23 MAART. Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad. Negende Jaargang. Subsidiaire gevangenisstraf. De steen der wijzen. JL? 391. SCHAGER abonnementsprijs voor drie maanden Voor Schagcnf 1,00. Franco per post door het geheele Rijk n 1,15. Afzonderlijke Couranten0,10. Verschijnt iederen Donderdagmorgen. Abonnementen op dit blad worden door alle Die timmert aan den wegh, Verwacht gezegh. (Cats.) TJITOEVEE IP. O". O. DIDEBICH. PRIJS DER ADVERTENTlëN Van een tot vijf regels0,75. Iedere regel meerderv 0,15. De 85 cents zegelregt niet mede gerekend. Groote letters naar de ruimte die zij beslaan. Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen. BRIEVEN FHA-Hsroo. Bij art. 165 der gemeente—wet van 29 Ju- nij 1851 (St. no 85) werd voor het eerst in onze wetgeviug eene bepaling vastgesteld die vervolgens ook in andere wetten opgeno men en eindelijk bij art. I der wet van 22 April 1864 (St. no. 29) op alle verordeningen toepasselijk gemaaktop onze geheele straf wetgeving reeds eeneu gewigtigen invloed heeft uitgeoefend en in het vervolg een nog groo- tere werking op onzen maatschappelijken toe stand zal hebben. Bij de aangehaalde wetsartikelen werd na melijk voorgeschrevendat bij elke veroor deeling in eene geldboete door den regter moet bepaald wordendat de boetezoo de veroordeelde haar niet binnen twee maanden na daartoe te zijn aangemaand betaaltzal worden vervangen door eene gevangenisstraf. Het valt niet te ontkennen dat deze bepaling eene aanmerkelijke verbetering in onze straf wetgeving heeft gebragthierdoor toch werd de straffeloosheidwaarmede vroeger ook zelfs bij veroordeeling onvermogende personenzich aan wets-overtredingen konden schuldig maken, IIL Schoone dame, zeide hij, gij tracht mij te vergeefs vrees aan te jagen er heerscht zoo veel liefde in mij, dat er voor elk ander gevoel volkomen plaatsgebrek isen op zeer hoffe lijke wijze vatte hij hare hand en wilde haar tegenover hem nederzetten doch zij weigerde, zag droefgeestig voor zich en scheen in eene zee van overdenkingen verdiept Achschoone engelzet wat ik n bidden mag, dat ernstige gezigt terzijde, het maakt mij bijna ongerust kom glim lach eens tegen mijzooals eergisteren nacht en ik zal mij aan uwe knieën werpen om n bekoorlijke ziekenoppasster, mijnen hartelijken dank te brengen. Mijnheer van Thernier, gij valt mij harden niet zonder redenwant mijn ge drag komt u meer dan ligtzinnig vooreven wel Henry beet zich op de lippenik heb mij onvoorzigtig uitgedrukt, zeide hij, tot zich ïelven in Duitschland wikt men zijne woorden beter dan in Frankrijken om zijn misslag weder goed te makentrachtte hij ajn arm om het midden van het jonge meisje »e slaanzij stootte hem met hevigheid van zich af. Om kort te gaan mejufvroufgij zult miJ ten minste de oorzaak opgeven waarom voortaan eene onmogelijkheid. Indien toch vroeger een onvermogende veroordeeld werd in eene geldboete en eene verklaring van onver mogen ten zijnen behoeve door het gemeente bestuur werd afgegeven bleef de veroordeeling in de meeste gevallen buiten gevolg. Hierdoor werden niet alleen de uitspraken der regters vaak krachteloos, maar werd ook aan de burgemeesters feitelijk een grooter regt op de uitvoering der strafvonnissen toegestaan dan hun volgens de wet toekwam. Volgens art. 66 der Grondwet heeft de Koning alleen het regt om gratie van een strafvonnis te verleenenmaar voor dc zoo even genoemde wet waren het feitelijk in vele gevallen de burgemeesters welke bij eene geldboetedie gratie verleenden. Het kon niet missendat dit aanleiding tot veel wille keur moest geven. De bedoelde bepaling moet dan ook als eene aanmerkelijke verbetering in onze straf-wetgeving worden beschouwden het was dan ook geen wonder dat de wet van 22 April 1864 bijna met algemeene stemmen door de Staten—Generaal werd aan genomen. Maar gelijk alles heeft ook deze wet haar schaduwzijde, ja wij vreezen zelfs gij mij in den laatstvoorgaanden nacht, niet op de straatsteenen hebt laten liggen waarom gij hier de dochter van den jood Manasses en ginder die van den markgraaf.de Mon- tigny zijt en eindelijk waarom gij mij heden avond uwe deur geopend hebt? Mijnheer Henrvluister naar mij her vatte het jonge meisjeterwijl zij haar arm op een kussen liet rusten en hem droefgees tig aanstaarde. In dien nacht laagt gij in de sneeuwlijdende en half bewusteloos. Uit medelijden heb ik u laten opnemen en toen gij daar op dat bed waart uitgestrektzag ik allengskens de levensgeesten in n terugkeeren, uwe doodelijke bleekheid verdwijnenuwe oogen zich heropenen Och 1 zij keken mij toen heel anders aan dan heden avond en ik weet nog niet wat er in mijn hart en in mijn hoofd omging doch het was alsof ik mij ge heel aan uw geluk toegewijd gevoeldehoewel ik n niet kende. Henry werd ernstig en vestigde verwonderde blikken op de vrouw die met zooveel harts- togtelijke ongeveinsdheid sprakWilhelmina had een allerliefst jodinnen kopjemet zwart fluweelen oogen en blond krullend haar. Spreek, spreek toch wat ik n bidden mag, vervolgde de jongeling. Jaik ben de dochter van Manasses ja, ik ben de dochter van den markgraaf, en dat ik u heden avond de denr geopend heb is omdat ik n bemin 1 boven dui zend boven allen ik weet niet waarom ik weet niet hoe het komtentot eiken dat zoo zij niet oordeelkundig en met be hoedzaamheid worde uitgevoerdzij een grooten nadeeligen invloed op onzen maatschappelijken toestand zal uitoefenen. Want wie toch kan het loochenen dat de menigvuldige toepassing der gevangenisstraf, die een noodzakelijk ge volg van deze wet moet zijn de afschrik voor de gevnngenis bij onze volksklasse, aanmerke lijk zal doen verminderen? Ja wat meer is, het stelsel der subsidiaire gevangenisstraf heeft reeds bij velen dit nadeelig gevolg gehad. Aan het denkbeeld van gevangen zit ten hecht het denkbeeld van schande zich reeds lang zoo vast niet meer als vroeger. De vrees voor de gevangeniswelke onze volksklasse zoo eigen waswas eene ware weldaad voor geheel de natiezij heeft, menige misdaad verhoedmenigen jongeling terugge houden op het verkeerde padmenige hand, die reeds uitgestrekt was naar roof, doen terugtrekken. Sommige onzer lezers zullen zich misschien wel ten dien aanzien dc schoone novelle van den zoo menschkundigcn en inet onze volksklasse zoo innig vertrouwden Koets veld zij heeft gezeten, herinneren, en zullen daarin eene bevestiging van ons be- prijs moet ik u redden. Ach! Gave God dat gij ook mij kondet beminnen en Wilhelmina wierp zich voor Henry op de knieën die ge heel ontsteldhaar te vergeefs trachtte op te heffen. Weinig jongelieden kunnen zich beroemen een avontuur zooals Henry hier hadin hun leven te hebben ondervonden: eene schoone jonge bevallige vrouwmet streelende stem lag neergeknield aan zijne voeten zijne liefde afsmeekende en Henry nog zooeven onbeleefd en vermetel als een lion van het eerste water, gevoelde zich plotseling zoo beschroomd als een schooljongendermate stond hij verstomd. Een ieder zegt dat ik mooi, bekoorlijk benik wenschte het voor uvoor u alleen te zijn.... Och! dat is nog niet genoeg, niet waar Ik wil uw nederige onderdanige slavin zijn zegwat kan ik meer, wat moet ik doen om wederliefde bij n te vinden Niets zal voor mij onmogelijk zijngij on dervindt hetik wil het van ganscher harte. Ik beu sterk en moedig en bereid de ver schrikkelijkste gevaren te trotseren. Wonderlijk was het hart van den jongeling te moedehij vergat bijna de vreugdede hoogmoed van zijne overwinning en de on stuimigheid zijner hartstogtin tegenwoordig heid eener schoonehem geheel toegewijde vrouw, die de liefde aan zijne voeten wierp, doch die haar tevens beheerschte met al "de magt van een opregtdiep en verheven ge voel zijne aarzelirg hield gedurende eenige seconden aandaarna schudde hij haar af

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1865 | | pagina 1