zwartrok te melden. Toch komt er niemand uit het dorp de missionaris tegemoet. Deze is daar natuurlijk erg verwon derd over. Waar is Wuivend Gras nu,zijn grote vriend? Yifaar zijn de stamhoofden, die Namuncura voor de ontvangst bijeengeroepen heeft? En waar - is Namuncura zelf,die al zo veel keer om zijn komst heeft gesmeekt? De missionaris wordt ineens erg ongerust. Ze naderen nu de eerste tenten. Twee oude vrouwen en een jonge komen naar' buiten. Ze be groeten hem niet. Nee,z.e beginnen te schelden. Nog andere vrouwen en kinderen stromen samen. Eén gooit er .een afge kloven been naar hem toe,anderen schreeuwen:"Man met de dubbele tong! Kindermoordenaar!" Ze wijzen naar het klei ne lidteken op zijn bovenlip"Zietzietroepen ze elkaar toe; de man van het vuurwater heeft waarheid gesproken. Het is -de moordenaar van Groene Slang,het opperhoofd der Araucanenl Steek hem-dood"-Achter de- tierende menigte vrouwen en kinderen staan de krijgers met 'onheilspellende gezichten. De priester- gluurt naar het gelaat van zijn in diaanse begeleiders Rode Wolk en Jaguar. Ze trachten on verschillig te kijken,maar hij merkt toch heel goed,dat ook zij pijnlijk verrast zijn. Ze hadden gedacht in triomf binnengehaald te worden en nu schelden hun eigen stamgeno ten hen uit als helpers van een verrader. Er is er maar. één tussen de toeschouwersdie de komst van de missiona ris met vreugde begroet. Dat is een blank meisje van een jaar of twaalf. Juichend dringt ze door de menigte heen om de priester de hand te kussen,maar een oude vrouw trekt haar bij de haren terug. Het arme kind is één van de ge vangenen, die door de missionaris hoopt vrijgekocht te wor den en terug te mogen keren naar haar ouders. Omringd door de joelende menigte bereikt de stoet de dorpsplaatswaar zich de rancho van Namuncura bevindt. Nog steeds laat het opperhoofd zich niet zien. Zou hij afwezig zijn,... of zoek? Rode Wolk stijgt van zijn paard en treedt de rancho binnen, Even later komt hij terug,zichtbaar onthutst. Op de vragende blik van de priester antwoord, hij beschaamd: "Namuncura wenst de vreemdeling niet te ontvangen". Dit is wel de grievendste belediging,die het opperhoofd de missi onaris kon aandoen. Eerst laat hij hem een tocht van tien dagen maken door de wildernis en dan zo'n brutaal antwoord. Met luide stem,zodat Namuncura het kan horen,antvroordt de missionaris"Als Namuncura niet uit zijn rancho wenst te komen,zal de blanke priester er binnengaan". Even wacht hij,maar het opperhoofd laat zich niet zien. Dan springt

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Op De Hoek, weekblad voor Akersloot | 1964 | | pagina 10