DERDE BLAD.
Zaterdag 20 Maart 1920.
Hols en Hof.
KUNST Ei KEÜ1S
Landbouw ©n Veeteelt
Jesus in deri Rof van Olijven.
IV.
Terwijl ae goedertieren Zaligmaker zich
Gereedmaakte aan de mensohen heit hoogste
blijk Zijner liefde te schenken in het H.
Sacrament des Altaars, maakten de Over-
ëkcxi der priesters en de Ouderlingen ds«l
tvciks zich op, in den voorhof van dan hoo-
-genpriester Oaiphas, om Jezus van Naza
reth het hoogste blijk van hunnen hjaat
te toornen. Zij beraadsLaagden n.l. hoe zij1
Jezus heimelijk gevangen zouden nomen,
om Hem te dooden. Daar komt voor hen
ben welkome handlanger opdagen, oeï
waardige bondgenoot in het eedgespan. De
jjaltan was is Judas g»varen. Hij hsa he:
gezelschap veö zitoaa Meester vjariateni,
en kwam tot de Overeen der priester, zeg
gende: Wat wilt gij mij' geven, en ik zal
Hem u overleveren. Met gejuich on hand
geklap werd zijn voorstel dooi" die snoo
daards vernomen: Welkom in ons midden,
■jfudas. Gij, Zijn leerling, weet voorzeker
het beste, waar de Meester vertoeft. Zoo
gij ons den gehaten Galileër in liandejn.
speelt, beloven wij u dertig zilverlingen;.
De prijs der slaven wordt op het on
schuldig hoofd van Jezus gesteld; de
fainpzalige verrader slaat toe en neemt
liet aanbod aan. Van dien tijd af zocht hij1
©en gunstige gelegenheid o-rn zij'Oen Meester
'over te leveren.
Zoneter blikken of blozen had Judas
zich wederom bij de leerlingen gevoegd en
was hij met hen do opperzaal binnengegaan.
Maar voor den heer, die harten cn nieren
doorschouwt, was zijn snioode toeleg niet
tevens
Veroleökte gelaat irf ftia floKs t$a m'atte Jgiete er een scheutje-warm water Heor.
oogen. Hij komt terug uit arrenmoede 's Winters toch is voor planten 11
planten in meer
\,Ll. O-J-i I JVJ1UU vv,i eijj -
omdat de honger hom dwingt en de noodt of mindere mate de rusttijd en ze groeien
daa Zeer weinig Veel water zou tot verrot
ting der wrrials leiden, en dat is weèr do
verborgen. Droevig en waardig
klinkt het uit 's-Heeren mond: Gij zijit
'zuiver, doch niet allen; een uwer zal Mij
verraden; een, die met Mij aan tafel aanzit.
De goed® leerlingen begonnen bedroefd te
worden en beurtelings te vragen: „Ben ik
(iet soms, Heer?" En zij zagen elkander
aan, wien dit woord toch wel gelden mocht.
fSaarop wenkte Petrus den leerling, clie
'op Jezus borst rustte: Van wien zege Hij
aulks?" Johannes nu vroeg den Meester:
„Heer, wie is het?" Jezus antwoordde: „Hij
is liet, aan wien Ik het ingedoopte brood
zal overreiken." Eln toen Hij het brood
ingedoopt had, gaf Hij het aan Judas Is-
aariöt, en voegde er bij„Wat glijl doet, doe
dat rcaasrüg", waarop Judas onmiddelijk
heenging.
In coze vorige meditaties hebben we
fQpgemerkt dat Jezus tweemaal zij n go
bbed onderbrak, om Zijne leerlingen, die
telkens yam droefheid en van verveling
linsfiepen, te wekken en te vermanen tot
waken en tot bidden.
Zie, thans staat Jezus voor de derde
1 maat op. Zijn gelaat, hoewel hoog ernstig
vertoont niet de minste sporen van angst
-moer. Zijn ledematen sidderen niet rtiaar.
M©t zachte stem zegt Hij tot de Zijnen/
„Zie, het uur is gekomen, en do Zoon
i'des menschen zal in de handen dor zoin-
(laren worden overgeleverd, staat op, laat
'bns giaan, die Mij verraden zal is nabij1.
Sjezus, door een Engel versterkt, berust
'In het raadsbesluit van Zijnen hemel-
schen Vader. Sicut gigas ad curremdam
,.viam suam d.w.z. Als een reus slbaat Hij
'daar voor ons om Zijnen weg, Zijhen
Kruisweg te bewandelen. De gtoeda Jezus
gaat buiten den Hof, om Zijne vijanden
te ontmoeten. Hij iaat Zich niet verras
sen of overvallen. Zijn Jijden is volko
men vrijwillig. Bijl de stilte' van den nacht
boiorfc men stappen van mansehen en
gerammel van wapenen. Tusschen. het
donker gebladerte dom- schijnt het licht
van lantaarns en fakkels 's Heeren vijan
den 'zijn gewapend met zwaarden en
stokken. Zóó zal men dan Dengene te
lijf gaan, Die al weldoende het land,
Van Galijea en Judea rondtrok
De grimmige wolven zulten het onschul
dige Lam bespringen. Lieve Jezus, welk
©en lijden staat U te wachten Ben der
twaalven treed aa,n het hoofd der bende.
'Judas gaat voorop. De verrader had hun
een teeken gegeven, zeggende: Ifen ik
een kus zal geven, Hij is het, grijpt Hem
en leidt Hem behoedzaam weg. Ziet daar
dien booswicht schaamteloos voortgaan
met opgeheven hoofd, vol zejfvertrouwon
nadert hij tot Jezus, hij 'ducht geen
oogenbtik, dat het afgesproken teeken
zal verijdeld worden door den toorn van
zijnen Meester, want hij kent de goed
heid van Jezus.
Die goedheid des Heeren geeft hem
een treurigen moed. Vastberaden nadert
hij, met een ijskoud harl^ gevoelloos
ate een steen valt hij Jezus de oneindige
liefde zelf om den hals, geeft Ham .aan
kus cn zegt: Wees gegroet moester.
De verblinde Apostel heeft zich met
bedrogen. Zooals altijd, staat ook nu de
goede Moester tol liefde voor hom, en
spreekt, met de uitdrukking van eeine
grievende smart: „Vriend, waartoe zij't
gij gekomen Judas, verraadt gijl den
■Zoon des mensohen met een kus?".
Judas in de armen van Jezus. De
verrader .in de omhelzing yan den God
Ider waarheid. De, moordenaar om den
Late van den God des levens.
Hebt Gij ons, lieve Jezus, deze om
helzing reeds te voren afgebeeld in die
parabet van den Verloren Zoem, waar de
vader zijn terugkearend kind omhelst,
laan zijnen boezem drukt, en met de
schoonste blijken van liefde overlaadt.?
Goede Meester, hier doet Gij moer,, veel
meer.
Stelt u, geachte lezer en lezeres, den
verloren zoon voor, die daar feeder om
fojelsd wordt dooi* zijn gjoedertieren vader
Het ia een jeugdige losbol, die in laato
dunkendheSd zijn erfenis heeft opgevor
tod en het ouderlijke huis pntvlueht is.
Het is een eigenzinnige ondankbare
moedwillige verkwister, ffij' heeft zijn vader
bedroefd door zijn MShanidelijkgedrag,
jen onteerd door zijne ergerlijke uitspat
rongen Hij draagt de sporen van losban
digheid in die schamele kleoreo, üa dat
het hoogste punt bereikt iieeft. Maar hjj
komt toeli terug en vernedert ach in
ootmoedige schuldbekentenis: „Vader ik
heb gezondigd tegen den Hemel en tegen
u; ik ben niet'meer waardig uw kind
genoemd te worden, maai' iieenr mij slechts
aan als den geringste uwer dienstknech
ten". Judas daarentegen, door zijn Heester
met weldaden overladen, komt verstokt in
de boosheid, vast besloten elko verma
ning te weerstaan, hij komt met opgehe
ven hoofd en sohaamteloozen blik. Terwijl
Jezus Zich bereid toont den booswicht
tot de omhelzing toe te laten, drukt hij
den verraderlijken kus op 's Heeren aan-
g'azioht.
Stelt tegenover zooveel snoodheid van
den leerling zooveel goedheid van dan
Meester. Dat aai ons hart met- vertrouwen
vervullen. Indien Jezus toch aan den
verrader nog den naam van vriend wilde
geven, kan de rouwmoedige zondaar den
twijfelen, uit 's Heeren genadigea mond
te zullen vernemen: „Vertrouw zoon, ver
trouw dochter, uwe zohden zijn u verge
ven". Neen, alleen de nngeïoovigfeft, cfo
onverschilligen en de spotters, en da on-
raohtvaardigen en de eerroovera, dia hat
berokkende kwaad, niet willen herstellen
en de ergerategevers en do on.veraoe.nl ij
ken en die gemengde verbetering hebben
aangegaan of die zulks toelaten en de
kinderbeperkers, en allen, die de naaste
gelegenheid van zonde niet willen vermij
den, zullen worden afgewezen.
O, prent dien minnamen bjjk, welken
Jezus op Judas werpt, terwijl Hij1 den
verraderlijken kus ontvangt, diep in uw
hart. Welaan, Jezus leeft nog en is al-
Lijd dezelfde. Als gij met éen oprecht
hart, met een berouwvol gemoed jpt
Hem gaat, zult gij ondervinden, hoe
goed en hoe zoet de Heer is. Da vriende-!-
lijke Jezus wacht op u, om u in het
H. Sacrament der Biecht den kus des
vredes te geven. Hij wacht u aan Zijn
H. 'llafel, aan Zijn Feeetdisch, om u
m heilige omhelzing aan Zijn goddelijk
Hart te drukken.
■Vlkmaar, 20 Maait 1920.
M. P. A. OOMS,
D. P. I
i.
Wanneer wij 's avonds buiten in het vrije
veld wandelen en ons oog wordt bekoord
door da bonte sckaketringeu van verschillend
gekleurde planten, dan voelen wij ons oawüls-
.jpiurig in een aangename stemming en Kiel
idlsen daarbuiten in weide en bosch, maar
ook in da tuintjes van stadsmenschen, js in
het annooedigc vertrekje van den armpre,
dia geen tuintje bezit, zullen bloom-gsi on
planten de omgeving opvrocffijken. Vandaar
dat vooral de vrouwen en meisjes, meer dan
do mannen, zich tot da bloemen aangetrokken
gevoelen Bij haar toch vooral is de ziel boo
bij utistek ontvankelijk vcor stemmingen.
Weinig gezinnen zullen dan ook govonsfefi
worden, waar niet enkele kamerplanten wor
den gekweekt en wij weten bij ervaring hoe
met vreugde de dagelijksohe groei wordt
wsaröïnomen, maar colt hou biet verdriet
soms worat geconstateerd, dat alle aorgep
ton spijt, de plant kwijnt, haar brio en geel
worden en afvallen, totdat tea slotte de piant
dood gaat
Veelal is men rich niet bewust, wat de aor-
zaajk van dien achteruitgung is en loch is
moestal eigen schuld, door onwetondlioid, of
overdreven goeaRevigheid da reden van het
sterven die rlieve planten ©n plantjes.
Ik heb mij daarom voorgenomen af en toe
eens iets mede te deelen over de vrzorging
oneer kamerplanten, zooils die algemeen door
vaklieden wordt aanbevolen, es ik hoop, dat
deze artikelen veel er toe zullen bijdragen,
dat men zijn parrten voordeelig ziet opgroeien
en dat anderen, die zich tot dusver noot of
weinig zien interesseerden voor planton, zoo
binnenshuis ot buiten, ertoe zullen overgaan
ook eens te beproeven, hoover zs hei kunnen
brengen, ,-un omgeving te veraange
namen Ik zal dan deze rubrieken af en te©
afwisselen, door ook van onze huisdieren iets
mede te deelen, dat voor orizo lezers mis
schien van nut kan zijn, en ook op klut
en tuinbouwgebied uitstapjes maken, over be
mesting, ziekte r«n boomec en bloemen en
hare bestrijding, kortom ik hoop met deze
art_ voor velen een vraagstuk te zijn. Tevens
zal ik gaarne bereid zijn vragen van belang
stellende lezers 't «ij in egn „Vragenbusf', 't zij
verwerkt in een volgenden brief te beant
woorden
Om te beginnen zal ik thans iets rnede-
öeelen over een plant, die in onae huiskamer
wel hel meest voorkomt: de Clivia. Geen
wonder, dal deze plant tol de meest alge
meen gekweekte behoort, want zij is aantrek
kelijk zoowel wat de vorm barer bladeren,
als de bloemen betreftDaarbij bloeit zij veel
al in den winter, of vroeg in het voorjaar,
tijden waarin andere bloeiplanten schaarsch
zijn, veeal zeg Ik, want er rijn ook soorten,
die in den zomer of herfst bloeien.
Zij is een sterke plant, met weinig tevreden,
hoewel zo voor een zorgzmae behandeling
niet ongevoelig is. In tegenstelling met v-ele
andere kamei-plemten, kan zij altijd in de
kamer blijven, hoewel het zeer nuttig is,
in den zomer vooral tijdens een malschcn
regen buiten te zetten We zullen dan zien, d»t
haar bladeren frisch groen worden, omdat de
regen het stof eraf spoelt. Stof toch is voor
alle pknien zeer nadeelig. nl de, bladeren be
vinden zich ontelbare kleine gaatjes, huid
mondjes, waardoor de plant adem haalt. Deze
raken door het kamerstof dicht en de adem
haling wordt gebrekkig, zoodat do pknl gaat
kwijnen. Raadzaam is het daarom eens per
week, zeg met „kamerdag", de bladeren af
te sponsen. Daartoe gaat mes als volgt tc
werk. Men neme twee. goed vochtig,} spon
sen en strijke geüjklijdig èn is oren Ni be
neden langs het blad tot de punt,
In den grorikgd vereischan dezo planten
veel water, doch 's winters, mi dat is evn
■fout van velen, -geve men slechts wstaig water
cn vooral nooit koud. Man laat het water
eerst een poosje staan, dat het d® tempera
tuur der kamer heeft aengenoinea, ei jbob
oorzaak, dal er wormen in den pot komen.
Als het ^.etwater in den schotel komt, late
men het er niet instaan, doch glete dit weg,
anders verzuurt de aarde onder in den pot.
Des zomers giete men 's avonds en 's win
ters legen het middaguur.
In den zomer zorge rocu, dat ze niet 'nl©
groote warmte krijgt terwijl 's .winters een
gewone kamertemperatuur haai' geen kwaad
doet. Als de bloemknop te voorschijn komt,
dan mosten ze weer warmte hebben.
Heeft men een tuintje ter zijner beschik
king, dan is het nuttig ze des zomers buiten
te zetten, doch nooit in het volle zon
licht. Ook binnen voor (sea zonnig raam is
verkeerd.
De Clivia wordt vermoerded dooi' aaad en
stek Wil men ze van zaad kweeken, dan
dient inau ze zelf me teen penseeltje te be
stuiven Men verricht dan hetzelfde wgrk,
wat in de vrije natuur de bijen en vlinders
doen. Na de bevruchting ontwikkelt zich de
bloembodem tot een incarnaat of oranjekleu
rig holletje, waaruit men de zaadjes kan zaci
en en tuifctrooisd zonder, stukken, vermengd
met grof rivierzand. Een zoodanige kWeekjng
eisdit eeuige jaren voor men blocibare planten
heelt.
Veel sneller gaat het mei de uitlaopei's bij
den woiielhals. Men zorge deze uitloopers er
niet af jn halen voor ze zelf eenige jong-a
worteltjes hebben ontwikkeld1.
Do besle tijd is de tijd van het verpoten, d.
na don bloei.
Men verplant ze in versche tuinaarde, vu
mengd met wat scherp zand, en wat oude
kbcjnesl. Onder in den pot doet men wat
potscherven, met den bollen khnt naar b'ovel
Bulk's Voor het geregeld, afloopen van het
gietwater. Ook beuken doppen is een goot!
middel. Bij het verplanten inoet men bij Clivia's
geen Wortels afsnijden, daar de resten ge:ix
dienst meer doen. Wil men enktele lastige
wortels weg hebben, clan strijde men ze riak
bij den wo-rteïhals af, en wrijve wat fijn hout-
skbol op da sns'jvlakta Zulks doet men ook bij
het afscheuren eener stek. Dat voorkcrot verrot-
ling.
Do jonga planten komen direct in een z,g.
zo-nalepol £11 a 18 c.M. wijdte) in famelijx.
voedzame grond, als boven omschreven. Efe
©ersio paar weken den grond goed vochtig
houden. Een ulgemrene Dvaal is, dat men i»
het verpotten denkt: „Wacht ik zal hem eens
Kin flinka ruimte geven". Men neemt mees-tal
disti pot ta wijd. Dit veroorzaakt veelal net
kwijnen der planten D.e grond, die niet doet
da wortels wordt gebruikt. Verzuurt, e:t de
plant sterft Bij het verpotten stoot men voo.
ziehtig met een houtje,, dc aarde tussdien d'6
wortels weg, en doet ctón do kluit in den pot
waar hel ongeveer in past, vult daarna de aórde
wal aan en duwt met 3b duimen op hei plat»
houtje tussc-hen de wortels.
Het verpotten behoort om de twee jaar tc
geschieden, Wil men er langer mee wachter,
dan dient men wat bloemcnmost door het
gietwater te doen, doch wachle men ziel',
vlcor overdrijving, want ook' dit u ho-cgst
schadelijk.
Over hel algemeen heeft men 's zomers over
do bchannleli'ng cn het g&Jijen der printen
geen klagen, maar 's winters, dan is het voor
velen een loer, om clb planten ia het leven te
houden. Vooral oebrek aan liclrt doet or vtle
'swinlere kwijnen, terwijl van de voentigheit.
veelal volop door de pLa.nl wordt genotenf?)
Daarom: 's wintera zooveel mogelijk' in l' licht,
met te warm s ooral niet vlak' bij de kachel, c-
hosdt s'.ecoli uw printen voor tocht, dan zult
ge, als ge dbze bovenbeschreven «lgemeefuli
reijelsin acht neemt, veel kans* op succes heb
ben.
En hiermee geachte lezers en lezeressen sluit
ik dezen brief. Mocht iemand over zdju plant
iets! e vragen hebben, doe het gerust. De
nxlactii; stelt gaarne hare kloLominen er voor
open, en met de beantwoording belast zich zoo
ver rn zijn vermogen gaarne
FAQUS.
EMORÜSIANA.
Men sc-lirijft ons uit Enkhuizen:
Alvorens &rer te gaan tot de vele,
ingrijpende veranderingen, welke de Re
formatie of zoogenaamde Kerkhervorming
in deze stad evenstls de geheel® N-tohIö-
Üjke Nederlanden teweeg brachten, hsbbea
we ons ten taak gosteid te getuigen van
het rijk ontwikkeld kerfcelijk leven, dat
hier heerschte en waarop we reeds ge
wezen hebben toen we ean beschrijving
gaven van de beide monumentale kerk
gebouwen, voorheen de Go-marus CWestcr)
en die Panoratiua (Zuidor) kerk genoemd.
Waar aulke wertfen tot stand konden
komen voor den openbaren Beredienst,
laat het zich wel begrijpen, dat het ook
aan kloosters en andere godsdienstige in
stellingen niet ontbrak.
Aan de hand van de zeer uitvoerige
schets door pastoor E. H. Rijkenberg
geplaatst in de bijdragen van het Bis
dom Haarlem, zullen we het meest be
langrijke dezer materie hier plaats geven.
De plaats bezat vóór de hervorming
drie vrouwenkloosters, een begijnhof en
een mannenklooster
Het oudste der vrouwenkloosters waal
het St. Ursulaklooster waarvan de bouw
werd aangevangen in 1385 en voltooid in
1420. Het was gelegen in de nabijheid
der St. Gom ma ruskerk, tor plaatse, waar
nu liet Gereformeerde waashuis staat.
De austere waren van de orde van den
II. Brnneiscus.
In 1435 verkreeg di.t klooster het recht
een eigen biechtvader te mogen ki-eaein,
die de II. Mis opdragen, preeken en
de H.H. Sacramenten toedienen zou-.
Deze bevoegdhedaa strekken zich ook
uit tot de vaste tosègangstera van dit
gesticht, evesaj» het reoht van een Kapel
en eon eigen kerkhof.
De kapel werd in 1435 ingewijd en
liet altaar gesteld onder de patroonheili
gen St. Ursula met Gezellinnen, en de
H.H. Ag nes cn Ga tharina'.
yemsfdüeiado MèeskingeW Vasta
besïttingett an in geld kwamen de be
zittingen vermeerderen em in 1457 werd
onder den. tweeden rector Herman ctei af
zonderlijk rectoraat gebouwd. Dit huis
kreeg den naa-m Patershof en strekte zich.
met het overig kloostercomplex zich west
waarts uit tot en met het gebouw van het
Departement tot Nut van het algemeen,
meestal Zeekantoor genoemd, aoodat ook
binnen deze ruimte valt het gebouw der
'WestMsche Munt. Anderzijds strekte het
zich -uit tot den met de Westerstraïit
evenwijdig loopenden dijk.
In dit Patershof was het, dat in 1572
bij den overgang' van de stad tot de
partij tegen Spanje, prins Willem van
Oranje eenige dagen zijn verblijf- hield
Sedert dien kreeg de daarlangs loop end©
straat, meestal Tabakstraat genoemd, den
officieelen naam van Prinsenstraat en de
gracht daarachter in de wandeling
„Hocnisohe Veer" genoemd, heet eigen
lijk Prinsengracht.
In 1573 besloot Willem van Oranje
dat de eigendommen der kloosters van
Enkhuizen onder bewaarnisse en de ad
ministratie van goede, ghetrouwe en be-
quaïne persoonon beheert en de naar
goeddunken van burgemeesters en de re
geerders der stede van Enkhuisen ver-
de ijlt worden onder den armen, als gast-
huijse, weeshuijse, provenhujjlsle huijlsisiit-
ten en de diergelijcke arme huijaen..^
Dientengevolge werden de kloosterge
bouwen van St. Ursula bestemd tot bur
gerweeshuis. Zoo werden dus ook in de
17e en 18e eeuw daarin ook Room-
sche kinderen verpleegd en nog in onze
dagen werd door den heer G. Schild,
toenmaals wethouder, in een dor hem uit
gegeven brochure het goed recht be
toogd der Katholieken, omi de verple-
gingekasten hunner weezen uit do ftadserj
dezer rijke stichting te trekken.
Deze eerlijke poging is ephter op niets
uitgeloopen. Na eenigen tijd onder het
bestuur van het Hervormde Kerkgenoot
schap te hebben gestaan, is het weesi-
huis thans onder het beheer dei- bur
gerlijke gemeente gebracht-, doch zender
den waarborg voor Katholieke kinderen
dat dezen in hun eigen religie zullen
worden opgevoed door uitbesteding of an
derszins, zoodat ze tot nog toe niet
dn vruchten plukken dezer oorspronke
lijk Roomsche stichting later en zelfs
nog in 1665 mede nog versterkt door
Rioomsch kapitaal.
Pogingen in 1780 aangewend en onder
pastoor Jac. van 't Rood in 1863 her
nieuwd om tot stichting van een eigen
Katholiek weeshuis te geraken, mochten
tot geen blijvend snee-es leiden. Waar
schijnlijk was de Katholieke gemeente
daartoe niet kapitaalkrachtig genoeg.
Een tweede vrouwenklooster was dat
Clarissen, dus het St. CHnra-kloositer. Dit
lag vlak tegenover het reeds genoemde
aan de Noord-sijde der oude Westerstraat
Tn -1441was daarvan de lpuw begonnen
en in 1.465 voltooid. Het strekte zich.
Noordwaarts uit tot de Driebanen. Aan
het bestaan van dit klooster wordt nog
herinnerd door het gebouw, waarin tot
voor kort de Normaalschool g'evestigfl
was. Hét daarbij behoorendï gymnastieklo
kaal moet eenmaal de kapel geweest
zijn, zooalk dé bouw, waarin de absis
nog te herkennen is, vrij duidelijk aan
wijst
De rectoren van St. Clara behoorden
tot de Minderbroi0der«--Obgervanten want,
zooals men uit 't voorbande bemerkt
aal hebben, bad ook dit Klooster zijn
eigen kapel en rectoraat.
De laatste rector Mi'. Garaelis Lau-
renez, moest natuurlijk ook in 1572 het
klooster verlaten, doch bleef nog tot 1582
evenals zoovele zielzorgers uit dien tijd
in den omtrek van Enkhuizen. Toen werd
zeker da toestand te gevaarlijk voor hem,
zoodat hij naar 't buitenland uitweek.
Ook deze kloostergebouwen kregen bij
de eaecularisatie een andere bestemming
volgens de reeds genoemde ordannantio
van Willem den Zwijger Be stedelijke
overheid bestemde het tot oudemannan-
en vrouwenhuis. De kapel werd tot ge
vangenis ingericht.
Terzelfder tijd als het Clarissenklooster
werd ook het Oaocili-aklooister gebouwd,
n.m. van 1441 tot 1465 Dit lag ten Wes
ten van de Westeikerk, ongeveer op do
ptaats, waar nu de kostelooze school ia,
dei weldra verplaatst zal worden naar dc
Kaasmarkt, Uit de plaatsing naast het
ziekenhuis maakt de Z.Berw. heer Rijken-
berg' de gevolgtrekking, dat deze nonnen
zich bezig hielden met de ziekenverpte-
ging Overigena weet men er niet veel
meer van. dan dat ook dit klooster een
versierd met een torentje, waarin zalfs
eigen kapel had, met riet bedekt en
een uurwerk was aangebracht Later is
dit torentje verbrand.
Na den overgang van Enkhuizen tot de
pn.rt-ij van den opstand werden deze
kloostergebouwen ingericht tot leprozen-
en pesthuis. Men weet, hoezeer in dia tij
den ook ons land door de melaatschkeid
en de pestziekte bezocht werd zoodat
de meeste onzer oude plaatsen gebouwen
bezaten, waar de ongelukkige lijders aan
deze vraeselijko en aanstekelijke ziekten
geïsoleerd werden. Na 1610 echter werd
een afzonderlijke bayard of leprozenhuis
geopend, on werd het klooster weder als
gewoon ziekenhuis hersteld.
In de meeste onzer oude plaatsen
treft men notg beggijnhoven aan, waarvan
het beroemde hoi te Amsterdaim1 zeker
nog wel het zuiverst bewaarde type is.
Opmerkelijk instelling. Maagden, dje zon
dei' kloostergeloften af te leggen toch
een zekere afzondering betrachtten, om
God beter te kunnen dienen. Ook Enkhui
zen hé-eft zulk een beggijnhof gdhad, zoo
als trouwens de naam der straat, die
langs het g'ebo-uw der W. F. Munt naai
den Dijk voert, reeds aanduidt. Van de
huisjes echter, die in Beggijnhoven meestal
-geplaatst zijn als in andere liefjes, d.w.z.
twee rijen huizen waartussohea al's bloem
tuin beplante grond gelegen is, valt hier
tegenwoordig niets meer te benwkten.
Waarschijnlijk is, dat osaafcreeksi 1400 dit
beggijnhof hier geslidht ie geworden, mis-
ssehien wel 4teor Pwi4mt aran Enkkuteast.
die ontvonkt door de prediking gftg
Geert Groote dei: bekenden stichter void
de broederschap des gemecn'en levens, als
eerste reetor van deze stichting is opge
treden. Na 1572 toen de genoemde kloo
sters, zoo-als wc reeds opmerkten, we-
reldlijke stichtingen bleven, werd rilt hof,
dat men ook wel St, Agnesk: osier noemde^
voor gewone woonhuizen ingericht.
Nu rest ons de beschrijving van het
óéne mannenklooster das Enklr.iizeSn bin
nen zijn muren had. liet was bevoikt
door paters van de orde van St, Augusri-
nus. Het moet gelegen hebben o-p het
terrein begrensd door het plein van da
Zuiderkerk, Drie groene eiken, Kmipc-llic,
Vrijdom eu 't Bosch. Het bezat ook ecu
kapel, die door een smal steegje vanaf
den ITavcndijk gemakkelijk te. befoilken
was.
Het klooster werd geslicht in 1458,
zooals blijkt uit een brief van 't Stede
lijke Bestuur, waarbij aan br. Dirk van
Sclioorl van de 3e orde van St. Francis-
cus en br. Pieter van A ven horn verlof
gegeven werd zich binnen Enkhuizen te
vestigen op de volgende voorwaarden'
le. Zij mochten niet meer dan 4 in getal
zijn, 2e. zij moesten door boekbinden of
perkament maken in eigen levensonder
houd voorzien. Alleen in geval van nood
mochten zij tweemaal per weck bedelen
3e in tijd van pest zouden zij1 zieken
verplegen en dooden begraven en -la
op bevel van de stad zouden zij zonder
tegenweer de plaats moeten verlaten.
Men ziet, de heeren leken wol geen
hoog idéé van deze broeders te hebben.
Later werden ze echter geroomd w-eigens
hun priesterlijke werkzaamheid en bo
klaagd om hun armoede. Het schijnt, dat
dit klooster geen vruchtdragende goe
deren bezat. Ook dit klooster werd in
1572 geannexeerd en de gebouwen be
stemd tot weeshuis, waarin weezen ba-
ven 10 jaar en vreemde weezen w-erdeh
opgenomen. De kapel kwam als „kleins
kerk" in dienst der Herv. gemeentel.
Alles werd in 1819 gesloopt en het
kruis beplant, vandaar nog de naam1
„Bosch".
HET MERKEN VAN KAAS.
Naar aanleiding van de zeer actueels
kwestie omtrent de kaasmerkon, plaatsen;
wij onderstaand een tweetal stukken, ge
schreven als antwoord op een onder
schrift op een ingezonden stuk in het
F. N. Z-. blad, waarin de actie tegeït
het kaasraerken werd afgekeurd.
Wij gelooven dat deze stukken een
groot aantal onzer lezers belang in
boezemen.
Het bestuur der vereeniging van kaas
handelaren in Noord-Holland schrijft:
De F. N. Z. is teleurgesteld over het
standpunt van de vereeniging van Kaas
handelaren in Noord-Holland inzake dé
merkenlcwestie, omdat zij zich verzet tö
gen het merken van de kaas. Zoo wil! dé
F. N, Z. het ben minste aan zijne lezsaïj
voorstellen, niettegenstaande de F. N. Z.
het wel beter weet. Als wij ons varwEt»!T
t-egeu Dr. Sohey hebben moeten beiköA
ten om als boerenbedrog dienst te moa-
ten diaen, dan had 'de F. N. Z. beter gé-'
daan het in het geheel niet op te né
men. Dit is een verdraaien der feiten-
Wij hebben er niets tegen dat de pro
ducent zijn kaas merkt, kunnen er o-oü
niet tegen zijn, omdat wij1 dan, gpe4
zouden keuren, dat wij in de regeerina'
laken n.l. ingrijpen in do bedrijfsvrijheid
van den iabrilirnt. Van lijdelijk verast
is ook geen sprake- de ter markt aan
gevoerde kaas wordt gemerkt of onbe
merkt op dezelfde wijze en tegiein za-lrde
prijzen verhandeld.
Wij zijn tegen de wijze waarop het
merk wordt ingevoerd, omdat wij van de
administratieve rompslomp en ambtelijke
knevelarij af willen, ook omdat het rijfcS-
merk nog niet deugt en wij allerhande
moeilijkheden voor onderhoud en verzeai
ding in de toekomst vreezen, omdat
bang waren dat het R. M. het middel
;ou zijn den handel aan bandeiji té
houden en dezen vanaf Den Haag iè
blijven koeieneeren.
Deze laatste vrees is al vast gegrond!
gebleken, men is bezig weer aan systeen*
van reoepissen en consenten fn te voeam
■en daardoor het R. II. aan den uitvo-ei?
vast te koppelen. Hoe men daartoe den:
moed heeft, nu, allenveg-n gebleken Is,
dat door de Haagsche inmenging milli»
oenen zijn verloren gegaan en uidn zalf®
in de Tweede Ivamer de bedrijvers hier
van aan de kaak stelt, waar men roept
om vrijheid omdat men gevoeld heeft, da£
men in Den Haag den vrijen handel
vermoordt, is ons een raadsel.
De F. N. Z. erkent, dat er moeilijk
heden zijn maar waarom dan hals over
kop het merk 'ingevoerd, voordat men dezo
heeft overwonnen?
De Minister weet niet,, waar hij' met
de 8000 ambtenaren heen moet.
De afdeeling Zuivel weet het blijkbaar
wel, en zal ze wel bij de Zuivelinspeotie
onderbrengen. En nu zal die merketnwet
doorgezet, ai is het merk zelf ook nog
niet geheel deugdelijk gebleken^ het koste
wat "het kost. En dat kost nog al wat-
Het controle-systeem uitgewerkt door den
heer Bieleman vereischt, nog wat
mensohen, daar deze er nog al royaal
mee is en zegt: Wanneer twsa ambtsna'
ren liet niet afkunnen, za-I ik er zes
bijzetten".
Ook in de Kaasfabrieken zelf zal extra
personeel moeten worden tiangeiioiméni,
om door middel van papiertjes het merk
op de kaas te doen houden.
Op het oogenblik circuleert er bij de
producenten een contract met het öontoola
station ter iteekening. Het wemelt van:
verplichtingen en boeten en is evein
immoreel als vroegere reg-asriagseiontrac
ten, waarbij men zich moat neerleggen'
bij genomen en nog te nemert maatrege
len. En dan durft men do vrije pro
ducenten die »ch hiertegsan veraattóaj
van kortzichtigheid te beschuldigen. Men-