a..IC NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR NOORD-HOLLANS
BUITENLAND
No. 28
Woensdag 4 Februari 1920.
14e Jaargang
...t. administratie 433.
Onze toekomst.
FEUILLETON.
Het witte huis.
BLAD
Abonnementsprijs:
Per kwartaal: per agent f 2.15; met geïllustreerd
Zondagsblad f 2.60; franco per post f 2.50; franco met
gJÜl nstreerd Zondagsblad f 2.95; afzonderlijke nummers
Tan de courant 5 ct.van het Zondagsblad ct.
Verschijnt dagelijks.
BtsreanxHOF 6, ALKE¥BAAR. Telefcon. redactie ess.
Advertentieprijs:
Van 1—5 regels i 1.elke regel meer i 0.20;
Rec'ames per regel f 0.52^ Rubriek .Vraag en aan
bod" per plaatsing f 0.50.
Aan alle abenné's wordt ep aanvrsEg gratis een polis verstrekt, welke hen verxekert tegen ongevallen tot oen bedrag van t 500, f 400, t 200, f 100, f SO, f So, f la.
Wanneer men gedurende den oorlog v.er-
scbiltende menschen sprak over de toestan
den, welke zich uit den oorlogstoestand
Ontwikkelen zouden, als eenmaal de wape-
'oen weer zoutten rusten, dan blaken de
meeningen daaromtrent zeer verdeeld.
't Waren echter vooral drie meeningen,
"welke verkondigd werden.
De eerste meening was die der optimisten:
dat zoodra de oorlog maar eens ten ein-
Üe was de normale toestand vanzelf weer
terugkeer en zou na betrekkelijk korten tijd,
want ochzoo werd er geredeneerdzoo-
'dra is de ooi-zaak van het abnormale niet
Weggenomen of snel verdwijnt ook de ab
normaliteit: zie maar eens naar den handel
in schaarsche artikelen: zoodra komt er van
dit of dat niet wat meer voorraad.of de prij
zen dalen en er komt meer evenwicht.
De tweede meening was die der méér le-
yenservarenendat ook na afloop van den
oorlog de abnormale toestanden nog ge-
ruimen tiid zouden aanhouden, doch dat al
les zich geleidelijk wel weer zou herstellen;
de wereldproductie zou nog wel eenigen tijd
te gering blijven, doch als er weer voldoen
de geproduceerd kon worden, dan was het
leed geleden; al kregen we dan ook de
oude gemoedelijke toestanden van vóór den
Oorlog niet meer terug: het nieuwe leven zou
ons spoedig weer tot oen normaal leven
worden.
De derde meening was die der pessimis-
ien; dat de oorlog voor de wereld-econo
mie nog geweldige rampen na zich zou slee
pen; de pessimisten in dit geval wanen
lover t algemeen de meer-intellectueelen.
groot-industrieelen en bankiers, die zidh
door hun studie of hun bedrijf sen ruimen
■blik over de wereld en haar handel en wan
del hadden eigen gemaakt en meer dan
eenig ander sterveling uit het verleden de
toekomst kondien voorspellen.
Hun meening luidde: Aanstonds na den
^orlog zal 't nogal losloopen met de ellen
de: zoolang men 'bepaalde toestanden en
omstandigheden als abnormaal beschouwt
enaanvaardt, in het besef, dat 't mo
menteel ,nog niet anders kan, doch dat 't
zóó toch niet zal mogen, noch kunnen voort
duren. zóólang zal 't met de na-weeën
van den oorlog noga! schikken; doch, o
iwee- wanneer 't zaak wordt, het leven
noodgedwongen weer te pormaliseeren
l(zij het ook in geheel' gewijzigde omstan
digheden), dan eerst zal 't blijken, dat men
noch vóór. noch achteruit kan. dat er
ten catastrophe voor de deur staaf, voor ons
land welhaast nog erger dan de oorlog zelf.
Wanneer we heden ten dage eens nauw
lettend om ons heen schouwen in het econo
misch leven, wanneer we vooral nagaan,
Van welken fatalen invloed de lage .standen
der buitenlndsche valuta op onzen ('bui-
ienlandschen) handel zijn, en we blijven
bovendien niet doof voor de uitspraken van
de groote economen onder ons, dan moet
het ons wel duidelijk worden, dat de hier
boven weergegeven pessimistische de mees
te juiste van alle drie is geweest.
Herhaaldelijk, tot vervelens toe, hebben
*uj het sedert het einde van den oorlog ver
kondigd
Zóó als wij thans reilen en zeilen, zóó
als wij thans voortgestuwd worden door den
telkens nieuwen drang van de elkander op
volgende oogenblikken, zóó komen we nim-
5ter. waar we wezen moeten, zóó bereiken
wij nimmer het nieuwe, het meuw-normale
«even.
Er zal een overgang van 't abnormale in
het normale ontdek) moeten worden; men
«:al houvast moeten krijgen, óf wel aan le-
Vensloon. óf wel aan levenskosten, en wij
gewaagden reeds van op- en afgaande loo
tten (in verband met de in crisistijden wis
selende levenskosten), we klampten ons vast
aan billijke, doelmatige bestrijding der
duurte, aan radicale beperking van te groo
te winsten, kortom, aan alles, wat min of
meer effectief een nieuwen evenwichtstoe
stand zou kunnen scheppen.
Inmiddels gebeurde er echter hoegenaamd
niets, dat in die richting zou kunnen wer
ken, en huiverend voor de onzekere, fa
tale toekomst werden wij niet moe te her
halen: Zóó gaat het niet langer!
Toen is er geleidelijk „teekening" gekomen
in den groot-econoauischen toestand: van
uit de verte hebben wij de malaise zien na
deren.
Onze binnenlandsahe welvaart, welke ten
nauwste verband houdt met de kapitaal- en
koopkrachtigheid van het buitenland, is er
geducht onder gaan lijden, dat het buiten
land tengevolge van lage valuta-standen
niet koope.n durfde en niet koo-pen kon:
De Nederlandsche kooplieden blijven
dat wordt hun met den dag duidelijker
met hun waren zitten.
Een en ander heeft nu reeds tot gevolg
gehad, dat in 't binnenland eenige waarde
vermindering oftewel prijsdaling te consta-
teeren viel: hier en daar werden boerderijen
verkocht tot prijzen, welke beduidend laag
waren in vergelijking met prijzen van en
kele jaren terug; het vee werd goedkoo-
per, enz. enz. en menigeen juichtt
Te vroeg! naar wij meenen.
Te vroeu en zonder reden!
Immers: voor zoover bepaalde waarde
verminderingen of prijsdalingen het gevolg
waren van gebrek aan koopkracht in het
buitenland (en niet het gelukkig gevolg
van woeker-verdwijning), zijn die prijsdalin
gen en die waarde-verminderingen geens
zins gezond en kunnen zij slechts een ge
weldige malaise aankondigen.
Hoe zol het verloop zijn?
Producten zijn er in ons land genoeg aan
wezig en men heeft aan de arbeiders steeds
hoogere loonen uitgekeerd Ln de veronder
stelling, dat het buitenland die producten
tegen behoorlijke prijzen zou blijven afne
men.
Nu deze veronderstelling echter niet juist
blijkt, nu onze fabrikanten met hun artike
len, onze landbouwers met hun grondpro-
ducten blijven zitten, nu wordt het overbodig
ongewenscht, ja, velen onmogelijk, nog lan
ger te produceeren, patroons zullen fail
liet gaan en arbeiders zullen werklo'ös wor
den.
Kan men zich een grooteren nationalen
ramp indenken dan faillissement van den
patroon en werkloosheid van den arbeider,
en dat alles op groote schaal!?
Daaibii komt, dat men 't er van revolu-
tionnaire en socialistische zijde op aan ligt,
de ongelukkige toestanden, die dan zullen
komen te heerschen, uit te buiten tot ver
bittering der gemoederen, tot ophitsing, tot
revolutie.
Reeds schreef de „Tribune";
„De crisis komt
Doodsbenauwd is de bourgeoisie.
Wij deden den angst der bourgeoisie,
niet. Wii wisten, dat de groote crisis ko
men zou en wt hebben er den arbeiders
geen geheim van gemaakt.
En nu de crisis komt, nu de crisis er
is, herhalen wij. wat wij steeds gezegd
hebben: alleeen de felste strijd tegen de
bourgeoisie kan ons redden, de strijd die
niet alleen directe en kleine voordeden
beoogt, maar de strijd over de geheele li
nie tegen het kapitaal, om het de macht
te ontnemen.
Moge een groote, zooveel mogelijk ar
beiders omvattende stakingsbeweging in
dit land daartoe de eerste aanloop zijn."
Zoo ziet men: wanneer eenmaal de ramp
zalige stonde zal zijn aangeroken. wanneer
alle burgers van Nederland méér dan ooit
één zullen moeten wezen om den .nationalen
ramp zoo niet te kééren. dan toch zoo
beperkt mogelijk te houden, dan zullen de
treurigste elementen, onzer samenleving ge
reed staan, om dien ramp zoo gróót, zoo
erg mogelijk te doen worden voor land en
volk: algemeene staking wordt daartoe
reeds als het eerste hulpmiddel genoemd!
Wii vragen in gemoede:
Waar moet dat heen?
Geen econoom, hoe kunstig en hoe levens-
ervaren ook, kan voorzeggen hoe juist de
toestanden zullen ontwikkelen uit de heden-
daagsche onzekerheid; er zijn te veel du
bieuze factoren in het spel, dan dat thans
uit verleden en heden een toekomst afgeleid
zou kunnen worden, zooals men die eenmaal
„normaal" noemen zal.
Doch dat staat voorop: dat wij onver
schrokken de crisis tegen moeten treden, dat
wij den ernstigen wil moeten hebben, als
krachtige menschen de crisis te doorstaan,
te trotseeren, om eenmaal God geve het-
gelouterd tot betere menschen uit den
crisisstrijd te voorschijn te komen.
Pal zal de overheid moeten staan tegen
over iedere poging tot orde-verstoring; im
mers. krijgen eenmaal anarchie en wahorde
de overhand, dan valt er niets meer te red
den van wat er thans T zij wellicht ook
met groote moeite nog te redden valt,
dan ziin we hopeloos verloren, dan zal de
oplossing van de thans nog niet te cver-
ziene moeilijkheid zich steeds verder van
ons verwijderen.
Zeer moeizaam, lange jaren zwoegend,
zuilen de volkeren van de door den oorlog
uitgeputte landen zichzelf weer rijker aan
producten kunnen maken.
Op déze wijze en,niet anders zul
len zij hun kapitaal- en koopkracht weer
kunnen doen groeien en zal het econo
misch overzicht tusschen de verschil
lende landen hersteld kunnen worden
tot heil van allien, tot welvaart van heel
Europa.
God moge inmiddels de oogen der Re-
geeringen openen, opdat zij zien door mid
del van welke maatregelen de crisis zal
zijn te verzachten, zóó, dat liet economisch
leven hier en elders zoo veel mogelijk in
stand büift of weer opgewekt wordt en de
meiischheki althans, zoo weinig mogelijk
leed te lijden krijgt.
DE UITLEVERING DER DUITSCHERS.
De lijist der oorlogsmisdadiger®, wier
uitlevering; gevraagd wordt, is bedien mot
een begeleidend schrijven aan von Les,nor
aangeboden.
De Opperste Raad heeft besloten dat de
lijst hie,r niet zal worden gepubliceerd.
Behalve de namen, d-ie op gezag van de
„Echo d© Paris" ziin gemeld, bevat de lijst
de namen van den kroonprins, waarvan di
uitlevering door Duitsehland van Neder
land zal moeten worden geëischt, prins
Eitel Friedrioh, Hindenburg, Ludisndorf
en een groot aantal namen.
Men verwacht hier groot verzet van de
zijde der Duitsehe re,geering en de confe
rentie der ambassadeurs zal er dus waar
schijnlijk toe moeten komen de gevolgen
eenier weigering ondeir de o-ogen te zien,
Nietttemin büift men vastbesloten de vol
ledige uitvoering van het verdrag op dit
punt en andere punten te eischen.
Onder de uit te. leveren schuldigen
wordt volgens een Havas-bericht ook ge
noemd Bebbinann-Ho 11 weg', die door Bel
gië zou worden opgeëischt.
De „Matin" vertelt nog, dat de lijst 890
namen omvat. Ruim 300 zijin door Frank
rijk; vastgesteld, ongeveer evenveel door
België en een honderdtal door Engeland.
Van de andere beschuldigden wordt de
vervolging gevraagd door Roemenië,
Servië, Polen of Italië. Het blad noemt be
halve die reeds vernielde namen die van
von Falkenhayn, den voorganger van Lu-
dendorff; verder prins Oscar van Pruisen
eu voorts, door Engeland geëisclit, de al-
mlraals von Tirpitz en von Scheer.
DE TOESTAND IN RUSLAND.
Gisteren is, volgons een draadloos tele
gram uit Moskou, de vrede tusschen Est
land en de Sovjet-republiek geteekend.
Volgens een telegram aan Central News
heeft Polen zijn militaire toerusting- tegen
Rusland, die plannen omvatte voor e,en gc-
lijktijdigén aanval op St. Petersburg- en
Moskou, gestaakt.
Het ministerie van oorlog te Washing
ton heeft bericht ontvangen, dat de revo
lutionairen Wladiwostock zijn. binjnenge-
ru-kt.
Een verlaat telegram uit Tokio aan de
„Westminster Gazette" meldt, dat reeds
den 29en Januari de Boljeiwiki de verbin
ding te Nik-olsk hadden doorgesneden,
waardoor Wladiwostock volkomen geïso
leerd was en dat de Japamsohe troepen
niet tussehenibeide kwamen.
Beweerd wordt, dat tusschen Amerika
nen en die B-olsjewiki berichten zijn gewis
seld voor de Bolejewiki tot den aanval
overgingen.
Er zijn aanwijzingen, dat -de troep-en van
admiraal Koitsjak, die bij Nikolsk lagen,
zich bij de Bc-lsjewiki hebben aangesloten.
Officieel wordt medegedeeld, dat Bolsje
wistische agenten aan wie het overbren
gen van berichten omtrent- een wijd ver
takt revolutionair plan tussohen BeiTijn-
soyjet-Rusland, wordt geweten, hebben ge
reisd op valsebe passen. De passen noem
den hen als verbonden aan bet RBfad®
Kruis.
Be D-uitsche onafhankelijke eo-oia,list-en
ouden trachten de regeeriug omver te
werpen, geholpen door Lenin.
HANDELSBETREKKINGEN TUS
SCHEN ENGELAND EN OOSTENRIJK.
VieT en twintig afgevaardigden van de
Oóstenrijks(?he Kamers van Koophandel
zijn te Londen aangekomen. Hun bezoek is
niet officieel, maar is toch door den Brit-
sejh-an handelsoommissaris te Weenen ge
organiseerd. Het bezoek zal ongeveer drie
weken duren.
DE TOESTAND IN IERLAND.
De „Star" meldt dat onder de winkeliers
in midden- en west-Ierland een beweging
gaande is oni de Ulster-fabrikanten to
boycotten, als de schei-ding, zooals die
voorgesteld wordt in Lloyd George's Ho
me Rulo wetsontwerp mocht worden aan
genomen.
Er wordt een groote nationale betooging
voorbereid.
DE AMERIKAANSCHE SENAAT EN
HET VREDESVERDRAG.
De republiikeinsche en democratische
leiders kondigden voorstellen aan oni het
reglement van orde buiten werking te
stellen teneinde de volgende- week het vre
desverdrag opnieuw in den Senaat te kun
nen bespreken.
GERSEMGDE BUITEHL. BERICHTEN,
Communisten gearresteerd.
Maandag werd te Berlijn een vergade
ring van communisten ontbonden door de
veiligheidspolitie. De deelnemers, 130 man
ne». en 8 vrouwen werden naar het hoofd
bureau van politie gebracht, waar zes
vrouwen op vrije voeten gelaten werden.
Onder de gearresteerden zijn verschil lende
aanvoerders van de communistische partij
in Duitsehland en enkele vreemdelingen,
van wie een deel in het bezit was van val-
Gche papieren.
Volgens een telegram uit Genève, zal
het internationale posteongres het tarief
voor huitenlandsehe brieven vermoedelijk
verhoogen tot 20 cents en dat voor brief
kaarten tot 10 cents.
De Amerikaansch-» vlieger-luitenants
Davis en Grimes ware;: Woensdag 1.1. ia
de noodzakelijkheid geweest, op Mexi-
caanseh territoir een nood-landing te ma
ken. Zondag werden zij in vrijheid gesteld]
en zij zijn bij Laredo de Rio Grande overs
gegaan en zoodoende weer op Amerir
kaan sell gebied teru ggekeer d.
Wegens weigering van de bootwer
kers te Havana om de staking op te hef
fen, die reeds wekenlang het werk in da
havens had stopgezet, heeft de President
voor den d'uur van 60 dagen de oo-nstitutio-
neele waarborgen opgeheven.
Ia de school voor adelborsten te. Mue-r-
wi-ck moest gisterenmiddag op bevel vaal
ecu Pransch officier een Franisehe afdee-
ling, 'bestaande uit een sergeant en twaalf
man, het daar aanwezige beeld van Blü-
ehe.r afkomstig van. het oorlogsschip
Bliicber stuk slaan en o-p de mestvaalt
werpen.
Da OostennjKscho minister van Fi
nanciën, dr. Reisck en de minister voor de!
voedsel voorziening zijn naar Parijs afge
reisd. Aan vertegenwoordigers van da
pers heeft Br. R. verzekerd dat getracht
zal worden van de Commissie tot Herstel!
het voorschot op de be-oogde vei-wachting,
van het tabaksmonopolie tot betaling van
levensmiddelen te verkrijgen. Verder doel'
van de reis is het afsluiten va,n een lee
ning van 65 millioeu Hollandsthe guldens
in Nederland.
Een groote dichte vrachtauto doet eiken
dag dienst om arbeiders van de scheepsbouw-i
werf te Portsea (Engeland) naar hun woon
plaatsen buiten de stad te brengen. Dezer d-agenl
was dc bestuurder even van dien bok geklom
men. Terwijl de auto daar onbeheerd .-tand',
sprongen er twee vagebonden op -en gingen er
mee van door. Zij stuurden de auto een zijwes
op en stapten daar af, om den bult er binnen
te onderzoeken. Tot hun schrik, ontdekten zij'
dat zij binnen vol met mannen was, die de twee
dieven fluks bij d'en kraag pakten en hen te
Vareham aan de politie overleverden.
Thomas Raine Munyard, een autobestuur
der, die vroeger in dienst van koning Eduard'
is geweest, stond Maandag in Spöithorne
terecht, omdat hij zijn auto bestuurd zou hebbenl
op een manier, die voor het publiek gevaar op
levende. 'De auto was met e-en zware vracht
auto in botsing gekomen en had eenige schade
aangericht. Thomas verdedigde zich met te zeg
gen, dat hij stellig niet onvoorzichtig had ge
reden. Hij had den Koning, graaf Haig en
maarschalk Foch in den oorlog gereden. In
1907 ook den gewezen Duitschen Keizer.
De advokaat: Jammer, dat er toen geen nood;,
lottig ongeluk is gebeurd. (Gelach).
De magistraten waren nochtans van meening.
dat Thomas ni-et goe-d uitgekeken had en be
boetten hem met 5 pond.
Fijngevoelig was die Engelscbc rechter nu
juist niet!
Het transportschip „Main1', dat Maandag
te Plymouth aankwam met ongeveer duizend
naar hun land terugkeerende Duitschers, had ge
durende de reis aan boord honderd en vijf tij
gevallen van influenza. Twee Duitschers wa-en-
overleden. De „Main"' zette de reis voort naar
Rotterdam.
In Duitsehland vrerden maatregelen vooi\
bereid tot steunverleening aan die firma's ir
den groothandel, die tijdens den oorlog credie-,
ten in liet buitenland hebben opgenomen en,
tengevolge van de daling van d-en Marken-koers
bij de terugbetaling dezer credieten in moeilijk
heden kunnen geraken.
92
Toch had de waardige man een in
vloed op haar verkregen, die, ging het dan
ook langzaam, haar eenmaal van hare
verkeerde meeningen zou genezen; want er
was reeds veel van haar verkregen, dat haar
afkeer van datgene wat de oppervlakkige
protestant beeldendienst noemt, endelijk over
Wonnen was.
De ijverige priester liet er, zooals men zegt,
geen gras over groeien, hij zond, volgens zijn
beloften, den anderen dag het kruisbeeld en
als wilde hij haar stilzwijgend herinneren aan
het gebed dat zij hem beloofd had dagelijks
Eïlend naar den Hemel iop te zenden, had
er een bidbank bijgevoegd, welke door
lijkheid van vorm en fraai borduurwerk
Üitmuntte, wat zoodoende iedereen morgen
en avond noodzakelijk haar aandacht trek
ken moest en haar dus onophoudelijk herinne-
len aan hetgeen zij had beloofd.
Het kruisbeeld, dat de pastoor met opzet
'fonder eenige bedekking over straat liet voe-
jfen, werd door een man gedragen, terwijl een
'tweede de bidbank droeg. Dit braeht bij me
vrouw Traumbach geen geringe ontsteltenis
teweeg, en weder,maar nu toch voor het laatst
kwam de kleingeestige gedachte bij haar op:
Wat zullen de menschen daarvan zeggen
Zij was in die oogenblikken evenwel helder
genoeg van geest om in die oogenblikken
evenwel helder van geest om in den toeleg
van den moedigen priester de beste bedoe
ling te zien zij begreep hoe hij haar op een
een gevoelige les wilde geven en zij in het ver
volg, nu zij waarlijk gelukkig wilde zijn, alle
vrees voor menschelijk opzicht had tc vermij
den.
Het kruisbeeld was van indrukwekkende
grootte. Het eigenlijke kruis had volstrekt
niets fraais of sierlijks wat het oog bekoort
het was niet van kostbaar zilver, of van glan
zend mahoniehout, maar bestond uit twee
ruwe balken kruiselings over elkaar geslagen
waaraan men het beeld, zeker van driekwart
levensgroot had gehecht, dat het lichaam
van onzen goddelijken Verlosser voor
stelde. Afgemarteld, verwrongen, ja gekerfd,
zooals de ijzingwekkendste verbeelding zich
dit kan en moet voorstellen, hing het daar,
terwijl de doornenkroon, op liet gebogen
hoofd gedrukt, eenige dikke, ruwe bloeddrup
pels op het verwrongen gelaat en de verma
gerde schouders deed neerzijpclen, welke een
steenen hart zouden vermutrwd hebben. Cla
ra, die zich achter bevond en nadat Martha,
toen er gebeld werd, opengedaan had, eene
buitengewone bedrijvigheid aan de straat
deur waarnam, snelde naar voren, om te zien
wat er gebeurde.
Nauwelijks had zij het zeer prachtigen
kruisbeeld, dat een hevigen indruk op haar
maakte, en de fraaie bidbank aanschouwd,
of zij begreep dat de pastoor beide voor
werpen had gezonden en al had de eerwaarde
mail noch hare meesteres er haar iets van ge
zegd, doorzag zij toch zeer goed wat dit alles
moest beteekenen. Dadelijk was zij als een
bekwaam timmerman met haar hamer in de
weer, en na een stevigen kram opgezocht te
hebben, sloeg zij deze in een der muren van
het slaapvertrek, waarheen bij hetontwaken
het eerst de aandacht werd getrokkenen
binnen weinige minuten had zij het kruis
beeld, met behulp van Martha opgehangen
en de bidbank zooals het behoorde daaronder
ecne plaats gegeven. De slaapkamer van me
vrouw Traumbach was een dier ouderwetsche
vertrekken welke men op de heerlijke voor-
brengselen der oudhollandsche schilderschool
zoo dikwerf aantreffen, zij bevatte geen be
nedenramen, maar het licht viel van boven
door een klein venster in, en Clara had ge
zorgd dat het kruisbeeld zoo was geplaatst,
dat het bij dag den vollen glans van 't licht
opving. Hare meesteres gaf volstrekt geene
verklaring van het verschijnsel en zij was
bescheiden genoeg om niet naar opheldering
te vragen. Verstandiger vond zij het ook de
goede vrouw, die in de laatste dagen haar
weinig zorg had gebaard, maar stil haar gang
te laten gaan, en zoo zag zij iedereen morgen
en avond mevrouw voor het kruisbeeld lig
gen, terwijl zij in stillen eenvoud haar gebeden
te Hemel zond
Bij zijn dagelijkse bezoeken vond de pas
toor het niet noodig haar aan iets te herin
neren; alleen had hij gezegd, toen mevrouw
hem voor zijn fraaie cadeaux (bijzonder werd
hier gedoeld op de mooie bidbank) bedankte,
dat hij zich genoeg beloond zou rekenen, zoo
zij er het gebruik van maakte dat zij hem had
beloofd. Eenige dagen later vroeg hij haar of
zij tegenwoordig nogal lust tot lezen gevoelde,
waarop het antwoord luidde, dat iedere lec
tuur, zelfs al was zij niet zeer ingewikkeld,
haar vermoeide, maar dat Clara nog wel eens
de goedheid had haar voor te lezen.
Hierop overhandigde de pastoor haar een
door hem geschreven werkje, getiteld„De
Roomsch katholieke godsdienst, voor onze
dwalende broeders en zusters opgehelderd en
toegelicht," waarin al de aanvallen tegen de
biecht afgeslagen, de gemeenschap der heili
gen als noodzakelijk betoogd en de leer er
aflaten op zulk een bondig afdoende wijze
verdedigd werd, dat alle verdere redeneering
van zelf overbodig werd. Hij verzocht Clara
hare meesteres uit dit werkje dagelijks voor
te lezen, en deze vervulde naderhand de haar
opgedragen taak met een innig genoegen; zij
vond in hare meesteres eene toehoordster, die
door hare vrome aandacht hare moeite dank
baar beloonde, terwijl zij zich voortdurend
mocht verheugen in den terugkeer van een
waren zielsvrede, welken zij vroeger nooit
had opgemerkt.
Zoo stonden de zaken toen op zekeren avond
de postbode weder twee brieven bracht, een
aan het adres van Clara en de andere an dat
van Eduard. Men zal begrijpen dat zij van
de hand van Charles waren en met reikhal
zend verlangen in ontvangst werden geno-
Als wij een blik werpen op dien Eduard;
lezen wij daarin, dat de zaken van Charles
naar wensch gingen en hij zich langzamerhand
tehuis begon te gevoelen in een land dat hij
zich in zijn jeugd als een eldorado
droomde, maar dat toch ook zijn schaduwzij
de, had, waarmede men zich op den langen
weg eerst kon verzoenen.
(Wordt vervolgd.)