Herfst over de Beemster
Het bouwbureau
van de landbouw
staat gereed
Heet dat ook „Service"?
Ook vrije handel in
varkens, behalve in het
grensgebied
Buiten gebruik
gestelde postzegels
Nieuws uit De Rijp.
ABONNEMENTEN:
75 cent per kwartaal
bij vooruitbetaling,
franco per post 3.40 per jaar
plus incassokosten. 8
Losse nrs. 6 cent.
ADVERTENTIES:
8 cent per millimeter.
Bij contract lagere tarieven.
Bewijsnummers gratis.
(Inzending naar
Middenweg 172, Beemster.)
voor De Rijp, Graft, Noordeinde, Oost- en West-Graftdijk, Zuid-Schermer en Noord-Schermer, Schermerhorn, Beemster en omstreken
39e JAARGANG No. 46 VRIJDAG 18 NOVEMBER 1949 VERSCHIJNT VRIJDAGS*
Wij weten het. Lente, Zomer, Herfst
en Winter. Zij komen en zij gaan.
Er is Opkomst, Bloei en Nedergang.
Wording is Universeel.
Een bloem, een dier,, een mens, een
wereldbol en een zonnestelsel. Geboorte,
Groei en Verval.
Voor de bloem van de Victoria Regia
is de kringloop kort. Slechts een enkele
nacht is haar lieflijke schoonheid te aan
schouwen.
En de mens van nu staart, evenals zijn
broeder uit de dageraad der tijden dat
heeft gedaan, naar de flonkerende pracht
van een hemellichaam. Een boodschap
van een ster die duizende lichtjaren van
ons verwijderd reeds was gedoofd.
Evolutie. Jaargetijden. Herfst. Het is
zo ver. O zeker, er was uitstel. En welk
een uitstel. Viel het de robuste zwerver
moeilijk een einde te maken aan al het
schone wat zijn zuster had gewrocht?
Ach wij weten wel, dat in Van Dale's
woordenboek Zomer mannelijk is. Maar
een man kan niet lieflijk zijn.
Goed dan. Wij geloofden niet meer aan
de komst van die wilde, woeste zwerver.
Visioenen van een altijd durende heer
schappij van Vrouwe Zomer zweefden
voor onze geest.
Och arme. Wij wiegden ons zelf in
slaap met een lieflijke droom. We wis
ten toch dat onverbiddelijk de ongebrei
delde kracht van de Herfst alles zou ver
nietigen wat er aan schoonheid was op
gebloeid.
Beemster, waar zijn je bonte weiden,
je bloementuinen, je groene lanen? Waar
je landen met je grazende dieren? Waar
je akkers? Beemster, waar is je schoon
heid?
Alles is zo grauw en somber. Wat is
het triest als uit laaghangende wolken
de regenflarden neerplenzen op de woes
tenij van de ontredderde akkers. Als met
toomloos geweld de geesten van de storm
hun adem jagen door bomen en heesters.
Als de bloemen geknakt ter aarde lig
gen.
Bloesempracht en bladertooi zijn ver
dwenen. Langs de wegen staan bordjes:
slipgevaar!
Gekleed in oliepakken en plastic haas
ten de mensen zich langs de straten. De
arbeid op het land is tot een minimum
beperkt. Af en toe flitst het weerlicht
uit de dreigende wolkgevaarten. En het
regent, regent
Plassen op de straten, op de wegen en
op de landen. Het regent zacht, het re
gent hard. Het klettert neer. Gordijnen
van water. Wat verfomfaaide schapen en
pinken op de landen keren hun achter
werk naar de komende zondvloed.
Herfst over de Beemster.
Het leven heeft zich teruggetrokken.
De mens in zijn verwarmde binnenka
mers. Plant en dier in iedere schuilhoek
en verborgenheid.
Want straks zal het Winter zijn. En
wat kan men in de wereld van Plant en
Dier dan beter doen dan slapen en dro
men. En wachten! Wachten? Ja, want het
signaal zal eenmaal komen. Sta op! Het
uur is gekomen.
Koude en duisternis zijn voorbij. Een
nieuwe Lente is aangebroken. Sta op; al
wat slaapt, sluimert en droomt!
A. T.
De bouwkosten zijn te hoog! Deze ver
zuchting is reeds door velen in de laat
ste jaren geslaakt en inderdaad, de bouw
kosten zijn sterk gestegen, zodat, wan
neer men tot herbouw en nieuwbouw
overgaat» de gebouwenlast per ha. on
evenredig zwaar drukt.
De boer is niet vrij genoeg om naar
eigen inzicht te bouwen! Dit is een twee-
de opmerking, welke nog al eens werd
vernomen.
Deze en andere omstandigheden heb
ben er toe geleid, dat de zes in de Stich
ting voor de Landbouw samenwerkende
organisaties hebben besloten een eigen
Bouwbureau van de Landbouw op te
richten, in de overtuiging, dat hier een
belangrijke taak ligt.
Ook in Noord-Holland is het bouw
bureau tot stand gekomen.
Het is in het belang van boeren en
landarbeiders, dat er in eigen kring een
Bureau is, dat:
1. De "bedrijfsgenoten kan voorlichten
over administratieve en bouwkundige
vragen en mogelijkheden.
2. Een eigen bouwkundige voor onze
provincie heeft, die de bedrijfsgenoten
onafgebroken ten dienste £taat.
3. Studie kan maken van mogelijkheden
tot een goedkopere, doch bedrijfs
economisch en architectonisch verant-
(Ingezonden.)
Zondagmiddag.
Eenzaam en verlaten ligt het nog al
tijd onaantrekkelijke station Purmerend
in de gure herfstwind. Vooral verlaten,
want geen enkele reiziger schijnt plan
nen te koesteren zich per trein naar el
ders te laten vervoeren. Het kan ook
niet. Purmerend is gesloten. Toch is er
één reiziger, die niet op de hoogte schijnt
te zijn van het feit, dat de deuren der
wachtkamers hermetisch gesloten zijn.
Eigenlijk zijn het twee bezoekers, want
aan dc hand van de onwetende reiziger
dartelt een kind van 2Yz jaar. De bezoe
ker doet een greep naar de deur en kijkt
verwonderd. Gesloten? En z'n fiets dan
die hij enige dagen te voren met de
trein heeft meegegeven en nu wil af
halen
Het jongentje, dat vragend naar z'n
vader opziet, zal de vraag niet kunnen
beantwoorden. Die hoopt alleen maar dat
vader zich niet te lang zal ophouden bij
dit kille verblijf der Ned. Spoorwegen,
dat weinig comfort biedt, vooral als de
deuren ook nog gesloten zijn....
Een voorbijganger nadert. De reiziger
vraagt of hij soms opheldering van deze
gesloten situatie kan geven.
De voorbijganger wijst' naar de hoek
van het station. „Daar woont een" ambte
naar."
„Zou die m'n fiets afgeven?"
Een handgebaar, een schouderophalen,
is het enige commentaar.
De reiziger belt aan de zijdeur.
De ambtenaar doet open.
„Mijnheer,' zou u misschien zo goed
willen zijn m'n fiets even te geven?",
begint de eenzame bezoeker.
„Half vier," luidt het antwoord.
Een blik op het horloge. Even tien mi
nuten over drieën.
„Mijnheer, dan moet ik nog zo'n poos
wachten).," herneemt de reiziger met een
blik op het kereltje naast hem.
„Om half vier wordt u geholpen."
Onderhoud afgelopen. Deur dicht. De
veel geroemde service der Ned. Spoor
wegen krijgt hier een gevoelige deuk. De
ambtenaar, zich reglementair volkomen
verantwoord voelend, trekt zich terug in
z'n behaaglijk verwarmde huiskamer,
demonstratief met de rug naar het raam.
Ongetwijfeld zal hij gedacht hebben:
half vier is m'n tijd en niet eerder. Ten
slotte zou een mens, en vooral op dat
enorm veel bezochte station in Purmer
end, nooit eens rust hebben
Buiten staat de bezoeker en aan z'n
hand een kereltje van 2V2 jaar, dat zich
afvraagt waarom vader hier maar in de
kou blijft staan. Grote mensen doen al
tijd zo raadselachtig.
„Half vier, jongen. Geduld. Z. M. de
Ambtenaar heeft nog geen dienst."
Maar
een verstandig
Zakenman adverteert in
„DE DRIE MEREN''
en
„DE RIJPER COURANT''
woorde bouw op agrarisch gebied.
4. Plannen, kostenberekeningen e.d. kan
maken in opdracht van hen, die kun
nen en willen bouwen en het toezicht
op de uitvoering van de bouw kan
hebben.
Het Bouwbureau stelt zich niet ten doel
het maken van winst. De architecten-
kosten worden zo laag mogelijk gehouden
en de totale bouwsom zo veel mogelijk
gedrukt.
Tegelijk met het optreden van het
Bouwbureau zal de Overheidsbemoeiing
met de agrarische bouw verminderen en
zullen bepaalde werkzaamhedèn aan het
Bouwbureau worden overgedragen.
De organisatie van het Bouwbureau is
thans zo ver voortgeschreden, dat de prac-
tische werkzaamheden een aanvang heb
ben genomen.
Een ieder, die wil bouwen, en hier
over inlichtingen wenst, kan zich, indien
hij woont in de provincie Noord-Holland,
richten tot:
Het Bouwbureau van de Stichting voor
de Landbouw in Noord-Holland, Park
laan 12, Haarlem (tel. 18595).
Van 20 Nov.17 Dec. '49 gsen
levering van exporteieren.
Voor de periode 20 November17 De
cember a.s. zullen pluimveehouders geen
eieren voor de export behoeven te leve
ren.
Met het oog op de mogelijkheid, dat
voor een volgende periode weer een aan
tal eieren ten behoeve van de export zal
moeten worden afgeleverd, moet het des
betreffende inlegvel worden bewaard.
De betaling van de toeslag op
slachtvarkens.
De Beschikking Toeslag Slachtvarkens
1949, gepubliceerd in de Nederlandse
Staatscourant van 4 November 1949 no.
216 bepaalt, dat het Vee- en Vleesaan
koopbureau de toeslag op slachtvarkens
uitbetaalt aan overnemers van slachtvar
kens, die daartoe door het Bedrijfschap
Het Oosteinde.
(R) Die wolindustrie, waar wij de vo
rige week over hebben geschreven, be
staat al lang niet meer. Maar zo is er meer
verdwenen wat in het nabije verleden
belangrijk was voor De Rijp.
Komende uit de Beemster stond op het
Oosteinde links de grote loods met wagen-
en paardenstallen van de houtzagerij „De
Poel" van de firma afeber. De zagerij
stond op het Ouwclandsaijkje, voorbij
het vlotje. De balkenhaven lag van voor
naar achter vol met bomen en balken.
Een dorado voor de Rijper jeugd. Nu is
in dit gebouw aan het Oosteinde het
aannemersbedrijf van Dirk Ent geves
tigd. Daar naast, waar Mercelis van Voor
den zijn motor- en autobedrijf uitoefent,
was in die tijd het Groot Noord-Holl.
Begrafenis Fonds gevestigd. Het huis werd
tevens bewoond door de directeur van
dit fonds, de heer Ten Dam Ham. Daar
tussen was de bakkerij van Klaas Beets.
Aan de overkant een metselaarsbedrijf
Huib Scheepsbouwer heeft er jaren ge
werkt. Daar naast, tegen het café van
Heuvel en even om de hoek het is bijna
niet om te geloven de Openbare Bad
en Zweminricthing. Saarloos, een oud
marineman, later Thijs ten Wolde, ver
vulde daar de functie van badmeester.
Zaterdagsavonds trokken wij er heen
met onze schone plunje en voor vijf cen
ten stond je onder de warmwaterdouche.
Wie bar rijk was gaf vijftien centen en
kroop in de koperen badkuip. Zwem
men! Natuurlijk, daar werd 's zomers
druk gebruik van gemaakt en wat was
er dan een belangstelling langs de Beem-
sterdijk. Meisjes en vrouwen deden toen
in ons dorp nog niet aan de zwemsport;
dat was taboe.
Van de watersport naar het water
toerisme was maar een paar stappen naar
de overkant; naar de Rijper Stoomboot
onderneming, met haar gezagvoerder ka
pitein Jonker. De stomer lag gemeerd
aan 't Hoofd. Het was een ideaal ver
voermiddel. Er was niet zoveel haast in
die dagen. Met snelheidsrecords bemoei
de men zich niet en de Blauwe Wimpel
voor de oceaanstomers moest nog komen.
In de kajuit was het gezellig en kapi
tein Jonker was een ervaren zeeman.
Bij mooi weer zat je op het dek en dan
was het een ideaal tochtje, 't Ging niet
hard, maar waarom wel, je had de tijd.
In de kapiteinswoning woont nu de dich
teres Janny Bom.
De buurman van Jonker was Jan Tem
per; deze had een kruidenierszaak. Naast
hem was de mandenmakerij van Bijvoet
Zoon. En daaropvolgend ja dat
Oosteinde was niet mis de meelfabriek
„De Hoop" van de firma Glazekaz. Elke
morgen ging Teun Bruntink, die schuin
aan de overkant zijn smidsbedrijf uit
oefende, met zijn knecht naar de paarden
stallen van Glazekaz aan de Klaterbuurt.
Ieder in zijn eigen box stonden daar der
tien paarden. Ze glansden tegen je op,
want Frerik de Geus, de stalmeester, was
een prima paardenman. Dan werden de
voeten van de dieren nagezien of alles in
orde was. Straks gingen de twee-spannen
voor de volgeladen wagens, om de Gla-
zekaz-prodücten weer naar de verre klan
ten te brengen.
Tegenover „De Hoop" woonde een
klein, parmantig kereltje, Japie Over-
berg. Hij was bar klein van stuk, maar
groot in daden. Een sigarenfabriek op
richten, dat lapte hij hem best. En 't
marcheerde. Albert Koster was zijn
voor Vee en Vlees zijn aangewezen. Dit
betekent, dat het genoemde aankoop
bureau door deze betaling rechtsgeldig
van zijn verplichtingen ten deze is gekwe
ten. Anderen dan overnemers zullen te
genover het Vee- en Vleesaankoopbureau
nimmer enige aanspraak op deze toeslag
kunnen doen gelden. Zij zullen zich der
halve uitsluitend hebben te verstaan met
de betrokken overnemer.
meesterknecht, in de dubbele zin van 't
woord. Want Japie was behalve fabrieks
directeur ook barbier, en dat kon Albert
ook. Ja, Albert Koster was een geziene
Rijper. Was er een bruiloft, Albert was
ceremoniemeester en muzikant, op uit
voeringen verleende hij zijn medewerking
als humorist, speelde op kermissen dans
muziek, schoor en knipte de mensen en
maakte sigaren.
LOTA.
Sint Maarten-„viering".
(R) 11 November: Sint Maarten. Dat be
tekent dus voor de jeugd lampions, don
derbussen, voetzoekers enz. enz. Dit alles
was Vrijdagavond rijkelijk in De Rijp
vertegenwoordigd. In de vroege avond
uren gingen de kleintjes zingend met hun
veelkleurige lampions langs de huizen en
incasseerden de goede gaven van de bur
gers. Tegen half acht begon echter het
lieve leven. Donderbussen knalden, ze
venklappers verrasten met hun onbere
kenbare sprongen jonge dames en vuur
pijlen schoten de lucht in. Met vuurtjes
op straat trachtte men de politie uit zijn
tent te lokken, maar dit had geen succes.
De aandacht van de jeugd concentreerde
zich tenslotte geheel op de Kleine Dam,
waar een groot vuur werd onderhouden,
dat gevoed werd met riet, grote bonen
stro, dat met handwagens vol werd aan
gevoerd en autobanden. Door het regen
achtige weer was er een geweldige rook
ontwikkeling. Werd eerst alles nog wel
aardig gevonden door het publiek, latei-
wekte een en ander de ergernis van om
wonenden en toeschouwers. Automobi
listen werden gehinderd en de bus van
9 uur uit Alkmaar was genoodzaakt door
te rijden naar het pleintje en daar te
keren, doch kon nog zonder vertraging
vertrekken. De grote bus uit Purmerend
kon echter niet keren en moest wachten
tot het vuur uit was. Hiervoor zorgde
tenslotte de heer G. de Jong, de comman
dant van de brandweer, bijgestaan door
enige leden van de Vrijwillige Brand
weer, door de zaak uit te spuiten. Met
meer dan een uur vertraging kon de bus
naar Furmerend vertrekken. De volgende
morgen had de gemeente-werkman druk
werk om de rommel op te ruimen. Van
de gezellige Sint Maarten-viering van
vroeger blijft op deze manier niet veel
over.
In Graft en Noordeinde van Graft had
de feestviering een rustiger 'verloop. Ook
hier een rondgang met lampions en later
werd buiten het dorp een vreugdevuur
aangestoken, op een plaats waar niemand
er hinder van ondervond.
„Rose Marie" was een succes.
(R) De nog jonge R.K. gemengde zang
vereniging „Arti et Religione" had met
haar opvoeringen van de operette „Rose
Marie" niet over succes te klagen. Zowel
Zondag- als Maandagavond was de zaal
van de heer Blokdijk geheel bezet. Maan
dagavond heette Pater Straathof allen
welkom, in het bijzonder Burgemeester
Dalenberg en echtgenote en de leden van
de zustervereniging „Voorwaarts".
Na de uitstekend door de heer G. Hop,
directeur, gespeelde ouverture, die in
diepe stilte werd aangehoord, ging het
doek omhoog en was het woord aan de
zangeressen en zangers.
De operette verplaatst ons naar de El-
zas in het midden van de 19e eeuw. In
het dorpje Belleville wordt het oogstfeest
gevierd en volgens de gewoonte vragen
daarbij de jongens hun meisje. Dit jaar
wordt Rose Marie gevraagd door haar
Vervoerbewijzen niet meer nodig.
Sedert 6 November 1949 is behou
dens in het gebied langs de Belgische
grens ontheffing verleend van de ver
bodsbepalingen van de Varkensverorde
ning 1948, welke betrekking hebben op
de handel in en het vervoer van varkens
met een levend gewicht van meer dan
50 kg.
Behalve in het grensgebied is de han
del in varkens derhalve toegestaan zon
der aankoopvergunningen, terwijl voor
het vervoer van deze varkens geen ver
voerbe wijs meer vereist is.
Met ingang van 1 Januari 1950 wor
den de volgende postzegels buiten ge
bruik gesteld. Zij worden voor de franke
ring derhalve ongeldig.
1. Herdenkingspostzegels 50-jarig rege
ringsjubileum H. M. Koningin Wilhel-
mina.
2. Zomerpostzegels van de uitgifte 1948.
3. Weldadigheidspostzegels (kinderzegels)
van de uitgifte 1948.
pleegbroer Frans Trincard. Zij weigert
echter, want zij is in het geheim ver
loofd met Jean Vernon, de zoon van de
boswachter. Door deze weigering wordt
ze door haar pleegmoeder weggejaagd en
door de dorpelingen bespot. Zij vindt
eerst onderdak bij de boswachter, die
haar echter niet in huis mag houden en
komt dan bij de teerhartige waard Pot-
tard in huis. Jean is naar een andere
streek om werk te zoeken en wordt, zon
der dat hij het weet, verdacht van een
diefstal op een naburig kasteel, gepleegd
in de nacht voor zijn vertrek. Bij zijn
terugkomst wordt hij gearresteerd. Later
komt echter uit, dat Frans de diefstal
heeft gepleegd en dan komt voor Rose
Marie en Jean alles terecht.
Reeds in het eerste bedrijf bleek, dat
de prestaties van de opvoerenden aan
merkelijk beter waren dan het vorig jaar.
De zang was veel beter en er zat meer
vaart in het spel. De rol van Rose Marie
was bij mej. A. Mul in uitstekende han
den. Haar zang klonk zuiver en haar spel
was goed verzorgd. Mej. G. van Straaten
gaf een goede vertolking van de kleine
rol van vrouw Trincard, de pleegmoeder
van Rose Marie. De heer J. Schipper als
Frans, haar zoon, speelde zeer goed, maar
soms was zijn zang wat zwak. De heer
A. Grasboer was als vader Martin, de
boswachter, uitstekend. Met mej. Mul
was hij zeker de beste en zij hadden dan
ook een groot aandeel in het welslagen
van de uitvoeringen. De heer G. Schipper
gaf een goede vertolking van zijn rol als
Jean, de verloofde van Rose Marie en
zoon van de boswachter. Vooral zijn zang
was goed verzorgd. De waard Pottard
werd op prima wijze gespeeld door de
heer J. Scholten. De rol van Trinette,
zijn dochter en vriendin van Rose Marie,
werd op goede wijze vervuld door mej.
S. de Jong. Zij beschikt over een goede
stem, doch was niet geheel rolvast. De
aanvullende rollen van de heren J. Tim
mer, A. Blokdijk en J. van de Bosch,
resp. jongeling, bode en burgemeester,
werden goed gespeeld. De zang van het
koor klonk sterk en zuiver. Dat was uit
stekend werk. De dames en heren ble
ven echter nog te stijf staan. Wat meer
spel zou meer leven in de operette hebben
gebracht. De begeleiding was bij de heer
Hop, zoals was te verwachten, in uitste
kende handen. De heer H. Hoek verzorg
de de regie.
Na afloop van het zangspel mochten de
spelers, directeur en regisseur-souffleur
een welverdiend applaus in ontvangst ne
men. Pater Straathof maakte zich tot tolk
van alle aanwezigen, toen hij de mede
werkenden dankte voor het gebodene en
wel in het bijzonder de heren Hop en
Hoek.
De heer Grasboer, voorzitter, bood na
mens de vereniging den heer Hop een
fruitmand en sigaretten, den heer Hoek
sigaren, mevr. Hoek een bloemetje en den
heer A. Schipper, eveneens een onver
moeid werker voor de vereniging, sigaren
aan.
De avond werd besloten met een uit
stekende verloting.
Twee jubilea.
(R) Op 22 November a.s. is de heer J.
ObéejJO jaar lid van het parochiale zang
koor. De heer Obée is secretaris van het
koor en is altijd een stuwende kracht
geweest.
Op dezelfde dag is de heer P. Berk
hout, archivaris van het koor 25 jaar lid.
Beide jubilarissen zijn zeer actieve leden
van het koor en het zal hun op deze dag
ongetwijfeld niet aan belangstelling ont
breken.
Zo rijdt hij over de daken.