Installatie ran Burgemeester
C. A- YAN STAVEREN.
aandag 14 December 1931
voor de gemeenten De Rijp
ft een buitengewoon ge-
e dag. Op dien dag had
Uatie plaats van den pas
den burgemeester, den
A. van Staveren; eerst
aadhuis in de Rijp en
op het Raadhuis te Graft
Reeds te 10 uur waren in
nze fraaie Raadzaal alle
beschikbare plaatsen bezet in af
wachting van den komst der pas
beëedigde burgemeester.
Onder de aanwezigen merkten
we op de heeren Predikanten en
den heer Pastooruit onze gemeen
te; alle gemeenteambtenaren; de
burgemeesters Vorster van Jisp,
Drost van Warder, Slob van
Nieuwkerk e. a. Voorts alle raads
leden met hunne dames enz.
Te circa half elf opende de
lo.-burgemeester, Weth. Keu
ning de openbare vergadering.
Lezing der notulen wordt uit
gesteld tot de volgende verga
dering.
Overgegaan wordt tot de be
noeming ambtenaar van den Bur
gerlijken Stand. Hiertoe wordt
met algemeene stemmen benoemd
de heer C. A. Van Staveren.
De Voorz. verzoekt hierna den
raadsleden Stubenitsky en de
Jong den heer Van Staveren bin
nen te leiden. Nadat deze zijn
plaats heeft ingenomen en het
dochtertje van Wethouder Keu-
ningMevr. van Staveren een fraaie
bouquet had aangeboden, leest
de Voorzitter voor het Koninklijk
Besluit van 25 Nov. 1931 nr. 812
waarbij benoemd is tot burge
meester der gemeente De Rijp
de heer C. A. van Staveren; be
nevens het schrijven van Z. E
den Commissaris der Koningin
in deze provincie dat de benoem
de heer van Staveren de bij de
_wet vereischteeed heeft afgelegd.
Na voorlezing van dezeoffici-
eele stukken zegt de lo-burge
meester het volgende:
Mijnheer Van Staveren,
Het Kon. Besluit dat ik daar
even heb voorgelezen, is voor
uw leven wel van buitengewoon
gewicht. Het bracht vreugde om
dat datgene, wat U hebt begeerd,
U geschonken werd. En terecht
moogt gij U er gelukkig door
gevoelen, want welk een eervol
le bekroning van een eervolle
loopbaan 1
Onwillekeurig gaan uw ge
dachten op dezen dag over den
weg dien gij hebt afgelegd. Gij
ziet U zelf weder in uw vorige
woonplaats, waar U lief en leed
is geworden en vanwaar gij ten
slotte vertrokken zijt doordat er
moeilijkheden kwamen, die U een
langer verblijf er onmogenlijk
maakten. Qij hebt toen een of
fer moeten brengen ën zijt naar
het Noorden gekomen. Maar
wanneer ik dezen weg overzie
dan komt het mij voor dat aan
U is bewaarheid wat het tran-
sche spreekwoord uitdrukt in het:
„reculer pourmieux sauter". Gij
hebt enkele passen achterwaarls
moeten doen om des te grooter
sprong te maken. Immers, na
slechts zes jaren het secretariaat
der gemeente Graft te hebben ver
vuld zijt gij geroepen tot de hoo-
gere functie van Burgemeester
van twee gemeenten.
Ik kan het mij indenken, dat
zij, die uw vrienden waren in
uw vorige gemeente, zich uiter
mate verheugen met U, dat gij het
geluk met U hebt gehad. De vele
gelukwenschen daar vandaan ma
ken U zeker tot een mensch, die
zich bijzonder gelukkig moet
voelen. En ook in deze gemeen
te is groote ijver betoond om U
op de plaats te krijgen waar ge
nu staat. En ook dat zal U een
geluksgevoel geven, en nog ge
lukkiger zal ik U prijzen als de
vrienden van vandaag ook de
vrienden van mórgen zullen blij
ken te zijn.
M. v. St.: Gij zult straks be
merken dat de functie van Bur
gemeester toch een gansch ande
re is dan die van Secretaris. Is
de laatste ambtenaar en als zoo
danig steeds ondergeschikt, thans
zult gij leiding moeten geven.
Want niet het voornaamste in
het burgemeestersambt is wat er
nog aankleeft voor adminisira-
liefs en automatisch kleins, maar
het voornaamste is dat gij thans
de groote lijnen zult hebben uit
te stippelen, waarlangs de ge
meente moet worden geleid.
Daarom zal hij, die een leiders
plaats inneemt een man moeten
zijn met ruimen blik, met breed
inzicht, met doortastendheid en
d oor z-S t tings ver móge ndie steeds
in het heden het oog gericht
houdt op de toekomst. Ik wensch
U toe, dat gij deze eigenschap
pen zult mogen bezitten.
Helaas is het een betreurens
waardige omstandigheid dat gij
uwe functie aanvaardt in een zoo
critieken tijd. De economische
malaise is ook hier binnen ge
drongen en vooral de tuinbouw
worstelt er geducht mede. Dat
zal veel van uwe krachten eischen
om juist indagen van tegenspoed
te volharden en vooral zal het
noodig zijn, dat de geestelijke
druk, die steeds gepaard gaat
aan economische malaise, mede
door U wordt verlicht. Het zal
mede uw taak zijn te bemoedi
gen zoodat zij, die onder den
druk lijden, toch zullen volhar
den in hun arbeid. Er kan zoo
veel ten goede of ten kwade
uitgaan van den Burgemeester.
Voorts is het U bekend dat
een groot werk voor de deur
staat, dat veel beleid zal eischen
omdat het de gemeentefinanciën
duchtig zal aanspreken. Geluk
kig dat er zulk werk is want nu
kan arbeidsiust worden getoond
en dat ge die bezit daarvan ben
ik overtuigd. Dat ge met de bes
te voornemens uw ambt aan
vaardt stemt tot blijdschap. On
zerzijds zullen we U terzijde staan
in het belang der gemeente. Wel
zullen onze meeningen wellicht
tegen elkaar botsen, maar wij
gelooven dat uit de botsing der
meeningen de waarheid geboren
wordt.
Met verwachting ziet de ge
meente naar U op moogt ge
haar niet beschamen I
En moge Mevrouw van Stave
ren U, zooveel het in haar ver
mogen ligt, U uw taak verlich
ten en mede zich stellen tot een
goede Burgemeestersvrouw!
Met de wensch dat Uw komst
moge strekken tot heil onzer ge
meente installeer ik U als Bur
gemeester der gemeente De Rijp!
Zeer onder den indruk van de
door onzen lo-burgemeester ge
sproken woorden, zegt de heer
V an ,,S tav es£ aJie t-mleejaxi ai—
Mijnheer de Lo. Burgemeester;
Mijnheer de Wethouder;
Heeren Raadsleden;
Dames en Heeren.
Op dezen voor mij zoo bui
tengewoon gewichtigen dag wil
ik op deze plaats allereerst mijn
eerbiedigen dank brengen aan
H M de Koningin, aan Z. E.
den Minister van Binnenl. Zaken
en Landbouw en aan den Heer
Commissaris der Koningin in de
ze Provincie, voor het in mij ge
stelde vertrouwen, door mij te
benoemen tot Burgemeester Uwer
gemeente, welke eervolle benoe
ming ik volgaarne heb aanvaard.
Thans heb ik hier dan inge
nomen de plaats van Hem, die
tot zeer voor kort meer dan 30
jaren naar zijn beste weten en
krachten het ambt van Burge
meester heeft vervuld en aan
wiens nagedachtenis ik ook thans
een eerbiedige hulde brengen
wil en wiens werk ik overneem
met het uitspreken van mijn hoop,
dat ik Zijn arbeid zal mogen
voortzetten tot uwe volle bevre
diging en tot heil uwer Gemeen
te en hare ingezetenen.
Ik kom tot U met de beste
voornemens om als Voorzitter
van uwen Raad mede de belan
gen uwer Gemeente te dienen;
hoe ik daarin slagen zal? De
toekomst zal het leeren; ik doe
evenwel op dit moment een be
roep op uw aller medewerking,
zonder welke mijn taak zeer
moeilijk zoude zijn.
ik ben voor U geen onbekende en
Gij weet. dat mijn werken steeds
zich heeft gekenmerkt door het
innemen van een onpartijdig
standpunt; van nu af zal het
meer dan'ooit vmijn streven zijn',
in dien geest voort te gaan.
Ik ontveins mij niet, of de ern
stige crisistijd, welke wij thans
doormaken, zal ook voor mij in
mijn nieuwe functie moeilijkhe
den met zich brengen. Veel zal
ik daarin door U kunnen worden
gesteund, indien Gij Heeren Wet
houders en Leden van den Raad,
zonder onderscheid, bereid zijt
mij in mijn taak ter zijde te staan,
door zooveel mogelijk, met op-
zijdestelling van eigen groepsbe
langen, de hoofdzaak: het waar
achtig gemeentebelang voor te
staan, hetgeen in een tijd als de
ze hoog noodig is.
Ik spreek de wensch uit, dal
de Gemeente De Rijp dezen
moeilijken crisistijd ongeknakt
te boven zal welen te komen en
dat spoedig voor haar en hare
ingezetenen gunstiger tijden mo
gen aanbreken.
U, Mijnheer de Loco-Burge
meester, zeg ik hartelijk dank
voor Uw heden tot mij gespro
ken woorden en hoop ik dat Uwe
itjóëde 'wetrschen verwezenlijkt
mogen worden en niet minder
dank ik U voor de vele moeiten
en zorgen, welke U zich sedert
1 September j.l. heeft gegeven
in deze uwe qualiteit; ik meen
ook namens den geheelen Raad
te spreken, wanneer ik U namens
dezen Raad hulde breng voor
alles wat U in 't belang dezer
Gemeente heeft willen doen. Gij
hebt in de afgeloopen drie maan
den meer dan ooit indrukken op
gedaan, die U in Uw verdere
gemeentelijke bestuurstaak van
dienst zullen zijn en hoop en
vertrouw ik, evenals ik dat doe
ten opzichte van Uwen mede-
Wethouder en de Raadsleden,
dat ik met U een vriendelijke en
vruchtbare samenwerking zal mo
gen hebben; mijnerzijds zeg ik
U die volgaarne toe.
De ambtenaren in dienstdezer
Gemeente, de politie daaronder
begrepen, wil en zal ik afvragen
een trouwe plichtsbetrachtingen
hoop ik a's Burgemeester spoe
dig hun vertrouwen te winnen
en daad ter zijde staan, voorzoo
ver daardoor het gemeentebe
lang niet wordt geschaad.
Ook tot alle ingezetenen, zon
der onderscheid, wil ik mij he-
den richten, hen roep iktoe.dat
het mij een aangename taak zal
zijn hen te mogen bijstaan, waar
zij zulks van mij vragen zullen
en voor zooveel mogenlijk ik dat,
zonder in strijd te komen met
mijn eigen geweten, zal kunnen
doen.
Diep ben ik getroffen door de
enorme belangstelling, welke ik
zoowel voor als na mijn benoe
ming tot Burgemeester van hen
heb mogen ondervinden en me
de namens mijne vrouw en kin
deren zeg ik hen daarvoor on
zen diep gevoelden dank.
Rondziende bemerk ik vele be
kenden van eldiis, waaronder
Burgemeesters uit omliggende
gemeenten. Allen zeg ik hartelijk
dank voor hun belangstelling op
heden, leder afzonderlijk te noe
men zou te veel tijd vergen.
Maar ook de Peis wil ik hier
dank brengen voor de wijze
waarop deze heeft meegewerkt.
Hierbij, Damts en Hetren.wii
ik het voorloopig laten en ver
klaar ik mij volgaarne bereid in
het midden van U plaats te ne
men.
Achtereenvolgtns voerden het
woord: de heer De Jong namens
de R.K. Raadsfractie.
Nu door deze benoeming hun
wensch in vervulling is gegaan,
wijst hij er op, dat hier nog on
rechtvaardige toestanden heer-
schen, wat zijn taak niet gemak
kelijk maakt. Hij hoopt dat God
hem kracht moge geven^qm den
bioei der gemeente Ie bevorde
ren.
De heer Keuning sprekende
namens de S. D.A.P. zegt, dat
deze partij niet heeft geijverd
voor deze benoeming. Zij achtte
het beter vooraf geen verzoeken
te doen, maar zegt dat ook zij
den burgemeester volle loyale
medewerking toezegt.
De heer Besse zegt namens
de raadsfractie uit dé Burger-
kiesvereeniging, het een groote
voldoening te achten te mogen
spreken namens de heele bur
gerij, welke getoond heeft deze
benoeming te wenschen. Hem
gelukwenschende hoopt hij, dat
deze benoeming mag strekken
tot bevordering van den bloei
dezer gemeente.
De heer Van Staveren brengt
den sprekers dank voor hunne
sympathieke woorden. Waar hier
door alle partijen loya'e mede
werking wordt geboden kan het
haast niet anders of een vruch*-
bare samenwerking zal worden
vergadering gesloten het histo
risch moment in het leven van
den heer Van Staveren en van
deze gemeente.
Na deze officieele vergadering
maakten nog verschillende spre
kers gebruik van de gelegenheid
den Burgemeester toe te spreken.
De heer Van Houwelingen
doet dit als hoofd der O. L. S.
en doet inzake de verzorging
van het onderwijs in deze ge
meente een berorp op den bur
gemeester van wien hembekend
is, dat deze een voors'arder is
van goed onderwijs.
De heer Pastoor Goes zegt dat
de Katholieke bevolking zich
ook heeft ingespannen om deze
benoeming te bevorderen. Zij
zien en erkennen in hem 't gezag
dat uit God is en hem van God
werd verleend; daarom zullen zij
als trouwe dienaren van God
hem steunen en alle medewer
king verleenen.
De hr de Moes feliciteert hem
namens Lie bakkersvereemging,
den Middenstand, de Ev. Luth.
Gem., eveneens voor den Bond
van Staatsp. en Qeh.onth.ver.
De hr Ds Rooker spreekt ook
namens de Herv. Gem. 'n woord
van gelukwensch; hij noemt dit
een schoone en ernstige dag in
diens leven daar deze taak hem
niet alleen opgedragen werd door
de menschen maar door Hem,
die aller leven leidt en stuurt en
hoewel de toekomst ons niet is
bekend geeft het verleden goe
den moed.
Da hr Ds Keuning zegt, dat
in oude tijden de doopsgezinden
niet veel met het gezag te ma
ken wilden hebben tot voor een
honderd jaar hierin verandering
kwamook hij en de doopsge
zinden in deze gemeente willen
wel degelijk met het gezag reke
ning houden en biedt den bur
gemeester mede namens kerke-
raad en gemeente hartelijke ge
lukwenschen en alle bereidheid
tot medewerking aan.
De hr Drost, burgemeester van
Warder c. a. complimenteerde,
mede namens de Ver. van Burg.
en Secretarissen in welken kring
hij geen onbekende, maar een
gaarne geziene persoon is.
De hr Slob, burgemeester van
Nieuwkerk c. a. bracht hem en
zijn gezin gelukwenschen met
den door hem begeerden en ver
kregen taak en wenscht hem on
der Gods zegen een lang en
bloeiend bestuur toe.
Oolude hr Van Kluijve felici
teert cfen burgemeester, mede als
hoofd der politie en hulp-off.
van Justitie.
Nadat de bu^emeester-üajter-
schillende sprekers voor hunne
woorden had dankgezegd, werd
allen gelegenheid gegeven hem
persoonlijk geluk te wenschen,
waarvan een zeer druk gebruik
werd gemaakt.
Hiermede was de installatie
plechtigheid voor de gemeente
de Rijp beëindigd. Met Fanfare
muziek voorop vertrok de Bur
gemeester en zijn gevolg per
auto's via Tuingracht, Oosteinde
Rechlestraat en Zuid onder de
van allehüizen wapperende vlag
gen door naar
Graft.
Door het gemeentebestuur uit
geleide gedaan tot aan Spijker
boor op de grens der gemeente
Graft, namen B en W. afscheid
van den Burgemeester welke
receptie verleende in café van
den heer P. Jongens.
Daar was de familie Van Sta
veren een heel lieve verrassing
bereid.
In de keurig versierde zaal van
café jongens stonden de kinde
ren vanscè»ei. Qn&i
noofd de heer Lanjouw en hun
onderwijzeres opgesteld en zon
gen den nieuwen burgemeester
vol enthousiasme de volgende
woorden toe:
Hierna nam het lid van den
Raad de heer P. Brouwer het
.WOQljjk Spreker fteette Aj*ur~
gemeester hartelijk welkom
dit deel zijner gemeente, dat ook
spontaan zijn benoeming had
bevorderd. Hij hoopte dat men
hem ook meermalen in Oost
zou mogen zien, waardoor de
band versterkt zou worden.
De burgemeester dankte voor
de hartelijke ontvangst hem be.
reid en de lieve zang der kin
deren waarmee hij en de zijnen
werden verwelkomd
Hij hoopt dat evenals voor
heen de ingezetenen hem met
vol vertrouwen zullen tegemoet
treden.
De heer Ds- Van Giessen
spreekt namens de burgerij een
hartelijk welkomstwoord. Hij stelt
het op prijs dat in dit deel der
gemeente Graft hem het eerste
„welkom" mag worden toege
roepen ;en hoopt, dat de burge
meester zich hier ook meermalen
zal laten zien hem toewenschend
dat hij in de vervulling van zijn
ambt de idialen mag vinden, die
hij zich daarin heeft voorgesteld;
een driewerf hiep, hiep, hoera!
toonde aller instemming met het
gesprokene; (de meisjes Mina
Kaij en Trijntje van Tiel boden
bouquetten aan).
Ook de hr Heertjes feliciteerde
den burgemeester, en hoewel hij
overtuigd is dat ook deze het niet
ieder naar den zin kan maken,
dat zelfs 'n bakker of winkelier
ook niet kan, geeft hij de verze
kering dat allen te Oosterbuur!
willen medewerken zijn taak te
vergemakkelijken.
Nadat allen den heer en Mw
Van Staveren hadden begroeten
eenige consumptie ter hunner eer
was gebruikt, werd de tocht ver
volgd naar
West-Graftdijk,
waar in
de fraaie zaal van Van der Oord
alle ingezetenen zich hadden ver
zameld, en na aankomst van den
burgemeester de heer DsLoysen
hem namens de burgerij en de
Ned. Herv. Kerk een hartelijke
gelukwensch en welkom toeriep
Spreker betreurde het op de te
genstelling met Oost te moeten
wijzen, waar onder leiding van
onderwijzer(es) de kinderzang'n
„welkom" deed hooren, terwijl
hier het hoofd der school geene
medewerking verleende hij weet
echter de verzekering te geven,
dat deze houding niet is naar
den wensch van de overgroote
meerderheid te West-Grafldijk.
Spreker wijst op de bezwaren,
waarvoor elk regeeringspersoon
in de haastonoplosbare moeilijke
tijden komt te s'aan. Hij hoopt,
dat God hem wijsheid schenken
mag en een warm sociaal voe
lend hart voor de stoffelijke be-
Graft,
waar tegen half 4 in eene open
bare raadsvergadering de offici-
cieele
Installatie van burgemeester
C. A. VAN STAVEREN
was uitgeschreven.
Ook hier waren reeds tijdig
alle gereserveerde plaatsen en die
der publieke tribune bezet.
^-Lo=Burgemeester J. Blaauw
opende de^openbare vergadering
van den Raad en verzocht de le
den Brouwer en Heijnis den heer
Van Staveren binnen te leiden.
Nadat de plaatsen waren in
genomen leest de Voorz. voor
het Koninklijk Besluit van 25
Nov. 1931 nr. 812 waarbij be
noemd is tot burgemeester der
gemeente Graft de heer C. A.
van Staverenbenevens het schrij
ven van Z. den Commissaris
der Koningin in deze provincie
houdende bericht dat de benoem
de heer van Staveren de bij de
Wet vereischte eed heeft afgelegd.
Na voorlezing dezer officieele
stukken zegt de lo-burgemeester
het volgende:
Geachte aanwezigen,
Burgemeester Van Staveren en
familie
Wij heeten U allen hier har
telijk welkom nu het aan mij is,
een aangename taak te vervullen,
nu wij U Burgemeester Van
Staveren mogen gelukwenschen
met deze Uwe benoeming. De
tijd dat gij hier hebt mogen werk
zaam zijn heefi U doen kennen
als een man die met alle ijver
en toewijding uw werk heeft
vervuld en toen dan ook de ge
legenheid daar was om bij de
vaceerende betrekking van Secr.
penn. aan den Eilandspolder uwe
sollicitatie te steunen hebben wij
gedaan wat te doen viel om de
ze te bevorderen waarmede uwe
positie aanmerkelijk werd verbe
terd en U hierin een vergoeding
mocht vinden voor financieele
opoffering welke U zich in uw
vertrek naar hier hebt getroost.
In de~jaren dat ge hier~zijt
hebt ge vele vrienden gekregen
en nu is gedaan wat gedaan kon
worden om uwe benoeming tot
burgemeester te verkrijgen en
spreker acht zich gelukkig hem
en de gemeente met dit welsla
gen te mogen gelukwenschen.
In de hoop dat zijn bestuur
in deze moeilijke jaren voor de
gemeente een zegen mag zijnen
hem en zijn gezin tot groote vol
doening mag strekken, biedt hij
hem hier den voorzittershamer
aan en het o-anjelint met de
penning, en de verzekering dat
Raad en gemeente hem in zijn
werkkring allen steun wille ver
leenen.
De Burgemeester dankte den lo-
burgemeester voor de hartelijke
woorden waarmee hij hem heeft
geinslalleerd en zegt:
Mijnheer de Loco-Burgemeester
Mijnheer de Wethouder
Heeren Raadsleden.
Dames en Heeren.
De heer Heynis kwijt zich van
een aangename taak namens de
R.K. fractie den burgemeester
geluk te wenschen en hij hoopt
dat hij met lust en bekwaamheid
en onpartijdigheid zijn taak mag
vervullen.
De hr Dr Koppen feliciteert
hem als lid der grootste fractie
in den Raad. Hij uit erk entelijk
heid aan de hoogere besturen die
aan den aandrang van de bur
gerij heeft gevolg gegeven om
den heer Van Staveren te benoe
men en hier de rechte man op
de rechte plaats te brengen.
Opmerkelijk acht spreker f
dat juist de laatste jaren d-
langrijke dingen in Graft t'
mochten komen, aan ee
deel van dit werk door
ris Van Staveren werd meeg
werkt, daar de gezondheid van
den helaas te vroeg or^telapen
voorganger in deze jaren^^lte
wenschenoverliet. Nuisdemoei-
lijke tijd gekomen van crisis en
malaise, maar onze burgemeester
weet dat, en zeker zal het zijn
doel zijn, deze voor Graft't minst
drukkend te maken.
Ook als meest intieme huis
vriend biedt hij hem en zijn ge
zin zijn hartelijke gelukwenschen
aan.
De heer Ton heet hem ook
namens de S. D. A. P. hartelijk
welkom en hij sluit zich gaarne
aan bij de woorden door Ds Loy-
sen te West-Graftdijk gesproken.
De hr Van Staveren dankt de
raadsleden voor hun eendrachtig
blijken van bereid zijn tot sa
menwerking. Hij weet nu alle
partijen hem dit hebben toege
zegd dit ook uitvoerbaar en hij
maakt de woorden door wijlen zijn
vader hem voorgehouden, toen
hij zijn loopbaan in de ambte
naarskring begon, tot de zijne,
toen deze hem zijde: de men
schen zijn er niet voor jou maar
jij voor de menschen.
Met deze gedachte stelt hij
zich altijd en voor allen in allen
eenvoud ter beschikking in het
belang dezer gemeente; en hier
mede sluit hij deze voor hem
zoo historische eerste openbare
Raadsvergadering.
Hierna voerden nog verschil
lende sprekers het woord, welke
allen onomwonden van hunne
ingenomenheid en belangstelling
met deze benoeming en den be-
noemde deden blijken. Wij zijn
niet in staat al het gesprokené
te releveeren: onze ruimte laat
dit niet toe; wij volstaan met de
namen te noemen van de heeren
P. Schuurman, ambten. B.Stand,
Pas oor Goes, namens de R. K.,
Ds van Giessen, voor de doopsg.,
Ds Rooker, namens de Ned.Herv.,
P Bruin, namens de ver. PI.Bel
Burgemeester van Akeisloot,
namens collega's uit dezen kring,
Hendriksen en v.d. Meulen, als
agenten van polite, terwijl we
instemmen met de conclusie, die
door Ds Loysen uit al het ge
sprokene werd getrokken, en
eenvoudig neerkomt op
een hartelijk „welkom" I
Ten slotte dankte de Burgemees
ter, mede namens zijn gezin voor
al de hulde, waardeering en be
langstelling door de heele ge
meente hem betoond. Spreker
weet niet of hij aan alle ver
wachtingen zal kunnen beant
woorden, maar wel wenscht hij
ook nu als burgemeester te blij
ven den eenvotidigfen therfsch
voor ieder toegankelijk, die hem
meent noodig te hebben.
Nadat nog van de gelegenheid
om de familie te complimentee
ren een heel ruim gebruik was
gemaakt kon eindelijk de bur
gemeester zich met zijn familie
kring terugtrekken, na dezen
voor hem zoo gewichtigen dag
vol emoties, maar ook vol van
blijde indrukken, waaraan door
allen zoo spontaan is medege
werkt en die voor hem een
nooit te vergeten aangename
herinnering zal doen bijblijven.
Moge zijn bestuur als burge
meester dezer beide gemeenten,
aangevangen in de donkere da
gen voor Kerstmis, voor hem en
de gemeenten een lichtend ver
schiet in de toekomst meebrengen
ij- hqq jjnriu. in wP'fH
Daar klinke op Uw feestdag een
jub'lende toon,
Een toon, vol van blijdschap, recht
hart'lijk en schoon
Geen lied zij zoo krachtvol, zoo
innig gemeend,
Als 't lied van ons kind'ren, voor
U hier vereend.
Refrein
Heil! Burgemeester I U heil op
deez' stond,
Nu wensch onzer Ouders ons
samenverbond,
Wij wenschen U heil in Uw huis,
op Uw werk;
Wees allen tot zegen, heb wijsheid,
wees sterk I
Ons hart klopt zoo blij op deez'
heerlijken dag,
Nu Jong-Oost-Graftdijk U
verwelkomen mag;
Wij staan hier geschaard en wij
zingen U toe:
„Werk steeds in ons midden,
tevrêe, weltemoe
e verhef
fing van het geestelijk zedelijk
peil dezT gemeente.
(Betsy Wit en Guurtje van Ammers
bieden bloemen aan)
De burgemeester betuigde zijn
dank voor de hartelijke ontvangst
hem hier bereid en den hem toe
gezegde steun en medewerking;
(nadat een tweetal bouquetten wa
ren aangeboden door de dochtertjes van
de hrn dr. Koppen en van 't Hoff en
allen de familie Van Staveren hadden
gecomplimenteerd werd de tocht ver
volgd door
de G aftermeer naar
Graft en Noordeinde,
waar de kleine Corri Bruin een
bloemstuk aanbood en terugge
reden werd naar
Op dezen voor mij zoo buitenge-
plaats allereerst mijn eerbiedigen dank
brengen aan H. M. de Koningin, aan
Z. E. den Minister van Binnenl. Zaken
en Landbouw en aan den Heer Com
missaris der Koningin in Noord-Hol
land, voor het in mij gestelde ver-
trouwen, door mij te benoemen tot
Burgemeester Uwer Gemeente, welke
eervolle benoeming ik volgaarne heb
aanvaard.
Ik sta hier thans op de plaats, wel
ke nog niet lang geleden was inge
nomen door mijn voorganger, die ge
durende meer dan 30 jaren op voor
treffelijke wijze alhier het ambt van
Burgemeester mocht vervullen en aan
wiens nagedachtenis ik op dit moment
eene eerbiedige hulde breng.
Van nu af zal ik Zijn werk voort
zetten en hoop ik dat te doen op een
voor U bevredigende wijze, welke de
bloei Uwer Gemeente en het welzijn
harer ingezetenen zal mogen bevor
deren.
Reeds gedurende ruim 6 jaren heb
ik het voorrecht in Uw midden arbeid
zaam te mogen zijn als Secretaris-
Ontvanger dezer Gemeente en heb ik
ruimschoots de gelegenheid gehad U
te leeren kennen en waardeeren, even
als het U mogelijk is geweest zich
vertrouwd te maken met mij. Ik be
hoef niet vele woorden te gebruiken
U mijnerzijds te kennen te geven, dat
de samenwerking met U en het ver
trouwen, dat ik steeds van U mocht
ondervinden éen onvergetelijken in
druk op mij gemaakt heeft. Hoe des
te meer verheugt het mij, dat ik thans
den Voorzitterszetel in Uwe verga
deringen zal mogen innemen, zeker
als ik ben, dat deze plaats mij nog
beter in de gelegenheid stellen zal, om
te geraken tot een nog vruchtbaarder
dienen van de belangen onzer gemeen
te, welke mij zoo dierbaar is geworden.
Ik ontveins mij niet, dat de ernstige
crisistijd, welke moet worden doorge
maakt, mij in den aanvang van mijn
nieuwe functie vele moeilijkheden
brengen zal, doch ik twijfel er niet
aan, mij verzekerd te gevoelen van
Uw aller behoefte om mij in mijn taak
bij te staan, zooveel in Uw vermogen
is. eene gedachte, welke ik niet hoog
genoeg op prijs kan stellen en welke
mijne gevoelens versterkt, dat het
wederkeerig zoeken naar het waar
achtig belang onzer gemeente niet on
bevredigd blijven zal.
Van ganscher harte hoop ik, dat
onze gemeente den druk der moeilijke
tijden zal kunnen doorstaan en dat
hare ingezetenen, zonderonderscheid,
er niet TE zwaar door zullen getrof
fen worden, opdat, zoo gauw er betere
tijden aanbreken mogen, zij zich weer
spoedig in alle opzichten herstellen
kanmoge deze opleving niet ai
te lang uitblijven.
U Mijnheer de Loco-Burgemeester
breng ik hartelijk dank voor door U
tot mij gesproken woorden en heb ik
gevoeld dat U niet alleen tot den
nieuwen Burgemeester, doch tevens
tot een oprecht vriend gesproken hebt.
Velen en langdurig zijn de besprekin
gen geweest, welke wij reeds moch»
ten hebben en hebben wij gevoeld,
dat ons beider doel was: het dienen
der belangen onzer gemeente een nog
inniger samenwerking is niet moge
lijk en toch, nu ik straks als Uw
Voorzitter naast U werken mag, ver
wacht ik, dat onze wederzijdsche sym
pathie nog meer het welzijn onzer ge
meente en dat harer ingezetenen zal
kunnen bevorderen.
Dank zeg ik U, mede namens den
geheelen Raad, voor Uwe vele en on
vermoeide diensten gedurende de af
geloopen 3 maanden als waarnemer
van het Burgemeester's ambt aan onze
gemeente bewezen en was het mij een
aangename taak U daarin te hebben
mogen bijstaan.
Ook tot U Wethouder Heijnis wil
ik mij heden richten; van den begin
ne af, dat ik naast U arbeiden mocht,
ondervond ik Uw oprecht vertrouwen
en heb ik mij beijverd dat waardig te
mogen zijnik heb mij daarin nog
nimmer teleurgesteld gevoeld, integen
deel, ook van U mocht ik steeds die
waardeering ontvangen, welke mij
sterkte in mijn gevoelens, dat de
vriendschapsband tusschen ons bei
den het belang onzer gemeente ten
goede is gekomen, hetgeen niet an
ders dan nog vermeerderen kan.
Hetgeen ik zeide tot Heeren Wet
houders is niet minder van toepas
sing op Heeren Raadsleden, zonder
onderscheid, ook van U allen ben ik
overtuigd, dat Gij op gelijke wijze als
voorheen, mij zult willen ondersteu
nen, ook nu ik Uw Voorzitter ben ge
worden. Mijnerzijds zeg ik wederkee
rig alles toe, wat voortduring betreft
der goede verstandhouding in Uwe
vergaderingen, waardoor tenslottehet
gemeentebelang het beste wordt ge
diend.
Van de ambtenaren in dienst dezer
gemeente, de politie inbegrepen, ver
lang ik eene getrouwe plichtsbetrach
ting hen allen van nabij kennende
houd ik mij daarvan verzekerd en
twijfel ik niet of zij zullen mij ook in
mijn nieuwe functie gaarne datgene
geven^watikvanhenve^^imac^
Ik hoop voor hen een raadsman e*n
een vertrouwensman te kunnen zijn.
Ook tot alle ingezetenen, zonder
onderscheid, wil ik mij vanaf deze
plaats richten en roep ik hen toe,
twijfelt er niet aan, door mijne pro
motie zal ik nog meer in de gelegen
heid zijn U behulpzaam te zijn in het
dienen ook van Uwe belangen. Komt
als van ouds vrijelijk tot mij en ik
zal mij beijveren zooveel in mijn ver
mogen is en zoover mijn plicht mij
toelaat, voor U een goed Burgemees
ter te zijn.
Diep ben ik getroffen door de
enorme belangstelling, welke ik zoo
wel vóór als na mijne benoeming tot
Uw Burgemeester van U mocht on
dervinden en mede namens mijne
Vrouw en kinderen zeg ik U daar
voor onzen diepgevoelden dank.
Evenals vanmorgen in de Rijp, dank
ik hen die van elders zijn gekomen
voor hun belangstelling, om ook hier
ter plaatse door hun aanwezigheid,
daarvan blijk te geven, U allen zeg
ik daarvoor hartelijk dank. Ieder af
zonderlijk te noemen is mij thans on
mogelijk.
Alvorens te eindigen wil ik de Pers
verzoeken om ook in de toekomst te
blijven wie zij tot heden voor ons is
geweest; voor Uwe welwillende hou
ding ben ik U tot heden steeds dank
baar geweest en zeg ik mijnerzijds
ook in mijn nieuwe functie zooveel
mogeitffc wsrameenn^ïïïneQewencii^
toe.
En hierbij wil ik het voorloopig la
ten en verklaar ik mij volgaarne be
reid den Voorzitterszetel in Uwe ver
gadering in te nemen.
(Door Trien Brnin wordt aan Mevr.
Van Staveren een bouquet bloemen aan
geboden met een toepasselijke geluk
wensch.)