Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad. 5 M 319. Zevende Jaarg.ing. A°. I86ifc^w y W Wegens het onstuimige weór is, het Hoofd-artikel voor dit No.niet ont vangen. -j SCHAGER COURANÏt ABONNEMENTSPRIJS VOOR DRIE MAANDEN: Voor Schagenƒ1.00. Franco per post door het geheele Rijk. „1.15. Afzonderlijke Couranten0.10. Verschijnt iederen Donderdagmorgen. prijs der advkrtentlën Van een tot vijf regelsf 0.75. Iedere regel meerder„0.15. De 35 cents zegelrecht niet medegerekend. Grootc letters naar de ruimte die zij beslaan. UITaEVEE I3. O". O. DIDEEICH. BRIEVEN GEMEEHE AFkOWKilMiKV De Burgemeester der gemeente Schagen alf daartoe door den Baad uitgenoodigd brengt ter kennis van de Ingezetenen Dat, ter herinnering aan de heugelijke om mekeer van zaken in November 1813, van wegc de gemeente op Dingsdag, 17 Novem ber aanstaandeop luisterlijke wijzehet 50 jarig jubilé van de verlossing van ons dierbaar Vaderland uit de Fransche overheersching en deszelfs herstel als vrije en onafhankelijke staatzoo door het uitsteken van nationale vlaggen als het illumineren van het Raadhuis, zal worden gevierd. En noodigt mitsdien alle Ingezetenen uit op dien dagde feestvreugde te helpen verhoogen, door zooveel in hun vermogen is het door het Gemeentebestuur gegeven voor beeld te volgen. Schagen, den 3 November 1863. De Burgemeester voornoemd II. R. DE WEER. Burgemeester en Wethouders der gemeente Schagen. Gelet hebbende op art. 265 der wet van 29 Junij 1851 Staatsblad No. 85. Brengen ter openbare kennis, dat het door den Raad vastgestelde kohier van den Hoof- delijken Omslag, voor het loopende dienstjaar, gedurende acht dagen, en wel van Donderdag den 29 October tot en met Vrijdag den 6 November aanstaande, ter Secretarie dezer Ge meente, voor een ieder ter lezing zal neder- liggen. En is deze afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen gebruikelijk is. Schagen, den 28 October 1863. Burgemeester en Wethouders voornoemd. H. R. de MEER, Burgemeester A. J. AN CANTFORT, Secretaris. Men leest in de nieuwe Heldersche courant het volgende: In de laatste dagen zijn wij hier weder ge tuigen geweest van eene angstige bedrijvigheid langs den zeedijk, waaraan schier de geheele bevolking dezer gemeente deelnam. In den avond van Vrijdag jl. brak hier een geweldige storm los, gepaard met hevige re- genbuijen; te 6 nre was de winddruk nog 20 kilo per vkt. el, en te 8 ure was die druk reeds tot 86 kilo geklommente 9 ure weder 73 kilo en bleef vervolgens afwisselende aan houden tot heden voormiddag. Zaturdag morgen met het aanbreken van den dag, ontdekte men van af den zeedijk twee schepen buitengaats, waarvan één goeden koers hield, een der zeegaten binnen liep en behouden op de reede ten anker kwamter wijl het anderewaarvan de bemanning klaar blijkelijk met het water onbekend, uit den koers was geraakt en zich op een der gevaar lijkste punten van de haaks bevond; om het gevaar te ontkomen bestond geene mogelijk heid wat velen voorspelden, gebeurde dan ook spoedig, het schip stootte op de zandbank, bekend onder den naam van de „razende bol", en wel zoo hevig dat een der masten spoedig naar beneden stortte en het schip tusschen twee banken, in een zoogenaamde geul, ge raakte, waar de eene stortzee na de andere over het vaartuig henen rolde en men van den wal met het gewapende oog kon zien dat de bemanning het op het dek niet langer kunnende uithouden, eene schuilplaats in den anderen nog overgebleven mast moest zoeken, op het gevaar af elk oogenblik daarmede naar beneden te zullen storten. In die angstige positiemet den dood elk oogenblik voor oogen, hebben die beklagenswaardigen omstreeks 24 uren doorgebracht, alvorens de aangewende pogingen tot redden mogten gelukken. En toch moeten wij hulde brengen aan den ijver, waarmede de commissaris der red dingboot zijne maatregelen nam. Naauwelijks was het ouheil bekend of gaf deze last dat een der sleepbooten de haven zou verlaten terwijl men inmiddels de reddingboot te water zou brengen en die met kloeke sloeplieden bemand, door de stoomboot op sleeptouw ge nomen, tot naar de plaats des gevaars zou worden opgesleeptdoch droevige teleurstel ling, de reddingboot die binnenduins te Huis duinen staat, kon van wege de hooge bran ding der zee aan het strand aldaar, niet te water worden gelaten en moest bijgevolgper wagentot aan de steenglooijiDg van den Helder vervoerd wordenen daar dit niet overal langs een gebaanden weg kon geschie den, ging hiermede veel tijd verloren en ge lukte het eerst ten 10 ure dit vaartuig te water te brengen, terwijl de stoomboot die inmid dels het Nieuwediep verlaten had naar buiten was gestoomd omgedurende dien tijd, de po sitie van het gestrande schip nader op te nemen, doch daar komende ontdekte men nog een ander schip dat de seinvlaggen voor stoom- boodsadsistentie heesch en waarheen de boot zich toen spoedde, waardoor de reddingboot zich gedrongen zag weder naar den wal te roeijen. Het mogt de sleepboot gelukken het laatst genoemde schip dat toen bleek de Gelderland te zijn reeds te 10 ure behouden in het Nieuwediep te brengen. De bemanning der reddingboot hield zich inmiddels gereed en bleef den terugkeer der boot afwachtendoch te vergeefsde com missaris der reddingboot liet andermaal aan de boot verzoeken om eene vernieuwde poging te doen doch ontving tot antwoord dat, naar het oordeel van den kapt. de redding niet moge lij k wasen dat eene poging daartoe tot niets anders zoude leiden dan tot het bren gen van nog meerdere ofTerswaartoe hij niet genegen was om mede te werken. Men zag zich toen genoodzaakt van alle verdere po gingen tot redding voor dien dag af te zien terwijl naar menschelijkc berekeningde on- gelukkigen gewis gedurende den ophanden zijn- den nacht en invallenden vloedden dood in de golven zouden vinden. Hevig loeide de storm en van ieders lippen vloeiden kreten van belangstelling en deelne ming door menig ingezetene dezer gemeente, uit wiens harte het vertrouwen op God nog niet geweken iswerd menige bede ontboe zemd voor het behoud van de in hoogen nood verkecrendc schipbreukelingen, en hun ver trouwen was niet te vergeefsch. In den vroegen morgen van Zondagstroom de menige belangstellende naar den zeedijk en rigtte vol angstige verwachting den blik naar het punthetwelk den vorigen avond door de duisternis aan zijn oog was onttrokken en wel mogt men zich verheugen den mast nog op dezelfde plaats te ontdekkenmaar zelfs van den vuurtoren af, mogt het niet gelukken eenig leven in den mast te ontdekkendie onzekerheid verontrustte aller gemoederen nog meer en hoopte ieder verlangenddat toch spoedig vernieuwde middelen zouden worden aangewend om het «Tak te naderen. De bemanning der reddingboot stond vol moed op den Ilelderschen zeedijk gereedin afwachting dat de stoomboot de haven zou verlaten om hen om sleeptouw te nemen doch te vergeefs De kapt. der boot oordeelde de redding onmogelijk. Eindelijk omstreeks 12 ure, ziet men de vischschuit de V'jf Gebroedersschipper Al- bert Akvoortde haven verlaten koers zet tende naar buitenvol vertrouwen werd oogenblikkelijk de reddingboot te water gela ten en door genoemde vischschuit op sleeptouw genomen inmiddels ziet men ook de loodsrin- keiaar No. 6, schipper Simon Visser; de ha ven verlaten, gevolgd door nog een ander vaartuig van het Loodswezen schipper Jacob Gordijnmede met het voornemen om zoo mogelijk hulp te verleenen. Dat de belangstelling en deelneming groot wasgetuigde de menigte die zich thans langs den dijk bewoog, en waarvan zich velen naar Kijkduin en sommigen op den vuurtoren be gaven. De agitatie was zonder voorbeeld van beider kunneuit alle rangen en standen; niet alleen jeugdige, maar ook ouden van dagen, zag men langs de duinen om van zoo nabij mogelijk getuigen te zijn van de gewaagde middelen die tot redding werden aangewend drie dames die met recht tot den eersten stand dezer gemeente behoorenontdeden zich op den vuurtoren van Kijkduin van hunne hoe den sieraden enz. om niet door den wind in hunne bewegingen belemmerd te worden en

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1863 | | pagina 1