DB ADBIAAR. DOEK I) li 1 k k E D M P. i. G. DIDERICH, HEMELWERK. A»yKKTK.\TIKI. BR AND-W A ARBORG-M AATSGH APr J AMSTERDAM. VAN tetidiU vnii smaak cu dat rersrliil van smauk ia afhankelijk van H<*n aland. waai 10 men is opgevoed, van de wijze waarop »de beschaving'' haren invlnrtl op iemand heeft uitgeoefend. En 1111 kom ik eindelijk tot daIgene wal ik gaarne weuschte te we- jen: moe! het geestige, dat nit uw blad niet tal worden geweerden ilus [vergeving voor hetgeen volgt] p> r grafie zal opgenomen worden, moet dat geestige, zeg jk Tan dat gehalte zijn ,[gij merkt weldat ik er ecu proefsteen op nahoude] dat het beschaafde publiek er destolfs goedkeuring aanhechten het geestig noemt of moet het zoo geschre ven zijn dat onze plattelands bevolking cr zich tevreden over beloont, en dat door uitdrukkingen, als «proef'je hem die is mooi 1 of zoo iets aau den dag legt !Siet dat ik door die onderscheiding zeggen wildat onze landelijke stand niet beschaafd is; integendeel, ik houd het er voor, dat hij dit mei betrekking lot zijn bediijf genoeg is, en dat er meer behoefte is aan verspreiding van kennis van zaken, die reglstreeks op den vooruitgang in wetenschappelijken zin van hun bedrijf betrekking hebben, dan aan «beschaving" Men zal toch immers niet willen dat glacé handschoenen en fransch spreken tot algemeene zaken onder onzen boerenstand zullen gerekend worden. Zulks zoude te bejammeren zijn en het degelijke en bedaarde, dat onze plattelands bewoners kenmerkt, zeker beiiadeclen En zeg mi\ is ilio beschaving, die zich thans zoo op den voorgrond plaatst, ve I racer dan eene combinatie van eene algemeene zeer oppervlakkige ken nis van zaken en genie der kleedermakers Te dekselmijnheer, wat ben ik algedwaald van mijne vraag maar dat is niet anders; het ligt zoo in mijnen aard, maar voort te praten Echter ik zal eindigen hetgeen ik toch niet kan doen zonder u te ver zoeken, mij niet te willen verdenken van te hoogen dunk van mij zei ven, als zoude ik mij volkomen in staat achten, geestige stukken en dan onverschillig in welk genrete kunnen schrijven. Dat zij verre, maar ik wil beproevenwat ik doen kan tot ondersteuning van Schagens Weekblad. Ziedaar alles. 'Jn afwachtingeri# De Deductie dot bo\u nstaundm brie/ voor bet voriy o. te laat ant- volgt n hebUndc zal er thans tegelijk ha tr anlusoo» d op llaen volgen. Dewijl de schrijver zelf teivgl erkent dat het oord el over de gees tigheid afhankelijk i» van d u smaak, zoude de redactie kunnen volstiau met het antwoord«wacht op onze daden.1 Hierbij voegt zij echter de betuiging dat zij nietzoo als de schrijver, liet beschaafd publiek tegenover de plattelands bevolking stelt,alsof de laatste niet ondereen beschaafd publiek zou kunnen gerekend worden. Eene der gelijke afscheiding behoort in geen weekblad te huis. |)e redactie verheugt zich echter, dat de schrijver reeds nu heeft k: nnen besluiten zijuc zwarigheden te openbaren; maar het doet haar ed dat zij ook reeds onder de verdenking van willekeur schijnt te staan, zoo als meu uit dat wond per gratie zou kunnen afleiden. Na tuurlijk behoudt zij het regtaan zich otn stukken, die zij schadelijk oordeelt, af te wijzen; want I oe zou zij anders voor de degelijkheid van het blad verantwoordelijk kunnen zijn? Maarzij zal daarin geen on der s< beid van personen maken, en naar hare oiertuiging, volgens het gegevei.e p rog ram ma tewerk gaau. Wat betreft de redenering van den schrijver over de beschawng, deze laat zij geheel voor zijne rekeniug. Misschieu komt zij later wel eens op dat onderwerp terug. Eene aanmerking moet zij echter maken. Zij is het geheel eens met deu schrijver, dut glacé-handschoenen geenc beschating aanbrengenmaar zij hoopt, dat de schrijver onpartijdig genoeg zal zijn om te bekeaneu dat een paar handschoenen de ware beschaving evenmin kunnen bmudeelcn(lok de redactie cordeelt hel niet weuschetijk althans uiet mogelijk dat de boerenstand zich alge meen op het fransch zoude toeleggen Maar dewijl zij tevens overtuigd is, dat in het buitenland zeer veel voor d-n landbouw wordt gedaan, dat dubbel waardig is uok fier bekend te wordendaarom zal zij in haar weekblad van tijd tot tijd stukken nit vreemde talen opnemen. Immers zij houdt zich overtuigd dat onze boerenstand daardoor zijne degelijkheid en Wdaai dheid wel niet zal verliezen. Ten slotte blijft zij zich in de medewerking \an den schrijver aanbe velen welke [zij bekent dit gaarneomzijn gemoedsbezwaar geheel weg te nemen] althans wel de gave bezit van zich over sommige onder werpen geestig uit te drukken. De redactie. Ingezonden. Meu leest in la fjperanza van Madrid de volgende anneedote. Een Cabalero, die een liarstogMijk vereerder van Karei V was, had een reisje naar Estramadura ondernomen, om er het klooster van St. Just, de laatste verblijfplaats van den beroemden man, te gaan bezingen. Op oenen avond hield hij stil in een dorp, in wnlks nabij heid de held overleden is. Den volgenden morgen verlangde hij zich te laten scheren, alvorens de wandeling naar het klooster te ondernemen, en hij verzocht den waard eenen barbier tc laten roepen. Het toeval wilde, dat de waard tevens barbier was. In een oogwenk had de man al het noo- dige bij de hand en sprak met een van blijdschap opgetogen gelaat Wat zijt gij gelukkig, Cabalero? Man, ik begrijp u niet. Gij houdt de nagedachtenis van den keizer toch in hooge eer, niet waar? Ja, maar hoe komt dat hier te pas? Wel, gij zult zoo gelukkig zijn, met hetzelfde scheer mes geschoren te worden, waarvan zich onze groote keizer zaliger bediende. De Cabalero was werkelijk verrukt; hij wTeef zich de han den van vreugde en leverde zich gedvvie aan zijnen weldoe ner over. Tn liet begin van ue operatie was de Cabalero vol illusies; maar naarmate zij voortging, nam zijn gelaat, eene minder opgeruimde uitdrukking aanj; hij rilde op den houten stoel, terwijl tranen zijne oogen bevochtigden. Gij zijt tot tranen toe bewogen, Cabalero, sprak de her bergier meewarig; heb ik misschien onbemerkt een vlok van uwen baard medegenomen? Neen, vriend, maar ik ween bij het herdenken van het geen de doorluchtige keiz.er al moet hebben uitgestaan als hij zich met dit scheermes liet villen. GS. VESTIG D TE Deze Maatschappij verzekert tegen Brandschade en de gevolgen van dien, alle soorten van Roerende en Onroerende Goederen, en is wat de Administratie kosten belangt in de meeste gevallen veel lager dan andere dergelijke inrigtingen, b. v. een huis van steen gebouwd en met pannen gedekt of de goederen in hetzelve, betalen 60 of HO cents per/1000, der verzekerde som, waar alle kosten onder begrepen zijn, terwijl er in dat geval maar 15 of 20 cents administratiekos ten berekend wordt, hetwelk bij de meeste 50 of 62J ets of hooger is, terwijl boveudien geene inleggelden gevorderi worden. Nadere inlichtingen zijn te bekomen bij den Agent N. de LTGT, te Schagen. 2SF*" Personen onder het kanton Schagen woonachtig genegen zijnde als correspondenten voor bovengenoemde Maatschappij werkzaam te zijn, gelieven zich daartoe franco aan te melden of in persoon te vervoegen ten huize van N'. de Ligt, voornoemd. y te Schagen ingerigt tot het vervaardigen van alle soorten van druk werken, tegen zoo matig mogelijk gestelde prijzen, Drukkerij r»u P. J G. D1DKRICH.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1857 | | pagina 3