m mn Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad. J\d. 351. Achtste Jaargang. A<é 1864. Roeping van een dagblad bij de Verkiezingen. Eene raadselachtige geschiedenis. lijf SCHAGER COURANT. ABONNEMENTSPRIJS VOOR DRIE MAANDEN i Voor Sohagenf 1,00. Franco per post door het geheele Itijk n 1,15. Afzonderlijke Couranten0,10. Verschijnt iederen Donderdagmorgen. Abonnementen op dit blad worden door alle TJITQ-EVEB JP. J". Gr. DIDEBIOH. PRUS DER ADVERTENTlëN Van een tot vijf regels0,75. Iedere regel meerder0,15. Dc 33 cents zcgelrcgt niet mede gerekend. Croote letters naar de ruimte die zij beslaan. Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen. BBIEVEN ZFIRA-lSraO. In No. 349 van dit weekblad hebben wij welligt te veel vrij spel gegeven aan de opwelling van eene ontijdige verstoordheid. Teleurgesteld in onze hoop om den candi- daat der liberale partij reeds te kunnen aan bevelen meenden wij aan de flaauwhartig- heid der kiezers te moeten toeschrijven wat misschien op rekening moest worden gesteld, deels van ons eigen ongedulddeels van den bedachtzamcn aard onzer landgenooten die ook zelfs bij verkiezingenhet haast u lang zaam, niet uit het oog verliezen. De toege vende lezer zal ditnaar wij hopenons wel ten goode willen houden te meer daar onze stukken naar wij meenenwel nu en dan de blijken zullen dragendat zij afkomstig zijn van iemand die zich niet altijd in staat ge voelt om alle bewegingen des gemoeds achter een nooit gekreukeld gewaad van stoïcynsche wijsheid en deftigheid te verbergen. liet jongste nommer van deze courant heeft ons ongeduld beschaamd en bewezen dat er ter zake van de verkiezingen meer ijver in dit district heerscht dan wij hadden durven hopen. "Wij trekken daarom onze wat al te voorbarige woorden volgaarne weder in en maken tevens van deze gelegenheid gebruik om den heer P. onzen dank te betuigen voor zijne vriendelijke tcregtwijzing. Evenwel rekenen wij ons verpligt om in bescheidenheid opte- komcu tegen zijne beweering, dat men van onsvoordat de kiezers hebben gesproken Derde vervolg Bedaard te wachten tot haar op eene andere wijs hiervan kennis gegeven werd kon zij niet. Zij sprong spoedig ten bedde uit kleedde zieh liet een rijtuig inspannen om naar Melbö te rijden, bij haar vertrek spoorde zij den koetsier tot voort- dnrenden spoed aan. Onderweg vestigde tij hare oogen met steeds klimmenden angst op den rijweg elk rijtuig elk troepje landlieden trok hare aandacht. Ieder oo- genblik geloofde aij bet bloedige lijk van baren echtgenoot te ontmoeten. Intusschen bereikte zij zonder eenig ongeval Melbö. Daar vernam zij dat Flintborg het grootste gedeelte van den nacht op het kasteel bad doorgebragt en reeds sedert eenige nren vertrokken wasen wel met dc equi page van den Baron. De omstandigheid dat zij haren echtgenoot onderweg niet ontmoet had verdobbelde haren •"f?'. Zooder zich op te honden, of zich een oo- genbtik rust te gunnennam zij den terugweg aan ditmaal langs eenen anderen weg dewijl men in Melbö het vermoeden koesterdedat Fiintborghem wegens de betere gesteldheid van het noemen van een candidaat moest ver wachten. Immers gelooven wij dat wij niet andersdan door ons geschied ishadden mogen handelen. Eerst nadat de door de li berale partij gekozen candidaten ons bekend warenhebben wij voor één van dezen partij gekozen en zulks alleen in de hoop, om daar door eensgezindheid bij de kiezers te bevorde ren. Een andere handelwijze zoude in strijd met onze beginselen zijn geweest De voor name strekking van al onze hoofd-artikelen was tochom zoo verre het in ons vermogen laghet volk op te wekken en op te leiden tot zelfbestuur. Wij hebben een onoverwin- baren afkeer van iedere dictatuur, in welken vorm zij zich ook voordoet. En de door een dagblad uitgeoefende dictatuur zoudenaar wij meenenniet het minst gevaarlijk zijn voor de vrijheid en "her" belang der ingezete nen. Men kan verschillende zaken aanvoe ren waarom zulk een dictatuur hoogst ge vaarlijk zoude zijn. Wij willen ons slechts tot een paar bepalen. Een redacteur van of een schrijver in een dagblad is meest geheel onbekenddaardoor is hij als het'ware zonder verantwoordelijkheid; draagt hij een boosaardig hart in zijn boe zen!*, dan bezit hij in bet dagblad een ver giftig wapenwaarmede hijuit zijn verbor gen schuilhoekanderen doodelijk kan wonden en al is het niet door het verbreiden van laster, hijde man zonder verantwoordelijk heid kan toch zoo ligt iets schrijvenwaar door hij de belangen en regten van anderen krenkt. In Frankrijk heeft men dan ook om den staat en de ingezetenen te beveiligen den rijweg inweerwil hy ongeveer een bslf uur langer was, de voorkeur zou gegeven hebben. Ook op dezen weg kon zy geen spoor van ha ren gemaal ontdekkenboewei zij niet naliet in de dorpen waar zy passeerde navrage te doen. Bij hare tehuiskomst vloog zy de trappen op. „Waar is mijn echtgenoot?" vroeg zy buiten adem aan het haar tegemoetkomend kamermeisje. „Hy zit juist kofl^j te drinkenwas het ant woord. Een centenaarslast viel haar van het hart. Nog eenige schreden en zy lag snikkend van vreugde in de armen tan baren echtgenoot; die frisch en gezond aan de koffytafel zat. Het duurde een gernimen tijd eer zy van hare ontroering aoover bekomen was dat zij in staat was een behoorlijk verhaal van bet voorge vallene te doenen naar dat van haren echtvriend te kunnen luisteren. Flintborg was tonder eenig ongeval te Melbö aangekomen en had door een volhardend wrijven dat hij den barondoor zjjne bediendendeed ondergaan door inb allen in natte doeken en door andere middelen die de watergeneeskunde aan de hand geeft den patiënt aan een hevig zweetea gekregen en daardoor eene weldadige werking op zyn organismus te weeg gebregt. Na verloop van eenige nren smaakte hij de voldoeningdat de tegen de aanvallenwaaraan zijn dien ten gevolge blootstaaneene wet ingevoerddie aan alle dagbladen en tijdschriften verbiedt om niet onderteekende stukken op te nemen. Deze wetdie gelijk zoo menige andere on vrijzinnige bepaling, helaas haar bestaan is verschuldigd, aan de bij baar opkomst zooveel goeds beloovende republiek van 1848 heeft weinig nnts gestichtalleen is zij in de hand van Napoleon III een nieuwe eu knellende boei voor de drukpersvrijheid ge worden. Werd een dergelijke wet bij ons ingevoerdzij zoude de zoo sclioone bepaling van art. 8 onzer grondwet, voor een goed deel krachteloos maken. Zoo toch ieder schrijver steeds verpligt ware zijn naam te noemenhet zoude uit zijn met vrijheid van beoordeeling en bespreking van zaken. Hoe menige waarheid bij wier kenuls liet, volk groot belang heeft, zoude uit menscken- vreesfamilie-belangen somtijds ook uit kieschheid en nederigheid worden verzwegen. Daarenboven zoude door deze bepaling een nienw voedsel worden gegeven aan de toch het volk reeds zoo eigene hebbelijkheid om te zweeren bij namen. Niet de inhoud van het stuk, maar de naam die er onder staat legt toch bij menigeen slechts gewigt in de schaal. Als in Frankrijk b.v. een Thiers spreekt zal deze door zijn enkelen naam meer bijval bij de lezers weten te vindendan het schoonste stuk van een onbekend schrijver. Nu moge de waarheid zich in het einde altijd een door gang weten te banenhet zweeren bij namen is toch voor haar een groote hinderpaal om te zegevieren. Daarom is de door onze dag- verontrustende kroteek en en verdwenen, het bewust zijn en de spraak van den tieke terugkeerden en hy in eenen rustigen slaap verviel. Des mor gens vroegtijdig in zyue inrigting weder terug willende zyn waar meerdere zieken hem wachtten had by voor het aanbreken van den dagden terugweg aangenomen na met betrekking tot de verdere behandeling, de noodige aanwijzingen ge geven te hebbenen onder belofteom dei avonds zoo mogelijk terug te komen. Op den terugkeer toen hy minder spoed had bediende bij zich van den wel iets langeren doch beteren rijweg, zoo als op Melbö werd vermoed. Hierdoor ver klaart zich duidelyk waarom Hedwig baren echt genoot onderweg niet ontmoet had. Toen hij des morgens te hnis kwam was bij zeer verwonderd zijne vrouw niet aan te treffen. Het dienstmeisje dat hy naar de reden hiervan Traagdewist hem niets anders te zeggendan dat hare meesteres met het aanbreken van den dag opgestaan in eene zigtbare opgewondenheid een rijtuig had doen voorkomen en te kennen gegeven had dat zij in de doodelijkste ongerust heid verkeerde wegens een zoo zij vreesde, aan mijnheer overkomen ongeluk dat zy om die re den zelf naar Melbö rijden wilde ten einde zieh eenige zekerheid te verschaffen. Flintborg was nu des te meer getroffen over

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1864 | | pagina 5