DERDE BLAD. Zaterdag 20 Maart 1920. Hols en Hof. KUNST Ei KEÜ1S Landbouw ©n Veeteelt Jesus in deri Rof van Olijven. IV. Terwijl ae goedertieren Zaligmaker zich Gereedmaakte aan de mensohen heit hoogste blijk Zijner liefde te schenken in het H. Sacrament des Altaars, maakten de Over- ëkcxi der priesters en de Ouderlingen ds«l tvciks zich op, in den voorhof van dan hoo- -genpriester Oaiphas, om Jezus van Naza reth het hoogste blijk van hunnen hjaat te toornen. Zij beraadsLaagden n.l. hoe zij1 Jezus heimelijk gevangen zouden nomen, om Hem te dooden. Daar komt voor hen ben welkome handlanger opdagen, oeï waardige bondgenoot in het eedgespan. De jjaltan was is Judas g»varen. Hij hsa he: gezelschap veö zitoaa Meester vjariateni, en kwam tot de Overeen der priester, zeg gende: Wat wilt gij mij' geven, en ik zal Hem u overleveren. Met gejuich on hand geklap werd zijn voorstel dooi" die snoo daards vernomen: Welkom in ons midden, ■jfudas. Gij, Zijn leerling, weet voorzeker het beste, waar de Meester vertoeft. Zoo gij ons den gehaten Galileër in liandejn. speelt, beloven wij u dertig zilverlingen;. De prijs der slaven wordt op het on schuldig hoofd van Jezus gesteld; de fainpzalige verrader slaat toe en neemt liet aanbod aan. Van dien tijd af zocht hij1 ©en gunstige gelegenheid o-rn zij'Oen Meester 'over te leveren. Zoneter blikken of blozen had Judas zich wederom bij de leerlingen gevoegd en was hij met hen do opperzaal binnengegaan. Maar voor den heer, die harten cn nieren doorschouwt, was zijn snioode toeleg niet tevens Veroleökte gelaat irf ftia floKs t$a m'atte Jgiete er een scheutje-warm water Heor. oogen. Hij komt terug uit arrenmoede 's Winters toch is voor planten 11 planten in meer \,Ll. O-J-i I JVJ1UU vv,i eijj - omdat de honger hom dwingt en de noodt of mindere mate de rusttijd en ze groeien daa Zeer weinig Veel water zou tot verrot ting der wrrials leiden, en dat is weèr do verborgen. Droevig en waardig klinkt het uit 's-Heeren mond: Gij zijit 'zuiver, doch niet allen; een uwer zal Mij verraden; een, die met Mij aan tafel aanzit. De goed® leerlingen begonnen bedroefd te worden en beurtelings te vragen: „Ben ik (iet soms, Heer?" En zij zagen elkander aan, wien dit woord toch wel gelden mocht. fSaarop wenkte Petrus den leerling, clie 'op Jezus borst rustte: Van wien zege Hij aulks?" Johannes nu vroeg den Meester: „Heer, wie is het?" Jezus antwoordde: „Hij is liet, aan wien Ik het ingedoopte brood zal overreiken." Eln toen Hij het brood ingedoopt had, gaf Hij het aan Judas Is- aariöt, en voegde er bij„Wat glijl doet, doe dat rcaasrüg", waarop Judas onmiddelijk heenging. In coze vorige meditaties hebben we fQpgemerkt dat Jezus tweemaal zij n go bbed onderbrak, om Zijne leerlingen, die telkens yam droefheid en van verveling linsfiepen, te wekken en te vermanen tot waken en tot bidden. Zie, thans staat Jezus voor de derde 1 maat op. Zijn gelaat, hoewel hoog ernstig vertoont niet de minste sporen van angst -moer. Zijn ledematen sidderen niet rtiaar. M©t zachte stem zegt Hij tot de Zijnen/ „Zie, het uur is gekomen, en do Zoon i'des menschen zal in de handen dor zoin- (laren worden overgeleverd, staat op, laat 'bns giaan, die Mij verraden zal is nabij1. Sjezus, door een Engel versterkt, berust 'In het raadsbesluit van Zijnen hemel- schen Vader. Sicut gigas ad curremdam ,.viam suam d.w.z. Als een reus slbaat Hij 'daar voor ons om Zijnen weg, Zijhen Kruisweg te bewandelen. De gtoeda Jezus gaat buiten den Hof, om Zijne vijanden te ontmoeten. Hij iaat Zich niet verras sen of overvallen. Zijn Jijden is volko men vrijwillig. Bijl de stilte' van den nacht boiorfc men stappen van mansehen en gerammel van wapenen. Tusschen. het donker gebladerte dom- schijnt het licht van lantaarns en fakkels 's Heeren vijan den 'zijn gewapend met zwaarden en stokken. Zóó zal men dan Dengene te lijf gaan, Die al weldoende het land, Van Galijea en Judea rondtrok De grimmige wolven zulten het onschul dige Lam bespringen. Lieve Jezus, welk ©en lijden staat U te wachten Ben der twaalven treed aa,n het hoofd der bende. 'Judas gaat voorop. De verrader had hun een teeken gegeven, zeggende: Ifen ik een kus zal geven, Hij is het, grijpt Hem en leidt Hem behoedzaam weg. Ziet daar dien booswicht schaamteloos voortgaan met opgeheven hoofd, vol zejfvertrouwon nadert hij tot Jezus, hij 'ducht geen oogenbtik, dat het afgesproken teeken zal verijdeld worden door den toorn van zijnen Meester, want hij kent de goed heid van Jezus. Die goedheid des Heeren geeft hem een treurigen moed. Vastberaden nadert hij, met een ijskoud harl^ gevoelloos ate een steen valt hij Jezus de oneindige liefde zelf om den hals, geeft Ham .aan kus cn zegt: Wees gegroet moester. De verblinde Apostel heeft zich met bedrogen. Zooals altijd, staat ook nu de goede Moester tol liefde voor hom, en spreekt, met de uitdrukking van eeine grievende smart: „Vriend, waartoe zij't gij gekomen Judas, verraadt gijl den ■Zoon des mensohen met een kus?". Judas in de armen van Jezus. De verrader .in de omhelzing yan den God Ider waarheid. De, moordenaar om den Late van den God des levens. Hebt Gij ons, lieve Jezus, deze om helzing reeds te voren afgebeeld in die parabet van den Verloren Zoem, waar de vader zijn terugkearend kind omhelst, laan zijnen boezem drukt, en met de schoonste blijken van liefde overlaadt.? Goede Meester, hier doet Gij moer,, veel meer. Stelt u, geachte lezer en lezeres, den verloren zoon voor, die daar feeder om fojelsd wordt dooi* zijn gjoedertieren vader Het ia een jeugdige losbol, die in laato dunkendheSd zijn erfenis heeft opgevor tod en het ouderlijke huis pntvlueht is. Het is een eigenzinnige ondankbare moedwillige verkwister, ffij' heeft zijn vader bedroefd door zijn MShanidelijkgedrag, jen onteerd door zijne ergerlijke uitspat rongen Hij draagt de sporen van losban digheid in die schamele kleoreo, üa dat het hoogste punt bereikt iieeft. Maar hjj komt toeli terug en vernedert ach in ootmoedige schuldbekentenis: „Vader ik heb gezondigd tegen den Hemel en tegen u; ik ben niet'meer waardig uw kind genoemd te worden, maai' iieenr mij slechts aan als den geringste uwer dienstknech ten". Judas daarentegen, door zijn Heester met weldaden overladen, komt verstokt in de boosheid, vast besloten elko verma ning te weerstaan, hij komt met opgehe ven hoofd en sohaamteloozen blik. Terwijl Jezus Zich bereid toont den booswicht tot de omhelzing toe te laten, drukt hij den verraderlijken kus op 's Heeren aan- g'azioht. Stelt tegenover zooveel snoodheid van den leerling zooveel goedheid van dan Meester. Dat aai ons hart met- vertrouwen vervullen. Indien Jezus toch aan den verrader nog den naam van vriend wilde geven, kan de rouwmoedige zondaar den twijfelen, uit 's Heeren genadigea mond te zullen vernemen: „Vertrouw zoon, ver trouw dochter, uwe zohden zijn u verge ven". Neen, alleen de nngeïoovigfeft, cfo onverschilligen en de spotters, en da on- raohtvaardigen en de eerroovera, dia hat berokkende kwaad, niet willen herstellen en de ergerategevers en do on.veraoe.nl ij ken en die gemengde verbetering hebben aangegaan of die zulks toelaten en de kinderbeperkers, en allen, die de naaste gelegenheid van zonde niet willen vermij den, zullen worden afgewezen. O, prent dien minnamen bjjk, welken Jezus op Judas werpt, terwijl Hij1 den verraderlijken kus ontvangt, diep in uw hart. Welaan, Jezus leeft nog en is al- Lijd dezelfde. Als gij met éen oprecht hart, met een berouwvol gemoed jpt Hem gaat, zult gij ondervinden, hoe goed en hoe zoet de Heer is. Da vriende-!- lijke Jezus wacht op u, om u in het H. Sacrament der Biecht den kus des vredes te geven. Hij wacht u aan Zijn H. 'llafel, aan Zijn Feeetdisch, om u m heilige omhelzing aan Zijn goddelijk Hart te drukken. ■Vlkmaar, 20 Maait 1920. M. P. A. OOMS, D. P. I i. Wanneer wij 's avonds buiten in het vrije veld wandelen en ons oog wordt bekoord door da bonte sckaketringeu van verschillend gekleurde planten, dan voelen wij ons oawüls- .jpiurig in een aangename stemming en Kiel idlsen daarbuiten in weide en bosch, maar ook in da tuintjes van stadsmenschen, js in het annooedigc vertrekje van den armpre, dia geen tuintje bezit, zullen bloom-gsi on planten de omgeving opvrocffijken. Vandaar dat vooral de vrouwen en meisjes, meer dan do mannen, zich tot da bloemen aangetrokken gevoelen Bij haar toch vooral is de ziel boo bij utistek ontvankelijk vcor stemmingen. Weinig gezinnen zullen dan ook govonsfefi worden, waar niet enkele kamerplanten wor den gekweekt en wij weten bij ervaring hoe met vreugde de dagelijksohe groei wordt wsaröïnomen, maar colt hou biet verdriet soms worat geconstateerd, dat alle aorgep ton spijt, de plant kwijnt, haar brio en geel worden en afvallen, totdat tea slotte de piant dood gaat Veelal is men rich niet bewust, wat de aor- zaajk van dien achteruitgung is en loch is moestal eigen schuld, door onwetondlioid, of overdreven goeaRevigheid da reden van het sterven die rlieve planten ©n plantjes. Ik heb mij daarom voorgenomen af en toe eens iets mede te deelen over de vrzorging oneer kamerplanten, zooils die algemeen door vaklieden wordt aanbevolen, es ik hoop, dat deze artikelen veel er toe zullen bijdragen, dat men zijn parrten voordeelig ziet opgroeien en dat anderen, die zich tot dusver noot of weinig zien interesseerden voor planton, zoo binnenshuis ot buiten, ertoe zullen overgaan ook eens te beproeven, hoover zs hei kunnen brengen, ,-un omgeving te veraange namen Ik zal dan deze rubrieken af en te© afwisselen, door ook van onze huisdieren iets mede te deelen, dat voor orizo lezers mis schien van nut kan zijn, en ook op klut en tuinbouwgebied uitstapjes maken, over be mesting, ziekte r«n boomec en bloemen en hare bestrijding, kortom ik hoop met deze art_ voor velen een vraagstuk te zijn. Tevens zal ik gaarne bereid zijn vragen van belang stellende lezers 't «ij in egn „Vragenbusf', 't zij verwerkt in een volgenden brief te beant woorden Om te beginnen zal ik thans iets rnede- öeelen over een plant, die in onae huiskamer wel hel meest voorkomt: de Clivia. Geen wonder, dal deze plant tol de meest alge meen gekweekte behoort, want zij is aantrek kelijk zoowel wat de vorm barer bladeren, als de bloemen betreftDaarbij bloeit zij veel al in den winter, of vroeg in het voorjaar, tijden waarin andere bloeiplanten schaarsch zijn, veeal zeg Ik, want er rijn ook soorten, die in den zomer of herfst bloeien. Zij is een sterke plant, met weinig tevreden, hoewel zo voor een zorgzmae behandeling niet ongevoelig is. In tegenstelling met v-ele andere kamei-plemten, kan zij altijd in de kamer blijven, hoewel het zeer nuttig is, in den zomer vooral tijdens een malschcn regen buiten te zetten We zullen dan zien, d»t haar bladeren frisch groen worden, omdat de regen het stof eraf spoelt. Stof toch is voor alle pknien zeer nadeelig. nl de, bladeren be vinden zich ontelbare kleine gaatjes, huid mondjes, waardoor de plant adem haalt. Deze raken door het kamerstof dicht en de adem haling wordt gebrekkig, zoodat do pknl gaat kwijnen. Raadzaam is het daarom eens per week, zeg met „kamerdag", de bladeren af te sponsen. Daartoe gaat mes als volgt tc werk. Men neme twee. goed vochtig,} spon sen en strijke geüjklijdig èn is oren Ni be neden langs het blad tot de punt, In den grorikgd vereischan dezo planten veel water, doch 's winters, mi dat is evn ■fout van velen, -geve men slechts wstaig water cn vooral nooit koud. Man laat het water eerst een poosje staan, dat het d® tempera tuur der kamer heeft aengenoinea, ei jbob oorzaak, dal er wormen in den pot komen. Als het ^.etwater in den schotel komt, late men het er niet instaan, doch glete dit weg, anders verzuurt de aarde onder in den pot. Des zomers giete men 's avonds en 's win ters legen het middaguur. In den zomer zorge rocu, dat ze niet 'nl© groote warmte krijgt terwijl 's .winters een gewone kamertemperatuur haai' geen kwaad doet. Als de bloemknop te voorschijn komt, dan mosten ze weer warmte hebben. Heeft men een tuintje ter zijner beschik king, dan is het nuttig ze des zomers buiten te zetten, doch nooit in het volle zon licht. Ook binnen voor (sea zonnig raam is verkeerd. De Clivia wordt vermoerded dooi' aaad en stek Wil men ze van zaad kweeken, dan dient inau ze zelf me teen penseeltje te be stuiven Men verricht dan hetzelfde wgrk, wat in de vrije natuur de bijen en vlinders doen. Na de bevruchting ontwikkelt zich de bloembodem tot een incarnaat of oranjekleu rig holletje, waaruit men de zaadjes kan zaci en en tuifctrooisd zonder, stukken, vermengd met grof rivierzand. Een zoodanige kWeekjng eisdit eeuige jaren voor men blocibare planten heelt. Veel sneller gaat het mei de uitlaopei's bij den woiielhals. Men zorge deze uitloopers er niet af jn halen voor ze zelf eenige jong-a worteltjes hebben ontwikkeld1. Do besle tijd is de tijd van het verpoten, d. na don bloei. Men verplant ze in versche tuinaarde, vu mengd met wat scherp zand, en wat oude kbcjnesl. Onder in den pot doet men wat potscherven, met den bollen khnt naar b'ovel Bulk's Voor het geregeld, afloopen van het gietwater. Ook beuken doppen is een goot! middel. Bij het verplanten inoet men bij Clivia's geen Wortels afsnijden, daar de resten ge:ix dienst meer doen. Wil men enktele lastige wortels weg hebben, clan strijde men ze riak bij den wo-rteïhals af, en wrijve wat fijn hout- skbol op da sns'jvlakta Zulks doet men ook bij het afscheuren eener stek. Dat voorkcrot verrot- ling. Do jonga planten komen direct in een z,g. zo-nalepol £11 a 18 c.M. wijdte) in famelijx. voedzame grond, als boven omschreven. Efe ©ersio paar weken den grond goed vochtig houden. Een ulgemrene Dvaal is, dat men i» het verpotten denkt: „Wacht ik zal hem eens Kin flinka ruimte geven". Men neemt mees-tal disti pot ta wijd. Dit veroorzaakt veelal net kwijnen der planten D.e grond, die niet doet da wortels wordt gebruikt. Verzuurt, e:t de plant sterft Bij het verpotten stoot men voo. ziehtig met een houtje,, dc aarde tussdien d'6 wortels weg, en doet ctón do kluit in den pot waar hel ongeveer in past, vult daarna de aórde wal aan en duwt met 3b duimen op hei plat» houtje tussc-hen de wortels. Het verpotten behoort om de twee jaar tc geschieden, Wil men er langer mee wachter, dan dient men wat bloemcnmost door het gietwater te doen, doch wachle men ziel', vlcor overdrijving, want ook' dit u ho-cgst schadelijk. Over hel algemeen heeft men 's zomers over do bchannleli'ng cn het g&Jijen der printen geen klagen, maar 's winters, dan is het voor velen een loer, om clb planten ia het leven te houden. Vooral oebrek aan liclrt doet or vtle 'swinlere kwijnen, terwijl van de voentigheit. veelal volop door de pLa.nl wordt genotenf?) Daarom: 's wintera zooveel mogelijk' in l' licht, met te warm s ooral niet vlak' bij de kachel, c- hosdt s'.ecoli uw printen voor tocht, dan zult ge, als ge dbze bovenbeschreven «lgemeefuli reijelsin acht neemt, veel kans* op succes heb ben. En hiermee geachte lezers en lezeressen sluit ik dezen brief. Mocht iemand over zdju plant iets! e vragen hebben, doe het gerust. De nxlactii; stelt gaarne hare kloLominen er voor open, en met de beantwoording belast zich zoo ver rn zijn vermogen gaarne FAQUS. EMORÜSIANA. Men sc-lirijft ons uit Enkhuizen: Alvorens &rer te gaan tot de vele, ingrijpende veranderingen, welke de Re formatie of zoogenaamde Kerkhervorming in deze stad evenstls de geheel® N-tohIö- Üjke Nederlanden teweeg brachten, hsbbea we ons ten taak gosteid te getuigen van het rijk ontwikkeld kerfcelijk leven, dat hier heerschte en waarop we reeds ge wezen hebben toen we ean beschrijving gaven van de beide monumentale kerk gebouwen, voorheen de Go-marus CWestcr) en die Panoratiua (Zuidor) kerk genoemd. Waar aulke wertfen tot stand konden komen voor den openbaren Beredienst, laat het zich wel begrijpen, dat het ook aan kloosters en andere godsdienstige in stellingen niet ontbrak. Aan de hand van de zeer uitvoerige schets door pastoor E. H. Rijkenberg geplaatst in de bijdragen van het Bis dom Haarlem, zullen we het meest be langrijke dezer materie hier plaats geven. De plaats bezat vóór de hervorming drie vrouwenkloosters, een begijnhof en een mannenklooster Het oudste der vrouwenkloosters waal het St. Ursulaklooster waarvan de bouw werd aangevangen in 1385 en voltooid in 1420. Het was gelegen in de nabijheid der St. Gom ma ruskerk, tor plaatse, waar nu liet Gereformeerde waashuis staat. De austere waren van de orde van den II. Brnneiscus. In 1435 verkreeg di.t klooster het recht een eigen biechtvader te mogen ki-eaein, die de II. Mis opdragen, preeken en de H.H. Sacramenten toedienen zou-. Deze bevoegdhedaa strekken zich ook uit tot de vaste tosègangstera van dit gesticht, evesaj» het reoht van een Kapel en eon eigen kerkhof. De kapel werd in 1435 ingewijd en liet altaar gesteld onder de patroonheili gen St. Ursula met Gezellinnen, en de H.H. Ag nes cn Ga tharina'. yemsfdüeiado MèeskingeW Vasta besïttingett an in geld kwamen de be zittingen vermeerderen em in 1457 werd onder den. tweeden rector Herman ctei af zonderlijk rectoraat gebouwd. Dit huis kreeg den naa-m Patershof en strekte zich. met het overig kloostercomplex zich west waarts uit tot en met het gebouw van het Departement tot Nut van het algemeen, meestal Zeekantoor genoemd, aoodat ook binnen deze ruimte valt het gebouw der 'WestMsche Munt. Anderzijds strekte het zich -uit tot den met de Westerstraïit evenwijdig loopenden dijk. In dit Patershof was het, dat in 1572 bij den overgang' van de stad tot de partij tegen Spanje, prins Willem van Oranje eenige dagen zijn verblijf- hield Sedert dien kreeg de daarlangs loop end© straat, meestal Tabakstraat genoemd, den officieelen naam van Prinsenstraat en de gracht daarachter in de wandeling „Hocnisohe Veer" genoemd, heet eigen lijk Prinsengracht. In 1573 besloot Willem van Oranje dat de eigendommen der kloosters van Enkhuizen onder bewaarnisse en de ad ministratie van goede, ghetrouwe en be- quaïne persoonon beheert en de naar goeddunken van burgemeesters en de re geerders der stede van Enkhuisen ver- de ijlt worden onder den armen, als gast- huijse, weeshuijse, provenhujjlsle huijlsisiit- ten en de diergelijcke arme huijaen..^ Dientengevolge werden de kloosterge bouwen van St. Ursula bestemd tot bur gerweeshuis. Zoo werden dus ook in de 17e en 18e eeuw daarin ook Room- sche kinderen verpleegd en nog in onze dagen werd door den heer G. Schild, toenmaals wethouder, in een dor hem uit gegeven brochure het goed recht be toogd der Katholieken, omi de verple- gingekasten hunner weezen uit do ftadserj dezer rijke stichting te trekken. Deze eerlijke poging is ephter op niets uitgeloopen. Na eenigen tijd onder het bestuur van het Hervormde Kerkgenoot schap te hebben gestaan, is het weesi- huis thans onder het beheer dei- bur gerlijke gemeente gebracht-, doch zender den waarborg voor Katholieke kinderen dat dezen in hun eigen religie zullen worden opgevoed door uitbesteding of an derszins, zoodat ze tot nog toe niet dn vruchten plukken dezer oorspronke lijk Roomsche stichting later en zelfs nog in 1665 mede nog versterkt door Rioomsch kapitaal. Pogingen in 1780 aangewend en onder pastoor Jac. van 't Rood in 1863 her nieuwd om tot stichting van een eigen Katholiek weeshuis te geraken, mochten tot geen blijvend snee-es leiden. Waar schijnlijk was de Katholieke gemeente daartoe niet kapitaalkrachtig genoeg. Een tweede vrouwenklooster was dat Clarissen, dus het St. CHnra-kloositer. Dit lag vlak tegenover het reeds genoemde aan de Noord-sijde der oude Westerstraat Tn -1441was daarvan de lpuw begonnen en in 1.465 voltooid. Het strekte zich. Noordwaarts uit tot de Driebanen. Aan het bestaan van dit klooster wordt nog herinnerd door het gebouw, waarin tot voor kort de Normaalschool g'evestigfl was. Hét daarbij behoorendï gymnastieklo kaal moet eenmaal de kapel geweest zijn, zooalk dé bouw, waarin de absis nog te herkennen is, vrij duidelijk aan wijst De rectoren van St. Clara behoorden tot de Minderbroi0der«--Obgervanten want, zooals men uit 't voorbande bemerkt aal hebben, bad ook dit Klooster zijn eigen kapel en rectoraat. De laatste rector Mi'. Garaelis Lau- renez, moest natuurlijk ook in 1572 het klooster verlaten, doch bleef nog tot 1582 evenals zoovele zielzorgers uit dien tijd in den omtrek van Enkhuizen. Toen werd zeker da toestand te gevaarlijk voor hem, zoodat hij naar 't buitenland uitweek. Ook deze kloostergebouwen kregen bij de eaecularisatie een andere bestemming volgens de reeds genoemde ordannantio van Willem den Zwijger Be stedelijke overheid bestemde het tot oudemannan- en vrouwenhuis. De kapel werd tot ge vangenis ingericht. Terzelfder tijd als het Clarissenklooster werd ook het Oaocili-aklooister gebouwd, n.m. van 1441 tot 1465 Dit lag ten Wes ten van de Westeikerk, ongeveer op do ptaats, waar nu de kostelooze school ia, dei weldra verplaatst zal worden naar dc Kaasmarkt, Uit de plaatsing naast het ziekenhuis maakt de Z.Berw. heer Rijken- berg' de gevolgtrekking, dat deze nonnen zich bezig hielden met de ziekenverpte- ging Overigena weet men er niet veel meer van. dan dat ook dit klooster een versierd met een torentje, waarin zalfs eigen kapel had, met riet bedekt en een uurwerk was aangebracht Later is dit torentje verbrand. Na den overgang van Enkhuizen tot de pn.rt-ij van den opstand werden deze kloostergebouwen ingericht tot leprozen- en pesthuis. Men weet, hoezeer in dia tij den ook ons land door de melaatschkeid en de pestziekte bezocht werd zoodat de meeste onzer oude plaatsen gebouwen bezaten, waar de ongelukkige lijders aan deze vraeselijko en aanstekelijke ziekten geïsoleerd werden. Na 1610 echter werd een afzonderlijke bayard of leprozenhuis geopend, on werd het klooster weder als gewoon ziekenhuis hersteld. In de meeste onzer oude plaatsen treft men notg beggijnhoven aan, waarvan het beroemde hoi te Amsterdaim1 zeker nog wel het zuiverst bewaarde type is. Opmerkelijk instelling. Maagden, dje zon dei' kloostergeloften af te leggen toch een zekere afzondering betrachtten, om God beter te kunnen dienen. Ook Enkhui zen hé-eft zulk een beggijnhof gdhad, zoo als trouwens de naam der straat, die langs het g'ebo-uw der W. F. Munt naai den Dijk voert, reeds aanduidt. Van de huisjes echter, die in Beggijnhoven meestal -geplaatst zijn als in andere liefjes, d.w.z. twee rijen huizen waartussohea al's bloem tuin beplante grond gelegen is, valt hier tegenwoordig niets meer te benwkten. Waarschijnlijk is, dat osaafcreeksi 1400 dit beggijnhof hier geslidht ie geworden, mis- ssehien wel 4teor Pwi4mt aran Enkkuteast. die ontvonkt door de prediking gftg Geert Groote dei: bekenden stichter void de broederschap des gemecn'en levens, als eerste reetor van deze stichting is opge treden. Na 1572 toen de genoemde kloo sters, zoo-als wc reeds opmerkten, we- reldlijke stichtingen bleven, werd rilt hof, dat men ook wel St, Agnesk: osier noemde^ voor gewone woonhuizen ingericht. Nu rest ons de beschrijving van het óéne mannenklooster das Enklr.iizeSn bin nen zijn muren had. liet was bevoikt door paters van de orde van St, Augusri- nus. Het moet gelegen hebben o-p het terrein begrensd door het plein van da Zuiderkerk, Drie groene eiken, Kmipc-llic, Vrijdom eu 't Bosch. Het bezat ook ecu kapel, die door een smal steegje vanaf den ITavcndijk gemakkelijk te. befoilken was. Het klooster werd geslicht in 1458, zooals blijkt uit een brief van 't Stede lijke Bestuur, waarbij aan br. Dirk van Sclioorl van de 3e orde van St. Francis- cus en br. Pieter van A ven horn verlof gegeven werd zich binnen Enkhuizen te vestigen op de volgende voorwaarden' le. Zij mochten niet meer dan 4 in getal zijn, 2e. zij moesten door boekbinden of perkament maken in eigen levensonder houd voorzien. Alleen in geval van nood mochten zij tweemaal per weck bedelen 3e in tijd van pest zouden zij1 zieken verplegen en dooden begraven en -la op bevel van de stad zouden zij zonder tegenweer de plaats moeten verlaten. Men ziet, de heeren leken wol geen hoog idéé van deze broeders te hebben. Later werden ze echter geroomd w-eigens hun priesterlijke werkzaamheid en bo klaagd om hun armoede. Het schijnt, dat dit klooster geen vruchtdragende goe deren bezat. Ook dit klooster werd in 1572 geannexeerd en de gebouwen be stemd tot weeshuis, waarin weezen ba- ven 10 jaar en vreemde weezen w-erdeh opgenomen. De kapel kwam als „kleins kerk" in dienst der Herv. gemeentel. Alles werd in 1819 gesloopt en het kruis beplant, vandaar nog de naam1 „Bosch". HET MERKEN VAN KAAS. Naar aanleiding van de zeer actueels kwestie omtrent de kaasmerkon, plaatsen; wij onderstaand een tweetal stukken, ge schreven als antwoord op een onder schrift op een ingezonden stuk in het F. N. Z-. blad, waarin de actie tegeït het kaasraerken werd afgekeurd. Wij gelooven dat deze stukken een groot aantal onzer lezers belang in boezemen. Het bestuur der vereeniging van kaas handelaren in Noord-Holland schrijft: De F. N. Z. is teleurgesteld over het standpunt van de vereeniging van Kaas handelaren in Noord-Holland inzake dé merkenlcwestie, omdat zij zich verzet tö gen het merken van de kaas. Zoo wil! dé F. N, Z. het ben minste aan zijne lezsaïj voorstellen, niettegenstaande de F. N. Z. het wel beter weet. Als wij ons varwEt»!T t-egeu Dr. Sohey hebben moeten beiköA ten om als boerenbedrog dienst te moa- ten diaen, dan had 'de F. N. Z. beter gé-' daan het in het geheel niet op te né men. Dit is een verdraaien der feiten- Wij hebben er niets tegen dat de pro ducent zijn kaas merkt, kunnen er o-oü niet tegen zijn, omdat wij1 dan, gpe4 zouden keuren, dat wij in de regeerina' laken n.l. ingrijpen in do bedrijfsvrijheid van den iabrilirnt. Van lijdelijk verast is ook geen sprake- de ter markt aan gevoerde kaas wordt gemerkt of onbe merkt op dezelfde wijze en tegiein za-lrde prijzen verhandeld. Wij zijn tegen de wijze waarop het merk wordt ingevoerd, omdat wij van de administratieve rompslomp en ambtelijke knevelarij af willen, ook omdat het rijfcS- merk nog niet deugt en wij allerhande moeilijkheden voor onderhoud en verzeai ding in de toekomst vreezen, omdat bang waren dat het R. M. het middel ;ou zijn den handel aan bandeiji té houden en dezen vanaf Den Haag iè blijven koeieneeren. Deze laatste vrees is al vast gegrond! gebleken, men is bezig weer aan systeen* van reoepissen en consenten fn te voeam ■en daardoor het R. II. aan den uitvo-ei? vast te koppelen. Hoe men daartoe den: moed heeft, nu, allenveg-n gebleken Is, dat door de Haagsche inmenging milli» oenen zijn verloren gegaan en uidn zalf® in de Tweede Ivamer de bedrijvers hier van aan de kaak stelt, waar men roept om vrijheid omdat men gevoeld heeft, da£ men in Den Haag den vrijen handel vermoordt, is ons een raadsel. De F. N. Z. erkent, dat er moeilijk heden zijn maar waarom dan hals over kop het merk 'ingevoerd, voordat men dezo heeft overwonnen? De Minister weet niet,, waar hij' met de 8000 ambtenaren heen moet. De afdeeling Zuivel weet het blijkbaar wel, en zal ze wel bij de Zuivelinspeotie onderbrengen. En nu zal die merketnwet doorgezet, ai is het merk zelf ook nog niet geheel deugdelijk gebleken^ het koste wat "het kost. En dat kost nog al wat- Het controle-systeem uitgewerkt door den heer Bieleman vereischt, nog wat mensohen, daar deze er nog al royaal mee is en zegt: Wanneer twsa ambtsna' ren liet niet afkunnen, za-I ik er zes bijzetten". Ook in de Kaasfabrieken zelf zal extra personeel moeten worden tiangeiioiméni, om door middel van papiertjes het merk op de kaas te doen houden. Op het oogenblik circuleert er bij de producenten een contract met het öontoola station ter iteekening. Het wemelt van: verplichtingen en boeten en is evein immoreel als vroegere reg-asriagseiontrac ten, waarbij men zich moat neerleggen' bij genomen en nog te nemert maatrege len. En dan durft men do vrije pro ducenten die »ch hiertegsan veraattóaj van kortzichtigheid te beschuldigen. Men-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1920 | | pagina 9