8 nen. Ook in het weelderige slaapvertrek is ridder Roxiaan ontwaakt Staande voor het raam kijkt hij tevreden naar de aktiviteiten van zijn mensen en vult zijn longen met gezonde morgenlucht. Hij laat zijn ogen dwalen over de uitgestrekte bossen,met hier en daar een open plek. Hij kent zijn land en zijn volkje en hij prijst zich gelukkig te zijn wie hij is. Een plons in de slotgracht maakt een einde aan de mijmeringen van de kasteelheer. Hij buigt zich voorover en ziet zijn twaalfjarige zoon Daslo, die zijn slaap tracht te verdrijven door een duik van twee hoog in het koele water van de slot gracht. "Hallo,mijn jongen,hoe gaat ie,goed geslapen?"roept ridder Roxiaan. "LekkerhoorS"klinkt het van beneden. "En hoe is het water?;i-"Lekkerhoor"-"Heb je geen zin om even met me de bossen in te trekken? Een hartig hapje voor het ontbijt?" Nou, dat is tegen geen dovemansoren gezegd. In en kele forse slagen heeft Daslo de kant bereikt en in minder dan een wip staat hij gekleed en gewapend bij de paardenstal len. De stalmeester leidt twee paarden voor en de ridder en zijn zoon stijgen op. Hoefgekletter klinkt op de brug, en d.an stormen ze in volle galop de bossen tegemoet. De kruisbogen dansen ritmisch op hun ruggen. Ze genieten van de rit. De boeren,die zich met schop en riek naar de velden begeven, roepen ze een goede morgen toe. Nog enkele honderden meters en ze hebben de bosrand bereikt. De paarden worden vastge bonden en te voet sluipen ze nu tussen de bomen door,om een fazant of patrijs te verschalken. Een wild zwijn springt knor rend op en vlucht iveg. De twee jagers wagen er geen piil aan Die is goed voor grote jachtpartijenze moeten nu... stil, een grote fazant-hen slaapt rustig op den boomtak. Daslo ziet het. Hij spant zijn boog. Nee,zo heeft hij geen trefkans, nog een paar meter dichterbij. Een takje kraakt en roef, de vogel is gevlogen. Zijn vader lacht zachtjes en fluistert: "Een volgende k..er beter, hoor". Ze gaan verdersteeds die per het bos in. In zijn ijver loopt Daslo een tiental meters voor zijn vader uit en tuurt naar de kruinen van de bomen. Opeens klinkt het zachte gefluit van een pijl en enkele pas sen vóór hem valt een getroffen fazant neer. Hij raapt hem op en ziet nog juist hoe zijn vader een tweede vogel aan hun ontbijt toevoegt. "Dit is wel genoeg voor vandaag "lacht rid der Roxiaan opgewekt en ze gaan huiswaarts. Daslo vindt het wel een beetje spijtig, dat hij geen aandeel in de buit heeft, maar hij is trots op zijn vader,die zo'n goed schutter is. En wie weetmisschien krijgt hij op de terugweg, nog een kansje.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Op De Hoek, weekblad voor Akersloot | 1956 | | pagina 8