TWEEDE BLAD. KINDERCOURANT ZATERDAG 15 NOV. 1919. ^jP REiS NAAit DAVOS. Kunst en Kennis öm den haard. in den achtermiddag SPROKKELINGEN GRAPJES BLADVULLING. WIE WIL RUILEN 1 ONZE BRIEVENBUS, 19 NOVEM-. uur, aan deb Loudelsweg te BERGEN, Dc Weleerw, Fater W. F. Elsênsohn, U. Jf„ die >ort geleden om gezondheidsredenen van Alkmaar naar Davos vertrok', zendt ons den volgenden zeer levenswaardigen brief, rijk aan interessante reisin- Öurkken: Mijn vonnis was geveld: Ik incest naar liet wijd .vermaarde toevluchtsoord van zeoveie offers der ■witte pest (iougmbercmosej, het wèrèldsanatorium Davos Kr zijn menscüen, die zelden geruunen tijd op een' zelfde plaats kunnen wonen, zonder ciat op zekeren morgen ue trekvogel natuur over hen icomt en zij het in de oude woning niet meer kunnen uithouden. Kr zijn ook anaeren, olie gaarne zich aan een oord moctitcn hechten, maar over wier leven geneurie macuteu neersc.ien, uie uen sterveling tot een eeuwig zwerven vcrcordeeien en lient voort- durend in ue ooreu doen klinkenr"„Sta op en vluclit naar Egypte.'' Tot die laatste soort schijnt ook tiijii persoonlijkheid te benooren. 11e aansaiten tot den aitocht waren gemaakt en ai.een vertrok ik 's avonus uit Amsterdam om in Arnnern te overnachten in een hotel, dat buiten mijn weten van naam en tftgenaar veranderd was. Tevcrgeels zoent ik daarom bij aankomst naar een hoofddeksel met den naam „continental". Ge He mel voerde me gelukkigerwijze in de armen van gen gedienstige uit het Kijnhotel. die mij van mijn idwa.ing genas en mij attent er op maakte, dat hij oneer zijn vieugelen reeds een drietal priester-stu denten voor Kreiburg had gevoerd tot zijn patroon, den bekenden hotelier lierinsen. Ik het me ook ge- [Wiliig leiden, vooral met het vooruitzicnt kenms te maken met een reisgezelschap, dat mij de reis Icon veraangenamen. Het ,,Vae soli" had ik dus niet meer te duchten. rlij den eersten lichtschemer van den vo.genden na,, toog ons gezelschap reeds door Arnhem's stra ten naar het station om het treintje van 6.15 naar Zevenaar te snappen. Het begin liep al niet glad tan stapel. Ge machine scheen een zekeren aikeer voor het ïTuisendcm aangeboren, het duurde on begrijpelijk lang voordat we Zevenaar waren bin- tengcloodst. uier boog men zich ten afscheid' als een teere mi., :er la Patria over bare kinderen heen om nog (een laatsten blik niet aan hare kostbare panden maar aan de meegevoerde have te wijden. Na deze operatie konden wc ons te Elten met al ons hebben jen houden aan de genade of ongenade der groene Duitsohe beambten overgeven. Het ging daar ge lukkig nog al bevredigend vlug. Hcc Hollandsch ge;d bad riu afgedaan. Trans portkosten voor personen en bagage werden voor taan berekend in marken. Na zooveel jaren zetter iwij dan weer den voet op Duitschen bodem, waar Eertijds zwellende welvaart en levensmoed ons te genstraalde, waar onze nabuur wel met al te veel trots u zijne „heimat" toonde. Ken trieste stemming kwam er over ons bij het zien dier kleurige lappen, verflenste en verdroogde guirlandes, die groote opschriften omgaven, welke eens liet welkom toeriepen aan de huiswaarts k'ee- rende troepen, ons schenen zij eerder eeii symbool van Duitschlauds vervallen grootheid. Het zien van een gebroken titanengcstalte, al zou zij in haar overmoed misdad'g haar kracht hebben ontplooid, stemt weemoedig. Het spoorwegmateriaal is danig gehavend, mees tendeels echter weer hersteld, zoodat ge spaarzaam een geheel onbruikbare coupé vindt. De arbeidslust begint «te herleven, dat zeggen ons de walmende schoorsteeifen van het industriegebied, dat wij doorreizen. Essen is wel niet meer omhan gen met dien vroegeren rook. en stof atmosfeer, toch wordt er op veel plaatsen gewerkt. Het spoorweg verkeer kan wat verminderd zijn, toch stroomt het in en uit door de breede tunnels, hallen en wacht kamers van het grootsch uitgebouwde station in Iiomaanschen stijl. De luxus welke eenmaal het hart van Guitschland gekend heeft, verraadt zich nog in de verscheidenheid van pompeuse gevels en breed aangelegde straten. Men moet zich geweld aandoen om bij het besef te blijven, welken nood innerlijk dit volk doorworstelt en weike Verschrikkingen het nog wachten, wanneer de Entente tot den laatsten pen ning de oorlogsschatting opvordert, zoo geneigd ls men in het volle grootstadsleven van Essen die fei ten over het hoofd te zien. Hier hadden we een drie uur oponthoud. Tegen half vier zou een D-trein ons naar Frankfort ex- pedieeren. Bijtijds' waren wij op onzen post om ze ker te kunnen zijn van en ledige coupé voor ons vieren in den overvollen trein. Plet geluk was ons dienstig. Behalve de properheid liet ons tijdelijk verblijf niets te wenschen over. Te middernacht kwamen wij aan het helverlichte station van Frankfort, in het zalig vertrouwen, dat ons telegram, twee dagen te voren afgezonden, in het Beselerhof een kamer had' gereserveerd, lieten we ons daarheen brengen, Eilasie, had men in de overstclping van aanvragen onze dépêche zonder meer ter zijdè gelegd. Zaak was het, spoedig een ander hotel op te duiken. God zij dank bekwamen we spoedig in dit verre nachtelijke uur nog een onderdak in de hotels Prinz Heinrich en Rölner Plof. Ge engel des slaaps deed ons echter de oogen niet luiken. Reeds om 6 uur werd réveil geblazen en moesten we ons haasten het nabije station te be. reiken, om opnieuw aan de wachtende menigte een veilig hoekje in den trein naar Basel te betwisten. Welk een stroom van reizend' publiek verzwolg die eindelooze fil van D.-vvagens, In plaats van 7.2b verliet onze trein een uur later het prachtvol inge richte kopstation van Frankfurt om meer zuidwaarts te stevenen. Hadden we gisteren een grooten om weg moeten maken om het bezette gebied te ver mijden, thans gingen wc recht op ons doel af. Aanvankelijk belette de morgennevel liet vrije uitzicht naar buiten. We hadden intussohen gele genheid eens nader kennis te maken met onze reis- genooten o.a. met eene Finscbe familie, die ons verhaalden van het heerlijk klimaat en den treuri- gen oorlogstoestand van hun geboortegrond. Een Italiaausch echtpaar of beter gezegd een Duitsche met Italiaansche vrouw, die vier jaren lang binnen het gebied van Germanje hadden moeten verwijlen omdat de man dienstplichtig was, straalden van ge luk, KU ze hun huis en bedrijf mochten terugzien. Na zoo-veel jaren oorlogsellende kanden zij geen woorden genoeg vinden om zich de toekomst te vergulden. Het kwam ons goed te stade dat een restauratie wagen aan onzen trein gekoppeld was. Er was nu ten minste gelegenheid warme spijzen te bekomen; want ofschoon zorgzame zielen onze reiskoffers overvloedig van mondvoorraad hadden voorzien, een warm middagmaal is toch altijd te prefereeren. We betaalden voor een diner: spep, schelvisch, groen ten, aardappelen, rijst met phocoladej a-us, een flesc-h Rijnwijn en koffie voor vier personen te zamea 5-4 Mark,dat is in Ploilandsch geld 5.40 of 1.33 per persoon. Heusch geen exorbitante uitgave! In 't algemeen heeft mij de reis met inbegrip van logies te Frankfort en verdere vertering van Elten tot Basel slechts 8 gekost. Allengs verhelderde het zonnelicht de schilder achtige -landouwen, die onze spoortrein doorploeg de. Het oude Freiburjg tn Breisgau had het kost bare maaswerk van zijn beroemuen domtoren in een houten omhuisel gesloten, om het te beschutten tegen de wandalenwoede van vijandelijke vliegoti. gen. Uit de verte wenkten ons de donkere dennen- kegels van het Zwarte-woud een tot weerziens toe Eindelijk naderden wij oen Rijn, de tegenwoord.ge grens tussohen Guitschland en Frankrijk. Gaar lig, dan de Elzas, de voortdurende twistappel tusschen twee Europeesche mogendhedenArm landEen Elzasserin, die ik' te Gavos ontmoette beweerde, dat waar voor den oorlog 90 pet. van de inwoners Eransch begeerde te zijn, thans onder de Fransche overheerscliing 90 pet. naar de oude eenheid met Guitschland terug verlangt. Het berglandschap, wat zich thans aan onze bl.k- ken vertoonde, was teer en intiem van kleuren. De herfst, die hare nevelsluiers had geweven 0111 berg en dal en daardoor de lichtgloed van het zon licht verzwakte had de bosschcn langs de berghel lingen goudgekuiid en met gulden lijnen de om trekken der boomen getcekend. Op de wijnbergen zag men het landvolk de laatste resten van den wijnoogst vergaren, Basel kwant in het gezicht en na ten paar kleine tunnels te hebben dcorraasd en doorrommeld waren wij eindelijk in liet bereik van den Badischen Hahnhof aan deze zijde des Rijns. Het was namidags half 4, terwijl onze trein reeds om 2 uur had moeten arriveeren. Wat stond ons nu te wachten! Uit hetgeen wij te voren reeds hier en daar hadden opgevangen om trent het onderzoek der Duitsche en Zwitsersche grensbeambten, waren wij eenige onverkwikkelijke minuten te wachten. Uiterlijk kalm, maar inwendig met kloppend hart volgden we den menschenstroom naar den uitgang. Het werd ons nug niet eens toe gestaan ceu blik te werpen op onze groote bagage. Eenmaal den uilgang gepasseerd werden wij in een hal als kudde dieren te saam gedreven met een om heining omgeven en door douanebeambten bewaakt. Een voor een mochten we door een nauwe engte de kudde ontslippen om te verschijnen voor een tafel, waarachter een-vijftal Duitsche grensbeamb ten onze passen onderzochten en naar den f.nancioe- leu inhoud onzer portefeuilles informeerden. Men mag niet meer dan 1000 Mark over de grenzen ne men. Wat een tijd en -geduld had het reeds gekost voor wij tot dat eerste onderzoek werden toegelaten; was men eenmaal uit de handen dier gestrenge,hecren ontkomen, dan wachtte u nog eert tafel verder het besnuffelen en doorzoeken van uw bagage. Het eer ste bedrijf der lijdensgeschiedenis is afgespeeld. Ge treedt in een tweede afdeeli-ng waar een Zwitsersch soldaat u een nummer overhandigt. 38 kregg ik. Dat voorspelde dus weer efcn lange wijle wachtens. Be- geerig mag men door!de glasschijven van een deur loeren, die door een jongen Teil op de rij af voor ieder nummer wordt gfeopend en gesloten. Bijzondere voorkomendheid jegens den vreemdeling behoeft gij hier niet te verwachten; de bewoners van het eigen land wippen u vooruit, voor wie dc glazen deur be reidwillig wordt opengezet, niet zoo voor 011s de buitenlander. Onderhand is het over vijven géworden voordat ik word toegelaten. Weer wordt uw pas bc s-nuffeld de inhoud afgeschreven en met eèn avis om u binnen 24 uur op de plaats van uw verblijf bij de politie te melden, moogt ge in eeii anderen hoek uwe koffers weer eens ontsluiten. Is hier geen- moeilijk heid ontdekt, dan staat gij vrij op den vrijen grond der Schweiz. Snel expedicerde ik mijn bagage naar het slation Landquard, begin van den Rhatischen spoorweg, die mij naar liet hoogdal Davos brengen moet. Ondertusschen zijn ook de overige reisgenooten vrij gekomen. Zonder lang toeven wordt de ti am ge nomen naar den anderen Rijnoever en het Centi aal station; de heeren studenten moeten nl. me den trein van 6 uur naar Bern vertrekken. Een 'kort en harte, lijk afscheid bij het vertrek en ik stond alleen in Bazel. Het ontvang-apparaat kan ook zeer goed in een auto geplaatst worden en het -is mij gehikt, ter wijl de auto met een flink gangetje reed dc muziek van de gramafoon te hooren! Zoodat het technisch* reeds mogelijk is geworden, met een auto door de stad rijdende, draadoos-telefonischc verbinding met een bepaalde plaats te onder houden. Telefoneeren zonder draad. De lieer H. Veenst-ra, secretaris der aid Den Haag van de vereeniging voor radio- telegrafie, schrijft het volgende aan de „N. R. Ci'-t," over verrassende uitkomsten welke hier te lande zijn verkregen niet proeven van draadilooze telegrafie. Uit het laboratorium der Ned. Radio-indus trie alhier, wordt tegenwoordig geregeld draadloos get-eieponeerd. Voor dit doel is daar opgesteld een radio-telefo-nie-zendsta- ti-on, voorzien van oen Philips-Ideezet-z-end- larnp. De door deze installatie uitgezonden gesprekken en d-ocr middel van oen graino- fc-cn gereproduceerde muziekstukken zijn op een ontvanginrichting, voorzien van een an tenne, reeds se-dert weken goed-te hooren. Het is mij thans echter gelukt, deze telefo nie ook te ontvangen geheel zonder antenne, n.l. met een eenvoudig samengesteld ont vangapparaat, verbonden aan een draad- raam van slechts 61 centimeter in het vierkant. Tot n-og toe werden deze kleine ra men hier slechts gebruikt voor de ontvangst van draadkozo telegrafie, doch door (-enigs zins gewijzigde constructie blijken zij nok zeer goed bruikbaar voor het ontvangen van draad'looze telefonie, niettegenstaande aan de ontvangst van telefonie meer technische be zwaren verbonden zijn. De pro-even werden gen ■omen met slechts één Philips-Ideczet-ontvanglamp, zonder eenige verdere versterking. De muziek van de gram-ofoon op het zendstation is duidelijk te hooren, zelfs rn-et de telefoon op eenigen afstand van het oor. Ook is het mogelijk dc stern van dengeen, die op het zendstation in de microfoon spreekt, g-oed te herkennen, hoewel liet zenden met betrekkelijk kleine energie geschiedt. De geheele ontvanginrichting kan zonder meer op een klein salontafeltje geplaatst w-cr den en is op een willekeurige plaats iu huis te gebruikoii, terwijl deuren en vensters ge sloten zijn. TIEN MIN TIEN. Onderwijzer: „Hoeveel, Knikke. meijer, is tien min lien?'' (.Ge jon gen antwoordt niet.) Nou? Als je een dubeltje in inv zak hebt cu ge verliest het, wat hebt ge can in uw zak?" SCHOGLHUMOR Onderwijzer (die het verschil tus. schcn de roos en het viooltje uit legt). „üiel je een statige, mooi. ge-Kieede dame voor, die met trots opgeheven hoofd taugs de straat loopt en r-chts noch luiks ziet. Dar ij ue roos. Acluer haar gaat een klein wezentje. Niemand kijkt het aan, liet laat bescheiden het kopje hangen. Wie is dat nu?" jantje steekt verheugd den vin ger op. „Gat is haar man." TROEF. Anna, dochtertje van een lccraar aan 't gymnasium: ,,Moe, Betje van den bakker heeft gezegd, dat vader een boe kenworm is." Moeder: „En wat heb je haar toen gezegd?" Anna: „11c heb haar gezegd, dat haar vader een meelworm is." EEN FONOGRAAF. Jan: ,Ileb je de fonograaf van meester Filips al gezien? Een reus achtige spreekmachine!" ,,Piet: „Het zou wat! Sinds meer dan een jaar heb ik' nog een veel grootere.'1 Jan: „Zoo! En wat heb je er voor betaald?" Piet: „Niets! Ik ben er mee ge trouwd!" AAN DE GRENS. Beambte tot een reiziger, wiens gezicht opgezwollen is van de kies pijn: „Doet u eens even den mond open." Dljzig üangdc het over het laad, oen groot pi.nnewebber van grauwen nevel liiing op die boomen, maar de morgenwind wischtc met trialsohe vegen al dat weefsel weg. 't Regende wat in den voormiddag; eon en- ikele bui en dan brak de schocne zomerdag Idoor, met zijn gouden zomerzon, die haar gelaat te spiegelen zat in de waterplassen, als een rond licht, of als kleine vuurvonken in i-ederen drop. 't Was overal zon, overal dag, overal schoon, 't Klepte middag -over de stro-odaken, waarop groen mos en huislook opkropen en over de afgewassehen rood-e pan huizen. Pas middag: hoe langzaam wil 't vandaag vooruit. Al zo-olang had hij rondge slenterd op het erf zonder iets te doen. 't Was net of hij droomde en dat deed hij, want de middag zat hem in den kop. In do laatste boerenhofheg langs den zandweg ihield -en klapekster haar nest en in klom? ipeumakers kanadasehen wist hij 3 kraaien nesten zitten en in d-e kn-otwilligendreef hield een bijem-eeske: daarover droomde hij, 'Poeren Driesko met zijn donker kopke en zijn -a- latere oogen, die den hof iustaardeu op do anoesstronken, waar-op knolmeezekes pinkten en piepten en naar de rupsen pikten. Hij slenterde d-en stal in en schoof eenige rieken klaver voor de kalveren en ho-kkolin- gen die niet naar de wei waren en dan klot ste hij op zijn klompen het voorhuls in, waar de arbeiders on 't vrouwvolk, met zijn bloot-o, bruingebrande armen, al aan den middag za ten. Hij ging zitten eh bad zijnen Vader-Ons. Pauwke's Hein ging ook mee vogelkes zoe ken, zei hij en dan begon hij zijn aardappels I pikken uit de groote kom en at maar door, urn te eerder weg te zijn. Eerst de hennen voeren, Drieske." -Iet ecu schep haver gaat hij de achter deur uit, en strooit de korrels ron-d. Den kop vooruit, 't lijf voorover, komen de hennen op baar kippedrafken aangezet, met uitgestrekte Vleugels, •de zwarte kan Drieske niet lijden; die ®chiet altijd voor 't grijze klokhenneke. „S-o" rR-'Pi hij en stampt op den grond. Ge kippen springen kalf-vliegend uiit een, othen even, en dan komen ze weer bij- IgCioopen. en ze staan weer met de koppen op en neer te bewegen en te pikken, zoo gauw hunnen en vlijtig eten ze dóór, zonder «-? hjjken nu en dan even klikkend. En "fpt hij de achterdeur toe, dat de hen- maar plnwV >v!iesren en huls- uit. recht Hen zandweg." derde WemhTlte tfear?06lt geleund staart Helm foehbon l^dpuï w®ohten. Ze stappen aan; ze (Slot volgt)- Hooi'dbreke-nsweiik ïs 't om uit die lijsten mot .wo-ordjes wijs te wonden. Ten oers-te i-s het ai ge-en kleinigheid, als jelui .weten, d,at er maar eventjes zoowat 'n 'tweehonderd neefjes en nichtjes aan den wedstrijd deelnemen. Maar -erger wordt het nog als men weet, dat er een boel zijn, die veel meer woord jes opgaven (jan met de meest mogelijke moeite uit het woord „vredesduif"' te ma ken waren. Er zijn verscheidene lijsten met 120 tot 150 of 160 woordjes, waarvan er d.an soins zoo'n öO tot 80 van moeten worden door geschrapt omdat ze niet goed zijn, omdat het geen „HolLandsehe" woordjes zijn of omd,at eenzelfde woordje twéé- id;rie- of vier maal in lijst gebruikt werd, of omdat liet woordje eigenlijk lieelemaal geen woordje, laat staan "n Holilandgcli woordje was, enz. enz. - L Ik heb hier voor mij liggen 'n stuk of vijf lijsten met omstreeks 175 tot 180 woord, jes, iedier en na beoordeeling heeft do grootste lijst nog maar 81 woerdjes over; een lijst van meer dan 180 woordjes hield er nog.66 over. Jelui kunt begrijpen wat 'n reuzenwerk het is dit allemaal uit te zoeken en dus ook dat het nog wel een paar dagen zal duren eer ik er mee klaar kom. Gelukkig, d,at wij verleden week maar weer om d,e-n haard zijn gaan zitten, want het zou in 't prieel nu toch zeker wed te koud zijn geworden, vo-oral met zo-o'n werk je aLs liet uitzoeken van woordje-s. Wel te rusten! OOM KOOS. Stukken en brieven, voor mij bes-teimd„ moeiten gezonden worden atm <lc Redactie van de Kinderkrant, Hof 6, te Alkmaar en aan geen ander adres dan dit. Denkt allen aan de verhoogde posttarie- ven: op brieven moet een postzegel van 7Va en op briefkaarten een van 5 cent en op prentbriefkaaarten (als drukwerk) een van l'/s cent. •s-MENSCHEN LEVENS VRIEND, Elk menseh voeet met zich in-ee Een waren vriend door 't leven. Gods wijze goedheid heeft Dien vriend hem meegegeven. 'J Hij waakt voor uwe deugd: Uw eer, uw mensehen waarde, Zoo luister naar dien vriend, 1 Geen beter hebt ge op aarde. En vraagt ge n zeiven af: Hoe mag die vriend dan heet-enl Dan spreekt uw eigen hart: Die vriend is,uw geweten. WAT MEN DOOR DRANK VERLIEST- De dronken man verliest, wat wij-zen meest betracht-en-. Den toom van zijne tong, den draad via 11 zijn gedachten Den stoun van zijnen voel, en d-e oer van zijnen naam, Den vrede van zijn hart, de sterkte vau zijn leven, Den luister van zijn jeugd, den glaas van zijnen faam, En bovendien moet hij .Voor ceuw'gc straffen beveu. IN EEN HOTEL. Kelner tot ga-st: Wat blieft u. Gast: Noem maar op, wat hebt go al zoo? aelner: Ossen-tong Gast: Bah! Dat hangt mij nu al mijn keel uit. Kelner: Hoe kan dat nu, u is toch geen os? (Ingez. door Jan P., to Alkmaar.) ZIJN BEROEPSKEUZE. Vader (boos): Jongen, Karei, wat slen ter je toch altijd langs den weg; wat moet je toch in de toekomst worden?.. K-a-rel: Ik wil poiitie-aglent worden, pa. DE ZIJWORM. Ond.ei'wijzerJetje, van welk geslacht is do Zijworm? Jetje:- .Vrouutvelijk, meester! Onderwijzer: Hoe weet je dat zoo dadte- Rjk? t Jetje: Anders was liet immers Hij-wcrm. PHILOS'OOP IN DEN DOP. Kleine Jo heeft inoeie-lijkhcid en vraagt mama om uitleg: ,;Ziet u ma 's avonds als ik geen slaap heb, cfaii roepen ze a.le- maal: Jo, naar bedl En als ik 's morgens lekker slaap heb, dan roepen ze allemaal: Jo, d'r uit!" HAAR LOON. L „Welk groot loon verdient gij hier wei) zuster?" vroeg een Anglicaansch heer aan een gastiiuiszuster, die bezig was eene af schuwelijke wonde van ceu armen grijs aard te zuiveren en te veroinden. „Welk loon mijnheer?'" glimlachte dje en gel van liefdadigheid, hier ni-ets maar daar boven in d.en Hemel 1' „Hoe hi-er geen Loon? Maar lioe hpudt ge dat te miaden dezer ellenden vol?"' D-e zuster leidde hem naar den ingang der kapel, en hem het Tabernakel wijzend, sprak zij stralen van geluk: „Daar woont onze kracht!" UIT DE SCHOOL. Schoolopziener: „Nu laten we een-s hooren, wat de jongens geleerd hebben. Wie uwer kan tot tien tellen!" Frits: „Ikeen, twee, drie, vier, vijf, zes..." Schoolopziener: „Goed, jongen: Hans, ga jij eens loor." Hans: „Zeven, acht, negen, tien, boer, vrouw, heer aas.' UIT DE SCHOOL. Onderwijzer: „Hoeveel is de helft van een zesde, K-laas?" Klaas: „Maar een heel klein beetje, mees ter." PORTRET DER SCHOONMOEDER, I'ortretephilder: „Ik verzker u, mijnheer, het portret uwer schoonmoeder zal spre kend gelijken." Heer: „Sprekend? Dat is geen kunst. Ik wilde, dat ge haar z w ij g e n d kondet voorstellen." AFDOEND. Huisheer: „Zoo, is je moeder niet thuis en heeft ze vergeten d-e huur klaar te leggen? H-ce weet je dat?" Do-chtertje: „Omdat moeder het zelf ge zegd heeft?" HIJ DOORSTOND DE PROEF. Een koetsier had de gewoonte op erger lijke wijze te vloeken. Op zekeren dag nioest hij iemand rijden, die den koetsier goed ken de. Deze. in zijn grooten afkeer van het vloe ken. zeido hii het instappen: „Ik m-net m-tv N., blijf daar ongeveer een uur en keer dan weer terug. Ge krijgt van mij twee kwar tjes fooi en als ge onderweg in het geheel niet vloekt, geef ik er nog een kwartje bij." Voor een kwartje kon hij het vloeken wel laten, zoo dacht onze koetsier en inderdaad hij doorstond de proef. Zwijgen is een geneesmiddel voor onaan genaams en menige dwaas gaat zelfe voor wijs door als hij zwijgt. De vogel bouwt zijn nestje Bij beetjes tegelijk; Zoo werden ook de menschen In vroeger dagen rijk; De vogel-s doen nog al-s weleer, De menschen in 't geheel niet meer. Ach, dat men den tijd niet kan doen stil staan op bet plechtige uur der H. Commu nie, dat. uur van rust en onschuld. Ik wil postzegels ruilen voor andere vreemde postzegels. Ik heb er 9 van België, 7 van Denemarken, 9 van Zweden, 3 van Noorwegen, 17 van Duifcsehland, 10 van Beieren, 12 van Frankrijk, 16 van Engeland, 2 van Engelseb-In-dië, 1 van Straat Stelelle- man, 6 van Italië, 5 van Spanje, 2 vtn ëed. Indië, 6 van Oostenrijk, 1 van Brazilië, 5 van Zwitserland, 1 van Japan, 9 van Amerika en 2 van Egypte. Jan Plas, Payglo® 15 Alk maar. Evert Z. te Heer H.waard. Zeg dat wel Eef, ik keek er van op. Ik krijg weer volop nieuwe neefjes en nichtjes er bij. 't Is een lieve lust om te zien en dus vond ik wel leuk er een uit den Laanweg ook te ontmoeten. Pia v. G. te Haarlem. Ik help het je wenschen, Pia. En ik geef toe: je hadt evenals wel bijna alle maal uitstekend je best gedaan; maar ze waren toch niet allemaal goed en bovendien waren er ook. verschillende dubbele bij Jan P. te Alkmaar. Wel, wel, jij heb 't druk gehad met al je brief jes. Dank je voor je „grapje", hoor Jan, ik zal 't 'n plaatsje geven. Zeg Jan, ben jij zoo zenuwachtig als je schrijft? Weet je wat, je moest mij maar alle weken of tenminste om te twee weken een briefje schrijven en dan goed je best doen om 't mooi tc schrijven; je schrijft maar over je broertjes en zusjes als je ze hebt en over de school en de lee-- ing, enz. enz. Dag Jan, goed sue. ces, ook met je rnitbriefje; je schijnt goed in de vreemde postze gels te zitten. Houdt je zoo van postzegels verzamelen? Johanna v. 't H. te Hoorn. Dat was me een aardige ontmoefting net weer zoo'n nieuweling. Ik ben al verlangend naar je volgenden brief. Dina K. te Assendelft. Dat is juist wel leuk als ze je er mee pla gen, vindt je niet? Doe maar liet als ik en trek je er maar niets van aan. Dag Dina. Johannes A. te Noordwijk. Nou, Johan, dat geloof ik' ook, dat je ver- 'trouwen wel wat te groot was, [waar je al zoo spoedig al den uit slag tegemoet zou willen zien. Maarx -toch ik zal mijn best doen en wie W«et tref je het dan nog wel. lAl- leen maar.... je moet nog 'n ge lukkig lot trekken. Dag John. Sophia E. te Haarlem. Jelui mo gen alle vier meedoen wanneer je-« lui tenminste alle vier 6 jaar zijn. geweest en nog geen 16 jaar heb ben bereikt. Om dit te kunnen $e- oordeelen moeten jelui altijd je leef tijd onder je briefjes zetten. Het v. R, te Lisse. Dank' je wel voor je goede wenschen; zoowaar! iik wou ook dat jij goochelen kon! Dag Piet. 1 Anna H. S. te HaringcarspeU Kom kind, heb je daarvoor |m oog lex tra durf noodlg? Nu ben je dj toch overheen denk ik en -dm M je nu altijd mee, hè?, j 'llli-1 i-n-fU-T 11

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1919 | | pagina 5