R.-K. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR NOORD-HOLLAND
NOORDERBANK,
Uitvoering Unorders
BINNENLAND.
FEUILLETON
ABONNEMENTSPRIJS:
VERSCHIJNT DAGELIJKS.
ADVERTENTIEPRIJS
Parlementaire Kroniek.
Mhmmar»
[Ne, 345.
VRIJDAG 18 FEBRUARI 1921
ON §1 BLAD
13e JAARGAWj
PER KWARTAAL VOOR ALKMAAR f 2.—, BUITEN 2.50
MET GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD f 0.50 HOOGER.
Bureau; HOF6# ALKMAAR. - Telefoon REDACTIER633!E
Van 1 tot 5 regels f 1.25; elke regel meer f 0.25; Reclames per
tegel I 0.75; Rubriek „Vraag en Aanbod" bij vooruitbetaling
per plaatsing f 0.60.
Aan alle abonné's wordt op aanvraag gratis een polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van t 500.—, f 400.—, t 200.—, f 100.— t 60—f 35.—-, f 15.—
T"
Hel werkhoaheid-debat.
iWelnig of geon resultaat, heeft de
motie-Van don Tempel in zake de werk
loosheid opgeleverd. Met een flinke meer
derheid onze lezers weten het al
is die motie, om allo voorschotten aan
dc kassen a fonds peidu te verstrekken,
verworpen. Alleen de Socialisten, de
Communisten, de Vrijzinnig-Demoeraten
en do liberale, heer De Moral* stemden
voor.
Het fiasco van d6n heer v. d. Tempel
viel voor egn goed deel op rekening
van zijn overdrijving en zijn klaarblijke
lijk streven om politieke munt uit het)
werklco2bn-debat ten koste der Regeering
te slaan. -
Die overdrijving toonde de Christelijk-
historische atgevaardigde Snoeck Henke-
mann met kiem van redenen aan.
De heer Van den Tempel had gespro
ken van een krankzinnigen toestand, van
algomeene crisis. Hij had gesproken van
rogeeringsmaatregelcn, die elk sociaal-
voolond menseli' tégen dé horst .moesten
stuiten en hij had Minister Aalberso ver
weten, dat hij geen ruggeraat toonde,
Neen, zei de heer Snoeck Honkemans,
wat ge daar beweert, is onjuist. De Be-
georipg heeft getoond, dat zij den toe
stand kent en do genomen maatregelen
bowijzen, dat zij bereid is om in te grij
pen en de zaak niet op haar beloop te
laten.
Do hoer Van den Tempel had ge
sproken van een algemeene crisis. Er
is, ahlus de Ckristolijk-historisoho afge
vaardigde, geen algemeene crisis en geen
algemeene werkloosheid in Nederland..
Wel is er hier en daar arjnoede, omdat
do wprkloozenkassen zijn uitgeput en ook
is er hier en daar werkloosheid. Tegen
over de^geëisohte cenntralisatie der werk
verschaffing door het Rijk door den lieer
Van den Tempel, stelde de heer Snoeck
ïlenkemans werkverschaffing door do ge
meente. In enkele gevallen, bijv. wegen
aanleg', kan het ook zijn oon provinciaal
belang. ILet Rijk moet zich bepalen tot
hot baoorclealeii der onderneming en het
veiieenen van steun.
De bitterste critiek van den heer van
den Tempel gold do houding van den
Minister in zake tie. werkloosheidsverzeke
ring.
Die critiek vond cie ne.r Snoeck Hen-
keiaans ten eenemale misplaatst. Werke-
loo.sheidsverzekering is een uitnemen i in
stituut, dat krachtig moet
steund, maar het hooft ook zijn go va.,
lijke zijde. Dio werkloosheidsverzekering
is niet gevaarlijk voor den oner'gieken
werkman, die er tegen op ziet, zonder
werken aan het eind van do week zijn
loon te ontvangen.
Maar de heer van do- Tempel kent
toch ook wel de uitwassen der werk
loosheidsverzekering. Hij kent ook wel
de gezinnen waarvan drie jongere leden
f ló per weel verdienen, hun ouders f 10
kosteld geven en met f 8 in hun_zak
ror.dloopen, de menschen die minder te
ver leren hebben ergeren.
Die uitwassen moeten worden gedra
gen, maar om uitkeeringen te geven aan.
jonge menschen, als de kassen leeg zijn,
drt gaat te ver.
En wat heeft de Minister van Arhgid
gedaan? Hij eischte niets anders dan de
toopassing'van bestaande bepalingen van
het reglement. De Minister heeft niets
niouws gevorderd.
In art. 33 van den R. K. Sigaren-
makersbond St. Willibrordus, staat uit-.
3drukkelijk, dat het bestuur bevoegd is,
wanneer do kas ket noodig maakt, den
duur en'het bedrag der uitkeeringen te
verminderen of do uitkeering geheel op
te heffen.
En toen de heer Van den Tempel uit
riep: durft u zich daarop beroepen?, ant
woordde zijn tegenstander :dat durf ik
niet alleen, maar dat wensoh ik.
Ook de heer Haazevoet, de Katholieke
werkmans-afgevaardigde, trad in 't krijt
ter verdediging van de Regeering. Hij
wees er op, dat zij krachtige maatre
gelen heeft genomen ter bestrijding van
den nood, en hij spoordo den Minister
van Arbeid aan, om zoo mogelijk, nog
krachtiger op den ingeslagen weg voort
te gaan. Do socialisatie, waarvan de heer
Van den Tempel en zijn partijgenooten
alle heil verwachten, noemde deze afge-
vvaardigde een wissel op do toekomsteen
geestig vergeleek hij haar met eeri eta-1
lage-artikel in den sociaal-democratisehen
winkel.
Een ander geluid, maar dat ook zeer
goed klonk, liet de heep Van Dijk lioo-
ren. Zeer terecht signaleerde deze het als
een verkeerde tactiek om maar miüioenen
uit de schatkist te voteeren voor de
worklooze arbeiders, terwijl aan den an
deren .kant de autoriteiten van Rijk -en
gemeente en ook groote bedrijven zooals
de - spoorwegen, hun bestellingen doen in
het buitenland en aldus de Nederlandsche
Nijverheid aan haar lot overlated. Van
de regeeringsorganen zijn het volgens den
katholieken afgevaardigde, vooral de de
partementen van Waterstaat (inclusief
het Post- en Tq^ïgraafbcdrijf) en van
Marine, die zich onderscheiden door het
getrouw in practijk' brengen van de me
thode die uit den tijd is, om uitsluitend
te overwegen, .waar men het goedkoopst
terecht kan, geen acht te slaan op de
arbeidsvoorwaarden als inderszins, waar
onder de leverantie plaats heeft en aller
minst ook aan do eigen nijverheid te
denken. Ook do gomeenten Amsterdam
on Den Haag kregen in dit opzicht
een harde noot te kraken.
Een warm. woord vandank aan de
Regeering, speciaal aan den Minister van
Arbeid, sprak ook de Katholieke werk-
mans afgevaardigde van Rijzewijk. Zijn
dank gold alles wat reeds ter bestrij
ding der wer .'oosheid was gedaan. Daar
om. had het he'-u^-So:. - - 4 --.laf.
den heer Van' den Tempel te hooren
afgeven op den Minister en de Regee
ring, alsof zij niets deden. Wel had
sprekei' liever gezien, dat de Regeering
het gehoele bedrag .voor de nieuwe rege
ling a fonds perdu gaf, maar nu dat
niet geschiedt, was er voor hem geen
''-i-én da Rogesring te keer
jjo juiuue-Van den Tempel kon het
slechts tot 26 stommen brengen. Een
jelukkiger lot viel de motie-Van Rijze
wijk Haazevoet Kuiper tendeel,
dié met 39 tegen 36 stemmen werd aan
genomen. Door deze motie die ook
de f stemmen der Socialisten kreeg
heeft de Kamer zich uitgesproken voor
do wenschelijkheid, om ten spoedigste van
Reg'oeringswego maatregelen to treffen,
welke den normalen gang der productie
in ons land kunnen bevorderen en ver
zekeren, waarbij de Regeoring verzocht
wordt voorlichting te zoeken bij de or
ganisaties van de verschillende sociale
groepen in ons volk en haar medewer
king in te roepen. Do onzen lezers reeds
bekende motie-Van Ravesteijn, werd ver
worpen met 74 tegen 3 stemmen.
Minister Aalherse was niet tegen de
motie-Van Rijzewijk c.s. Verder ver
klaarde hij met nadruk, dat er geen
verband bestaat tusschen de 8 uren ar
beidswet en' do werkloosheid.
Deze laatste aldus de Minister
is een internat-ionaalt verschijnsel en in
landen waar de arbeidswetgeving niet
op de hoogte van ons land staat, is de
werkloosheid grooter. Van vergunningen
tot langeren arbeidstijd is geen gebruik
gemaakt om internationale redenen, zoo
als de daling van de gfondsttoffenprijzen.
Minister Aalberse verklaarde dan ook
beslist, niet mee te zullen doen aan
de reactie tegen de Arbeidswet, welke
in ket land gaando is.
Nu dezer dagen zoo'n opgescl rok ct
manifest verschenen is van het Nedor-
landseke Vakverbond, waarin o.m. ge-
sprokean wordt over do „reactio tegen
de 8 uren wet," kan het geen kwaad,
hier even vast te leggen, dat van Ka
tholieke zijde, met den Minister van
Arbeid, aan 't hoofd, die reactie ook
wordt afgekeurd.
Wat de Pers ze|t.
HET SYSTEEM,
Men heeft in de Tweede Kamer van
vrijzinnig-democratische en socaaa-l-dt so
cratische zij-de weer eens een aanval ge
waagd op den Minister van Landbouw,
met de klaarblijkelijke bedoeling <i n
bewindsman onmogelijk te maken. Het
god-d thans de onverkwikkelijke historie
van het veevoeder uit afvalproducten, et
systeem van Calear.
Dat zaakje zal de schatkist eenige -il-
lioenen kosten.
En het is te verstaan, dat de. Kamer dit
niet aangenaam vindt.
Het gaat echter niet aan, het verk op
dezer kostbare zaak dezen Minister te
wijten, die haar trouwens niet eens jraid
opgezet, maar haar moest overnemen van
zijn voorganger, zegt de „Standaard."
„Wij zalen nu eenmaal in een stelsel
van verregaande staatsbemoeiing, waar
voor de eenige verontschuldiging de
oorlogstoestand was.
Volkomen terecht zeide de heer Van
Sasse van IJsselt, die zijn oog over
bijna heel de liquidatie heelt knnr.cn
laten gaan, dat het kwaad zit in d et
systeem. Eenmaal zulk systeem aan
vaard, komt men tot allerlei dwaze dln-
dingen.
Men .zou hetzelfde zien gebeuren jij
een stelsel van social ---
tracht werd het kwaad, dat aan het
systeem inhaerent is, te k-eeren.
Aanvallen op een bewindsman, die
ten slotte moeilijk steeds den reohten
weg in den doolhof kon vinden, baten
niet."
Oppassen, niet weer in zulk een dool
hof te komen, is de beste les, die men
uit de geschiedenis trekken kan. En al is
het leergeld dan wat hoog, het is niet ge
heel nutteloos uitgegeven.
VERDEELING VAN
•SCHATTEN OVER 'T
LAND.
-We lozen in 't „Ov. Dgbld.":
KUNST-
GEHEELE
„Er is in ons land een heel belang,
rijk dispuut gaande over de vraag of
er van uit Nederland eenige belang
rijke schilderijen van het Rijk en van
een paar gemeenten, de gelukkige eige
naars dier meesterstukken (van Rem
brandt, Vermeer, Hals), naar een ten
toonstelling in Parijs zullen worden
gezonden.
Wij voor ons gevoelen or niet veel
voor, maar wat wij heel gaarne zou
den zien, dat is, dat het Rijk er toe
kon besluiten iets van de nationale
kunstschatten te verdeelen over ge
heel ons land. 1
Ook op het gebied der kunst is
de concentratie noodlottig. De provin
cie heeft weinig; de groote centra zui
gen ook nog de meeste' artiesten naar
zich toe van de oude nationale
meesterwerken en andere kunstschat
ten blijft de provincie verstoken.
Hoe mooi en -hoe wenschelijk zou
het zijn, van den overvloed bijvoor
beeld van het schilderijen-pakhuis dat
Rijksmuseum - heet, iets to verdeelen
over do voornaamste steden der pro
vincie. Men zou er z.g. filiaal-musea
kunnen oprichten en mogelijk ware ook,
do verschillende collecties nu en dan
"te verwisselen, zoodat ook het volk
uit de provincie eenig heter begrip
kreeg van kunst, oudheid, enz. .Welk
een opvoedende kracht kon daarvan uit
gaan.
.Men zegt nu wel, dat do provincialen
de musea in de Hoofdstad bezoeken,
maar wat heeft zulk een museum-
bezoek van voor hun amusement rei
zende menschen gewoonlijk weinig te
beteekenen.
Konden in de provinciesteden op ge
zette tijden nieuwe schilderijen e. d.
worden geëxposeerd, er zöu groote en
gedegen belangstelling zijn en onze
nationalo kunstschatten zonden geeste
lijk productief zijn 'gemaakt.
Maar twee tegen een dat dezelfden
die thans onze Rembrandts naar Pa
rijs zouden zenden, tegen de degradatie
naar de provincie zouden opponeeren.
En dat niettegenstaande in de provin
cie geen in oorlogen gestolen schilde
rijen hangen en de provincie in de
belastingen dapper meebetaalt aan de
verwerpelijke concentratie van kunst in
een paar steden."
Tot zoover bovengenoemd orgaan.
De „Msb." maakt hierbij de volgende
kantteekening:
„Het denkbeeld van filiaal-musea
verdient zeker wel eens ernstig onder
de oogen te worden gezien. De con
centratie van kunst in de groote ste
den is echter niet zoo volstrekt ver-
werpelijk als onze Zwolsche collega
meent, meer smciaal in verhand met
studieholangen. Door bestaande groote
collecties uit elkander te rukken zou
systematische hestudeering van 'n mees
te., school 01 tijdperk ten zeerste wor
den bemoeilijkt.
Bij de vraag of onze musea in de
groote steden niet eens iets aan de
provincie konden afstaan of in bruik
leen geven, denken wij op de eerste
plhats aan kunstwerken en oudheden,
die voor het verleden van een of an
ders kleinere Btad van beteekenis zijn
geweest. Voorts zou een groot museum
ook wellicht een kleinere collecte kun
nen samenstellen als een „reizende ver
zameling" welke nu eens hier, dan weer
elders in de provincie eenigen tijd ter
beschikking zou kunnen worden ge
steld."
ATEL. van MODERNE FOTO'S
gR. BLOKKER. KOORSTRAAT 21. DAC. OPEN.
REORGANISATIE VAN
POLITIE-WEZEN.
HET
In ket afdeelingsonderzoek van het des
betreffend wetsontwerp, achtte men de
indiening van dit wetsontwerp voorbarig
Vele ieden wenschen meer eenheid iu
het politiewezen. In breede kringen
heerscht de overtuiging, dat de bestaande
verbrokkeling der Rijkspolitie in drie
korpsen: Rjjksveluwackt, marechaussee en
politietroopen, welke naast de gemeente
politie do politietaak vervullen, don po
litiedienst in hooge mate schaadt en tot
groote geldverspilling moet leiden.
Het ontmoette hij sommige leden ook
ernstig bezwaar, dat, mochten de plan
nen van den minister worden verwezen
lijkt, ket gezag, dat do procureurs-gene
raal bij de gerechtshoven, fungeerende
directeuren van politie, thans qyer de
Rijkspolitie uitoefenen, hun goeddeels zal
worden ontnomen.
Aangezien vele loden verklaarden, dat
zij op grond der hierboven weergegeven
bezwaren aan het wetsontwerp hun. Btem
niet zouden kunnen geven, terwijl Slechts
weinige leden met de strekking van 't
wetsontwerp instemming be.uigden, meent
de Commissie van Rapporteurs der Regee
ring In overweging te moeien geven, het
wetsontwerp voorshands terug te nemen.
NEDERLAND EN BELGIE.
De onderhandelingen. De commissie
voor huitenlandsche zaken in de Belgi
sche Kamer heeft besloten den minis
ter van buitenlandsche zaken uit te noo-
digen met haar de. kwestie te komen
bespreken van de hervatting der on
derhandelingen met Nederland en wél
ten opzichte van de Wielingen.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Donderdag 17 Februari,
Verhooging der posttariqven.
D^ MINISTER VAN BINNENLAND-
SCHE ZAKEN deelt mede, dat in af
wachting van een nadere regeling van de
financieele verhouding tusschen rijk en ge
meenten, het rijk bereid is, de afkoopsom
van het port voor de gemeenten voor
zijn rekening te nemen. Voor provincie en
waterschappen geldt dit niet, omdat er geen
financieele verhouding bestaat tusschen het
rijk en die lichamen.
Op een vraag van den heer VAN EMB-
DEN, V. D., verklaart de MINISTER
VAN WATERSTAAT, dat de afschaffing
van portvrijdom niet in werking zal treden
vóór de toezegging van de regeering wet
telijk is bekrachtigd.
Het ontwerp wordt z.h.st. aangenomen.
Voortgegaan wordt met de behandeling
der huurwetten.
De heer VAN DER FELTZ, V. D., be
toogt, dat ik |n de w ..licghoodwet opge
nomen regeling van onteigening', ongrond
wettig is. Zij behoort thuis in de onteige
ningswet.
De heer POLAK, S. D. A. P., betoogt,
dat afschaffing der huurwetten een «oclaie
ramp zou beteekenen en komt op tegen den
wensch van den heer Van der Hoeven,
om defi woningbouw weer te gaan over
laten aan eigenbouwers.
De heer VAN EMBDEN dringt er op
aan dat de wet zoodanig zal worden ge
wijzigd, dat ook de winkels, kantoren en
pakhuizen onder de huurWetbepalingen zul
len vallen.
De heer MENDELS, S. D. A. P., meent,
dat de voorstellen wel wat veel aan de
huiseigenaars tegemoet komen. Hij zal
evenwel geen stemming vragen.
De lieer BERGSMA, Lib., waarschuwt
tegen liet bouwen van alcoofwoningen.
MINISTER HEEMSKERK wijst er
op dat de voornaamste bedoeling der ont
werpen is, den bouw van meer woningen te
bevorderen. Wanneer de huurwetten zullen
kunnen verdwijnen is niet te voorspellen.
Over de werking der huurcommissies valt
niet te klagen.
De kwestie van kantoren, winkels en
pakhuizen wil spr. nog eens overwegen.
MINISTER AALBERSE merkt op,
dat dank zij de samenwerking van Rijk,
gemeente en bouwvereenigingen in ons
land meer woningen worden gebouwd dan
in eenig ander land.
De premiebouw heeft ter bevordering
van den particulieren bouw de verwachtin-
gen overtroffen. In twee maanden is 7
ton aan premies betaald.
Voor alcoofbouw zal geen Rijkssubsidie
worden verleend
Binneniandsch Nieuws,
DE STAKING OP 8 JUNI TE
AMSTERDAM.
De rechtscue wethouders Ie Amsterdam
de heeren Do Vlugt en iWierdels, heb
ben een nota gericht tot den gemeente
raad aldaar, waarin zij betoogen dat het
gowenscht is, dat alle gemeentewerklie
den, die aan de Jurri-stoking deelnamen,
dus ook die waarover de hoofden van
eenige gemeentediensten geen strafvoor-
stellen hebben ingediend, te gelijk wor
den gestraft.
DE KATHOLIEKE' INTER
NATIONALE.
Men schrijft ons van bevoegde zijde;
Blijkens een persverslag heeft dr. Metz-
ger uit Graz, hoofdleider der I.K.A., in
een rede over: De Katholieke Internatio
nale voor „Geloof en Wetenschap" te
Amsterdam de internationale conferentie
van 2 Februari te Parijs een mislukking
genoemd.
Deze voorstelling is onwaar.
Immers, met algemeene stemmen is
in de conferentie te Parijs het beginsel
van samenwerking der katholieke orga
nisaties in alle landen aanvaard.
En insgelijks is met algemeene stem
men besloten, een bepaalden weg op te
gaan om tot die samenwerking als eind
doel te komen.
Met het oog op ditjaaanvankelijk resul
taat is het onjuist, on van. dr. Metzger
was het ook onkiesch, van een misluk
king te spreken.
DE EX-KROONPRINS.
Men meldt uit Wieringen, dat aldaar
is aangekomen de secretaris-generaal in
algemeenen dienst mr. J. B. Kan, tot
het houden van verschillende besprekin
gen met den gewezen Duitschen kroon
prins.
Verduurzaamde levensmiddelen. Het
verbod tot uitvoer van alle v.erdilurzaam-
de vleeschwaren is voorloopig opgehe
ven.
Boschwet. De regcermg Heelt mede,
dat een ontwerp voor een gewone bosch-
wet gereed ligt.
ALCOOFWONINGEN EN RIJKS
SUBSIDIE.
De Minister van Arbeid heeft Donder
dagmiddag in do Eerste Kamer verklaard,
dat hij in overleg met de woninginspec-
tio en den gezondheidsraad tot het be
sluit gekomen is, dat voor het houwen
van alcoofwoningen geen rijkssubsidie
moet-worden voTleend.
DE WIJZIGING DER POSTWET.
Iri de Donderdag gehouden zitting der
Eerste Kamer is de wijziging van de
Postwet z. h. s. aangenomen, nadat inzako
de opheffing van den portvrijdom voor
publieke diensten de minister van Bin-
nenlanifseho Zaken de toezegging had
gedaan, dat in afwachting van een na
dere regeling van de financieele verhou
ding tusschen rijk on gemeenten, de re
geering bereid is de afkoopsom, die de
gemeenten aan het bedrijf der Posterijen
verschuldigd rzijn, voor rekening van het
rijk te nomen.
0© weürgevontien dochter
Naar het Fransch
van RAOUL DE NAVERY,
bewerkt door
L. M. VAN P1NXTEREN, R. K, Pr.
41.
Kticnnètle voleindigde niet. Een vo
gelgezang werd op eenigen afstand ge
hoord. Maar lioe helder dat gezang ook
was, het wedijverde niet met de vo
gels in het bosch, zooals op den mor
gen toen de burggraaf het gehoord had
nabij het ravijn. De droefheid versmoor
de eenige toonen. De zang Scheen in
een snik te eindigen.
Antonin luisterde zwijgend en loen
het vogelgckweel niet meer gehoord
tvverdj drukte hij Eüennette de hand
en verwijderde zich snel.
De aankomst van het wilde meisje
óp het kasteel van Songy .was door
de gasten als een nieuw soort vermaak
begroet geworden, maar was later juist
hen stoornis in de feesten geworden.
Ren edelman had wei aan de „Mercure
tic France een brief over hare gevan-
geuname geschreven, maar hij had geen
enkele bijzonderheid omtrent het arme
schepsel kunnen mededeelen. Men be-
•§reep dat üe diners, de jacht- endans-
£tai;üjen ia zekeren zin opofferingen
waren voor de kasteclvrouw van Songy. wezen. De kranzinnigheid scheen voor
Alleen graaf d'Epinoy vermaakte zich
nog en regelde de feesten. Zijne vrouw
verscheen uit wellevendheid en Anto
nin vertoefde er weinig.
Hel wilde meisje had zich van aller
geest en hart meester gemaakt. Ursula
a-achtte zich tot haar vriendin te ma
ken, Eüennette verheugde zich telkens
als zij eenigen vooruitgang bemerkte
m het vertrouwen harer beschermelin
ge. Antonin liad geen ander onderwerp
.van gesprek met zijne zuster. De bede
lares deelde de roode kamer met het
wilde meisje. Des nachts sliep net kind
der bosschen op den grond, de krank
zinnige op het bed. Na eenige dagen
vond de bedelares, dank zij de zorgen
van mevrouw d'Epinoy, op een tafel
een eenvoudig kleed, schoenen passend
voor haar zeer kleinen voeen. een
mandeltje van zwarte zijde. Zij nam
die voorwerpen met vreugde tot zich
en scheen de .waarde er van te De-
grijpen. Sedert zij het kasteel van Son
gy bewoonde, scheen tiaar ggest kalmei-
geworden, tiaar sterk geschokt zenuw
gestel herstelde zich. Op een leven vol
ontberingen, waarvan zij alleen de be
nauwdheden had kunnen verhalen,
olgde een bestaan, dat iu stoffelijk
opzicht gelukkig was. Tegelijk dat hare
lichamelijke gezondheid beter werd,
werd ook haar hart zachter gestemd,
daar zij het middel vond om hare fee-
der heijd .uit te storten over een levend
oogenblikken op te houden en een
weinig rust aan de vermoeide hersenen
te laten.
Zonder twijfel sprak zij nog in vage
woorden over een verleden, dat even
weelderig als gelukkig was; ook ver
levendigde zij nog in hare lange alleen
spraken de herinnering aan een kind.
dat door een onherstelbare ramp aan
hare armen ontrukt was, maar ter
zelfder lijd liefkoosde zij het meisje
van het ravijn en verliet het bijna
niet meer. Deze gaf toe aan de ge
negenheid, die haar bewezen werd. Men
zou gezegd hebbeu, dait zij behoefte
gevoelde tot een .wezen, dat haar lief
had, te naderen.
De opsluiting bad het wilde meisje
weldra bleek doen worden en na een
maand op het kasteel van Songy ge
weest te zijn, zou baar dofblank'e huid
niet hebben doen gissen hoe de hitte
der jaargetijden haar vroeger veran
derd had. Maar terzelfder tijd verbleek
ten mok het rood harer lippen en de
glans harer opgen. Een steeds voort
gaande .uitputting maakte zich van naar
meester. Aangegrepen door een verbor
gen kwaal, die zij niet kon beschrijven,
bleef zij geheele dagen op den grond
Eggen, nevens het venster, waardoor
zij hét boson kon zien, dat bosch,
waarnaar zij zoo verlangde. Somwijlen
bracht zij de hand aan de borst, alsof
rij gebrek aan lucht ha<l Qp andere
oogenblikken kroop zij al weenemd over I kasteel was teruggekeerd, llij naderde
den grond; dan zcïgj de bedelares met I meer tot zijne zuster, die door de on
zachte stem en langzamerhand bedaar- versckülige gasten te lang van hem
de haar gesnik. Terzelfder tijd leerde verwijderd bleef en begon thans de ge
zij den zin van sommige woorden, maar
zij scheen volstrekt geen verlangen te
gevoelen zich met hiare gelijken te on
derhouden, terwijl als zij een vogel be
merkte van welke soort ook, zij hom
begroette niet den zang die hem éigen
was, zonder zich ooit een enkelen toon
te vergissen. Alles bij haar duidde aan,
dat zij de beschavyig, die men haar
wilde mededeelen, onderging zonder ze
aan te nemen.
Eindelijk riepen de eerste koude da
gen de gasten van het kasteel ,van
Songy naar Parijs terug. Op het drukke
leven, dat het kasteel vervuld had, volg
de een kalmte,, waarnaar Etiennette en
haar broeder verlangden. Mijnheer
d'Epinoy alleen scheen te treuren over
het vertrek zijner gasten. Een opper
vlakkige geest, een man van pleizier,
die opging in ijdele gesprekken en ver
moeiende oefeningen, vreesde hij vooral
de verveling en meende er aan te ont
snappen door veel leven rondom zich
Nauwelijks hadden zijne gasten met
de zwaluwen hun vlucht genomen, of
luj sprak er over naar Parijs terug le
keeren. Maar Antonin, die twee maan
den vroeger met zijne zuster gesproken
had over den haast, dien hij had om
naar Versailles te gaan, scheen volstrekt
niet gehaast meer. toen de rust op het
noegens van het huiselijk leven te sma
ken, waarvan hij zoo lang vervreemd
was geweest.
Toen dacht mevrouw <FEpinoy er aan
den raad van dokter Gardinicr op te
volaen. üe toestand van het wilde
meisje werd ernstiger, haro droefheid
werd somberder, zij raakte de vruch
ten, die men haar aanbood, bijna niet
meer aan en scheen zwijgend voort
durend hare verloren vrijheid' terug te
vragen.
Op zekeren dag dan, ongeveer zes
weken 11a het toonecl dat haar tot een
gevangene gemaakt hal, nain Elien-
nétlc, na alle dienaren van het kas
teel rondom het park te hebben op-
-gesteld om een ontsnapping te voor
komen, haar bij de hand en deed haar
de roode kamer verlaten, toonde haat
daarna de ruimte als om haar te be
loven dat zij die zou wederkrijgen.
Het trillen der gevangene werd hevi
ger, naarmate zij de trappen afdaalde.
Toen zij den tuin bemerkte, met herfst
bloemen getooid, slaakte zij een luiden
kreet, en naar een boschje van late
rozen springend, drukte 'rif die onstui
mig aan hare lippen. Zij wierp daarna
een vrcesachtigen blik rondom zich en
vroeg zich at' of zij gevolgd en be
spied .werd, maar Eüennette ging rus
tig zitten op een marmeren bank, die
door een treurboom overschaduwd
werd cn scheen verdiept in het lezen
van een boek. Antonin stond legen het
balcon geleund. De jeugdige officier
had het wilde meisje niet teruggezien
sinds het oogenblik, dat hij haar op
de kussens van het rijtuig had weg
gevoerd. Hij stond versteld over de
verandering die bij haar had plaats ge
had. Haar tint was die van een kind,
dat midden in de maatschappij is op-
gevoecf terwijl haar kleeding daaren
tegen haar deed kennen als een schep
sel dat onbekend is inct de bescha
ving. Zij had in lecdere bevalligheid
gewonnen wat zij» in stoute schoonheid
verloren had.
De beschouwing van Antonin duurde
met lang, hij moést weldra met een
onrustigen blik de bewegingen van het
zonderlinge schepsel volgen. Na be
grepen te hebben, dat niemand hare
bewegingen belemmerde «1 dat nie
mand tiaar bespiedde, rekte zij met
zichtbare voldoening hare ledematen uit
en begon dqprna, haren loop richtend
naar liet meer, te loopen met dien
gang die haar eigen was. Zij gleed
over het gras zonder het aan te raken.
(Wordt vervolgd.)