foede kwaliteit
JulsU afweekte#
No. 1692 Zaterdag 17 Mei 1947 38e Jaargang
Jlifou C
voor de Rijp, Graft, Noordeinde, Oost- en West-Graftdijk, Zuid- en Noord-Schermer,
Schermerhorn, Beemster en omstreken
Uitgever
Drukkerij" G. J. Hoogcarspel
De Hijp, Telefoon 1
Abonnementsprijs
50 cents per 3 maanden bij vooruitbetaling
franco per post f 2,40 per jaar
plus incasso-kosten
Losse nummers 5 cent
Verschijnt wekelijks
Advertentieprijs
10 cents per galjard regel, minimum f la-
Inzenden tot uiterlijk Donderdagavond 6 uur
MIJN HERINNERINGEN AAN DE
VOLKSHOGESCHOOL.
Wekt de slapenden en roept
de levenden.
„Nu zullen jullie," zo vervolgde ik
mijn verhaal, terwijl ik met mjjn
vrienden, Henk en Ans, in het begin
in het begin van de avond de onder
gaande zon nastaarden, „je misschien
afvragen wat is dat nou voor instel
ling die Volkshogeschool. Hoe is deze
er gekomen er wat is de geschie
denis daarvan.
Wel het is import."
„Toch niet „made in Germany?"
meende Henk te moeten opijierken.
„Het klinkt zo volks!"
„Ik kan je geruststellen waarde
vriend, want voor de Duitsers nog
droomden van hun de derde rijk had
Denemarken reeds een Volkshoge
school geschiedenis achter de rug
van een kleine honderd jaar.
Het is dit landje, ongeveer net zo
groot als Nederland, maar momen
teel met een bevolking die in aantal
2 y2 maal zo weinig telt als de onze,
wat zich na de terugtocht der Fran
sen in de vorige eeuw in een mise-
bele toestand bevond. Niet alleen
materieel maar ook geestelijk. Ik zal
er niet over uitwijden maar misschien
ligt er iets in de vergelijking van
Nederland van thans, nu de Duit
sers zo „gelant" waren terug te ke
ren naar hun heimat, met het De
nemarken van toen. In geestelijk
opzicht althans. Honderd jaar ver
schil...
Enfin om kort te gaan," repli
ceerde ik Henk verder, „er waren
toen in Denemarken twee mensen
die het geestelijk verval niet met
rust liet. Het gewone onderwijs
bracht wel kennis bij maar het be
zielende om die kennis te gebruiken
was niet in de mensen aanwezig.
Ieder leefde voor zichzelf of voor
z'n eigen standje en met dat al ging
het steeds meer bergafwaarts.
Het waren Grundtvig, een predi-
kant, en Kold, een dorpsonderwijzer
die eerst afzonderlijk maar later in
samenwerking een school stichtten
die zij Volkshogeschool noemden.
Kold begon in een oud boerderijtje
jonge boerenzoons, van om de twin
tig, bij elkaar te halen gedurende
meerdere maanden.
En Ans en Henk, deze Kold was
een wonderlijk mens. Voor hij tot
een bepaalde levenswijsheid geko
men was had hij nu niet een ge
makkelijke jeugd gehad. Maar het
had hem tot een sterke persoonlijk
heid gemaakt. En wat hij zo graag
wilde was het vuur wat in hem zelf
brandde ook op anderen over bren
gen.
Van hem is het gezegde „Kennis
is een goede dienaar maar eerst moet
het leven komen." En verder „laten
we de jongens niet uitdossen met
kennis en ze roofdierenklauwen ge
ven om de goederen der wereld tot
zich te trekken."
Tot zijn leerlingen zei Kold „ik
zal jullie opwinden als een horloge.
Als je straks in de maatschappij te
rug komt, moet je niet te stuiten
IN BLOESEMHOF
Waar bloesemtwijgen laag voorover hangen
Zijn witte blaadjes als een vlindervlucht
Van blank bewegen in de lentelucht.
De tere kelkjes houden 't licht gevangen
En bloeiden open ir. verlangend beven
De vreugd te, kennen van hun korte leven.
Een zoete geur doordringt de stille gaarde
Een wond're weelde droomt de hemel in.
En 't is of staat de wereld in 't begin.
Het paradijs is weergekeerd op aarde.
Hier valt het kleed van schuld en duisterheden
Als wij ontroerd de bloesemhof betreden.
J. KOSTELIJK-BOM.
(Nadruk verboden)
zijn als je afloopt."
Denemarken zat diep in de put
en deze voortrekkers van de Volks
hogeschool wilden de jonge mensen
naast de kennis het leven geven, het
bruisende echte leven die het land
in z'n geheel er weer bovenop kon
brengen. Kold besprak met zijn leer
lingen de vragen die het leven bezig
hield en soms praatten ze tot in de
nacht, op de slaapzalen, om in ieder
geval geestelijk tot een oplossing
te komen.
Buitenstaanders beweerden dat de
leerlipgen die van Kolds school kwa
men een vreemd licht in de ogen
hadden. Het was het licht van be
zieling, het was het licht van her
nieuwde geboorte. De slapenden wa
ren gewekt.
Grundtvig, de predikant, was heel
anders. Hij was de grote geleerde
later en de Volkshogeschool was een
deel van zijn scheppende geest. Hij
was tevens de vernieuwer van de
kerk en hij groef de Deense geschie
denis weer uit het stof op en plaat
ste het in de begrijpende zin voor
het volk.
Niettemin was zijn grote aandacht
op de Volkshogeschool gericht, die
hij noemde „de school van het leven".
„De school des doods" noemde hij
het toenmalige onderwijs.
Jullie moeten weten dat deze
Grundtvig eigenlijk de geestelijke
grondlegger was van de Volkshoge
schoolgedachte.
Weet je nog wel Henk dat het
tussen ons wel eens een strijdvraag
geweest is of wij Nederlanders wel
bij elkaar horen of dat de heden
daagse samenleving zichzelf splijt in
degene die bezitten en degene die
er bij aanhangen en dreigen te ver
pauperen? En soms ontken je dan
elke waarde die ons als volk bindt,
alleen omdat je die bittere armoede
ziet en die geestelijke verwording.
Je laat je dan wel eens verleiden
tot zogenaamde radicale gedachten.
Toch, en ik blijf dat volhouden om
dat ik 't zelf zo diep innerlijk heb
beleefd, Henk, wat deze Grundtvig
reeds honderd jaar geleden zei aan
een verarmd en neergeslagen volk,
wil ik je nu, nog zo waarachtig ac
tueel, citeren. Namelijk: „Dat de
wortel en stam van het volk, de
pachters en de eigen geërfden, de
grote en de kleine boeren, de veler
lei handwerkers, de zeelieden en de
kooplui geen andere behoeften zou
den hebben dan het onderricht in
het omgaan met ploeg, gereedschap,
topzeil en weegschaal, dat mogen
barbaren en tyrannen geloven. Noch
bij onze koning, noch bij ons volk
was dat ooit de echte Noordse ge-
dachtengang en dat kan hij nooit
worden, omdat bij ons meer dan
waar ook geldt, dat wij bloedver
wanten zijn, zodat dezjjfde aanleg
woont in de hutten en de paleizen."
Zie Ans en Henk, dit is de bood
schap die ook de Nederlandse Volks
hogeschool aan ons ar^ne en berooi
de landje wil brengen.
Gezamenlijk, van welk geloof, van
welke politieke overtuiging, welk
beroep je ook bekleedt, zullen wij
als Nederlanders de moeilijkheden
moeten oplossen. Daarvoor is maar
één plaats waar dat in vriendschap
en wederzijdse eerbied kan, dat is
de Volkshogeschool. De Volkshoge
school waar men gezamenlijk werkt,
slaapt, eet en waar men gezamenlijk
als Nederlanders, omdat dat de band
is die ons bindt en niet scheidt, de
problemen móét oplossen die er nu
liggen.
De jongeren die nog slapen, wek
ken, de ouderen die in de proble
men leven roepen!"
„En nu Ans ben ik zo brutaal je
om „grootje" koffie te vragen en
laten wij, Henk, nog een pijp uitro
ken dan kunnen onze gedachten wat
bezinken. Dat is wel nodig."
Dat vond Henk ook en gedrieën
wisselden we nog wat van gedach
ten, niet vlot, want elk was het meest
met zich zelf bezig. De Volkshoge
school en de hedendaagse maat
schappij vormden daarin wel het
middelpunt.
(Wordt vervolgd).
LICHT OP
▼oor AÜTO's en RIJWIELEN
Zaterdag 9.00 uur
Zondag 9.01
Maandag 9.03
Dinsdag 9.05
Woensdag 9.07
Donderdag 9.08
Vrijdag 9.09
Zaterdag 9.10
DRUKKERIJ
HOOGCARSPEL
de Rijp
Officiële bonnenlij st
voor het tijdvak vaa
18 t.m. 81 Mei 1917.
Bonkaarten KA, KB, KC 706
(Serie C)
Algemeen
C—01 750 gr tulker, botarham-
atrooiselB of 1500 gr jam,
«troop enz.
of 750 gr chocolade of
suikerwerk
—05 2 liter petroleum
0G 1 ei
Bonkaarten KD, KE 70»
(Serie C)
Algemeen
C11, C15, C16 250 gr «ulker,
boterhamstrooisels of
500 gr jam, stroop aaz.
of 250 gr chocolade of
suikerwerk
—17 2 liter petroleum
-18 1 el
Bonkaarten MA, MD 706
(Serie C)
C—21 suiker 250 gr suiker, boterham-
strooisel enz. of 000 gr
jam, stroop enz.
of 250 gr chocolade of
suikerwerk
Tabakskaarten enz. QA, QB, QC 708
78—1 Tabak 8 rants. tabaksartikelen
78-2, 78-8 Tabak
2 rants. tabaksarttkelea
731 Versnaperingen
200 gr choc. en/of suikerw.
of 200 gr suiker, boter
hamstrooisel enz. of 100 gr
jam, stroop enz.
73—8 Versnaperingen
100 gr choc. of suikerw.
of 100 gr suiker, boter-
hamstrooisel enz.of 200 gr
jam, stroop enz.
De bonnen C—05 en C—17 Algem.
blijven geldig voor het kopen van
petroleum t.m. 28 Juni a.s.
Petroleum
Het centraal distributiekantoor
deelt mede, dat op de onder
staande bonnen der petroleum-
kaarten voor kookdoeleinden en
verlichting gedurende de maand
Mei 1947 de daarachter vermelde
hoeveelheden petroleum verkrijg
baar zullen zijn.
Kaarten UA 611: bon A 25 tot
en mei A 28; vier liter per bon.
Kaarten UB 611: bon B 13en
B 14 vier liter per bon.
Kaarten UC 611: bon C 07
vier liter per bon.
Kaarten UD 611: bon D 12
twee liter per bon.