%rfde privilegiëngeen geslachtdat zich in de
oudste eeuwen verliestgeen leger van toege
negen soldatenmaar de volks wil alléén, den
vorst waarlijk machtig maakt.
VERGADERING van denUEMEENTERAAD
Zitting van 28 Augustus 1863.
Afwezig de heer C. Smit.
De vergadering wordt geopend en voorgeze- i
ten door den Burgemeester, de Secretaris leest j
de notulen van het verhandelde in de verga- i
dcring van den 5e. en 80e. Julij jl. door den j
heer C. de lieer wordt aangemtrkt dat de i
clausule voorkomende in de notnle van 5 Julij j
aangaande het verlangen van den onderwijzer
A. de Rooij ter bekoming van een kweekeling
niet is opgenomen zooals door hem is gezegd,
Z. E. verlangt dat zulks geredresseerd worde,
als zijnde door hem aan den Burgemeester de j
vraag gedaan sof het aantal leerlingen geen
aanspraak op het aanstellen van een kweekeling
kan geven," na deze verandering wordt die
notuul goedgekeurd.
Ten aanzien van het gerelateerde in de i
notuul van den 80 Julij jl. vermeent voor- j
noemde heer, dat het gezegde van den voor- i
zitter in zake hel besluit nopens de redactie
van de Schager-Couraut, niet woordelijk is i
overgenomen, als zoude naar zijne meening, J
ZED niet gebezigd hebben, de woorden »dat
hij eene dergelijke bedreiging beschouwt, zoo
als niet in strijd met de grondwet, dan toch
in geen geval in ons land, maar in Pruissen
of Rusland te huis behoorende." Na rondvrage
bleek dat deze woorden door geen der leden
schenen gehoord te zijn, eeuige woordenwisse
ling tusschen den heer C. de Heer en den
voorzitter hierover ontstaan zijnde, besloot
laatstgemelde met de bevestigiug dat, voor het
geval, hij die woorden alstoen niet heeft uit
gesproken, hij die thans zegt, met bijvoeging
dat de toen door deze vergadering genomen
maatregel in Pruissen en Rusland, door eene
eerste en tweede waarschuwing zou zijn voor,
afgegaan, terwijl hier, zender vorm van proces
de straf was toegepast.
Vervolgens worden gelezen de notulen van
het verhandelde in de vergadering van den 17e
Augustus jl. die worden goedgekeurd.
De voorzitter rapporteert, als hoofd van de
school-commissie dat deze zich, ten gevolge
van het verzoek van den onderwijzer A. de
Rooii, in dc school heeft begeven, dat zij eenige
leerlingen van de 3e. klasse naar de 2e. heeft
dien overgaan, dat zij den onderwijzer de Rooij,
gedurende eeu uur 's morgens en een uur
s middags een leerling eener hoogere klasse
tot adsistentie heeft toegevoegd en dat op die
wijze het bezwaar is uit den weg geruimd.
Gelezen de ingekomen missive van de Re
dactie van de Schager Courant van 1 Augus
tus jl. gerigt aan den heer Burgemeester, in
aDtwoord op den door ZED aan die Redactie
geschreven brief, lnidende als volgt: »Wij
hebben de eer UEDA. de goede ontvangst te
berigten van nwe missive van den le. dezer
No. 416 naar aanleiding daarvan brengen wij
ter uwer kennisse, dat wij pp de bj die mis-
sire gestelde voorwaarde, van af 1 Januari'
1864, voor de jaarlijksche toelage ad f 50
bedanken. UEDA. mits deze kenuis gevende,
dat voortaan de gemeente, wanneer zij zulks
mogt verlangen, de publicatien, handelingen
van den Raad, enz. enz. iu ons blad, wenscht
opgenomen te hebben, daartoe voor baar ge-
legeohcid bestaat, tegen betaling der gewone
advertentie kosten en dat wij, te gelijker tijd,
de gratis toezending van een exemplaar van ons
blad zullen staken.
Ten aanzien van dit schrijven ontstaan eenige
debatten; door den heer C. de Heer wordt
voorgesteld: te besluiten dat dit antwoord is
beleedigend voor den raad dit voorstel in ora-
Tr«"g gfhragt zijnde, wordt aangenomen de
voorzitter zegt wanneer in dat schrijven eene
beleediging voor den Raad gelegen is, dat hij
niet wil tegenspreken, de Riad die beleediging
dobbel verdiend beeft.
Na nog eenige woordenwisseling, wordt door
den heer C. de neer het voorstel gedaan. Dat
de heer Diderich, in zijn belang, zijn schrijven
publiek in zijn weekblad zal terugtrekken, en
verklaren dat hij, bij nader inzien begrijpt,
door dat schrijven den raad beleedigd te hebben'
welk voorstel in omvraag gebragt zijnde blJ
meerderheid van stemmen wordt goedgekeurd i
de burgemeester alleen verklaarde er zich tegen;
van dit besluit, zal den heer Diderich worden
kennis gigeven.
Waarop door den Burgemeester wordt te
kennen gegeven, dat hij genegen is, den heer
Diderich aan te raden, aan het verzoek gevolg
te geven, maar dat hij, met het verzoek zelve
zoo als het daar gedaan is, zich niet kan
vereenigen.
De voorzitter brengt ter tafel de Rekening
en verautwoording van Burgemeester en Wet
houders dezer gemeente over 1862 zooals de
zelve door hen, is opgemaakt, nadat die meer
dan 14 dagen op de Secretarie ter visie heeft
gelegen met uituoodiging aan de commissie, in-
wier handen dezelve, met de bijlagen, tot on
derzoek gesteld was, om over hare bevinding
te rapporteren, waaraan wordt voldaan bij inonde
van den heet C. de Heer die deswege te kennen
g»f:
Mijne Ileeren
De door u benoemde Commissie tot het
nazien der rekening en bijlagen 1862 rap-
porteerd.
Dat zij de rekening met bijlagen en kwi-
tantien heeft nagezien en vergeleken en zoo
verre zij heeft kunnen nagaan alles behoorlijk
in ontvang en uitgaaf heeft verantwoord ge
vonden.
Dat zij echter onderscheidene posten volgens
den staat van begroting bij de rekening
heeft overschreden bevonden als
Terug gave van onderstand elders verleend
aan armlastigen welke som bijna de helft
boven de raming beloopt.
Deze som was geraamt op f 600.
Terwijl is uitgegeven f 1194,14.
Die in de gemeente onderstand hebben,
was geraamt op f 200.
Uitgegeven f 869,60.
Boven de raming dns f 169,60.
Te zamen dus boven de raming f 763,74.
Hoewel de Commissie vertrouwd ten deze
met alle mogelijke zekerheid is te werk gegaan,
is deze som belangrijk te noemen en beveelt
zij staande deze vergadering de voorlezing der
namen voor wie is uitbetaald met overlegging
der daartoe betrekkelijke stukkan; alles over
eenkomstig de bepaliogen voorkomende in
art. 20 en 21 arme wet. De commissie
beveelt daarbij tevens aan daarbij nog
eens opgave te vragen van Burgemeester en
Wethouderswelk rapport ten deze dit
jaar in het veTslag van den toestand der
gemeente is opgenomen welk rapport dit jaar
niet zoo als gewoonlijk bij de leden is rond
gezonden. Zie art 188 kosten afdijken van het
netbosch in dit jaar mede f 171,45 boven de
raming geloopende Commissie heeft gemeend
ook ten deze de aandacht der vergadering
daarop te moeten vestigen.
Kosten kiezerslijstenook deze post komt
de Commissie voor nadere specificatie te ver-
eischen het komt hnn eenigzins vreemd voor,
op deze post joist is uitgegeven, wat daarvoor
is geraamd, zij behoudt zich voor, deswege
hun gevoelen nader te ontwikkelen.
Schoolbehoeften geraamt op f 200, uitgegeven
f 259,46} in alles wat de school betreft is
er boven de begroting uitgegeven f 214,02.
Vergist de Commissie zich niet meent zij
dat de onderwijzers vroeger de schoolbehoef
ten, toen zij die zelve moesten leveren op
p. m. f 160 raamde, uit aanmerking waar-
i vande Commissie den raad in bedenking
1 geeft, Burgemeester eu Wethoaders te verzoeken
i deswege eens een naauwgezet onderzoek in te
stellen en tevens te verzoeken om van dit
hnn onderzoekin de October vergadering
rapport oit te brengen.
j Rubriek prijsoitdeeling geraamd op f 50.
i uitgegeven f 75,48, bet is de Commissie
voorgekomen, deze som niet had behoeven
i te zijn overschreden als zijnde naar hare
j zienswijze vooraf jnist te berekenen, terwijl
i dezelve thans met meer dan de helft over-
1 schreden is.
i Druk en bindwerk geraamt op f 200.
uitgegeven f 293,45.
i Vooral ook deze post heeft zeer de aandacht
1 der Commissie getrokken te meer, daar de
i Commissie voor den staat van begroting
1 1863 voorstelde, deze post te brengen op
f 150, en zulks om de voorname reden, dat
nit de rekening 1861 gebleken is, dat er in
dat jaar f 130 extra kosten waren veroorzaakt
voor de nieuwe leggers bevolking registers
en drukken politie verordeningen, welk een
en ander bij de verzekering toen gedaan, dat
er nog al eenig materieel voorhanden was,
ten eersten instantie van invloed had moeten
zijn op de onderhavige rekening, het is de
Commissie voorgekomen ook hierop de attentie
van den raad te moeten vestigen en om daar
na Burgemeester en Wethouders te verzoetten
hierop bijzonder te letter, het is de eerste
reize nietdat de Commissie belast met het
nazien der rekening, daarop de aandacht de
zer vergadering heeft ingeroepen aanzienlijk
toch is de som te noemen welke gezamentlijk
ten deze in de rekening voorkomt.
I)e staat van bedeelingen in geld bij de
rekening overgelegd heelt de Commissie niet
kunnen controleerenweshalve zij vooisteld
dit als nog staande deze vergadering te doen.
De Commissie heeft het verrigte timmer
werk buiten het aangeuomene nog al aanzien
lijk gevonden waarom zij vermeent daarop
de vergadering attent te moeten maken.
Van de gedane af eu oveischrijvingen
zullen Burgemeester en Wethouders nog rap
port dienen uittebrengen.
De Commissie heeft de rekening sluitende
gevonden met een batig saldo van f 896,48J
behalve eene som van f 189,75 door de ge
meente ten behoeve van andere gemeenten
voorgeschoten waarop bij de opmaking begroo-
ting 1864 behoort gelet te worden.
De Commissie vermeent in het belang der
zaak die aan hun was opgedragen ten deze,
te moeten aandringen, op de geheele over-
name van dit huu rapport in de notulen.
Schagen den 28 Augustus 1863.
Cs. dg Heer.
W. Vader.
Na voorlezing van dit rapport wordt door
den Burgemeester opheldering gegeven op de
door de commissie gemaakte aanmerkingen,
en nadat de rekening, nogmaals post voor post,
i^" nagegaan wordt dezelve goedgekeurd en
vastgesteld, als volgt:
In ontvang op eene som van f 11085,67 J
Iu uitgaaf op eene som van 10189,09
Zoodat het batig saldo bedraagt f*96,58j-
Voorts wordt in behandeling genomen de
staat van de nog te ontvangen posten van
den Hoofdelijken omslag, over bet jaar 1862
ten bedrage van f77,15 en besloten deuzelvtn
te splitsen als volgt:
als nog verhaalbaar f 33,82^
p oninbaar 48,82$
en die van de belasting op de honden ten
bedrage van f 27,50 die gesplitst wordt in
nog verhaalbaar f 15,50
oninbaar 12,
Door den voorzitter wordt ter tafel gebragt
de door Burgemeester en Wethouders opge
maakte begrooting der plaatselijke inkomsten
en uitgaven voor het jaar 1864 en overeen
komstig Art. 203 der gemeentewet den
raad aangebodeD, zijnde dezelve voorloopig be
raamd als:
Inkomsten op f 10067,58.
Uitgaven op 10067,
Saldo f,58.
Welke begrooting tot onderzoek in handen
van eene commissie is gesteld naartoe bij meer
derheid van stemmen benoemd zijn de heeren
C. de Heer en W. Vader, met den Burge
meester.
Hierna is de vergadering overgegaan ia
comité.
Na de heropening der openbare vergadering,
wordt door den vooizitter ter tafel gebrast,
eene missive van Gedeputeerde Staten dezer
i Provincie van den 19 Augustus 1863 No. 31
1 betrekkelijk het brengen van eenige verande-
i ringen in het besluit tot heffing van bearafe-
1 nisregten welke stukken dien overeenkomstig
i gewijzigd worden.
1 Vervolgens is vastgesteld de verordening op
I het geven van danslessen in deze gemeente
waaraan alsnu overeenkomstig Art. 167 der
gemeente wet verdere uitvoering zal worden
i gegeven.
1 De voorzitter brengt ter tafel de bij hem
