bt
ie.
I
ndel,
I
;m"
RECHTSZAKEN.
I
I
1
1
a
OON 140.
snakken,
daar de g
/eken, bij
lezing ver-
chtingen)
-Maatseh.
sweg 3®
iar.
jister\j
Lma staal 50
?zen 45 cent,
enz.
In en om Alkmaar
Het beeld der begrooting
voor 1921.
•i
1
65
69-
Irvind
over-
ingen
tijd om een
feen moeilijk
Alkmaar.
iN bekend maken
ourrentloos,
uwen f2, io
uwenfi.75
op eu netjes,
r de aangesloten
lerhandel.
EUIEREm
w Vöordsal
Ons Blad
"TWEEDE BLAD.
BBS»
I.
.Hiep-hiep-hoera!" roepen B en W.
uit" in hun inleiding' tot de Alkmaar-
jsclie genreente-begrooting voor 1921
(eon inleiding, welke al weer langer
geworden is dan vorige jaren,, naar
gelang ook het gemeentebeheer gecom
pliceerder en de gemeentelijke zorg om
vangrijker werd) „hiep-hiep-hoera!
we 'hebben, door thans deze begrooting
te doen verschijnen, een maand achter
stand ingehaald, „niettegenstaande de
principieele verandering van de inrich
ting der begrooting van gemeentewer
ken, hetgeen een aanzienlijke en niet
voorziene vertraging biv het opmaken
der gemeentebegrooting heeft veroor-
Allé waarde is maar betrekkelijkzoo
ook de waarde van dit „hiep-hiep-hoe
ra!" (de juichkreet is natuurlijk geen
brokje letterlijke tekst uit de inleiding
van B. en ,W„ doch een vrije vertaling
onzerzijds v;an een strak-officieele phra
se in genoemd document!), we moe
ten immers bedenken, dat we ondanks
alles nog danig overlijd zijn, dat thans
het algemeen verslag met de memorie
van antwoord van B. en W. nog ver
schijnen moet, dat daarna eerst de ver
gadering gehouden kan worden, waar
in de begrooting wordt behandeld en
vastgesteld, èndat we biv dit alles
"thans reeds ettelijke dagen van het be-
grootingsjaar hebben afgeleefd...... zón
der begrooting, van den hand in den
tand!
Dit wil niet zeggen, dat we geen
respect hebben voor de inhaling van
den achterstand, welke bij de indiening
van de begrooting thans is bereikt;
geenszins, wit waardeeren ten zeerste
Se groote voortvarendheid en den prij
zenswaardige» spoed, waarmede de laat
ste jaren door B. en W. en door de
Secretarie-Ambtenarij gewerkt is, en wij
Vinden het (jn aanmerking: genomen,
•\vat voorheen geschiedde) een hééle
praesiatie, welke men thans heeft weten
te bereiken
Edoch! de vreugde over het bereikte
mag niet tot voldaanheid stemmen: er
moet nóg veel, héél veel ingehaald wor
den; hetgeen B. en iW. 't zii er
geruststellend bijgevoegd inmiddels
evengoed inzien als wij, waar zij im
mers in hun inleiding zelf constatee-
ren, dat de indiening thans nog te
La,at is geschied, en waar zij de hoop
uitspreken, dat hun „niet verflauwend
streven het volgend jaar (d.w.z. dit jaar,
Red.) het gewenschte resultaat van een
tijdige indiening zal opleveren."
Ten opzichte van dit gemeentebelang
(wij hebben reeds vroeger uiteengezet,
om welke redenen wit het „bij-zijn" ten
stadhuize een gemeentebelang .achten)
zijn B. en iW. derhalve voorzeker wèl
diligent!
(Willen wii 11a bestudeering van bet
gemeentelijk cijferboek in enkele wóór
den, in 't algemeen, den indruk weer
geven, van het beeld, dat de gemeente
begrooting ,voor 1921 biedt, dan moet
bet heeten't valt nietmee, 't valt
niet tegen, men heeft niet zonder
krachtsinspanning .preclès nog de
eindjes aan elkaar kunnen vastknoop,en,
de inkomsten in overeenstemming kun
nen brengen met de uitgaven (eigen
lijk juist de omgekeerde wereld: in een
gezin zet men de tering naar de ner
ring!\, zónder en dat is het be
langrijkste nieuws, dat dit begroo-
tingsboek bevat zónder (naar Voor-
loopigc berekening) een verhooging van
het heffingspercenrage van den hoofde-
lijken omslag de belasting, waarin
de finantieele toestand der gemeente
het sterkst tot uitdrukking schijnt te ko-
imen. de belasting pok, waarop alle volks
odium rust noodzakelijk te maken.
B. en W. zeggen 'het met gebruikma-
king van enkele sprekende cijfers heel
overzichtelijk
„Gedurende het lo,opende jaar zim
reeds herzien de hondenbelasting, de
plaatselijke belasting op .de gebouwde
leigendommen, die op de openbare ver
makelijkheden en de marktgelden,. van
welke belastingen de opbrengst te za-
rnen voor 1921 pl.m. f15000 hooger
•geraamd kan worden dan voor 1920
is geschied. Behalve deze belastingver-
hoogingen hebben wij nog aan den
Raad voorgesteld een verhooging yan
dc opcenten op de personeele belasting
en van de tonnenbelasting, voor welke
beide belastingen te zamen wii een hoo-
opbrengst over 1921 ramen van
rUJOuO. Eti ten derde zijn er dan nog,
enkele bronnen van inkomsten, welke
111 de begrooting voor 1920 nog niet
voorkwamen, als een bedrag van f 30000
als uitkeenng uit het gereserveerde deel
van het verleden jaar van het Rijk ont
vangen aandeel in cle Oorlogswinstbe-,
lasting ,qn een bedrag van insgelijks
ongev eer 1 30000 aan bijdragen van an
dere gemeenten in liet door deze ge
meente aan uit die gemeenten afkom
stig® kinderen verstrekt handels- en an
tler vakonderwijs. Uit deze 3 afdeelin-
gen te zamen valt over 1921 een hoo
ger inkomen te ramen van f114000.
U-e Raad zou op grond van deze dr
iers yan. oordeel kunnen zijn dat aan
hel 111 evenwicht brengen van inkom- j
sten en uitgaven der gemeente voor 1
het volgend jaar ditmaal geen moeilijk
heden verbonden zij|n geweest; het
bleek echter reeds na een voorloopige
raming van de uitgaven, dat deze mee-
ning onjuist is. Want tegenover deze
verhooging yan inkomsten moesten al
dadelijk zeer aanzienlijke en onontkoom
bare verhoogingen van uitgaven gesteld
worden: zoo vordert de rentebetaliiigi
over de gemeentelijke schulden een be
drag meer van f26000; de aflossing
dier schuld-én een bedrag, van 13000
meer. 'Tot dekking yan het tekort op
de exploitatie van woningbouw zal
f19000 meer noodig zijn, aan bijdrage
in de nettokosten van de huishoud
en industrieschool f9000 meer. Boven
dien zijn door de salarisherziening der
gemeenteambtenaren de op het geméeu-
telijk pensioenfonds rustende verplich
tingen dermate verzwaard dat in af
wachting van het resultaat der e.k. we
tenschappelijke balans een hoogere
uitkcering pan dit fonds van f 8500 per
jaar geboden is. Dan waren nog voor
het eerst de gelden aan te wijzen voor
de verhooging met 40 pCt. van de pen
sioenen van oud-gemeenteambtenaren,
een bedrag vorderend van f7600. Naast
deze verhoogingen van uitgaven staat
dan nog een vermindering van de op
brengst van den hoofdelijken omslag
tengevolge van het raadsbesluit van 28
October 1920 Nr. 9 tot verhooging van
den aftrek wegens noodzakelijk levens
onderhoud: deze vermindering kan ge
raamd worden op f65000. Deze ver
schillende veriioogingen van uitgaven
gepaard aan de genoemde derving van
inkomsten bedragen te zamen f148000.
De zooveel grootere toeneming van
de uitgaven boven die der inkomsten
moge den Raad er van overtuigen, dat
ook over 1921 de uiterste zuinigheid
geboden blijft."
Zighier ook ónze bevinding en ónze
conclusie na ernstige kennisneming van
den finantieélen toestand der gemeente,
zooals die blijkt uit de aanhangige be-
g rooting.
Bil vluchtige beschouwing van enkele
hoogere ontvangstberamingen van be
taalde nict-directe belastingen (tusschen
haakjes: het heffingspercentage wordt
niet verhoogd, doch uithoofde van ^an
dere belastingen moet door de gemeen-
tenaren toch maar een bedrag yan rond
f54.000 méér dan verleden ia ar opge-
hrachV worden! Of we nu van den hond
of van de kat gebeten worden!),
bii vluchtige beschouwing ook vail de
niet onaardige bedragen, welke we ont
vangen als uitkeeringen uit ;de op
brengst der O.-W.-belasting, alsook van
de gelden, welke de buitengemeenten
voortaan voor zeker onderwijs in onze
gemeente zullen bij-spijkeren, zou men
zich licht'lijk tot optimisme laten ver
leiden.
Dat optimisme is echter geenszins ge
wettigd tegenover bovenbedoelde
meevallers" (indien ze zoo genoemd
mogen worden!) staan de nooaige „te
genvallers"- -ztrodat we nu
toch het plan bestaat, het heffings
percentage van den hoofdelijken omslag
niet te verhoogen ('t vorig jaar moest
er f905426.—, dit jaar moet er f860.000
uit den H. O. komen: een vermindering,
doch het belastbaar - inkomen zal dit
jaar beduidend geringer zijn) zoo
dat we onzen indruk wèl mochten sa
menvatten: 't valt niet tegen, ;t valt
niet meê!
de woning van bela. bezocht, doelde mede,
dat er een wanordelijke toestand neersohte.
Toen hij vroeg, oi' er nog een 20-jarige thuis
was, zeide de vrouw, dat deze ziekelijk en
een zenuwachtige stumperd was. De recher
cheur drong er, op aan den jongen te zien.
In een alcoof, waar een afgrijselijke stank
heerschte, zat in een stoel een jongen. De
rechercheur vroeg: „hoe kom je hier zoo?"
De jongen antwoordde, wijzende op zijn moe
der: „Dat is toch zeker wel haar schuld."
Op verdere vragen van den rechercheur gaf
de vrouw onwtijkende antwoorden.
Uit het onderzoek bleek voorlsv dat dc
jongen als bovenkleeccu alleen aan had een
vuil hemd en geen kousen of sokken, alleen
een te groote bovenbroek. Het was wegens
den slank in de alcoof niet uit te houden.
Toen de rechercheur, vroeg of hij naar bui
ten wilde knikte de jongen bevestigend.
De president mr. Eekhout lot beklaagde:
„Hoe lang had uw zoon het hemd aan?"
Bekl.: „Sinds de loting."
De president: „Dat was dus anderhalf jaar
tang."
Dc Oif, van Justitie vroeg verder aan de
rechercheurs: „U had niet den indruk, dat
de jongen in de alcoof opgesloten was. Mocht
hij wel vrij loopen door de verschillende
vertrekken 1"
„Getuige: „Ja, dal wel!"
Daarop verscheen het slachtoffer. Hij
maakte een zeer afgeslomplen indruk en had
bqzwaar den eed At te leggen; vervolgens
deed hij een uitvoerig verhaal van zijn lot
gevallen. Hij woont thans te Lunteren. Tot
zijn elide jaar was hij op school geweest.
De president: „Om welke reden is u daar
na niet méér op slraat geweest?'
De jongen: „Moeder zeide, dat ilc daar
toe 'geen kleeren had."
De president: „De verhouding lusschcn
uw ouders was niet goed?"
De jongen: „Moeder was de haas. Vader
kon niet legen haar op. Vader hectl wel
aangedrongen, dal ik naar builen zou gaan,
maar moeder wilde liet niet hebben?"
De president: „Sinds hoe lang zat u slecht
iu de kleeren
Dc. jongen: „Sinds zeven jaar."
De president: „Welk Voedsel kreeg' u?"
De jongen: „Enkel brood."
De 1 vesideni: „Vroeger nooit eens warm
el en?'
De jongen: „Dat alen wij haast nooit."
Do president': „Hoe sliep u?"
Dc jongen: „Op twee stoelen mei een ma-
iras daarop."
De president: „Waarom sliep u niel in
een bedstede?"
De jongen: „Er waren maar twee bedden."
Dc president: „Wat deed u den ganschen
dag?'
De jongen: „Soms teekende ik wal."
Dc president: „Heeft u nooit gepoogd weg
te loopen?"
De jongen: „Noen. Ik had geen kleeren."
De president- „Waarom wasehte u zich
niet?"
Zfl „prakkiseerde" dep, ganschen
jongen: „Daar was geen gelegenheid
ACIIT JAAR OPGESLOTEN IN EEN
- ALGOOF.
Dc vrijheidsberooving in de Overamstel-
slraat le Amsterdam werd Vrijdag voor dc
Amsterdamsohe Rechtbank behandeld. Zie
hier het geval: Vorige, jaar onldeklc de po
litie, door huren gewaarschuwd, dal oen jon
gen door zijn vijftig-jarige moeder opgesloten
werd gehouden 111 een acloof. Daar zou hij
reeds vele jaren doorgebracht heben in ver
vuilden toestand en slecht gevoed. De zeer
verzwakte jongen werd eerst in de Quaran
taine-inrichting en daarna iu een kolonie van
liet Heilsleger verpleegd. De ontaarde moe
der, juffrouw PielerseDe Langen, werd ge
arresteerd en in het huis van bewaring op-
eslolen.
Vrijdag bad zij zich le verantwoorden we
gens vrijheidsberooving. Subsidiair was haar
ten laste gelegd: hel brengen in een Iiulpe-
loozen toestand van iemand, lot wiens on
derhoud zij verplicht is, subsidiair het op
zettelijk benadcelcn van diens gezondheid
Op het eerstgenoemde misdrijf staat een
maximum-gevangenisstraf van zeven jaar en
zes maandenop misdrijven, subsidiair ten
laste gelegd, slaan echter veel lagere straffen.
Tien getuigen h charge werden gedag
vaard, w.o.- de vader, twee dochters en de
bewuste jongen uil hel gezin.
Verdediger was C. S. G. de Ilarlogh.
Reeds geruimen lijd vóór den aanvang
verdrongen zich vele nieuwsgierigen, onder
wie een groot aantal vrouwen, .vóór het Pa
leis van Justitie en vóór den ingang der pu
blieke tribune in de Lange Leidschestraal.
Hier moest dc politie de baan vrij maken,
ten einde verkeersopstoppingen ie voorko
men.
Do ziUing werd geopend door den president
mr. Eekhout, waarna de dagvaarding voor
gelezen werd.
Aan beklaagde is ten laste jtelegd, dat zij
gedurende de laatste acht jaar, of althans
gedurende geruimen tijd, opzettelijk haar
zoon Johannes, geboren 4 September 1901,
wederrechtelijk in een of' meer vertrekken
van het door haar bewoonde perceel aan
de Ovcfamslelstraal heeft opgesloten gehou
den cn zoo onlreinigd, onvcrplecgd en on
dervoed heeft gelaten, dat hij niet buiten
de woning kon gaan en daardoor vaii zijn
vrijheid beroofd heeft gehouden: alLhans
daardoor opzcllelijk dien zoon tol wiens on
derhoud, verpleging' en verzorging zij krach
tens dc wet verplicht is, iu een hulpeloo-
zen toestand heeft gehraclil en gelaten; al
thans daardoor opzettelijk zijn gezondheid
beeft benadeeld.
De rechercheur' Gettis. die mol ccn collega
De
voor."
Uit het verhoor van den jongen bleek, dal
hij geen kracht had zich legen zyn moeder
te verzetten,
Toen de politie kwam, begreep hij, dat lhj
uit zijn ellende verlost werd.
De president: „Maar was u wel opgeslo
ten
De jongen: „Ik mocht heen-en-weer loopen
en zal wel niet -achter slot en grendel, maar
had toch geen kleeren. DaVis hetzelfde.'
Ook vertelde de jongen, dal zijn moeder wel
eens hartelijk tegen hem geweest .was, toen
hij verkouden was.
De officier van'justitie: „Was u ooit in
dc gelegenheid iemand uw nood te klagen
De jongen: „Ik sprak nooit iemand buiten
mijn vader. Vader zeide altijd: „er is uicls
aan te beginnen
Uit de vragen van den verdediger mr. De
Ilarlog bleek, dat de vader ook nood warm
eten kreeg en evenmin schoon goed.
De verdediger mr. Ilarlog vroeg, oi dc
moeder voorheen minder haat koesterde
tegen den jongen en wal de oorzaak was
van den toestand.
Dc jongen antwoordde, (lal zijn moeder lol
het twaalfde jaar goed was geweest, docli ciat
een kaartlegster haar toen het hoofd op hol
had gemaakt, bewerende,, dal vader met on
tere vrouwen ging.
Daarop werd de vader gehoord, die niet
tegen zijn vrouw durfde optreden. Hij erken
de dat liij thuis niets te vertellen had.
De president„U liet u maar alles wel
gevallen? 't is een schande."
Uil hel verhoor van den vader blijkt, dal,
nadat de zaak uitgekomen was, vier boeze
roenen entstoffen voor ondergoed en hemden
gevonden werden.
Dc president (tol beklaagde): „Is hel dan
nooit bij u opgekomen daarvan kleeren le
laten maken?"
Beklaagde: „Ik had er geen tijd voor."
De officier van jusljlie cn óén der rechters
wozejn den vader cr op, dat zijn houding on
begrijpelijk was,
Mr. Van Binsbergen: „Waarom vertelde u
den toestand aan andere niet?"
De vader: „Ik schaamde me er over."
■Mr. Van Binsbergen: „Maar als vader moest
ge u nog veel meer schamen, dal hel zoo
ver gekomen is, zonder dal u er iets
deed."
Over dc huiselijke toestanden en dc levens
wijze van het gezin Pielerse gaf de 18-jarige
dochter Hendrika nog nadere bijzonderheden.
Zij cok had drie jaar lang thuis gezeten zon-
cr maar even op straal te komen, omdat
zij geen voldoende kleeren had. Als de moe
der uitging, werd Jan opgesloten in de alcoof.
De ramen waren' met papieren beplakt.
Aangaande den geestestoestand der moeder
deelde getuige mede, dat zij in den laatklcn
lijd zat te prakkizeeren, net oi zij geen benul
had. Omdat vader dikwijls dronken was, weitl
modder ook onverschillig. De hond af melk
en Witte brood, en Jan en ik kregen niels.
Daarna verscheen een andere 26-jarige
dochter, Joh. Pielerse. Zij was ju haar jeugd
bij haar grootouders opgevoed. Alles ging
goed lot acht ja-ar geleden. Daarna werd gaan
deweg alles verwaarloosd, omdat moeder
meende, dat haar man met andere vrouwen
liep. Zij verloor den moed, ook wegens va-
der's dronkenschap en liceft daarom, volgens
getuige, geen kleeren voor den verwaarloos
den ion gen gemaakt, al was cr slof voor aan
legen
'wezhi
dag
De officier van justitie: „Is het ooit in
u opgekomen politie of voogdijraad te waar
schuwen
Getuige: „Neen, dat niet."
Als getuige thuis kwam, vertoonde de jon
gen zich nooit, omdat hjj zich scuaamda
voor zijn zuster.
In de buurt liep het gerucht, dat de ion
gen ziek was.
Mr. de Harlogh, tol geluige: ,,Was de
moeder niet wal zonderling?'
Getuige: „Ze moeide zich mei niemand,
Geluige dr. J. A. de Graaff deelt mede.
dat hij hel gezin Pielerse gedurende veertien
jaar kent. Toen bezocht hij de familie, om
dat de jongen longontsteking had. Hij was
destijds 5 i 6 jaar oud. Een jaar of twee
geleden kyum hij weer bij de familie. De jon
gen zag cr vies uit en maakte een „béten"
indruk.
De president vroeg met verbazing aan den
dokter, of hij hij dit bezoek niet aan ae
moeder gezegd had, dat de jongen uit moest
De dokter: „lk dacht, dat 't wel in orde
zou komen, als hij 11a de loting in dienst
kwam."
Volgens rapjiort, dat de dokter 11a de ont
dekking van hel geval uitbracht, was de
jongen door niet genieten van buitenlucht en
ondervoeding in groei en levenskracht achter
gebleven.
De officier van justitie: „Als deskundige
kunt u wèl verzekeren, dat hel thuis-hou-
den van iemand van liet clidp tot het twin
tigste jaar de gezondheid benadcelcn is."
Dc dokter: „Ja.Dal is mogelijk.
De president tot beklaagde: „Wal hecïl u
cp dit alles (e zeggen?"
Bekl.: „Ik heb veel te veelygeprakkizeerd."
De president: „Waarom liet u den jongen
niel uitgaan?"
Bekl.: „Hij wou zelf niel."
Requisitoir \an den officier va 11 justice
mr Wolfson. De jongen is, naar ons geble
ken is, weliswaar 'niet van zijn vrijheid we
derrechtelijk beroofcq want hij kon vrij heen-
en-weer loopen, doch de verzorging is'achler-
wege gebléven. De jongen werd overgelaten
aan vervuiling cn gemis aan zorg. Men moet
zich jiog verwonderen,' dat van nel kind
nog zooveel terechtgekomen is, dat het nog
goede antwoorden gegeven heeft op de vra
gen van den president. Deze verwaarloozing
is niel geschied onder den onmiddellijken in
vloed der kaartlegster, doch zij heeft acht
jaar lang geduurd. Hel is begrijpelijk, dal waai
en de zusters èn de vader èn de buren en ook
ccnigszins de dokier bij verlooning van hel
kind zich nooil afgevraagd hebben:
moet er niet ingegrepen worden?
Eindelijk onldeklc een buurvrouw een
schim van een mcnschelijke gedaante in de
alcoof. Zij waarschuwde de politie. De jon
gen ging eerst naar Zeeburg, naar het quaran
taine-station, en da ar na ontfermde zich Act
Leger des Heils over hein.
De vadqi- gaf f21 van zijn weekloon voor
het gezin. Niettemin lieten dc ouders het
kind zonder onderwijs. Nu is het de vraag,
of er nog iels van terecht komt.
Yan opzettelijke vrijheidsberooving is cell
ier niets gebleken. Blijft over hel subsidiair
ten lasle gelegde, 11.I. het brengen van Ie
mand in een hulpeloozen toesland en hel op
zettelijk henadcelen van diens gezondheid.
Daar op dit laatste de hoogste strat sLnat,
meende de officier, dat beklaagde voor deze
ten laste legging veroordeeld moei worden
en eischic een gevangenisstraf van tweo jaren
legen beklaagde (jui'fr. Pieterse).
Pleidooi
Die verdediger mr. L. S. G. de Hartogh
schetste het romantische der zaak voor het
publiek cu sprak zijn verontwaardiging uit
over een geïjlustrecrd blad, dat beklaagde
hij 't volk geïntroduceerdheeft als „beesl-
ïncusch", waardoor twee oplagen van het blad
werden uitverkocht;. PI. hooplc nog iets
voor beklaagde in hel midden te kunnen
brengen, opdat de verkeerde meening aan
gaande dit schepsel weerlegd wordt cn niet
gesteenigd worde als het vrij komt. Inplaats
van afschuw meet men medelijden hebben.
Dc jongen zou acht jaar opgesloten geweest
zijn, doch ais hij uit dc alcoof wilde, ko.11 dat.
Hij kreeg hetzelfde eten als dc anderen. Dc
jongen was wel slecht gevoed, slecht ge
kleed en vies en wilde daarom niet op straat.
Ilij is niet van zijn vrijheid beroofd, doch
schandelijk vei'waarloosd geworden.
Yan opzettelijke vrijheidsberooving is geen
sorake. Subsidair ten laste gelegde het bren
gen van iemand in een hulpeloozen toestand.
Maar cr was toch ook een vader, die verplicht
was, volgens de wel te helpen. Blijfl nog over:
het benadcelen van iemands gezondheid cn
waar het zeer moeilijk was op deze zaak een
mfquci le plakken, heeft mén dit genomen
uit ons Wetboek van Strafrecht. Wij weten
echter niel, of de tegenwoordige gezondheids
toestand van den jongen niet veroorzaakt
wordt door andere kwalen. Vroeger neeft hij
klieren gehad cn is rheumatisöh, van andere
ziekten welen wij niet veel.
Dr. Meijers, den psychiater, heelt op zijn
verzoek een onderzoek ingesteld aan de hand
van siuKken. Oorspronkelijk was de vrouw
een goede moeder. Op eens is zij veranderd.
Hoe zij er toe lcwahi, doet er niel loc. 'Zij
kan er reden toe gehad hebben. Zij verdacht
haar man van ontrouw, is naar ecu kaart
legster geloopen. Daarop' werd zij onverschil
lig voor alles. Kreeg' achterdocht jegens haar
man, Buren en kaartlegsters dikten dit aan,
haar geheel e persoonlijkheid en de weinige
energie, welke zij bezat, werden er door in
beslag genomen. Het ontbreken'van aelieyen
weerstand werkte de verwaarloozing in hel
gezin in de hand. Dr. Meijers beschouwt (1e
zaak op het randje -vail paranoia (krankzin
nigheid). Deze vrouw heeft haar zooii ver
waarloosd, zonder eenig motief. Zij kan niet
geheel noTinaal zijn.
Pleiier concludeert, dat dc twee eerste Len
lasle leggingcn niet bewezen zijn eu ten aan
zien van de laatste meent hij de dagvaarding
nietig te moeten verklaren, omdal niet blijkt,
waardoor cle gezondheid opzettelijk lienadeekl
werd. Juridisch kan pi. bekl.'s invrijneids-
stelling vragen. Hij heeft dit goed overwogen
cn was bevreesd, dat het volk deze vrouw
misschien zou verscheuren, als zij zou vrij
komen. Waar moet zij heen? Zij staat alleen.
Verzoening met haar man is .onmogelijk, de
jongen is- nu bij hel Leger des Heils, (le an
dere dochters dienen.
Pi. heeft zich gewend lot een maatsc'ïïajS
pelijk werk van het O. L. Yrouwe-gasliiui|
en hij is er in geslaagd een verblijf voor haaï.'
le vinden buiten Amsterdam, waar zij kan
vertoeven tot deze zaak gesmoord rs. i'
Pi. vroeg ten slotte de onmiddellijke in-
vrijheidsslelling.
De rechtbank ging in de raadkamer en
heslistiq dat hiervoor geen termen waren te
vinden.
Dc uitspraak werd bepaald op 21 Jan. a.s,
o
ARR. RECHTBANK TE ALKMAAR,
Zitting van Dinsdag 11 Januari.
UITSPRAKEN.
J. B., koetsier, Alkmaar. (Diefstal).
Eisch: 2 maanden gev. straf vcoriv.
Uitspraakconform eisch.
J. R., veehouder, Zuid-8-charwoude,
(Melkvervalsching). Eisch: 1 maancl gev,
straf. Uitspraak: conform eisch.
H. A. M., bouwkundig-opzichter, Hel
der. (Verduistering). Eisch: 5 maanden
gov. straf. Uitspraak: f60 boete subs,
60 dagen hechtenis.
J. V.. timmerman, Helder. (Verduiste
ring). Eisch: 3 maanden gov. straf voorw.
Uitspraak: Vrijgesproken.
C. D., putbaas. Helder. (Verduistering).
Eisch: vrijspraak. Uitspraak: f25 boeto
suis. 25 dagen hechtenis.
O. M., vrachtrijder, Zijpe. (Verduiste
ring). Eisch: 3 maanden gov. straf voorw.
Uitspraak: conform eisch.
J. T., landbouwer, Egmond-Binnen
(Melkvervalsching). Eisch: eén maand
gev. straf. Uitspraak: 14 dagen gov. straf.
A. B., slager, St. Pancras. (Oplichting),
Eisch: eén maand gev. straf Uitspraak:
onform eisch.
'Cl, B., timmerman, Bergen. (Overtreding
politieverordening appelaaak). Eisch: f5
boete sut», 5 dagen hechtenis. Uitspraak:
conform eisch.
A. P., (huisvrouw van P. d. V.,) De
Rijp. (Mishandeling) Eisch: f10 boete
subs. 10 dagen hechtenis. Uitspraak: f5
boete, subs. 5 dagen hechtenis.
A. H., metselaar, Helder. (Wcderepan-
nigheid)Eischf25 boete subs. 25 dagen
hechtenis. Uitspraak: 1 maand gev. straf.
D. B., landbouwer, Hoogkarspel. (Over
treding Militiewot). Eisch: f 25 boete subs.
25 dagen hechtenis. Uitspraak: conform!
eiscii.
G. T., boekhouder, Helder. (Belcedi;-
ging) Eischf 25 boete subs. 25 dal-
gen hechtenis. Uitspraak: f 15 boete subs,
15 dagen hechtenis.
G. T„ boekhouder, Heider. (Relcedi-
ging in geschriften.) Eisch: f25 boete
subs. 25 dagen hechtenis. Uitspraak: f15:
boete subs. 15 dagen hechtenis.
O. K., arbeider, Ursem. (Mishandeling.
Eisch: 3 maanden gev. straf. Uitspraak!:
[40 boete subs. 40 dagen hechtenis.
NiEUWiE ZAKEN.
'n O pli c li ter.
P. K. muzikant, 24 jaar Oud-Karspel,
thans ged. is beklaagd ter zake dat hij op
23 October j.I te Koegras L. Geerhngs,
huishoudster, aldaar, opgelicht Heeft voor
een leening van f 100.
Als eerste getuige wordt gehoord E|.;
Geerlings
Bekl. t'egai zidh in het cafe 'Schut, waar
van hij wist dat het te koop stond, onder
voorwendsel de zaak te willen koopen. In
geval hij daarin slaagde zou hij de huis
houdster L, Geerlings, die in het cafe 'in
betrekking was, in zijn dienst houden. Bekt.
maakte echter bezwaren tegen de te boogje
'koopsom wel was hij in het b'ezit van f 1100
maar de koopsom bedroeg f4550. Bekl.
zegde voor bet ontbrekende misschien wel
een borg te zullen vinden k'wam nadien
echter terug en stelde aan de huishoudster!
L. Geerlings voor aandeel in de zaak te ne
men op welk voorstel de huishoudster gre
tig inging' en hesn vau haar spaarpennini-
gen een bedrag van f 100 (zijnde 7 biljetten
van f 10 en 12 van f2.50( overhandigde;
zonder daarvan evenwel een b;ewijs te ver
krijgen. Bekl. wist telkens de zaak zóó te
keeren en te draaien dat hij het bewijs der
storting van f 100 niet moest verstrekken,
van overname der zaak kwam niets en de
huishoudster begreep, tenslotte dat zij b'e-
drogen was,
Bekl. ontkent, hij zelf is niet over de zaak
begonnen, gel. heeft hem1 voorgesteld 'de
zaak voor gezamenlijke rekening te drijven,
bekl. jheeit evenmin gesproken ovér het
icit dat hij f 1100 zou bezitten, welke sotm'
naar gei. beweert volgens zijn verklaring;
voortkwam van den verkoop van een hem
teebehborende bioscoop. Bekl. ontkent óók',
dat hij tegen de huishoudster zou gezegd!
hebben, dat hij ft00 -noodig had om zeker
van de deelname te zijn. Bekl. zegt later wet
recht gcliad te hebben op de f 100 dve get.
hem overhandigd bad maar erkent dat hij!
op het oogehibtik dat ze hein ter hand ge
steld werden er edhter geen minste aan
spraak op had. Bekl. heeft de f 100 voof
zich behouden, als schadeloosstelling daatj
de koop net doorgeigaan is tengevolge
van het feit dat get. zich teruggetrokken
heeft. De president qualifieeert deze daad!
als een oplichters truc.
De verdediger Mr. Stap vraagt aan giet.
of zij vrvoegcr reeds met een zekere Boer-
sen van Anna-Paulowna gesproken heeft!
ever overname van deze zaak, get. ontkent
Mr. Stap vraagt of get. deriijds aan zekere
B. (een gehuwd man) niet voorgesteld lieefü
samen naar Alkmaar te gaan wonen. Get.
zegt dat zij B. 'telkens doorgezonden heeft.
Dé verdediger zegt deze vragen te stellen
in verband niet de kwaliteit van get. D.
Geerlings. Get. Laagland-Winder eigenaar
van liet cafe komt vertellen hoe de zaak
zich toegedragen heeft. bekl. wasTiet direct
een otreivgi de koopsom, maar ging nog!
niet tot koopen over, hij zou terugkomen
et. aanzag hem voor een ernstig' hooper,
iet. Hendrikje Verdries verklaart dat bekl.
er op uitgetrokken is om haar man te zoe>
ken, zij legt een briefje over d#t bekl. ze"
geschreven hebben maar onderteekeinit
door get. D. G. Get. Verdries verwijt
bittere bewoordingen aan bekl. zijn gedra
De president meent dat wat deze
zecri de waarheid is
i
"1
ill
l'J
11
- A
A.
w
- V
f
'1
iff!
i
I
Jf
ft