TWEEDE BLAD.
KINDERCOURANT
ZATERDAG 15 NOV. 1919.
^jP REiS NAAit DAVOS.
Kunst en Kennis
öm den haard.
in den achtermiddag
SPROKKELINGEN
GRAPJES
BLADVULLING.
WIE WIL RUILEN 1
ONZE BRIEVENBUS,
19 NOVEM-.
uur, aan deb
Loudelsweg
te BERGEN,
Dc Weleerw, Fater W. F. Elsênsohn, U. Jf„ die
>ort geleden om gezondheidsredenen van Alkmaar
naar Davos vertrok', zendt ons den volgenden zeer
levenswaardigen brief, rijk aan interessante reisin-
Öurkken:
Mijn vonnis was geveld: Ik incest naar liet wijd
.vermaarde toevluchtsoord van zeoveie offers der
■witte pest (iougmbercmosej, het wèrèldsanatorium
Davos Kr zijn menscüen, die zelden geruunen tijd
op een' zelfde plaats kunnen wonen, zonder ciat op
zekeren morgen ue trekvogel natuur over hen icomt
en zij het in de oude woning niet meer kunnen
uithouden. Kr zijn ook anaeren, olie gaarne zich
aan een oord moctitcn hechten, maar over wier leven
geneurie macuteu neersc.ien, uie uen sterveling tot
een eeuwig zwerven vcrcordeeien en lient voort-
durend in ue ooreu doen klinkenr"„Sta op en vluclit
naar Egypte.'' Tot die laatste soort schijnt ook
tiijii persoonlijkheid te benooren.
11e aansaiten tot den aitocht waren gemaakt en
ai.een vertrok ik 's avonus uit Amsterdam om in
Arnnern te overnachten in een hotel, dat buiten
mijn weten van naam en tftgenaar veranderd was.
Tevcrgeels zoent ik daarom bij aankomst naar een
hoofddeksel met den naam „continental". Ge He
mel voerde me gelukkigerwijze in de armen van
gen gedienstige uit het Kijnhotel. die mij van mijn
idwa.ing genas en mij attent er op maakte, dat hij
oneer zijn vieugelen reeds een drietal priester-stu
denten voor Kreiburg had gevoerd tot zijn patroon,
den bekenden hotelier lierinsen. Ik het me ook ge-
[Wiliig leiden, vooral met het vooruitzicnt kenms
te maken met een reisgezelschap, dat mij de reis
Icon veraangenamen. Het ,,Vae soli" had ik dus niet
meer te duchten.
rlij den eersten lichtschemer van den vo.genden
na,, toog ons gezelschap reeds door Arnhem's stra
ten naar het station om het treintje van 6.15 naar
Zevenaar te snappen. Het begin liep al niet glad
tan stapel. Ge machine scheen een zekeren aikeer
voor het ïTuisendcm aangeboren, het duurde on
begrijpelijk lang voordat we Zevenaar waren bin-
tengcloodst.
uier boog men zich ten afscheid' als een teere
mi., :er la Patria over bare kinderen heen om nog
(een laatsten blik niet aan hare kostbare panden
maar aan de meegevoerde have te wijden. Na deze
operatie konden wc ons te Elten met al ons hebben
jen houden aan de genade of ongenade der groene
Duitsohe beambten overgeven. Het ging daar ge
lukkig nog al bevredigend vlug.
Hcc Hollandsch ge;d bad riu afgedaan. Trans
portkosten voor personen en bagage werden voor
taan berekend in marken. Na zooveel jaren zetter
iwij dan weer den voet op Duitschen bodem, waar
Eertijds zwellende welvaart en levensmoed ons te
genstraalde, waar onze nabuur wel met al te veel
trots u zijne „heimat" toonde.
Ken trieste stemming kwam er over ons bij het
zien dier kleurige lappen, verflenste en verdroogde
guirlandes, die groote opschriften omgaven, welke
eens liet welkom toeriepen aan de huiswaarts k'ee-
rende troepen, ons schenen zij eerder eeii symbool
van Duitschlauds vervallen grootheid. Het zien van
een gebroken titanengcstalte, al zou zij in haar
overmoed misdad'g haar kracht hebben ontplooid,
stemt weemoedig.
Het spoorwegmateriaal is danig gehavend, mees
tendeels echter weer hersteld, zoodat ge spaarzaam
een geheel onbruikbare coupé vindt.
De arbeidslust begint «te herleven, dat zeggen ons
de walmende schoorsteeifen van het industriegebied,
dat wij doorreizen. Essen is wel niet meer omhan
gen met dien vroegeren rook. en stof atmosfeer, toch
wordt er op veel plaatsen gewerkt. Het spoorweg
verkeer kan wat verminderd zijn, toch stroomt het
in en uit door de breede tunnels, hallen en wacht
kamers van het grootsch uitgebouwde station in
Iiomaanschen stijl. De luxus welke eenmaal het hart
van Guitschland gekend heeft, verraadt zich nog in
de verscheidenheid van pompeuse gevels en breed
aangelegde straten. Men moet zich geweld aandoen
om bij het besef te blijven, welken nood innerlijk dit
volk doorworstelt en weike Verschrikkingen het nog
wachten, wanneer de Entente tot den laatsten pen
ning de oorlogsschatting opvordert, zoo geneigd ls
men in het volle grootstadsleven van Essen die fei
ten over het hoofd te zien.
Hier hadden we een drie uur oponthoud. Tegen
half vier zou een D-trein ons naar Frankfort ex-
pedieeren. Bijtijds' waren wij op onzen post om ze
ker te kunnen zijn van en ledige coupé voor ons
vieren in den overvollen trein. Plet geluk was ons
dienstig. Behalve de properheid liet ons tijdelijk
verblijf niets te wenschen over.
Te middernacht kwamen wij aan het helverlichte
station van Frankfort, in het zalig vertrouwen, dat
ons telegram, twee dagen te voren afgezonden, in
het Beselerhof een kamer had' gereserveerd, lieten
we ons daarheen brengen, Eilasie, had men in de
overstclping van aanvragen onze dépêche zonder
meer ter zijdè gelegd. Zaak was het, spoedig een
ander hotel op te duiken. God zij dank bekwamen
we spoedig in dit verre nachtelijke uur nog een
onderdak in de hotels Prinz Heinrich en Rölner
Plof. Ge engel des slaaps deed ons echter de oogen
niet luiken. Reeds om 6 uur werd réveil geblazen
en moesten we ons haasten het nabije station te be.
reiken, om opnieuw aan de wachtende menigte een
veilig hoekje in den trein naar Basel te betwisten.
Welk een stroom van reizend' publiek verzwolg die
eindelooze fil van D.-vvagens, In plaats van 7.2b
verliet onze trein een uur later het prachtvol inge
richte kopstation van Frankfurt om meer zuidwaarts
te stevenen. Hadden we gisteren een grooten om
weg moeten maken om het bezette gebied te ver
mijden, thans gingen wc recht op ons doel af.
Aanvankelijk belette de morgennevel liet vrije
uitzicht naar buiten. We hadden intussohen gele
genheid eens nader kennis te maken met onze reis-
genooten o.a. met eene Finscbe familie, die ons
verhaalden van het heerlijk klimaat en den treuri-
gen oorlogstoestand van hun geboortegrond. Een
Italiaausch echtpaar of beter gezegd een Duitsche
met Italiaansche vrouw, die vier jaren lang binnen
het gebied van Germanje hadden moeten verwijlen
omdat de man dienstplichtig was, straalden van ge
luk, KU ze hun huis en bedrijf mochten terugzien.
Na zoo-veel jaren oorlogsellende kanden zij geen
woorden genoeg vinden om zich de toekomst te
vergulden.
Het kwam ons goed te stade dat een restauratie
wagen aan onzen trein gekoppeld was. Er was nu
ten minste gelegenheid warme spijzen te bekomen;
want ofschoon zorgzame zielen onze reiskoffers
overvloedig van mondvoorraad hadden voorzien, een
warm middagmaal is toch altijd te prefereeren. We
betaalden voor een diner: spep, schelvisch, groen
ten, aardappelen, rijst met phocoladej a-us, een flesc-h
Rijnwijn en koffie voor vier personen te zamea 5-4
Mark,dat is in Ploilandsch geld 5.40 of 1.33
per persoon. Heusch geen exorbitante uitgave!
In 't algemeen heeft mij de reis met inbegrip van
logies te Frankfort en verdere vertering van Elten
tot Basel slechts 8 gekost.
Allengs verhelderde het zonnelicht de schilder
achtige -landouwen, die onze spoortrein doorploeg
de. Het oude Freiburjg tn Breisgau had het kost
bare maaswerk van zijn beroemuen domtoren in
een houten omhuisel gesloten, om het te beschutten
tegen de wandalenwoede van vijandelijke vliegoti.
gen. Uit de verte wenkten ons de donkere dennen-
kegels van het Zwarte-woud een tot weerziens toe
Eindelijk naderden wij oen Rijn, de tegenwoord.ge
grens tussohen Guitschland en Frankrijk. Gaar lig,
dan de Elzas, de voortdurende twistappel tusschen
twee Europeesche mogendhedenArm landEen
Elzasserin, die ik' te Gavos ontmoette beweerde,
dat waar voor den oorlog 90 pet. van de inwoners
Eransch begeerde te zijn, thans onder de Fransche
overheerscliing 90 pet. naar de oude eenheid met
Guitschland terug verlangt.
Het berglandschap, wat zich thans aan onze bl.k-
ken vertoonde, was teer en intiem van kleuren.
De herfst, die hare nevelsluiers had geweven 0111
berg en dal en daardoor de lichtgloed van het zon
licht verzwakte had de bosschcn langs de berghel
lingen goudgekuiid en met gulden lijnen de om
trekken der boomen getcekend. Op de wijnbergen
zag men het landvolk de laatste resten van den
wijnoogst vergaren, Basel kwant in het gezicht en
na ten paar kleine tunnels te hebben dcorraasd en
doorrommeld waren wij eindelijk in liet bereik van
den Badischen Hahnhof aan deze zijde des Rijns.
Het was namidags half 4, terwijl onze trein reeds
om 2 uur had moeten arriveeren.
Wat stond ons nu te wachten! Uit hetgeen wij te
voren reeds hier en daar hadden opgevangen om
trent het onderzoek der Duitsche en Zwitsersche
grensbeambten, waren wij eenige onverkwikkelijke
minuten te wachten. Uiterlijk kalm, maar inwendig
met kloppend hart volgden we den menschenstroom
naar den uitgang. Het werd ons nug niet eens toe
gestaan ceu blik te werpen op onze groote bagage.
Eenmaal den uilgang gepasseerd werden wij in een
hal als kudde dieren te saam gedreven met een om
heining omgeven en door douanebeambten bewaakt.
Een voor een mochten we door een nauwe engte
de kudde ontslippen om te verschijnen voor een
tafel, waarachter een-vijftal Duitsche grensbeamb
ten onze passen onderzochten en naar den f.nancioe-
leu inhoud onzer portefeuilles informeerden. Men
mag niet meer dan 1000 Mark over de grenzen ne
men. Wat een tijd en -geduld had het reeds gekost
voor wij tot dat eerste onderzoek werden toegelaten;
was men eenmaal uit de handen dier gestrenge,hecren
ontkomen, dan wachtte u nog eert tafel verder het
besnuffelen en doorzoeken van uw bagage. Het eer
ste bedrijf der lijdensgeschiedenis is afgespeeld. Ge
treedt in een tweede afdeeli-ng waar een Zwitsersch
soldaat u een nummer overhandigt. 38 kregg ik. Dat
voorspelde dus weer efcn lange wijle wachtens. Be-
geerig mag men door!de glasschijven van een deur
loeren, die door een jongen Teil op de rij af voor
ieder nummer wordt gfeopend en gesloten. Bijzondere
voorkomendheid jegens den vreemdeling behoeft gij
hier niet te verwachten; de bewoners van het eigen
land wippen u vooruit, voor wie dc glazen deur be
reidwillig wordt opengezet, niet zoo voor 011s de
buitenlander. Onderhand is het over vijven géworden
voordat ik word toegelaten. Weer wordt uw pas bc
s-nuffeld de inhoud afgeschreven en met eèn avis om
u binnen 24 uur op de plaats van uw verblijf bij de
politie te melden, moogt ge in eeii anderen hoek uwe
koffers weer eens ontsluiten. Is hier geen- moeilijk
heid ontdekt, dan staat gij vrij op den vrijen grond
der Schweiz.
Snel expedicerde ik mijn bagage naar het slation
Landquard, begin van den Rhatischen spoorweg, die
mij naar liet hoogdal Davos brengen moet.
Ondertusschen zijn ook de overige reisgenooten
vrij gekomen. Zonder lang toeven wordt de ti am ge
nomen naar den anderen Rijnoever en het Centi aal
station; de heeren studenten moeten nl. me den trein
van 6 uur naar Bern vertrekken. Een 'kort en harte,
lijk afscheid bij het vertrek en ik stond alleen in
Bazel.
Het ontvang-apparaat kan ook
zeer goed in een auto geplaatst
worden en het -is mij gehikt, ter
wijl de auto met een flink gangetje
reed dc muziek van de gramafoon
te hooren! Zoodat het technisch*
reeds mogelijk is geworden, met
een auto door de stad rijdende,
draadoos-telefonischc verbinding
met een bepaalde plaats te onder
houden.
Telefoneeren zonder draad.
De lieer H. Veenst-ra, secretaris der aid
Den Haag van de vereeniging voor radio-
telegrafie, schrijft het volgende aan de „N.
R. Ci'-t," over verrassende uitkomsten welke
hier te lande zijn verkregen niet proeven
van draadilooze telegrafie.
Uit het laboratorium der Ned. Radio-indus
trie alhier, wordt tegenwoordig geregeld
draadloos get-eieponeerd. Voor dit doel is
daar opgesteld een radio-telefo-nie-zendsta-
ti-on, voorzien van oen Philips-Ideezet-z-end-
larnp. De door deze installatie uitgezonden
gesprekken en d-ocr middel van oen graino-
fc-cn gereproduceerde muziekstukken zijn op
een ontvanginrichting, voorzien van een an
tenne, reeds se-dert weken goed-te hooren.
Het is mij thans echter gelukt, deze telefo
nie ook te ontvangen geheel zonder antenne,
n.l. met een eenvoudig samengesteld ont
vangapparaat, verbonden aan een draad-
raam van slechts 61 centimeter in het
vierkant. Tot n-og toe werden deze kleine ra
men hier slechts gebruikt voor de ontvangst
van draadkozo telegrafie, doch door (-enigs
zins gewijzigde constructie blijken zij nok
zeer goed bruikbaar voor het ontvangen van
draad'looze telefonie, niettegenstaande aan de
ontvangst van telefonie meer technische be
zwaren verbonden zijn.
De pro-even werden gen ■omen met slechts
één Philips-Ideczet-ontvanglamp, zonder
eenige verdere versterking. De muziek van
de gram-ofoon op het zendstation is duidelijk
te hooren, zelfs rn-et de telefoon op eenigen
afstand van het oor. Ook is het mogelijk dc
stern van dengeen, die op het zendstation
in de microfoon spreekt, g-oed te herkennen,
hoewel liet zenden met betrekkelijk kleine
energie geschiedt.
De geheele ontvanginrichting kan zonder
meer op een klein salontafeltje geplaatst w-cr
den en is op een willekeurige plaats iu huis
te gebruikoii, terwijl deuren en vensters ge
sloten zijn.
TIEN MIN TIEN.
Onderwijzer: „Hoeveel, Knikke.
meijer, is tien min lien?'' (.Ge jon
gen antwoordt niet.) Nou? Als
je een dubeltje in inv zak hebt cu
ge verliest het, wat hebt ge can
in uw zak?"
SCHOGLHUMOR
Onderwijzer (die het verschil tus.
schcn de roos en het viooltje uit
legt). „üiel je een statige, mooi.
ge-Kieede dame voor, die met trots
opgeheven hoofd taugs de straat
loopt en r-chts noch luiks ziet. Dar
ij ue roos. Acluer haar gaat een
klein wezentje. Niemand kijkt het
aan, liet laat bescheiden het kopje
hangen. Wie is dat nu?"
jantje steekt verheugd den vin
ger op. „Gat is haar man."
TROEF.
Anna, dochtertje van een lccraar
aan 't gymnasium:
,,Moe, Betje van den bakker
heeft gezegd, dat vader een boe
kenworm is."
Moeder: „En wat heb je haar
toen gezegd?"
Anna: „11c heb haar gezegd, dat
haar vader een meelworm is."
EEN FONOGRAAF.
Jan: ,Ileb je de fonograaf van
meester Filips al gezien? Een reus
achtige spreekmachine!"
,,Piet: „Het zou wat! Sinds
meer dan een jaar heb ik' nog een
veel grootere.'1
Jan: „Zoo! En wat heb je er
voor betaald?"
Piet: „Niets! Ik ben er mee ge
trouwd!"
AAN DE GRENS.
Beambte tot een reiziger, wiens
gezicht opgezwollen is van de kies
pijn: „Doet u eens even den mond
open."
Dljzig üangdc het over het laad, oen groot
pi.nnewebber van grauwen nevel liiing op die
boomen, maar de morgenwind wischtc met
trialsohe vegen al dat weefsel weg.
't Regende wat in den voormiddag; eon en-
ikele bui en dan brak de schocne zomerdag
Idoor, met zijn gouden zomerzon, die haar
gelaat te spiegelen zat in de waterplassen,
als een rond licht, of als kleine vuurvonken
in i-ederen drop. 't Was overal zon, overal
dag, overal schoon, 't Klepte middag -over de
stro-odaken, waarop groen mos en huislook
opkropen en over de afgewassehen rood-e pan
huizen. Pas middag: hoe langzaam wil 't
vandaag vooruit. Al zo-olang had hij rondge
slenterd op het erf zonder iets te doen.
't Was net of hij droomde en dat deed hij,
want de middag zat hem in den kop. In do
laatste boerenhofheg langs den zandweg
ihield -en klapekster haar nest en in klom?
ipeumakers kanadasehen wist hij 3 kraaien
nesten zitten en in d-e kn-otwilligendreef
hield een bijem-eeske: daarover droomde hij,
'Poeren Driesko met zijn donker kopke en zijn
-a- latere oogen, die den hof iustaardeu op do
anoesstronken, waar-op knolmeezekes pinkten
en piepten en naar de rupsen pikten.
Hij slenterde d-en stal in en schoof eenige
rieken klaver voor de kalveren en ho-kkolin-
gen die niet naar de wei waren en dan klot
ste hij op zijn klompen het voorhuls in, waar
de arbeiders on 't vrouwvolk, met zijn bloot-o,
bruingebrande armen, al aan den middag za
ten. Hij ging zitten eh bad zijnen Vader-Ons.
Pauwke's Hein ging ook mee vogelkes zoe
ken, zei hij en dan begon hij zijn aardappels
I pikken uit de groote kom en at maar door,
urn te eerder weg te zijn.
Eerst de hennen voeren, Drieske."
-Iet ecu schep haver gaat hij de achter
deur uit, en strooit de korrels ron-d. Den kop
vooruit, 't lijf voorover, komen de hennen op
baar kippedrafken aangezet, met uitgestrekte
Vleugels,
•de zwarte kan Drieske niet lijden; die
®chiet altijd voor 't grijze klokhenneke. „S-o"
rR-'Pi hij en stampt op den grond.
Ge kippen springen kalf-vliegend uiit een,
othen even, en dan komen ze weer bij-
IgCioopen. en ze staan weer met de koppen
op en neer te bewegen en te pikken, zoo gauw
hunnen en vlijtig eten ze dóór, zonder
«-? hjjken nu en dan even klikkend. En
"fpt hij de achterdeur toe, dat de hen-
maar plnwV >v!iesren en huls- uit. recht
Hen zandweg." derde WemhTlte
tfear?06lt geleund staart Helm
foehbon l^dpuï w®ohten. Ze stappen aan; ze
(Slot volgt)-
Hooi'dbreke-nsweiik ïs 't om uit die lijsten
mot .wo-ordjes wijs te wonden.
Ten oers-te i-s het ai ge-en kleinigheid, als
jelui .weten, d,at er maar eventjes zoowat
'n 'tweehonderd neefjes en nichtjes aan den
wedstrijd deelnemen.
Maar -erger wordt het nog als men weet,
dat er een boel zijn, die veel meer woord
jes opgaven (jan met de meest mogelijke
moeite uit het woord „vredesduif"' te ma
ken waren.
Er zijn verscheidene lijsten met 120 tot
150 of 160 woordjes, waarvan er d.an soins
zoo'n öO tot 80 van moeten worden door
geschrapt omdat ze niet goed zijn, omdat
het geen „HolLandsehe" woordjes zijn of
omd,at eenzelfde woordje twéé- id;rie- of vier
maal in lijst gebruikt werd, of omdat liet
woordje eigenlijk lieelemaal geen woordje,
laat staan "n Holilandgcli woordje was, enz.
enz. - L
Ik heb hier voor mij liggen 'n stuk of
vijf lijsten met omstreeks 175 tot 180 woord,
jes, iedier en na beoordeeling heeft do
grootste lijst nog maar 81 woerdjes over;
een lijst van meer dan 180 woordjes hield
er nog.66 over.
Jelui kunt begrijpen wat 'n reuzenwerk
het is dit allemaal uit te zoeken en dus
ook dat het nog wel een paar dagen zal
duren eer ik er mee klaar kom.
Gelukkig, d,at wij verleden week maar
weer om d,e-n haard zijn gaan zitten, want
het zou in 't prieel nu toch zeker wed te
koud zijn geworden, vo-oral met zo-o'n werk
je aLs liet uitzoeken van woordje-s.
Wel te rusten!
OOM KOOS.
Stukken en brieven, voor mij bes-teimd„
moeiten gezonden worden atm <lc Redactie
van de Kinderkrant, Hof 6, te Alkmaar
en aan geen ander adres dan dit.
Denkt allen aan de verhoogde posttarie-
ven: op brieven moet een postzegel van 7Va
en op briefkaarten een van 5 cent en op
prentbriefkaaarten (als drukwerk) een van
l'/s cent.
•s-MENSCHEN LEVENS VRIEND,
Elk menseh voeet met zich in-ee
Een waren vriend door 't leven.
Gods wijze goedheid heeft
Dien vriend hem meegegeven. 'J
Hij waakt voor uwe deugd:
Uw eer, uw mensehen waarde,
Zoo luister naar dien vriend, 1
Geen beter hebt ge op aarde.
En vraagt ge n zeiven af:
Hoe mag die vriend dan heet-enl
Dan spreekt uw eigen hart:
Die vriend is,uw geweten.
WAT MEN DOOR DRANK VERLIEST-
De dronken man verliest,
wat wij-zen meest betracht-en-.
Den toom van zijne tong,
den draad via 11 zijn gedachten
Den stoun van zijnen voel,
en d-e oer van zijnen naam,
Den vrede van zijn hart,
de sterkte vau zijn leven,
Den luister van zijn jeugd,
den glaas van zijnen faam,
En bovendien moet hij
.Voor ceuw'gc straffen beveu.
IN EEN HOTEL.
Kelner tot ga-st: Wat blieft u.
Gast: Noem maar op, wat hebt go al
zoo?
aelner: Ossen-tong
Gast: Bah! Dat hangt mij nu al mijn keel
uit.
Kelner: Hoe kan dat nu, u is toch geen
os?
(Ingez. door Jan P., to Alkmaar.)
ZIJN BEROEPSKEUZE.
Vader (boos): Jongen, Karei, wat slen
ter je toch altijd langs den weg; wat moet
je toch in de toekomst worden?..
K-a-rel: Ik wil poiitie-aglent worden, pa.
DE ZIJWORM.
Ond.ei'wijzerJetje, van welk geslacht is
do Zijworm?
Jetje:- .Vrouutvelijk, meester!
Onderwijzer: Hoe weet je dat zoo dadte-
Rjk? t
Jetje: Anders was liet immers Hij-wcrm.
PHILOS'OOP IN DEN DOP.
Kleine Jo heeft inoeie-lijkhcid en vraagt
mama om uitleg: ,;Ziet u ma 's avonds
als ik geen slaap heb, cfaii roepen ze a.le-
maal: Jo, naar bedl En als ik 's morgens
lekker slaap heb, dan roepen ze allemaal:
Jo, d'r uit!"
HAAR LOON. L
„Welk groot loon verdient gij hier wei)
zuster?" vroeg een Anglicaansch heer aan
een gastiiuiszuster, die bezig was eene af
schuwelijke wonde van ceu armen grijs
aard te zuiveren en te veroinden.
„Welk loon mijnheer?'" glimlachte dje en
gel van liefdadigheid, hier ni-ets maar daar
boven in d.en Hemel 1'
„Hoe hi-er geen Loon? Maar lioe hpudt
ge dat te miaden dezer ellenden vol?"'
D-e zuster leidde hem naar den ingang
der kapel, en hem het Tabernakel wijzend,
sprak zij stralen van geluk: „Daar woont
onze kracht!"
UIT DE SCHOOL.
Schoolopziener: „Nu laten we een-s hooren,
wat de jongens geleerd hebben. Wie uwer
kan tot tien tellen!"
Frits: „Ikeen, twee, drie, vier, vijf,
zes..."
Schoolopziener: „Goed, jongen: Hans, ga
jij eens loor."
Hans: „Zeven, acht, negen, tien, boer,
vrouw, heer aas.'
UIT DE SCHOOL.
Onderwijzer: „Hoeveel is de helft van een
zesde, K-laas?"
Klaas: „Maar een heel klein beetje, mees
ter."
PORTRET DER SCHOONMOEDER,
I'ortretephilder: „Ik verzker u, mijnheer,
het portret uwer schoonmoeder zal spre
kend gelijken."
Heer: „Sprekend? Dat is geen kunst. Ik
wilde, dat ge haar z w ij g e n d kondet
voorstellen."
AFDOEND.
Huisheer: „Zoo, is je moeder niet thuis
en heeft ze vergeten d-e huur klaar te leggen?
H-ce weet je dat?"
Do-chtertje: „Omdat moeder het zelf ge
zegd heeft?"
HIJ DOORSTOND DE PROEF.
Een koetsier had de gewoonte op erger
lijke wijze te vloeken. Op zekeren dag nioest
hij iemand rijden, die den koetsier goed ken
de. Deze. in zijn grooten afkeer van het vloe
ken. zeido hii het instappen: „Ik m-net m-tv
N., blijf daar ongeveer een uur en keer dan
weer terug. Ge krijgt van mij twee kwar
tjes fooi en als ge onderweg in het geheel
niet vloekt, geef ik er nog een kwartje bij."
Voor een kwartje kon hij het vloeken wel
laten, zoo dacht onze koetsier en inderdaad
hij doorstond de proef.
Zwijgen is een geneesmiddel voor onaan
genaams en menige dwaas gaat zelfe voor
wijs door als hij zwijgt.
De vogel bouwt zijn nestje
Bij beetjes tegelijk;
Zoo werden ook de menschen
In vroeger dagen rijk;
De vogel-s doen nog al-s weleer,
De menschen in 't geheel niet meer.
Ach, dat men den tijd niet kan doen stil
staan op bet plechtige uur der H. Commu
nie, dat. uur van rust en onschuld.
Ik wil postzegels ruilen voor andere
vreemde postzegels. Ik heb er 9 van België,
7 van Denemarken, 9 van Zweden, 3 van
Noorwegen, 17 van Duifcsehland, 10 van
Beieren, 12 van Frankrijk, 16 van Engeland,
2 van Engelseb-In-dië, 1 van Straat Stelelle-
man, 6 van Italië, 5 van Spanje, 2 vtn ëed.
Indië, 6 van Oostenrijk, 1 van Brazilië, 5 van
Zwitserland, 1 van Japan, 9 van Amerika en
2 van Egypte. Jan Plas, Payglo® 15 Alk
maar.
Evert Z. te Heer H.waard. Zeg
dat wel Eef, ik keek er van op. Ik
krijg weer volop nieuwe neefjes en
nichtjes er bij. 't Is een lieve lust
om te zien en dus vond ik wel
leuk er een uit den Laanweg ook
te ontmoeten.
Pia v. G. te Haarlem. Ik help het
je wenschen, Pia. En ik geef toe:
je hadt evenals wel bijna alle
maal uitstekend je best gedaan;
maar ze waren toch niet allemaal
goed en bovendien waren er ook.
verschillende dubbele bij
Jan P. te Alkmaar. Wel, wel, jij
heb 't druk gehad met al je brief
jes. Dank je voor je „grapje", hoor
Jan, ik zal 't 'n plaatsje geven. Zeg
Jan, ben jij zoo zenuwachtig als je
schrijft? Weet je wat, je moest mij
maar alle weken of tenminste om
te twee weken een briefje schrijven
en dan goed je best doen om 't
mooi tc schrijven; je schrijft maar
over je broertjes en zusjes als je
ze hebt en over de school en de lee--
ing, enz. enz. Dag Jan, goed sue.
ces, ook met je rnitbriefje; je
schijnt goed in de vreemde postze
gels te zitten. Houdt je zoo van
postzegels verzamelen?
Johanna v. 't H. te Hoorn. Dat
was me een aardige ontmoefting
net weer zoo'n nieuweling. Ik ben
al verlangend naar je volgenden
brief.
Dina K. te Assendelft. Dat is
juist wel leuk als ze je er mee pla
gen, vindt je niet? Doe maar liet
als ik en trek je er maar niets van
aan. Dag Dina.
Johannes A. te Noordwijk. Nou,
Johan, dat geloof ik' ook, dat je ver-
'trouwen wel wat te groot was,
[waar je al zoo spoedig al den uit
slag tegemoet zou willen zien. Maarx
-toch ik zal mijn best doen en wie
W«et tref je het dan nog wel. lAl-
leen maar.... je moet nog 'n ge
lukkig lot trekken. Dag John.
Sophia E. te Haarlem. Jelui mo
gen alle vier meedoen wanneer je-«
lui tenminste alle vier 6 jaar zijn.
geweest en nog geen 16 jaar heb
ben bereikt. Om dit te kunnen $e-
oordeelen moeten jelui altijd je leef
tijd onder je briefjes zetten.
Het v. R, te Lisse. Dank' je wel
voor je goede wenschen; zoowaar!
iik wou ook dat jij goochelen kon!
Dag Piet. 1
Anna H. S. te HaringcarspeU
Kom kind, heb je daarvoor |m oog
lex tra durf noodlg? Nu ben je dj
toch overheen denk ik en -dm M
je nu altijd mee, hè?,
j
'llli-1 i-n-fU-T 11