CORRESPONDENTIE-
BURGERLIJKE STAND.
Geboren11 Oct. Corneliszoon van
Jacob Rrugemann en Trijntje Groot; 14 dito.
Hendrikus, zoon van Willem Meurs en Geesje
Veuger.
BEURSTIJDINGEN.
BI. Grieken. 5pCt. 29.
Londen, Wisselk. zigt f 11,86m 11,76.}
Parijs, e et 56} e 55}.
Hamburg, e e 135} 35
Bordeaux, e 15 dagen. 56;
252 u STAATSLOTERT
MARKTBERICHTEN.
pas geboren kiod, waarvan het geslacht niet
meer te herkennen was.
Koning Lndwig van Beijeren, zal den a. s.
winter in Algiers, doorbrengen. Het stadje
Ahaus (Pruissen) is dezer dagen, op enkele
huizen na, totaal afgebrand; de inwoners van
Enschedé zagen den brand in de verte. Bij
de tweede kamer der Staten Generaal is inge
diend een wetsontwerp op het zegel en de
registratie. De Keulsche dom en de Har-
li nger-Spoor weg zyn plechtig ingewijd.
Voor Karei XII zal te Stokholm een stand
beeld worden opgericht; beter laat dan nooit
denken de Zweden.
De Heer Jb. Kwast organist te Purmerende
heeft te Heiloo, een orgel-concert gegeven.
De Sleeswijk-Holsteinsche regering heeft een
verbod uitgevaardigd tegen eene feestelijkheid
bij gelegenheid der 50ste verjaring van den
slag bij Leipzig. Te Bruckhansen (Hanno-
ver) heeft een GOjarige weduwnaar een ge
huwde vrouw doodgeschoten en vervolgens zich
zeiven, en dat alles omdat zij zijne liefde
versmaadde; hoe ouder hoe gekker! Onder
scheidene Vlaamsche werklieden zullen in
Mexico eene kolonie organiseren. De, door
de gemeente Alkmaar, tot bestrating van den
Heer Hugo Waard, aan het Rijk gevraagde
subsidie van f12000 is geweigerd; in weerwil de
provincie, een dito bedrag, goedgunstig heeft
toegestaan.
Z. M. heeft aan Jhr. W. F. Alewijn c. s.
concessie verleend tot droogmaking van den
Noordmeer onder Broek in Waterland.
Beroepen bij de afgescheidenen te Edam Ds,
P. B. Dahler te Deventer.
Z. M. heeft benoemd tot griffier bij het
kantongerecht te Medemblik Mr. J. P. Huijser,
advocaat te Leiden.
VERGADERING van den GEMEENTERAAD
Zitting van 5 October 1863.
Afwezig de Heer W. Vader.
De vergadering wordt geopend door den Voor
zitter die te kennen geeft dat zijne geloofsbrieven,
als lid van den Haad, in de vergadering van 28
Augustus jl. onderzocht en goedgekeurd zijn
doch dat bjj alsnog behoort te worden beëedigd
waartoe overgaande legt Z, E, A in banden van
den lieer D. Timmerman wethouder de bij de
wet gevorderde eeden a( waarna Z. E. A als lid
van den Kaad zitting neemt.
Door den Secretaris worden gelezen de notulen
van bet verhandelde in de vergaderiug van 28
Augustus jl.naar aanleiding waarvan door den
Heer C. de Heer de opmerking wordt gemaakt
dat bij de in die notulen voorkomende woorden
door den voorzitter uitgesproken„dat de Raad
die beleediging dubbel verdiend heeft", beleedigend
voor den Kaad achthierover eene woordenwis
seling tnsschrn den Heer C. de Heer en de voor
zitter ontstaande, verklaart de lieer C. de Heer
zich deswege over eenigen tijd (één maand) aan
dea Heer Commissaris dts koning* te zullen
adresseren de Voorzitter raadt ZEd. daarmede
niet zoo lang te wachtenhij oordeelt dat een
dergelijke aanklagt dadelijk behoort te geschieden.
Hierna worden de notulen van het verhandelde
in de Raadsvergadering van 1 September jl. gele
zen en na eene geringe wijziging goedgekeurd.
De Heer C. de Heer verzoekt en verkrijgt het
woorddoor ZEd. wordt het volgende te kennen
gegeven „bij vernieuwing de aandacht zijuer mede
leden te moeten vestigen op de reden waarom
door de Commissie aan het slot van haar verslag
omtrent de Rekening het verzoek was gedaan om
hetzelve in zijn geheel in de notulen overtenemen,
ZEd. toonde toen aaD dat het gezamenlijk bedrag
aan den Heer Diderich over 1862 betaaldbe
draagt de som van i 781,441/2 met inbegrip
van de schoolbehoeften ten bedrage van p. m.
f 260, zoodat voor schrijf- en bureau behoeften,
drnk en bindwerk enz. enz. in deze rekening
voorkomt f 521 hetwelk over de jaren 1853 tot
en met 1857 even f 200 'sjaarlijks beeft bedra
gen ontkende wijders het daarbij vermelde als
zoude de Burgemeester de bedenkingen in het
rapport gemaaktstuk voor alak wederlegd heb
ben terwijl de spreker tevens sustineerde aan het
slot zgner redendat de Burgemeester in ieder
geval het feit niet zal kunnen tegensprekendat
er f 300 'sjaars meer, dan in vorige jaren voor
•ehrijf- en bureau behoeften, drnk— en bindwer
ken enz. enz. over 1862 is uitbetaald.
ZEd. eindigde met de vraag ol zoo iets we
der met stilzwijgen moet worden voorbijgegaan
of de Commissie het regt niet had en verpligt
was te verzoekendat van een en ander openlijk
aan de gemeente werd kennis gegeven.
De Voorzitter zegt dat de behoeften der ge
meente in dit opzigtveel grooter is dan vroe
ger maar dat het Terschil hoofdzakelijk daarin
gelegen is, dat vóór 1857 het materieel op de
onderscheidene rubrieken werd verdeeld.
Wgders geeft de Voorzitter mededeeling, van
eene missive van Heeren Gedep. Staten dezer
Provincie van 9 September 1863 No. 10, hou
dende dat Hun EgrA. zich met de verordening
op het geven van publieke danslessen door den
Raad vastgesteld den 23 Angustus II. niet kun
nen vereenigen.
Het komt HEGrA. voor dat die verordening
treedt op het gebied bereids door de wet van 1
Maart 1815 (st. bl No. 21) afgebakend, en daar
om in strijd is met Art. 150 der Gemeente wet,
waarom HEGrA. den Raad in overweging geven
die verordening gelijk zij daar ligt in te trekken
enz. hierover ontstaan eenige debatten en door
den Heer C. de Heer wordt te kennen gegeven
dat hij met het gevoelen van Heeren Gedep.
Staten niet instemt en nader bij HEGrA wenccht
aantedringen op de goedkeuring der verordening
zoo wordt na eenige woordenwisseling door den
Voorzitter voorgesteld om bjj stemming uittemaken
of de verordening zal gehandhaafd of vernietigd
worden waartoe wordt besloten en bij het op
nemen der stemmen bleek hetdat 4 stemmen
voor het behoud en 2 stemmen voor het intrek
ken der verordening waren uitgebragt zoodat de
zelve op nieuw aan de goedkeuring van HEGrA.
zal worden ingezonden met berigtdatnaar het
gevoelen des Raadsdie verordening niet treedt
op het gebied der zoo even genoemde wet van 1
Maart 1815 (st. bl. No, 21) vermits die wet spreekt
van publieke danspartijenen hoogst waarschijn
lijk dan nog slechts die op het oog heeft, die in
herbergen of dergelijke gegeven wordenterwijl
deze verordening doelt op publieke danslessen te
geven in particuliere huizen tegen betaling van
entree. Slot volgt.
Het stuk van den Heer G. V. O. is tjjdig
ontvangenhiervoor onzen dank.
Aan het verlangen van H. kan, wegens plaats
gebrek niet worden voldaan.
Red.
I\GEZ0\DEJ STlkkEV
Be Redactie t>ereenigt ziek niet al tooi met kei
gevoelen der inzender» van geplaaUte stukken.
De Schrijver tan Mina Hupsa's brief,
aau
den heer C. de Heer.
Weledele lieer
In het door U, aan de lezers onzer Conrant,
gerigte stuk hebben twee plaatsenmijne
bijzondere aandacht getrokken; het zijn die
waar gesproken wordtvan tegen U gerigte
aantijgingen, en over het aanranden van som-
miger goeden naam door (liever in) ons week
blad.
Als schrijver van Mina's brief en het daarop
volgende stokmaar bovenal, als iemand die
de waarheid miut en dwaling baat, neem ik
de vrijheid, het volgende in het midden te
brengen.
Wat is eene aantijging? Ieder zal vertrouw ik
met mij antwoorden: Eene hatelijke, bovendien
valsche beschuldiging." Dus, geene Waarheid.
Van dit standpunt hetwelk ontegenzeggelijk
het regte is nu uitgaande, erken ik gaarne,
dat door mij meenig harde, welligt bittere
waarheid in de Courant is excuseer het
geestelijke woord verkondigd, dat door mij
punten zijn aangevoerd, welke onaangename
herinneringen konden opwekken, dat ik, wil
men het dus, de roede niet heb gespaard; (»Ik
heb de lui te lief" zegt Asmodée) maardat
ik de laagheid zou hebben begaao, aantijgingen
neer te schrijven, of sommiger goeden naam
aanteranden, iseene aantijging in den
tolele* zin de» tcoord».
Het is echter mogelijk, dat onaangename
waarheden en aantijgingen, door U op eene lijn
gesteld, of met elkander verward worden. Het
staat U persoonlijk vrij, deze grove feil te
begaan, maar het Publiek mag men niet dus
doen dwalen; dat moet de waarheid duidelijk
worden gemaakt; dit is mijn en ongetwijfeld
het gevoelen van ieder, die niet het ongeluk
heeft, ten eenen male van gezond verstand ont
bloot te zijn.
Ik acht het overigens, met het oog op den
aanhef van uwen brief, gepast, U te doen weten,
waarom niet ik de onvoorzigtigheid bega, een inge
zonden stok van mijne naamteekening te voor
zien. Daarvoor bestaan de volgende drie re
denen:
lo. Omdat de waarheidKaarheid blj/t,
onverschillig of zij met eeu paar letters dan
wel met ren eigennaam is onderschreven.
£o. Wijl de ondervinding dagelijks leert, dat
er nog tal van lieden zijn, die ieder, welke eene
hun onaangename waarheid publiek durft
uitspreken, maatschappelijk ter gronde zoeken
te rigtcn.
So, Om te voorkomen, dat, wanneer mijn
schrijven, in taal of stijl gebreken heeft, of
door het verkeerd plaatsen der teekens, gelijk
b.v. de parenthese ic uw stuk, soms onzin
bevat, niet ik zelf mij aan de spotternij of
stekelachtige aanmerkingen van het publiek
prijsgeve.
Des niettegenstaande schuw ik geensints
het licht, en magtig, ten bewijze hiervoor, de
redactie, om, wanneer door U of anderen bewe
zen wordt, dat door mij aantijgingen (ditmaal
niet te verwarren met harde waarheden) of aan
randingen van sommiger goeden naam in de
Courant zijn geplaatst, mijn naam onmiddelijk
aan de belanghebbenden te noemen, opdat zij
mij de, door zulk eene schanddaad, verdiende
straf kunnen doen ondergaan.
ordt echter dit bewijs niet geleverd, alsdan
aarzel (niet eaarsel") ook ik niet, »op het
oordeel der verstandige en onpartijdige Burgera
mij te beroepen", ten einde te beslissen, of
niet de door u opgeworpen beschuldiging ge
heel op u zeiven terugvalt, en juist door uw
schrijven, eene aantijginsr, een bij de wet straf
baar bedrijf, heer Griffierjegens de redactie onzer
Courant en sommige inzenders gepleegd wordt
daargesteld.
Ik heb de eer te zijn
Uw gehoorzame Dienaar,
De Schrijver van Mina Hupsa's brief.
Amsterd. 20 Oct. W.S. 2} pC. 63; 8pC. 75}
Rusland, oude 5 pCt. 101J; 5 pC. 1829 100}
Oostenrijk, Metaliek, 5 pCt. 63 idem 86
Spanje, th. 2 pC. 48J; 3 pC. 54} biunenl. 51 j
Portugal3 pCt. 47}.
Mexicanen. SpCt. 40}.
Metal. Coupons f25.47}
2de klasse 3de en 4de Lijst.
M 18467, f20,000; f18022 f1500; 15234
f 1000; 6316, 18595 f400; 4675 f 200; 9714
11214 f 100; 17154 f400; 7765, 18100 f 100
542 prijzen van f 30.
Schagen 15 October 1863.
Aangev. 1 Stier f60; 28 magere gelde Koei-
jen f 60 a 120; 24 vette dito f160 a 220;
16 Vaarsen f40 a 70; 8 Hokkelingen f 20 a
35; 6 nucht. Kalveren f6 a 9; 650 magere
Schapen f8 a 18; 586 vette dito f20 a 29;
19 Engelsche Rammen f 40 a 70; 4 Bokken
en Geiten fl a 2,50; 18 magere VarkeDs f 8
a 14; 190 Biggen f 3 a 5; Konijnen 10 a
50 ct; Kippen 30 a 100 ct, Eenden 30 a
50 ct; Duiven 10 a 15 ct; Boter 85 ct. p.
k. of f 1,13 p. N. Kaas 25 a 35 ct p. N.
5000 Kip-Eijeren f 3 a 3,10 2000 Eend-dito
f3,30 per 100.
e 55}