R. OTËUWS» EN ADVERTENTIEBLAD VOOR NOORD.HLf,ARB ÖÜITENLANU SLECHTS tÜN UftUtfP Verschijnt dagelijks Bureaus HOF 6, &L&H&AR. - Telefoon; SlSSffiïïS 433- FEUILLETON. (Wordt vojrvoigd.j Het „Defenslerapporf". Abonnementsprijs: Per kwartaalf 2,—, franco per post f 2.fi0; Met Geïllustreerd Zondagsblad f 0.45 hooger. 'MS Advertentieprijs: Van 15 regels f 1.25 elke regel mcar f 0,26; Reclames per regel f 0.75; Rubriek „Vraag en aan bod" bij vooruitbetaling per plaatsing f 0.60. Aar» eiie nber.né's wordt cp Esnvresg gratis een polls verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van f SOO,—S 400,-, {200,-, f 100,—160—, f SS,«IS.- Indien men, na het lezen van de bekende brochure van Mr. Bomans .Scheuring in de R. K. Staatspartij zijn meening nog niet mocht hebben gedeeld, dat er van een a.s. scheuring in die partij geen sprake is, dat die partij, samengebonden door een hooger iets, :lan elk politiek gekrakeel het geloof alle stormen, hoe groot ook, het hoofd zou weten tc bieden, dan zal men thans, nu men gelezen heeft de voorstellen der R.K. Staats partij op het defensie gebied een der moei lijkste problemen van den tegenwoordigen tijd ongetwijfeld met hem voelen en begrij- |>en, dat de eenheid in de partij niet alleen zal blijven zelfs op het gebied der defensie maar mogelijk nog versterkt zal worden. Zelden heeft men een meer getrouwe af spiegeling der R. K. Staatspartij gezien, dan het „defensie-rapport", dat de Commissie uit die partij ingesteld, de kiezers aanbiedt. Immers de K. K. Staatspartij, samengesteld uit personen van eiken rang en stand, uit per sonen, die over verscheidene punten zeer uit- eenloepend denken, blijft toch elk verschil ten spijt altijd weer een éénc en ondeelbare macht, omdat het hoogste wat die partij sa menhoudt het Rcomsch Katholieke geloof zelf een ondeelbare macht vormt. Hoe uiteen loopend cie meen ingen der Com missieleden ook warer., toch is men met cén defensie voorstel gekomen, waarmede een ieder zij het dan al r;iet „con amore" ge- no'gen nam. Bedriegen alle voorteekénen niet, dan zal het rapport op de a.s. Algemeene Vergadering van den algemeenen Bond van R. K. JKies- kriiigorganisaries in Nederland, met overgroo- te meerderheid (zoo niet met algemeen c stemmen) worden aangenomen. En. toch zal het rapport, zuilen de voorstel len allerminst een ieder naar den zin zijn, allerminst is tr dan ook reden om over het rapport, zooals dat voor ons ligt, te juichen. Zeker, wij kunnen juichen, dat we onze een heid in ük partij zullen beliouüen, wij kunnen juichen, onuat de hoop deranucrepartij, uat de R.K. Staatspartij, op het Defensie puin ver deeld zou raken, (wat voor buitenstanders een oogenblik zoo scheen) vervlogen is, dat de R. iv. Staatspartij bewezen heeft, ae sterk ste stormen te kunnen weerstaan, zonder dat aan uitvoerige critiek te onderwerpen, wat me overigens ook niet mogelijk zou zijn. Neen,ik wilde gaarne enkele hoofdlijnen bespreken, om de aandacht te vestigen op die punten, welke fn. i. nog verbeterd zouden kunnen wor den, met behoud van het bestaande voorstel, en enkele andere punten aan critiek onder werpen. Ons streven toch mag niet zijn, om maar alles, wat ons wordt voorgelegd, goed te keu ren, omdat het van onze eigen partij komt en hierom maar direct „hoera" te roepen, als ware'liet onverbeterliik. men vour een scheuring bevreesd behoeft te zijn, ongetwijfeld is er reden voor om hierover te juicuen, maar overigens? We moeten echter onszelf afvragen Kon het anders Moc-ten we maar niet al te zeer inzien, ciat er op defensie gebied, ook bij de katholiekenuiterste'denkbeelden heerschcn dat alle denkbeelden in de Commissie ver tegenwoordigd waren, dat een der leden het oogenblik gekomen achtte voor Nederland om tot algeheels ontwapening over te gaan, een ander algemeenen dienstplicht wilde in voeren. Met dit voor oogen, cn er aan denkend, dat ieder van jongs at aan vol idealen is, maar men werkelijk niet cud behoeft geworden tc zijn, 0111 tot de ontdekking te komen, dat ideaien nog spoediger verdwijnen, dan de sneeuw voor de zon, ol de rock, die duor den wind wordt weg gedreven, dat we de harde werkelijkheid heb ben te aanvaarden en theoretische beschou wingen lioe mooi en goed bedoeld ook dikwijls voor dc praktijk opzij moeten zetten, met dit voor oogen, mogen we dankbaar zijn wat echter geenszins „voldaan" wil zeggen dat men ons een „ontwerp" heeft 'weten voor te leggen, dat „aannemelijk" mag worden genoemd en waarvan niemand in.i. de verantwoording op zich zal durven nemen, het te verwerpen "De hoofdinhoud van het rapport mag ik bekend veronderstellen, de „couciusiën" zijn bovendien 111 dit blad afgedrukt. Het ligt dan ook niet in mijn bedoeling het lijvige rapport van meer dan honderd bladzijden uitvoerig te bespreken, ot de militaire technische kwestie's Het rapport gaat uit van de opvatting, dat we nog niet kunnen overgaan tot afschaffing van ons leger, dat we tot eigen behoud, ter onzer verdediging nog een leger moeten be houden. Evenmin wil he techter algemeenen dienstplicht, doch handhaving der loting, eventueel met als correctief het invoeren van een weerbelasting. Dc beste uiterste'standpunten, die in de Commissie waren vertegenwoordigd, n.l. 10 tlians reeds overgaan tot algeheele ontwape ning cn 20 algemeenen dienstplicht, heeft men dus niet willen aanvaarden, maar ter wille van us eenheid hebben deze beide personen, die de uiterste denkbeelden waren toegedaan, zich neergelegd hij de meening der overige leden, die, den bestaanden grondslag handha vend dezen grondig wensen ten te verbeteren. Alert -waren het echter eens, dat het geheels voorstel tn verband met dc nog onzekere toe standen, slechts als tijdelijk moest worden be schouwd. Men heeft dus den bestaan den toestand en het tijdelijk karakter als grondslag genomen en zienier m. i. een groote fout, omdat juist deze grondslag zo'ozcer aanvechtbaar is. Hoe mooi was het niet geweest, als wij, Katholie ken, nu eens voor den dag waren gekomen, met een nieuw soepel systeem, dat zich in ver schillende richting liacl kunnen uitbouwen. Het heeft niet zoo mogen zijn, men wil het oude behouden en verbeteren. Maar met groo- tcnangst vraag ik mezelf af: is dat mogeiijk? Kan ons oude, verstokt conservatieve ieger- iichaam, nog verbeterd worden Het is als een groot oud huis, dat bouwvallig is gewor den, ciat reeds enkele zeer bedenkelijke ver zakkingen heelt vertoond en dat men, in plaats vi.ii liet radicaal af te breken en cr een mooi nieuw voor m dc piaats tc zetten, thans we- derom gaat „oplappen", gaat stutten, zij het dan cok met de bedoeling dit met zeer zware palen te doen. Echter hoe dik deze pok mogen wezen, het gebouw blijft versleten, de kans van instorten olijf t bestaan. Het conservatisme zal hoogtij blijven vieren, „Oorlog" zat haar naam van „het meest conservatieve departement" weten te handhaven en de dikwijls met name aange duide conservatieve hoofden van afdeehngen die een vermaardheid op dit punt hebben zullen niet 111 staat blijken plotseling te ver anderen en het zoo hoog noocuge jongefnssche maar vooralburgerlijke bloed, het leger te doen binnendringen. Ook het tijdelijk karakter van het voorstel is iets, waar men m. zeer sceptisch tegen over moet staan. Indien men m Nederland met een tijdelijken maatregel voor den dag komt, wil dat steeds zooveel zeggen, dat de definitieve óf nooit óf eerst na jaren en ja ren komt. Zaf het anders met het iegervraag- stuk gaan ik geloof dat de Commissie het, evenmin als ik, denkt. Haar geheeie voorstel is over verscheidene jaren verdeeld. Ze ont werpt een vlootplan, dat in tien jaar nog niet gereed is (alles als tijdelijken maatregelze wil convicuen inrichten m de garnizoenen,- ver korten diensttijd voor hen, die eemge jaren, voorgeoefend zijn, afvloeien naar de burger maatschappij van officieren en onderoilicie- ren, dat slechts zeer geleidelijk kan geschieden .dat alles uoet me zéér, zéér sceptisch staan tegenover het tijdelijk karakter, temeer waar, na invoering van dat tijdelijk systeem, men weer enkele jaren noodig heelt, om de werking te beoordeelen en het heele stelsel aldus veel kans heeft reeds verouderd te zijn onbruikbaar, alvorens het is ingevoerd Zij, die de „conclusie's" en mijn artikelen over „het Legervraagstuk" hebben gelezen, behoef ik allerminst te zeggen, ik niet vol daan ben op het punt der Kazerne's. Het rapport wil noodgedwongen de Kazer ne's behouden in plaats van ze radicaal uit te roeien. Zeker er komen verbeteringen. Het rapport wil n. 1. de gelegenheid geopend zien om buiten de Kazerne's te overnachten, hetzij bij ouders of familie of in op te richten convic- ten van verschillende geloofsovertuigingen. Ongetwijfeld een groote verbetering, maar ook hierbij stuit men direct alweer op groote bezwaren. Wie zal die .convicten (militaire kostscholen zou men kunnen zeggen) betalen? Het rapport antwoordt :„de Katholieken uit de plaatsen, die de vootdeelen der garnizoe nen genieten Ongetwijfeld aardig bedacht, maar eenerzijds vraag ik me afmoet er van de Katholieke offervaardigheid die spreek woordelijk is ea, waar we, met recht, trotsch op kunnen gaaa— nog meer gevergd worden, of heeft ook dasc grenzen en aan den anderen kantis het nist de plicht van- den staat er voor te zorgen dat onze jongens in dienst niet bedorven worden Kan de staat er in de kazerne's niet voor zorgen (en zijn onmacht op dit punt is nu zoo langzamerhand toch wel bewezen), welnu laat hij dan ook de gelden verschaffen, opdat we zelf die verzorging op ons kunnen nemen. Iets anders is, dat pok in de Katholieke convicten, de controle zeer scherp zal moeten zijn en.zullen de sbldaten die verdragen? zullen de meer met aardschc goederen bedeel den niet rustiftop kamers (z.g.n. „bij familie") gaan wonen en: daardoor de „gelijkheid" in dienst (het eeiMgc goede wat va» de kazerne tot dusverre te zeggejji was) niet- grootendeels weer worden opgeheven, met al de nadeehge gevolgen daarvan En ten slotte zij die niet katholiek zijn ot. niet tot een geloof behooren, dat een eigen convict inricht, zij komtn toch weer in dc kazerneterecht. Ook met hen moe ten de Katholieke jongens omgaan, zij het slechts in ae caenstusvn en op wacht e. d. en voor deze zorgt het rapport met, terwijl toch de hoofdbedoeling moet zijn verheffing voot allen en niet voor een kleme categorie, wat ui ue praktijk mogelijk weung resultaat zou op leveren. Ook de oplossing van het „aanvoel ders- viaagstuk" scheukt geen. bevrediging. Men wil nu het beruepskaaer gaan retourneren uit uet verlofskaaer. Alweer een verbetering maar geen atuoende. De verbetering mist ue waarborgen aat we Ce beste zuilen krijgen en de rneest hoogstaande mannen. Juist het tegendeel zal men eerder bereiken. h>e beste veriofsofltciereh en onderofficieren toch zul- icn in de burgermaatschappij een heel Wat uatere positie ot hebben oi kunnen verkrijgen, uan in oienst -tenzij men ae salarissen wilde verdrieuubbelea en tiet. lesuitaat zal zijn, dat men inpiaats van de beste, de slechtste verlofsofftcieren krijgt, die beroepsofficier worden. Ook reeds iu.de mobilisatie heeft men een poging ut die richting gedaaa, Men stelde toen voor 40 vnriotsutiicieren de gelegenheid open beüüfcpsoiïicieien te worden. Van de 5000 verioisotlicieren kwamen slechts 17 liet- nebbers en dat het de beste waren, zal niemand uurven bewerenterwijl een volgend jaar de resultaten nog geringer waren. Nu wil men-wel de beroepsofficieren en on derofficieren, die bhjken ruet te volduen, daar na weer afvoeren naar de burgermaatschappij om daardoor ook in de hoogere rangen een uitgelezen corps te verkrijgen maar ook hier- Dij blijft het bezwaar bestaan, dat' juist de longere, de luitenants w. o. dus zij, die, omuat ze niet voldoen, later worden afgevoerd het meest kunnen inwerken op den troep. Slechts noode missen we in het rapport een bespreking van het strafsysteem, waar toch zeer veel over te zeggen, en alles aan te ver beteren viel. Een groot lichtpunt voor „bezuinigers" is echter, dat bij een zeer globale schatting de voorgestelde wijzigingen, ten minste een be zuiniging van 12% millioen per jaar, zullen opleveren., Ik heb hierbij slechts enkele grepen gedaan om aan te toonen, dat we nu niet direct over het rapport kunnen juichen. Echter ongetwij feld Worden er vele cn ingrijpende verbeterin gen voorgesteld en zou het onverantwoorde lijk zijn een dusdanig rapport te verwerpen, te meer waar niemand allicht ccn heter sy steem er voor in de plaats zou kunnen zetten. Zeker zal het rapport dan ook dienen te worden aanvaard, echter zal cr hierbij op gewezen worden, welke fouten het rapport aankleven en alleen door voortdurend het vraagstuk onder de oogen te blijven zien, is verbetering te verwachten. Is het thans nog onmogelijk wat ik gaar ne wil aanvaarden met iets nieuws voor den dag te komen, welnu mogen wij katholie ken er dan met alle macht toe medewerken, om het bestaande bouwvallige huis te stutten zoo goed mogelijk, om ervan te maken het minst slechte wat er nog van te maken is, mogen wij, reken ng houdend met de harde werkelijkheid, onze idealen opzij zetten, even als wij het ook in ons leven zelf zoo dikwijls moeten doen, hierbij een offer brengend wat wij gaarne doen aan onze eenheid, die wij in dez.e tijden voor alles noodig hebben, onder de krachtige bescherming van ons geloof. H. KUSTERS. DE BALTISCHE TROEPEN. De wjksregreering hooft nu besloten de Baiiisoho troepen, zoowel de marine-bri gade Erhard als die in Domineren ver spreide manschappen, op groote schaal te koloniseeren. De Pruisische regoering heelt zich bereid verklaard deze inannou aan 't ontginnen te zetten van heiden en aan 't bebouwen van overbodig gewordeu terreinen voor 't oefenen van troepen en om hen dan in de geLgenheid te stellen zieh in deze door hen vruchtbaar ge maakte gebieden te vestigen. I>e uitge strekte Pruisische staatsdomeinen, die vroeger voor do remonte dienden, zijn eveneons voor deze landbouwkolonies aan gewezen. De staat wil de op deze terrei nen aanwezige barakken enz. voor dit doel gratis afstaan en de onderneming ook geluciij-k steunen. Hiermee schijnt het probleem om do Baltische troepen op vreedzame wijze te ontwapenen, te zijn opgelost, te meer om dat zij bereid zijn onder deze voorwaarden 't troepenverbaud los te maken en de wa pens over te g'oven. Deze groote kolonisatie-plannen zijn voorafgegaan door een poging van een ka pitein met vijftig werkloozen uit Maag denburg, allen gewezen soldaten en wel bij Völpke in Bronswijk. Hun aanvoerder wil, dat de mijnwerkers daar op eigeu grond een eigen thuis stichten. Hij kreeg een zeer gewaardeerden medewerker in den vroegeren luitenant-generaal Löffler, die na den oorlog zijn ontslag had geno men om mee to helpen aan het wederop- bouwen van zijn ineengestort vaderland. En weldra zag hij in, dat Duitschland al leen weer gezond kan worden door een goede oplossing van do sociale kwestie. Om practisch op de hoogte to komen, werd hij mijnwerker. Langen tijd was hij zoo onder de arbeiders als een gelijke be zig. v Dezen ontdekten weldra wie hij was en hielden hem aanvankelijk voor zoo'n lich telijk verdwaasden idealist, zooals er nu verscheiden zijn in Duitschland, die zich in een absoluut nieuw bestaan gooien, eD 't even gauw weer in den steek laten. Maar deze oud hoofdofficier bleef zóó lang bij hen, dat hij hun vertrouwen won. Een van de dingen waartegen hij nu voor al waarschuwt, is de illusie dat de acht urige werkdag weer zou kunnen worden afgeschaft. De werklui houden hieraan niet zoo hardnekkig vast zegt hij om dat zij niet met lust werken. Integendeel, de vreugde in den arbeid neemt overal ge stadig toe. Maar de achturige werkdag is voor lien hef evangelie van hun waardig heid als mensch, dat hen beschermen moet tegen liet misbruik van hun kracht. De democratische partij heeft dezen generaal Löffler in Leipzig een candida- tuur voor den Rijksdag aangeboden maar hij heeft bedankt om zich niet in de politiek te laten demoraliseoreii. DE CONFERENTIE TE SPA. Uit Brussel wordt gemeld: Men blijft in goed ingelichte kringen alhier gelooven, dat de conferentie te Spa verscheidene maanden uitgesteld zal worden met het oog op de samenstelling van het Duitsoha kabinet en de benoeming van een presi dent van cle Duitseke republiek. De Fransche bladen kanten zieh tegen het Duitseke voornemen om uitstel van de conferentie te Spa te vragen. Men ver klaart dit hieruit, dat de regeering te Ber lijn do deelneming aan die conferentie als een aanzienlijk succes voorstelde en wensckt dat de noodzakelijke teleurstel ling door den uitslag der conferentie pas na de verkiezingen intrede, welke op 21 Juni bepaald zijn. In die omstandigheden zou de eonferentio te Spa pas tegen het begin van Juli kunnen plaats hebben. Daardoor zou dan tevens de financieelo conferentie te Brussel worden uitgesteld. Het „Berliner Tageblatt" zegt, dat hei gaau van Duitsche vertegenwoordigers naar Spa doelloos is, indien zij buiten do eigenlijke onderhandelingen worden ge houden, gelijk men van Fransche zijd" Schijnt te weusohen. ENGELAND EN JAPAN. Er is te New-York officieel te kennen gegeven, dat dc verlenging van 't Britech- Japansch verbond met een nieuwen ter mijn van 7 jaar zal worden tot stand ge bracht vóór Juli. De tekst van het ver bond zal worden medegedeeld aan den Volkenbond en zal zoodanig geredigeerd zijn, dat de Ver. Staten er geen aanstoot aan kunnen nenten. DE STAKINGEN IN FRANKRIJK. Het uitvoerend comité van de C. G. T. heel't eon manifest gepubliceerd, waarin wordt verklaard, dat zij tegenover de stei- lo houding van de regoering van oordeel is het verzet te moeten verscherpen en daartoe van plan is binnenkort nieuwe iudustrieele krachten in den strijd te be trekken. De Matin" heeft een artikel waarin mededeeiing wordt gedaan van de belang rijke rol bij de huidige spoorwegstaking gespeeld door do civiele mobilisatie, sinds kort door do regeering georganiseerd. De ze civiele mobilisatie, welke bedoelt, don arbeid te laten verrichten door vrijwilli gers uit de burgerij, schijnt voor de eerst3 maal succes te hebben gehad. Dit succes is niet te danken aan op stel en sprong g,e- nomen maatregelen, maar ais een zorg vuldig van +e voren voorbereid plau. Toen de staking uitbrak kwamen de vrijwilli gers met even groote snelheid op als de soldaten bij een mobilisatie. DE TUKKSCHE SULTAN NAAR BROESSA OVERGEBRACHT? Een draadloos bericht uit Meskou zegt, t naar het Italiaansch door IVO, Voor de kade van Sant» Lucia te Napels lag een kleine stoomboot, die 's zomers naar het eiland Gapri vaart Het was kwart voor 'Tien in den morgen, en reeds werd het sein ■.van vertrek gegeven. In een der bootjes, die tpp het punt stonden van wal te steken, T.om de passagiers nog juist op tijd naar de te brengen, zat tusscheu twee door de zon 'gebruinde roeiers een meisje, Zo kon dertig .laar oud zjjn. Ze scheen voor het eerst daar in de streek te zijn, .want metveej (belangstelling nam sa de omgeving op en jhamerkta heelemael niet, dat een der roeiers ^eeda een paar malen tot haar het woord |evoeni had. Eerst als de klank van de FtanscU woorden van do wal tot haar door- wongen, wendde se bet hoofd om. i j^ignorine mag ik zoo vrjj zjjn bij U Sn JEt bootje te helpen? Ik ben te laat geko- toen en moot nog naar de boot!" ÜJegene, die deze woorden sprak, was een 151ao, mei gen .vpl zwart baardje, en donkere oogen, die scherp bij zijn bleek gezicht afstaken. Hij was slank van gestatte en droeg in zijn rechterhand een koffertje. Vragend waren zijn oogen op haar ge vestigd, terwijl hij op don rand van de kade staande, haar antwoord afwachtte. Het meisje wierp een snelle blik om zzich heen, do andere bootjes waren rce'ds bezet of vertrokken en geen enkel lag meer disponibel. Wilde do vreemdeling dus nog op lijd de boot bereiken, dan moest ze hem meenamen. in vloeiend Franscli antwoordde ze beleefd: „Stap in, mijnheer er is voldoende pLaats voor twee personen. Haastig stapte hij in het bootje, dat een der roeiers aan den wal gehouden had, zette zijn koffferlje iu den boeg van het bootje neer en ging eigen - over haar op het bankje zitten. „Oriep hij uit, „U spreekt zoo vloeiend Franscli. Ik was bang dat U me niet verstaan zoudt". Ze vertrok haar vastgesloten lippen tot een glimlachje en antwoordde slechts dra lend: „ja." Ze was van jongs af gewand geweest, op reis uiterst voorzichtig te zijn met kennis makingen. „Wel eigenaardig," ging de vreemdeling voort, „ik ben al jeon jaar in Italië, maar ik ben de landstaal nog hortcmaal met meester." „Fransch en Italiaansch hebben anders veel punten van overeenkomst. E11 voor iemand, die eenigszins bestudeerd is," antwoordde ze koel, „is het, dunkt mij, loeit niet moeilijk...' De vreemde liet haar niet uitspreken, doch zei op openharligen toon: „Ik ben heelemaai niet bestudeerd „Signore, Siamo' arrival;riep een der roeiers. Hel bootje stiet tegen het schip aau, waar op zich reeds een aantal passagiers verzameld had. Ze liet den heer voorgaan, en volgde hein naar het dek. Een der roeiers droeg haar bagage aan boord, bestaande uit een m elkaar gerold plaid en een bruin leeren koffer, die niet veel grooter dan de hand- kofler van den jongen man was. De roeier verwijderde zich, na zijn geld ontvangen te hebben, met een herhaald: „Mille grazie Siguoruia, buon divertimento." De dame zette zich op de bank neer, die over het dek heen liep en begon weer mei de omgeving op le nemen. De scheepsbel klonk nu voor de dorde maal, da schroeven van de boot begonnen te werken. Een zwerm halfnaakts jongens zwommen 0111 da boot en doken naar de geldstukken, welke de pas sagiers in het kristal heldere water wierpen. Druipend als poedels kwamen de jongens weer te voorsch.ju. nel gitzwarte haar plak- stond, bemerkte dat en zei: „Een srhojn en le hun tegen het hoofd en in hun bruine, bekoorlijk land; alleen heb ik opgemerkt, natie gezichten blonken hun invoorwitte tan- dat de menschen hier veel aan oogziekten den, waarlusschen ze de uit het wtaer ge- lijden. haalde geldslukkeii geklemd hielden. Doch de niet te voidojne Uioine lazzaroni 1) slaken hun geldstukken handig achter huil kiezen, die ze als porlenionnais gebruikten, en rie pen op klagenden toon: „Per carita Signora, un ultra monela, un ultra moueta!" De beweging van het schip verdreef hen echter weldra cn een ander schouwspel tuin do opmerkzaamheid van het reisje in be slag. Een blinde troubadour 2) had zich in het midden van het dek neergezet. Naast item stond een Napelsch meisje, in de bonte klca- derdracht van het land gestoken. Ze hield een mandoline in de hand en begon daarop te spelen, terwijl de man met een verdienste lijke tenorstem een Landlicdje zong, genaamd: „O, bella Napoli." Dit tafereeltje verhoogde niet weinig dc poëtische stemming der omgeving en con glimlachje ontplooide zieli 0111 haar mond. Da vreemdeling, die met haar naar de boot geroeid was en thans ook in haar nabijheid 1) Lazzaroni Italiaansche bedelaar. 2) Troubadour rondreizend minnezan ger, voornamelijk iu de middeleeuwen. De dame knikte en voegde hieraan toe. „Zijt gij medicus, dal u hierin zooveel be tang stelt 1" „Neen," zei lij schijnbaar spijtig, maar direct liet lij er op voigen: „ik heb nog niet gelegenh. M gehad, u voor uw vriendelijkheid om me in u bootje op te nemen, te danken Zijt u een Franyaise Ze zag hem met groote oogen aan. Ze hield er niet van ondervraagd tg worden cn zijt vrijpostigheid deed haar 'onaangenaam aan „Neemt u rnc nie tkwalijk," zei hij, ter wijl een diep rood zijn bleeke wangen kleur de, „ik zou meer verheugd zijn in u een landgenoote mogen begroeten. Ik gevoel me zeer eenzaam." Hij sprak met zulk een kinderlijke verlrou- vvcliikli.id, dat bij haar het beschermend, moederlijk imliuct der vrouw werd levendig gemaakt cn opgewekt.' Wat hinderde het ook. of ze met hem ecu oogenblik praatteV Hij was nog jo.ig en scheen niet sterk le zijn daarbij scheen hij cr behoefte aan te ge' voelen, zi '1 weer eens vrij en frank in zijn moedertaal te kunnen uitdrukken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1920 | | pagina 1