklijk de teugels van het bewind te voe
ren, van zich te verwijderen partijdige raadslieden
«n zich te omringen rnet een staf eerlijke, compe
tente ministers, die te samen met hun chef in kalm
overleg het schip van staat kunnen heensturen door
de woelige en brandende sociale golven.
De door Dr. Epitacio gekozen Ministers werden
over het algemeen met vertrouwen begroet door
de groote dagbladpers, die spreekbuis van de pu_
blicke opinie. Als bewijs, dat de President in Eu
ropa goed heeft uitgekeken en tevens, Vit hij wars
is van partijvorming bij leger en vloot, en meer
autonomie begeert bij deze ministeries, heeft hij de
militaire portefeuille twee weken in handen gege
ven aan Pandia Cologeras die van oorlog, aan Paul
Soarcs die van marine.
Intusschen zou het zeer gewaagd zijn, cetic op
timistische voorspelling te doen over de nieuwe ver
eering. Deze toch hangt niet af van het .bestuur van
«en enkelen mensch, we hebben daarbij te reke
nen met vele andere factoren, die als raderen van
«ene machine juist op tijd in elkander moeten grij
pen, willen ze de geweldige actie van den drijfriem
niet tot nul reduceeren.
Welnu, 't is hier po't oogenblilc de groote vraag,
of van dat geregeld' ingrijpen der raderen, d.w.z.
van de goedwillige medewerking der ondergeschik
te staatsambtenaren iets komen zal. Reeds dertig
l'aren lang zijn ze dagelijks gesmeerd met magon-
niekc olie, welke, in stede van te zuiveren en te
harden, vervuilend en verroestend werkt. Zóó diep
Jn scherp heeft dat smeersel bijna al de sociale
geledingen reeds doortrokken en doorgebeten, dat
vele goedgezinden eenvoudigweg wanhopen aan ver-
beetering en redding uit den immoreclen chaos,
■waarin de officieel-atheistische republiek ons arme
volk reeds lang gestort heeft. Men moet de groote
bladen maar eens lezen, om daarvan diep overtuigd
te worden!
Als dankbaar gast van het voor het meerendeel
Katholieke Brazilië betaamt het niet, naar buiten
te brengen, wat er binnenshuis voor kwaad door
hen bedreven wordt, maar eene brutale internatio
nale indringster, als de magonnerie' is, moet ook
internationaal aan de kaak worden gesteld; vol.
gens het recept van den wijzen Paus Leo XIII moet
men haar altijd en overal het mombakkes van de
God- en gezaghatende tronie afrukken, overal en
altijd.
br u weet iiot met, is door.ron
ken van oen jnacouniekcn ueeaomop naar
rekening heelt deze duive.sbeude, d.eae voor
loopster van den Anttorist, onze athleliseiis
republiek werd uitgeroepen, ai do verkie
zingen hier maar 'n tooneolgmp zijn dat de
ware katholieke volkswil niet tot uiting kan
komen, dat presidenten en kamerleden wor
den aangewezen door een oiigargiscli groep
je, bij eikaar gebracht oi' gesteund door
de' macht van liet zwaard, hietwelk zoo sterk
vertegenwoordigd is in de Braziliaansche
Het is aan haar te wijten, dat eerlijkheid
en karakter!rakken tot d.ie uitzonderingen
gaan beiiooren, en bedrog, verkwisting be-
ro.o|ving van die schatkist aan de orde van
den dag zijn en straffeloos passeeren. Bij
de gerechtsilo ven vindt wen bijna geen. rechjt
meer voor den arme, omdat aiieén de rijke
booswicht in staat is de rechtbank em te
koopen. Gebrek aan politie, insubordinatie
in die kazernes steilen het leven en den
eigendom der brave burgers aan alle denk-
denkbare gevaren bloot.
Voor zoo iioognooaige Jiygiënischje maat
regelen tegen de inlaadsche epidemische
ziekten wil eene jua.o.Liiieue naturajstische
regeering, voor wie we mensch maar een wier
is, bij welks dood a.-es opnouoit, zooals van
zelf spreekt, weinig .weten; van volksonder
wijs en volksopvoeding pokrikt zij, omda-
een geschoold kiezersaom haar gauw uit
hare diuisteren geheimen sck(uitkoek zou
verdrijven. Liever fcO pbt. anaipnabeten en
miliioenen in het .wild roniiloopendo india
nen dan de politieke macht ver.iezen, wo.-
ke een goed wapen kan zijn tegen de
kerk.
Zóó onrustbarend steeg do finantieelo
nood, dat iedere Brazilian (en het lamdi
telt bij de 27 millioen inwoners) aan ae
bniteniandsche gekiscnie.ers 124 mi reis, d.i.
'n kleine honderd Hol.andsche guldiens, zou
moeten betalen, om de totale staatsschuld
ineens af (üo lossen, en dat de geldelijke
nqpd al niet veel lager, of betier, veel hon
ger klom, bewees een smeekbrief van eten
nu afgetreden waarnemen-en presiuen df.
belfün Moreira-, aan den ,kar i.taal van Rio
de Janeiro, dien Door.uchiigen Kerkvorst,
ondanks de scheiding van Kerk en Staa.,
officieel, ia naam der hooge regoauug, bid
dende,t och de Braziliaanscho maatschappij
te willen redden.
Dit is dan het vernederend ein;dp van het
droeve treurspel, dat nu dertig jareri ge
duurd heeft, do scheiding van Kerk en
Staat in een Katlioriek land, een olliciee.e
staatskreet om hulp in den socialen en
geestelijken nood.
be practised katholieke stadsprefect van
Rio de Janeiro Dr. Pau.o lron'.in ter gelege
ner ure proiiteerenae van die bede om hulp,
deed de gemeenteraad, gpóeuig bcs.uileh, op
do ofiicieoie staalssclio.en het golswijnston-
derwijs toe te laten. Moge dit voorbeeld
algemeen navolging vinden 1 Dan zal de
'Koomsche clerus, nat_onaa., zoowel als bui-
teniaiidsche, hier nog veel zielen kunnen
ontrukken aan do klauwen van aO a.s wide
dieren verslindend om zich heen grijpende
maeounerie, proicstauuis e, s ïri me en so
cialisme en nilüiisme. jMoge de nieuwe Pre
sident van Brazilië, van wien wij hopen, dat
hij geen vrijmetselaar is en een man van
reine zeden (hoewel kv.aiie tongen rare
dingen fluisteren eerder dan d|e gewezen
Duitsche keizer Wilhelm il begrijpen, dat
alléén de Roomsche Kerk cenen staat kan
losrukken uit de klauwen van de anarchie
fr. CON&TANRflO .VAN EIJK, O.FsM.
Haarlemsche Missie-actie.
Van het Liefdewerk „bt Eranciscus Xave-
ruis," gevestigd in het groot seminarie te War
mond, ontvingen wij dezer dagen het Jaarver
slag van het derde Vereenigingsjaar 1918
1919, dat wordt aangevangen met de verkla
ring dat dit jaarverslag een kostbaar product
van Haarlemsche Missie-Actie brengt Het
„Semper Crescendo" is omgezet in een Semper
Duplicando" Het eerste jaar werd besloten
met f2000,het tweede met f 4000 en nu
zoo lezen wij in het verslagkeeren wij uit
f8400 Wel geeft dit cijfer reden tot tevreden
heid aan hen, die er toe medewerkten met
kleine zandkorrels een hooge duin op te werpen
Aan corresp. leden zelateurs en zelatrices, aan
alle verzamelaars onze hartelijke dank 1
Een nadere verantwoording der inkomsten
zoo vervolgt het geschriftzal aantounen,
hoe dit jaar niettegenstaande de drukking der
prijzensommige „brokken verloren meer
dan de helft van waardetoch nog zoo'n hoog
eindcijfer kon worden bereikt Wij ontvingen
twee groote giften, een van f4000 en een van
f740 In 't geheel bedroeg onze grtteniijst
f6870 De verschillende brokken brachten
de volgende sommen op zilverpapier f720
capsules f400 oud goud en zilver f68
andere metalen f175 postzegels f220
Men ziet, hoe de postzegel-afdeeling nog voort
durend te lijden heeft van de toestanden, door
oorlog en revolutie in 't leven geroepen Het
nieuwe jaar brengt reeds zeer grooten opbloei
Met lof dient hier vermeld, dat onze afdee-
ling met eigen centrale uitgegroeid tot eene
Missie-club onder patronaat van „St WiUibrur-
dus" Blijit een barer voornaamste uitingen van
Missieactie medewerking met ons Liefde-
werk (zij bewerkt geheel Amsterdam, pi m
20 parochies), van 1111 al toont zij ook op ander
gebied, gemeenschappelijke H Communie en
beoefening der Missiewetenschap hoe echt in
den geest van ons Liefdewerk 1
Met dankbare tevredenheid zien wij terug
op het algeioopen jaar Veel blijft er nog over,
van hetgeen dat niet onder cijfers is te brengen
en toch nrecr voldoening nog zou geven dan
bovengenoemde gctaillen Wie kan bepalen het
aandeel, dat het Liefdewerk weer gehad heeft
in het doen opleven van den algemeenen missie-
geest; wie telt de verdiendstcn, verworven door
het nederig werk van verzameling en sorteering
der brokken; wie schat de waarde der gebeden,
gestort voor de arme Hcidenmissies Alleen
aan God is dit bekend en dat zij ons genoeg
Van onzen kant nöginaals dank voor aller mede
werking
Ten slotte een oproep tot allen, opdat wij het
volgend jaar wederom met groot succes, ook
op iinancieel gebied, kunnen sluiten Wel ver
minderen de prijzen der brokken, maar met die
vermindering houdt gelijken tred vermeerde
ring van het verkoopbare materiaal Daarom
alle krachten ingespannen „Admajorem Dei
Gloriam" God's glorie;m ons eigen land, God's
glorie onder de arme, tot nu toe onwetende
heidenen 1
Aan het verslag is toegevoerd een staat van
verdeeling, opgemaakt op de Jaarvergadering
te Boxtel, door Roermond en Warmond, op
19 Augustus 19x9
Na de inkomsten verantwooM te hebben,
volgt daarin verantwoording der uitgekeerde
gelden Het iederatiet met het Haarlemsche
Liefdewerk verbonden Liefdewerk „St Eran-
ciscus Xaverius," Bisdom Roermond, keert
dit jaar f2725,uit; het Haarlemsche Liet
dewerk f8400 Te zamen dus aan uit te ke
rene gelden ixii25 -
hiervan kwam ten goeden alleen aan de
missies in de Nederl. Koloniën f3890.
üok hier en in de omstreken wordt door tus-
schenkomst der EE Heeren kapelaans veel
voor het Liefdewerk te Warmond gedaan
en daarom kwam het ons dienstig voor een en
ander uit het jaarverslag hier te vermelden,
teneinde onzen lezers het resultaat van hun
arbeid voor dit Lietdewerk te doen zien.
Moge liet overigens een aansporing zijn demistie
actie te blijven steunen.
HEEMSKERK. Burg. Stand, pnier rouwd.
A. Lute on O. Bijman. J. W. iK-entjes
en G. G. M. Timen. P. Velzeboer en
A. M. Vonk. J. Leuring en S M Scheer-
man.
Getrouwd. VV. Dijkman en C. J. van dc
Weerd,
Geboren, d. van P. Blankendaal en M.
N ij man. d. van W. Patels en J. Zonne.
vedd. d. van W. Meijer en A. Chr. Duin
z. van fi. J. Rijuuers en A. Tuijn.
d, van A. S. Groenland cn A. Duijn.
z. van J. Kranonuonk en E. Schipper.
d. van A. van Egmond en A. Tjipjes.
VLLöEkOukd. LioiuarigiieiiscOiieert.
D© Accordeon boepe.ersvcree.iiging „Oefe
ning baart Kunst" adder, directeur do heer
A. Aberorombio hoe.t gisteravond in de
zaai „Flora" een concert gegeven ten ba.te
van die Lommiiseie tot sii nting van een
0witte Kruisgeuouw. alhier.
De opkomst van het publiek was slecht.
Directeur en loden ha-Men beter verdiiend,
want het waarlijk een mooi stukje muziek,
dat zij ten geuoore brachten. Hot samen
spel is uitstekend en de mooie instrumen
ten geven een melodueuson krank. De aan
wezigen waren ook dankbaar en de ver-
oeuiging zelf, zoowel als de- solisten moes
ten een lis-nummer geven.
De voorzitter der commissie, dc heer Bon
tenbal, dankte de vereeniging en nun di
recteur, dat zij dezen avond voor djt goed©
doel hadden willen geven, ook al was het
resultaat dan niet gunstig.
't Is beter zaden van goed»
heid onder de levenden te
strooien, dan bloemen tf
planten op de graven dei
dooden.
God heeft het al zijn ambt
en lijd
Al wat Hij schrikt of weert
uat mengt zien niet verkeerd,
Maar wie zijn schikuing te»
genstrijot
En 't werk poogt te verhaas
ten
Betreurt zijn doexi ten laatste.
Allen; die gedoopt zijn noe
men zich Christenenmaarzij
alleen leiden «en Christelijk
leven, die volbrengen wat zij
in het doopsel hebben be-
ioufd.
HET EINDDOEL BEREIKT.
Papa: „Wat leer jc toch sieciif
Fransje! Iedere maand ga jc ee»
paar p.aatsen achteruit in je klas!"
„Fransje. ,,Dat zal van nu af niet
meer gebeuren, papa."
Papa: „Zoo. Nu, ciaar ben ik bit
om. Maar ben je daar zclcer van?*'
Fransje: „Ja, papa, ik ben de
laatste van mijn klas geworden."
WAT 'N EER!
A.„Wat voor een weer was hef
bij de ontvangst van den vorst, bur
gemeester."
Burgemeester: „Ik had' het groo
te geluk met Zijne Hoogheid nat
te worden van ren zelfden regen!''
KINDERMOND.
Vader (tot kleine Bet): „Ga eerst
even naar de andere kamer en ziet
of de hangklok nog loopt."
Bet gaat naar de andere kamer
en komt terug met de boodschap:
„Hij loopt niet, vader, maar bi
kwispelt met z'n staartje.'
EEN PHILOSOOF.
Meester (betrapt twee jongens i*
zijn appeLboom). „Wacht, bengels,
als je beneden komt, krijg je
pak slaag."
Jozef (tot Frans in den boom):
„Nou, dan zullen we er eerst nog
maar 'n paar eten."
(Slot).
't Wérd hun nu toch te bar met Capic en ge
lukkig duurde 't niet zoo lang meer of men bad ook
hem te paken. Dc andere olifanten waren intus.
schen ook gegrepen, maar wat hadden ze 'n ver
.Woesting aangebracht! Jonge boompjes die in hek
jes langs de straat stonden, lagen afgeknapt tegen
den grond. Plier en daar was 't logge lichaam van
'in olifant tegen n huisdeur aangekropen, met gevolg
Idat de verf beschadigd was en ook sommige panee-
len uitgedrukt waren. Voor de ramen van die hui
zen zag je van die angstige gezichten naar buiten
staan gluren om te zien of er nog gevaar dreigde,
'n Klein kennisje van mij. zat thuis in de huiska
mer te teekenen, wat z'n grootste liefhebberij was
Plotseling werd er hard aan de bel van de huisdeur
getrokken en z'n moeder die 't druk had met haar
Werk in dé keuken, zei tot 'm: „Jan. ga 'ns even
kijken, wie er zoo hard belt.'* Jan naar de deur
doet die open engeeft 'n gil van schrik. Moe
der hoorde dat, ze kwam haastig de gang ingeioo.
pen en schrok ook geweldig. Waarom? Een der
olifanten had in z'n woesten vaart, z'n slurf tegen
den bel geslingerd die daardoor hard overging.
Toen Jan de deur opendeed hield 't beest heel vrien
delijk zn slurf voor den jongen gereed als dacht-ie
dat er 'n versnapering voor z'n hartelijkheid over
schoot. 't Was nu voor de stalknechts gemakkelijk
genoeg om 't beest te grijpen waarna hun 'n
zucht van de lippen gleed.
De olifanten waren nu allen gevangen en veilig
.stonden ze na 'n poosje in den stal, waar men wel
gezorgd had dat ze niet meer konden ontkomen.
Dc mcnschen die mee gedaan hadden aan de jacht
op le beesten., liepen te zweeten van belang en ze
waren wat blij dat de film afgedraaid was. De be
woners kwamen weer uit hun huizen en haalden wat
ruimer adem. Ook vroiuv Jansen die nog altijd bij
Hermans in den winkel stond, durfde weer voor
Jen dag te komen. Eveneens de schilder en den
groentenboer, de laatste had 'n gezicht als 'n on
weersbui. Ze babbelden honderd uit over de toe
stand waarin ze daar straks verkeerden. „Ik zag de
smeerlap wel aankomme," zei vrouw Jansen, nu
«enigszins triomfantelijk „maar 'k was 'm te vlug
af." „Nou waarom hebt je dat dan niet
gelijk tegen me gezegd'. Kijk nou maar 's aan
m'n wagen kapot.... m'n aardappelen en groenten
legen de keien.... 'n mooie boel. 't Is potverdorie
om krankzinnig te worden," raasde de arme groen-
tenboer,
„Menschbedaar 'n beetje, 'k Ben zelf blij
dat 'k er zoo goed af gekomme ben," antwoordde
vrouw Jansen vinnig terug.
'n Paar jongens hadden voor den groentenboer
'n andere wagen gehaald bij 'n wagenverhuurder
jn de buurt en gingen de aardappeen en groenten
Van de straat oprapen,
„M'n heele dag is weg!" klaagde de boer, alles
Vm dat tuig van 't circus!'*
„Ik ben wat blij, dat 'k er zoo wonder goed van
gekomen ben, vrouw lansen." zei de schilder
tegen 't oude vrouwtje. „Mensch 'k had mors
dood kunnen vallen." „Jochie," en vrouw Jan
sen klopte 'm op z'n schouder, „je mag O. L. Heer
wel dankbaar zijn je had zeker mortie kunnen
wezen, 'sjonge, jongewat was me dat 'n be
nauwd oogenblik daarstraks."
Na nog 'n klein praatje te hebben gemaakt, ging
ieder z'n eigen weg en stonden de olifanten dus
veilig opgesloten in den stal. Daar konden de bees
ten uitrusten van hun wandeling en kalmeeren.
Spoedig was de schade overal weer hersteld, be
halve de jonge boompjes, die móesten door nieuwe
worden vervangen, wat jammer genoeg was ze
groeiden reeds zoo flink. Weldra keerde de rust in
de buitenwijk terug, maar toch sprak men nog dik
wijls over 't voorval met de olifan;en, wat vaak 't
onderwerp van 'n gesprek was. En zooals altijd
werkte de fantasie bij de menschen mee, waardoor
dan soms 'n wonderlijk verhaal ontstond, waaraan
den verteller tenslotte zelf geloofde. Ook is er nog
hartelijk gelachen om de angstige aanstellerij van
verschillende menschen maar dat gebeurt altijd
als 't gevaar voorbij is. 't Circus had z'n dagen in
onze stad meegemaakt en toen de tent afgebroken
en opgeruimd was, mochten we blij zijn dat 't ritje
van de olifanten nog zonder ongelukken was afge-
loopen.
Brrrr.. koud, hè?brrr
Ha Ja! daarover had ik jelui juist wat
te vertellen over die kou namelijk.
Nadat wij jelui en ik verleden week
nog1 onze bijeenkomst hadden gehouden in
t prieëel, waar ik jelui het laatste nieuws
van onzen Woordjes wedstrijd mededeelde,
ontmoette ik den volgenden dag een goeien
kennis van mij die al eerder getoond heeft
met het geven van een partij mooie pla
ten ook een goeie vriend van jelui te
zijn.
Hij zat er warpjes in: z'n 'dikke winterjas
aan, Bontkraag om, handschoenen aan; hij
was al heelemaal op z'n wintersc-h.
„Non, nou, confrater," zoo noemt hij mij
vaak en zoo Begon liij ook nu weer: „koud
hè?...."
Ja, zegt u dót wel," was mijn antwoord
en ik liet er op volgen: „We hoeven elkaar
nu hensch geen frisschen morgen te won-
schen, want de morgen is al friseh genoeg."
„Daar heb ik je, waar ik je hebben moet!"
,,Wa' blief, moet je mij hebben? Versta ik
het goed?...."
„Wis en zeker!Loop maar 'n eindje
mee op want om stil te staan is 't te koud.
Je weet," zoo vervolgde hij „dat ik veel
met je familie, dat is te zeggen, met je kin
derkrant-familie, met die schaar van neefjes
en nichtjes op heb
„Ja, daarvan Ben ik overtuigd," was mijn
vleiend antwoord, in de hoop, dat hij weer.,
en toen ik verder zou gaan, viel hij mij in de
rede met:
„Nou, als dat zoo is, dan zal je van mij wel
willen aannemen wat ik je in vriendschap ga
zeggen."
Ik knikte toestemmend. En toen kwam ie
los van heb ik jou daar.
„Daar heb ik ie nou, waar ik je hebben
moet," zoo begon ie, „jc vindt bet zelf kond
en je toont je onverschillig voor de gezond
heid van jo neefjes en nichtjes, die maar al
le weken in dat koude pril cel eindelijk
wist ik wat ie bedoelde „moeten komen,
om mee te mogen doen en in tel te zijn in je
familie."
En of ik al opmerkte dat jelui niet zoo
kouwelijk zijn; en dat dan ook nog niemand
over kou had geklaagd; en dat jtbn dit toch
heuse Ir wel hadden tuk-ven doen; en dat 't
ook eigenlijk nog niet koud geweest was; dat
de jongens omstreeks denzelfden tijd achter
den Hout,' telkens bezig waren met voetbal
spel, zoo maar in d'r blocsie cn dat zo bij mij
in 't prieel- tenminste nog d'r jassie konden
aanhouden; en dat er wel meisies bij hef
voetballen stonden to kijken in liet open
veld, terwijl ze in 't prieel tenminste nog te
gen den wind beschut werden; onz. enz., het
baatte mij niets, hij vond het „leolijk" van
mij en „aUes-behalve-netjes" en „onverant
woordelijk" en.... ik weet al niet wat nog
meer; en ik moest hem beloven, dat ik jelui
niet meer in 't prieel zou laten samen komen
voor het aanbreken van weer een zachter
jaargetijde.
Die belofte d.eed ik dus, eindelijk maar om
den lieven vrede te bewaren cn mijn vriend
was tevreden: met zijn bdiandschoeude hand
waarvo-OT hij excuus vroeg gaf hij ten
teelren van ongeschokte vriendschap mij een
warmen, stevigen handdiruk en en met zijn
kin zoo diep mogelijk gedoken in den bont
kraag en de goliandisoboende hand in de
warme zakken van zijn dikken winterjas'
spoedde hij zich met groote passen naar
huis; zieh erin verkneukelende een goed
werk' te hebben gedaan voor jelui, met mij
wat uit te schelden.
Intusschen is or heel wat gebeurd: de tem
peratuur is nog aanmerkelijk gedaald, er is
een sneeuwstorm over ons prieel gekomen
en bet laat zich aanzien, dat we nu beuze-
lijk al den winter tegemoet gaan.
Deze omstandigheden maken het mij ge
makkelijk mijn brief te na te komen en daar
om noodig ik jelui van heden af weer „om
den haard", in de hoop, dat wij met onze één
heden toekomen: anders moeten wij in den
loop van den winter den Hout nog in om te
sprokkelen.
Wel te ruston!
OOM KOOS-
TWEE KIKKERS.
Twee kikkers gingen voor pleizier
Eens saam een eindje stappen,
Ze hielden stil bij een barbier,
En vroegen: „Wil je ons kappen?"
Edoch, de barbier lachte maar en zei:
„Wat malle grappen!
Hoe kan ik jullie kappen?
Je hebt volstrekt geen liaar!"
(Ingez. door Marietie v. G. te Haarlem)
EEN MEDEDINGSTER.
Beste Oom Koos!
Ik dacht al een pcos
Eens kennis met u to maken.
't Is die eerste keer
Dat ik 't probeer
Naar een prijsje mee te dingen.
'k Hoop, dat ik wat win,
Dan is mijn begin.
Om van blijdschap hoog te springen.
(Ingez. door Dina B. te Oudorp.)
ONS VADERLAND.
Er zijn op deze wereld
Voel landen, groot en klein.
Toch kan geen land zoo heerlijk,
Zoo lief als Neerland zijn!
Het land waar ik geboren
En groot geworden ben,
Is wel het beste landje
Van allo die ik ken.
(Ingez. door Agnes K., to Noordwijk.)
Marie B. te Rinnegom. Ja, dat was 'n
meevallertje, hè, dat je versje nu toch een
plaatsje kreeg. Van die verrassingen ziin er
wel meer. Dat is heel braaf, diat je toiler011
dag naar do korlc gaat; denk en bid je dan
wol pens aan en voormij? Ik boop van
wel. Dag Marie.
Jan v. B. te St. Paneras. Hoe ik dat
„grapje" vond? Wel heel aardig en daarom
heb ik betvroeger al eens geplaatst
Het was dus niet nieuw en zeker ook niet
door je zelf gemaakt. Maar je wist het mis
schien niet, dat bot al onder de grapjes ge
staan bad en dus was de bedoeling goed
Dag Jan.
Anna D. te Alkmaar. Nou, onxdat je
7.co'n lief briefje schreef, hoop ik het ook
voor jo. Maar denk er om; ik hoop voor alle
neefjes en nichtjes sucees en zoo jo weet
kunnen ze niet allen zoo gelukkig zijn.
Dag hoor, do groeten ook thuis.
Agnes K. te Noordwijk. Eerst dacht ik
er over het je toch heusch kwalijk te nemen,
dat je zoo'n langen tijd niet heb geschreven
maar omdat je vergiffenis heb gevraagd, zal
ik bet maar door de vingers zien. Een vol
genden keer dus niet weer zóó lang laten
wachten, boor. Dag Agnos.
HET EINDDOEL BEREIKT.
Papa: „Wat leer je toch slecht, Fnamsjel
Iedere maand ga je een paar plaatsen ach
teruit in je klas!"
Fransje: „Dat zal van nu af niet meer ge
beuren, papa."
Papa; „Zoo. Nu, daar ben ik blij om. Maar
ben je daar zeker van?"
Fransje: „Ja, papa. ik ben die laatst» van
mijn klas geworden."
EEN O. W.-ER.
O. W.-er „Eigenzinnig is mijn Eleonora
wel een beetje, maar anders een beet kind en
talentvol, dat zeg ik u. Zo speelt op de plano
nu al stukken van tien gulden!"
BIJ GEI ALlEN GUED-
KOOPER.
Dame: Wat kost het mc
als ik mij een kies Iaat trek»
ken?
Tandarts: Een gulden juf*
iiouw, maar bij 't dozijn is
•et minder.
IN EEN RESTAURANT.
Gast: „Kellner, het eten is
vandaag bepaald ongenietbaar
Roep den patroon eenshiert'i
Kellner: „Neem met kwa
lijk, mijnheer. de patroon
is juist naar de „Poort van
Cieef" gegaan. om te eten!"
VERREERDE WERELD.
Maar, jongen, waar heb je
rooken geleerd? Je dampt
als een groote man.
De jongen. Maar oom, nou
vraag je precies als een klein
kind.
EEN KRIJGSLIST.
Bij een diner werd een zil.
veren lepel vermist. Alle gas
ten waren bereid hunne zakken
om te keeren
„Niet noodig," sprak de
slimme gastheer, „de lepel
komt wel terecht, zijt slechts
zoo goed allen uw hoofd on.
der de tafel te steken."
Toen dit gedaan was, vroeg
hij luid: „Nu, heeren, hebt ge
allen 't hoofd onder de tafel?"
„Ja."
„Ook degene, die den le
pel heeft?"
,,Ja," antwoordde deze werk
tuiglijk.
Zijn buurlui, ter rechter-en
inkerzijde wezen hem nu all
den dader aan,
EEN o, W.-Er. j
O, W.-er: „Eigenzinnig ia mij*
Eleonora wel een beetje, maar aar
der» een best land en talentvol, dal
zeg ik u. Ze speelt op de piano M
al de stukken van tien gulden I"