LEESBIBLIOTHEEK BOEKHANDEL HOOGGARSPEL (fa, EISMA), De Rijp HET GEHEIM. Dora Winter was typiste bij een groote bankinstelling in Amster dam. Ruim een jaar geleden was ze van buiten naar de stad geko men. Ze vond liet buitenleven erg eentoonig en meende in de groote stad meer afwisseling en afleiding te vinden. Het was op deze reis, van haar dorp naar de stad, dat ze hem ont moet had, Willem de Jong. Het was een kalme aardige jongen, een beetje bleu, maar met een erg sym pathiek gezicht en prachtige oogen, vond ze. In Amsterdam hadden zij aan het station afscheid van elkan der genomen. Wel had hij bij dit afscheid even getwijfeld, en meen de zij, dal hij haar zou vragen, el kander nog eens te ontmoeten, maar zoo ver was het niet gekomen. Hy had haar beide handen in de zijnen genomen en met zijn groote oogen had hij haar even droevig aangezien. „Dag Dora, dag hoor". Toen had hij zich omgekeerd en was weggegaan. Nadien had zij nooit iets van hem gehoord.... Dora had haar ouders beloofd, in de stad flink haar best te doen en zelfstandig haar levensweg te kiezen. Nu, ze deed haar best, werk te den geheelen dag hard op kan toor en 's avonds, wanneer zij in haar kamer zat, dan schreef zij naar huis, las een boek of naaide iets, en ging altijd vroeg naar bed. Meermalen bedacht zij, dat het leven in de stad eigenlijk niet veel verschil maakte met het dorpsle ven. Eigenlyk was het hier nog eentooniger. Weliswaar had zy hier veel meer afleiding kunnen vinden; hoevelen waren er op kantoor, die be koord door haar lieftallige gestalte en haar vriendelijk voorkomen haar meermalen gevraagd hadden, eens mee naar een concert of een schouwburg te gaan. Maar steeds drong dan de groote gestalte van Willem in haar gedachten naar vo ren enweigerde zij vriende lijk, doch beslist, ieder verzoek.. Steeds voelde zij sterker en die per, hoeveel ze van hem hield, hoe intens zij vaak naar hem verlang de. Misschien had hij allang een ander meisje leeren kennen, was ie wellicht al getrouwd. De gedachte, dat hy verloofd of getrouwd zou kunnen zijn, liet haar geen rust. Als dat waar was, dan zou zij met alle geweld haar liefde voor hem tegengaan, zou zij alles in het werk stellen, hem voor al- tyd te vergeten. Maar hoe kon zy dat te weten komen? Dora dacht en dacht, tot dat haar plotseling een idee te bin nen schoot. Op een avond ging ze direct na het eten naar de Openbare Lees zaal en bladerde daar in het adres boek van Amsterdam. Daar stond zijn naam: Willem de Jong, reclameteekenaar. Dat moest hij zijn. Vlug noteerde zij zijn adres en haastte zich weer naar huis. Thuis gekomen nam zij een vel papier en tikte het volgende formu lier op haar kleine reis-schrijfma- chine: Mevrouw IJ. Adres: Kiosk Muntplein. Ook Uw lot staat in de sterren te lezen. Wanneer U onderstaande gege vens invult en mij 15 cent aan postzegels doet toekomen, zal ik Uw karakter en toekomst beschrij ven, en raad geven. Geboortedatum: Naam en voornaam: Verloofd of gehuwd: Ze deed dit formulier in een enveloppe, tikte zyn adres er op en bracht den brief nog even op de post. lederen morgen en avond vroeg BOND VOOR STAATSPENSIOEN. Een Renteboekje. Welk een kostbaar bezit I Vraag den arme. Niets dierbaarders dan ditl Onze Bibliotheek is dagelijks geopend. Ook des Zondags van 11.3012.30 uur. 10 cent per deel per week. Iedere dag langer 1 cent. ze aan de kiosk of er ook een brief voor Mevrouw H.... was gekomen. Den derden dag was er een brief voor haar. Vlug maakte zij de en- velloppe open en het eerste wat zij zag was, dat hij niet verloofd en ook niet getrouwd was. Thuis ge komen las en herlas zy het formu lier, alsof het een liefdesbrief was. Eenige dagen waren al weer voorbijgegaan en haar opgewekte stemming was al weer gezakt. Ze wist nu wel, dat hij nog vrij was, maar meer ook niet. Maar eigenlijk moest ze hem toch antwoorden, overdacht ze. Hij verwachtte im mers ontwoord van „Mevr. H. 's Avands nam ze weer een vel papier en tikte een groote brief, waarin ze eerst zijn karakter be schreef; daarna schreef zij dat hy in een treinreis eens een meisje had ontmoet, blond van uiterlijk en lichtblauwe oogen. Zij was niet meer in zyn omgeving geweest na dien tijd, doch liij moest alles in het werk stellen, haar weer te vin den, want dat meisje was de vrouw, die voor hem bestemd was en zy had hem ook lief. Hij zou met haar zeer gelukkig worden. Ook deze brief bracht ze snel op de post Nu kreeg Dora rust en dacht: „in ieder geval wordt hij nu aan my herinnerd en als hij ook van mij houdt, zal hij nu zijn bleuheid wel weten te overwinnen." Drie weken verliepen. Dora had de hoop al opgegeven. Haar brief had hij zeker als een grapje be schouwd en er verder geen aan dacht meer aan besteed. Totdat zy op een avond thuis gekomen, een brief vond met een zelfde couvert, als zij ook eens voor „Mevrouw H...." had ontvangen. De brief was aan haar persoonlijk gericht. Bevend van opwinding maakte zij het couvert open en trok het papier er uit. Vlug las ze: Beste Dora, Geruimen tijd heb ik gezocht, om je adres uit te vinden. Gelukkig heb ik het nu gevonden. Ik zou je graag nog eens willen ontmoeten, om te hooren hoe het je gegaan is, sinds je aankomst in Amsterdam. Met hartelijke' groeten, Willem de Jong. P.S. Zonder tegenbericht, kom ik je Vrijdagavond om 8 uur halen. Het was nog even voor acht uur, toen Willem belde. Zoodra hij haar zag, greep hy haar beide handen en zei: „Dag Dora," evenals dien keer, toen zij op het station afscheid van elkan der namen. Dora had zich voorgenomen, zoo gewoon mogelijk te doen, omdat SPORTNIEUWS. AJ.V.-Nieuws. Een late dankbetuiging Door plaatsgebrek kon het verslag dat we direct na onzen Feestavond inzonden niet worden opgenomen. Doordat er verder niets te mel den was, wordt eerst heden den dank overgebracht aan hen die door het geven van cadeaux ge noemde Feestavond mede tot een succes maakten. Hartelijk dank daarvoor 1 Vodrts dankt het Bestuur allen die rechtstreeks of zijdelingshun tijd en krachten gegeven hebben tot het welslagen van onze Feest avond. We vragen verontschuldiging voor dit late bericht. Hoekvlag zij tenslotte elkaar nog zoo weinig ontmoet hadden. Doch nu stond zij met de oogen vol tranen en deed wanhopige pogingen 0111 ze voor hem te verbergen. Hij zag haar ontroering, greep haar arm en liep weldra met haar in een stille straat, waar zij niet zooveel last van voorbijgangers hadden. Toen bleef hij even staan en keek haar recht in de oogen. „Dora, wat heb ik al dien tijd naar jou ver langd En Dora, zich nu niet meer voor hem schamend, liet haar tranen den vrijen loop, vertelde hoe ook zij steeds naar hem verlangd had, hoe zij steeds gehoopt had, dat zij hem weer eens zou ontmoeten. Willem nam haar in zijn armen en liet haar hoofd op zyn borst rusten, ook zyn oogen waren voch tig.... Zoo stonden zy geruimen tijd zwijgend, te ontroerd om iets te zeggen. Dora hief even haar hoofd op. Ze wilde hem alles zeggen van „Mevrouw H. maar zij bedacht zich; ze vond het beter niets te zeggen, droogde haar tranen en nam zich voor hem daarvan nooit iets te vertellen; dat zou haar ge heim blijven. En .Willem ook, bedacht zich, dat het toch maar beter was niets te zeggen, dat hy waarschijnlijk nooit gedurfd had haar te vragen, als „Mevrouw Hhem dit niet voorspeld en hem hierin aange moedigd had.... Nee, dat zou hij haar haar toch maar nooit vertel len (Nadruk verboden.) DE BOERDERIJ KrichtToederbesparing voor ruidree De krachtvoeder toewijzing voor de afgeloopen periode 11 Dec. '39—8 Jan. '40, alsmede de toe wijzing voor de periode 8 Jan.- 5 Febr. '40 wordt voor industrie- melkbedrijvenals ruim bestempeld. Een toewijzing van 3 kg per dag per dier voor melk- en kalf koei en alsmede hoogdrachtige kalf- vaarzen voor bedrijven met over het algemeen een vrij ruime ruw- voedermiddelen voorraad (hooi, kuilgras, stroo, bieten, tulpen enz.) in een periode waarin de meeste koeien zeer weinig melk geven of droogstaan is inderdaad royaal. Met voldoende hooi van goe de kwaliteit, eventueel kuilgras, of wat bieten, aardappelen enz. kan men in de behoefte voorzien aan onderhouds voer voor een koe van 500/600 kg lev. gewicht alsmede in de behoefte vooreen productie van vijf a tien 1 melk. Het spreekt vanzelf dat zoowel de beschikbare hoeveelheid hooi resp. kuilgras als de kwaliteit, alsmede de conditie van het vee de factoren zijn die bepalen of er al of geen krachtvoer noodig is en zoo ja hoeveel en van wel ke samenstelling. In normale tijd was het geen regel maar uitzondering in het grootste gedeelte van het indus- triemelkgebied van N.Holl., indien droge koeien en zelfs kalfvaar- zen 2 kg krachtvoer ontvingen. Wij meenen er voor te moeten waarschuwen om de toewijzing voor de beide genoemde periodes als maatstaf te gebruiken voor de vermoedelijke toewijzing voor de komende periodes, waarin de meeste koeien kalven en de krachtvoerbehoefte doorde groote melkproductie aanmerkelijk groo- ter is. Zij die zulks doen konden zich wel eens erg vergissen. Bij de veevoederdistributie wordt per periode van 28 dagen een regeling getroffen voor geheel Nederland, en kunnen onmoge- lijkspeciale regelingen worden ge troffen voor bepaalde gebieden met bepaalde bedrijfsomstandig heden' Wij stellen ons dan ook voor, dat de toewijzingen voor de komende perioden niet of al thans zeer weinig verhoogd zul len worden. Bedrijven waarin men in de loopende periode met minder krachtvoer toe kan dan volgens de toewijzing mogelijk is, zullen dan ook moeten trach ten te sparen voor de komende periode met een aanmerkelijk grootere krachtvoerbehoefte. Dit sparen kan ook gebeuren in de vorm van bonnen welke voorde volgende periode geldig zijn. Elke kg welke men in de loo pende periode kan besparen kan men met meer effect benutten in de komende periode metversche melkkoeien. Waar de toewijzing voor de varkens is gebaseerd op 50 pCt van de varkenstoewijzing, hebben velen naar ons bekend is varkens- meel besteld inplaats van koeien- meel. De schijnbaar royale toe wijzing voor rundvee maakte dit voor zeer vee! N.holl. bedrijven mogelijk. Niet onmogelijk is, dat, wat men op deze wijze van de rundveetoewijzing voor de mest- varkens heeft benut in de maan den Februari en Maart toch een bezwaar zal blijken te zijn, om de versche koeien te geven wat hun werkelijk toekomt. Wij meenden er goed aan te doen de Noordhollandsche vee houders hierop attent te maken. Het N.h. Veevoeder Bureau.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Rijper Nieuws- en Advertentieblad | 1940 | | pagina 4