leiiiaiM
Ao. U
Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
'JU 362.
Pruissen en Oostenrijk.
Feestviering te Schagen
Achtste Jaargang.
ft
SCHAGER COURANT.
V *Ji ,WV TI
v f5»
ABONNEMENTSPRIJS VOOR DRIE MAANDEN t
Voor Schagenf 1,00.
Franco per post door het geheele Rijk 1,15.
Afzonderlijke Couranten#0,10.
Verschijnt iederen Donderdagmorgen.
Abonnementen op dit blad worden door alle
■OTITG-EVEB 3?. J\ O. DIDEEIOH.
wegf>, p
PRIJS DER ADVERTENTlëN:
Van een tot vijf regels0,75.
Iedere regel meerder#0,15.
De 85 cents zegelregt niet mede gerekend.
Groote letters naar de ruimte die zij beslaan.
Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen.
BRIEVEN FRANCO.
Teregt heeft men dikwijls Oostenrijk, bet
gelukkige Oostenrijk genoemd. Nog in onze
dagen heeft men de juistheid van dien naam
bevestigd kunnen zien. De gebeurtenissen
van 1848 liggen nog versch in het geheugen.
De Hongaren op marsch naar Weenen, de
Oostenrijkers uit Italië ve rdreven de revolutie,
spokende in de straten van Oostenrijks hoofd
stad wie zag den ondergang van het duizend
jarig rijk niet te gemoet? Nogmaals barst
een onweder los over het keizerrijk. De Ita-
liaanscke bezittingen worden door geweld van
wapenen aan Oostenrijk's vuist ontwrongen
Hongarije verkeert in staat van gisting en
wanhopig schijnt de toestand van het rijk
dat in een chaos van verwarring zich dreigt
op te lossen. Doch ook deze wolk drijft
voorbij. De vijand in Italië wordt gekeerd,
juist daar, waar het keeren noodzakelijk wordt,
de geduchte vierhoek blijft in Oostenrijk 's
magten eene reeks van toevallige omstan
digheden met onvergelijkbare bekwaamheid
door de staatslieden in Weenen benuttigd
houdt den opstand in Hongarije tegen en
brengt het gevaar van die zijde daardoor terug
NGEZ0\DH STlkkEl.
De Redactie vereenigt zich niet altooe met het
gevoelen der inzender» van geplaatste tintten.
OP 24 AUGUSTUS 1864.
Heden werd hier de eerste steen gelegd san
het Statioos-gebouw, eene gebeurtenis, die niet
slechts door Schagens burgerij, maar ook door eene
buitengewoon aanzienlijke menigte nit naburige
plaatsen,met groote belangstelling bijgewoond werd,
omdat zij het zegel zette op eene zaak, die langen
tijd vurig gewenscht, dikwerf echter met gevaar
bedreigd, eindelijk werkelijkheid is geworden, de rig-
ting van den Staats—Spoorweg door dit Noord-
Oostelijk deel van Noord—Holland. Lang was men
geslingerd geweest tusschen hopen en vreezen,
want niet te verachten was de tegenstand, die
genoemde rigting heeft ondervonden, daarom was
het een goed denkbeeld, dat terstond bijval en
krachtige ondersteuning vond bij den gemeenteraad,
om, nu de zoo innig gekoesterde wensch van zoo
velen vervuld was, als een bewijs van hooge
ingenomenheid daarmede, aan de eerste steenleg
ging van het Station eenige feestelijkheden te ver
binden.
Hoe zeer dit denkbeeld toegejuicht werd door de
ingezetenen van Schagen en door allen, die ook
in de omliggende gemeenten bet groote gewigt van
den Spoorweg in deze rigting gevoelden, getuigde
de algemeene geestdrift, die den gansehen dag
heerschte en de blijkbare ijver van allen, om, zoo
veel in hun vermogen was, de feestvreogde te
bevorderen. Daardoor volgde op den droevigen
morgen, daar de regen, hoe lang ook begeerd, nu
aanvankelijk eenige teleurstelling baarde, toch in
waarheid een blijde dag, en had het ongunstige
op niets.
Zelfs is de strijd van 1859 voor Oosten
rijk het aanvangspunt van een nieuw staat
kundig levende onbeperkte keizer wordt
een constitutioneel vorst, en dadelijk reeds
is de invloed merkbaar van de nieuwe levens
kracht in de plotselinge terheffing van het
keizerrijk in het oog der openbare meening,
Doch wij dienen eenige schreden terug te
gaan in de geschiedeniswillen wij de over
tuiging hebbendat Oostenrijk den naam van
#gelukkig" verdient.
Wij moeten het oog vestigen op den han
gen tijd toen een Gustaaf Adolf als overwinnaar
gansch Duitschland doortrokterwijl een
Wallenstein tegen hem wordt gesteld, in wiens
geest het plan evenzeer is gerijpt tot verdel
ging der Oostenrijksche monarchie.
Wij moeten de bladen naslaan van den
vreesselijken dertig-jarigen ci>rlog en de le
gerbenden volgen(lid efh laenschen—le.on
lang, Oostenrijk het schouwspel makeu van
de schrikkelijkste verwarring.
Daarop moeten wij het oog rigten op Ma
ria Theresia, de tijdgenoot van Frederik den
Groote. Van alle kanten door vijanden be
dreigd f zien wij haar een vrede teekenendie
weder zoo weinig invloed, dat in weerwil daarvan
talrijke scharen van alle kanten in Schagen
waren zamengevloeid om het feest mede te'vieren.
Niet minder dan op bet vorig Novemberfeest had
allea nu een regt verblijdend aanzien. Overal zag
men de vaderlandsche vlag wapperen, op den toren,
aan bijna alle huizen in de gemeente; op vele
plaatsen aanschouwde men guirlandes van bloemen
en groen, terwijl vooral het Raadhuis rijk door
vlaggedoek en groen was versierd. Evenzeer was
dit het geval met twee eerepoorten, die opgerigt
waren, de eene op de Hoogzij met het opschrift
„Hulde aan de burgemeesters de Meer, Koomen
en Kroon," de andere op het Marktplein, die
inzonderheid de aandacht trok, niat slechts door
de wapens van de verschillende provinciën van ons
land, die daaraan gehecht waren, maar vooral door
twee chaaiinetten, waarboven bet wapen van Scha
gen, (een Reus met eene Root,) waa geplaatat en
die pen voorstelling gaven van Schagen, zoo als
het thana is, en Schagen zoo als het misschien in
de toekomst zal zijn.
Onder het eerste las men deze twee regels:
„Was eens mijn Roos West-Vneslands kracht, bij
atrgd in 't woest verleden;
Een beter roem, bij reiner glans, schenkt haar
mijn bloei van heden."
die, onder het chaasinet aan den anderen kant
van de poort, aldus vervolgd werden:
„En eens, als, door kanaal en spoor, een stad
hier is verrezen,
Zal Scbagens Reus, met Schagens Roos, Noord-
Hollands sieraad wezen."
Een mede rijk versierde tent, op het water
opgerigt, was bestemd voor de uitvoering van
mozijk des avonds, door het voor dezen dag geën
gageerde muzijkcorps van de stedelijke Schutterij
van Alkmaar, onder directie van den heer Otto,
welke uitvoering echter tengevolge van den in
haar den afstand van gansch Silezië kost.
Wij moeten letten op den voortdurenden
naijver van Frankrijk, die de geheele geschie
denis door werkten op de völe van neder
lagen en vernederingen door Napoleon den
Duitschen keizer toegebragt. Waarlijk indien
wij nadat alles den Oostenrijkschen staat, de
belangrijke plaats zien innemendie hij thans
nog onder de volken bekleedtmogen wij
wel spreken van een #Austriafelix."
Intusschen is in Duitschland door het genie
van één manin de laatste honderd jaar
een staat gevormd die Oostenrijks invloed in
Duitschland neutraliseerde.
Pruisseu, de schepping van Frederik den
groote, staat niet alleen Oostenrijk ter zijde
maar een noodlottige naijver tusschen deze
beide groot-magten berooft Duitschland van
den invloeddien het in Europa toekomt.
In later tijd ontstaan, heeft Pruissen alleen
te lijden gehad va.i de stom.en die de groote
Fransche revolutie over Europa gebragt heeft.
De jongere staat heeft dus niet zulk een rijk
verleden als zijn oudere broederOostenrijk.
Toch ook Pruissen mag bij zijn kortstondig
bestaan van geluk spreken. In het leven
geroepen door den geest van één groot man,
stroomen nedervsllenden regen niet heeft kunnen
plaats hebben, Om dezelfde reden moest het
afsteken van voorwerk, waarvoor op de marktplaats
de toebereidselen reeds gereed waren, tot een
gunstiger gelegenheid uitgesteld worden. Behalve
deze twee zaken echter had alles geregeld plaats,
zoo als het door de feest-commissie beraamd waa.
Eenigxina vertraagd, doch toen ook door goed
weder begunstigd, gingen in feestelyken optogt,
voorafgegaan en gevolgd door eenige burgers der
gemeente te paard en begeleid door het genoemde
muzijkcorps, zestien a zeveDtien rijtuigen van het
raadhuis af naar het Stations-terrein. In die rij
tuigen bevonden zich de heeren Ingenieurs van
Prehn, van Gent en Conrad, de heeren Coben
Stuart, aan wien met den heer de Leeuw, die
eenige oogenblikken later kwam, door den staat
de onteigsning der landerijen voor den Spoorweg
was opgedragen, de heeren burgemeesters Kroon,
Koomen en de Meer, de laatste rergexeld van bet
tweejarig zoontje van Boogfa, aan welk kind, omdat
bet de namen draagt Tan onzen geeerbiedigden
Koning, het leggen ran den eersten steen, doch
onder begeleiding van den burgemeester de Meer
vergund was, verder de Predikant, de Pastoor
en de Emeritui predikant der gemeente, de leden
van den gemeenteraad, de heeren Sleyster en
Selderbeek, die met deze leden tot de feestcom
missie behoorden, de heeren aan wie behalve aan
den eersten opzigterden heer Sleijster, het
opzigt over den Spoorweg toerertrouwd is, de
heeren Aannemers ran dien weg en eindelijk eenige
heeren die door de gemeenten Winkel, Noord-
scharwonde en Schagen, en eenige anderen, gecom
mitteerd waren tot het uitreiken Tan een geschenk
aan de reeds meermalen genoemde respective
burgemeesters van die gemeenten.
Op het Stations-terrein aangekomen, dat prijkte
met de vlaggen tan alle natiën, met welke de
