21
i Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
\M. 495.
Elfde Jaargang.
Staatkundig Overzigt.
A% 1867^
ip. o". Gr dideeioh.
brieven ifir_a.:n~oo_
SCHAGER
ABONNEMENTSPRIJS VOOR DRIK MAANDEN
Voor Schagen f 1,00.
Franco per post door het geheele Rijk w 1,15.
Afzonderlijke Couranten r 0,10.
Verschijnt iederen Donderdagmorgen.
Abonnementen op dit blad worden door alle
Die timmert aan den wegh,
Verwacht gezegh. (Cats.)
PRIJS DER ADVERTENTlëN:
Van een tot vijf regelsf 0,75.
Iedere regel meerder0,15.
De 85 cents zegelregt niet mede gerekend.
Groote letters naar de ruimte die zij beslaan.
Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen.
TJITO-EEFSTER WED.
Men kan zeggen dat de toestand van Europa
met iedere week een meer oorlogzuchtig aanzijn
krijgtalle volken gevoelen dat zij verkeeren in
een tijdperk van overgang. De schijnbare kalmte,
die overal heerschtwordt door iedereen beschouwt
als de stiltedie den storm voorafgaat.
Het schaamteloos geweld dat in Europa is
gepleegd, gevoelt zich klaarblijkelijk nog niet ge
heel op zijn gemakdaarbij heeft het welgeluk-
ken van het rooversplan den rooversaard aange
moedigd. Dit maakt de zwakken vreesachtig
deze wapenen zich zoo goed als zij kunnenop
hun beurt worden de anderen daardoor verontrust.
Met een woord er heerscht overal bange zorg en
vrees voor het uitbarsten van eenen geweldigen
oorlog. Deze vrees heerscht zoowel in Frankrijk
als in Duitschland.
In de redevoering van den franschen staatsman
Thiers gaf zich die bekommering op de duidelijk
ste wijze loeht en de oorlogzuchtige berigten
die in Duitschland telkeus verspreid worden dui
den aan dat men ook daar eene uitbarsting verwacht.
Ofschoon zulk eene uitbarstiug noodzakelijk moet
gepaard gaan met een menigte van rampenachten wij
het toch wenschelijk dat zij zal komen. De tegen
woordige toestaud van Europa is toch onhoudbaar. De
gruwel van 1866 heeft toch alles ten onderste boven
gekeerd. Het onregt is regt gewordenhet geweld
heeft zich in plaats van de wettigheid gesteld. Het
koningschap heeft zedelijk zich zelve onttroond door
over sommige koningen het vonnis der veroordeeling
uit te spreken.
De koningen zelve hebben aan de volken ge
leerd dat zij dwaas doen om voor hen te buigen,
zij hebben als het ware met ronde woorden ge
zegd: jaagt ons van de trooneuzoodra gij de
magt daartoe hebtwant ook wij hebben onze
mederegenten niet gespaard. Zulk een toestand
kan niet duurzaam zijnzij steunt op een grond-
slag die niet deugt eu daarom gelooveu wij dat
Europa s gesteldheid beter zal wordenzoodra de
uitbarsting is gekomen.
In die uitbarsting zal het onregt waarschijn
lijk ten gronde gaan. En zoolang dit niet ge
beurt achten wij de staatsgesteldheid van Europa
geheel precair. Wij staan in deze onze zienswijze
niet alleen. Ook verscheidene redenaars van de
behoudende rigting in het Noord-Duitsche par
lement hebben een zelfde gevoelen ontwikkeld.
1=
Terwijl de. zaak des regtshelaas 1 geen steun
meer vindt bij de pruissische pseudo-liberalen
vindt zij haar aanhangers in de gelederen der
behoudende partij. Deze alleen hebben gespro
ken zooals het voegt aan vrije mannen vooral
heeft de oud-hanoversche minister Munichhausen
met waardigheid geprotesteerd tegen de tirannij
van Pruissen. Door nagenoeg geheel de behou
dende partij is de redevoering van den staatskun
stenaar von Uismarck zelfs uitgefloten. Ofschoon
zulk eene ui'fluiting in eene vergadering steeds
moet worden afgekeurd daar zij hoegenaamd niets
mede werkt tot het vestigen eener overtuiging
en alleen eene uiting is der redelooze hartstogt
en tot deze alleen spreektis zij toch iu dit
geval eenigzins verschoo.dijk geweestwaar men
het onregt met opgeheven hoofde voortziet treden
daar voelt, ieder regtschapen mensch in zijn ge
moed een gevoel van afschuw rijzendat hij moei-
jelijk kan onderdrukken. Veel lager zijn in ons
oog althans de liberalen, die den man, die hen
als wormen vertraptetoejuichenalleen om dat
hij door het geluk is begunstigd. Uit de ver
houding van de ledeu uit de verschillende gean-
naxeerde landen tegenover de oud-pruissische af
gevaardigden blijkt ten duidelijkste, dat de ver
zoening tusschcn de met geweld aan elkander
vastgeschakelde volksstammen nog niet tot stand
is gekomen.
Het omgekeerde van verbroedering heeft plaats
gehadzoolang Duitschland was verdeeld in ver
schillende koningrijken en Staten voelde zich ie
der Hanovraan ieder Sakser en ieder Pruis een
zoon van het groote Duitschland maar thans in
den gemeenschappelijken band weggevallenieder
voelt thans de nationale antipathie in zijn boezem
ontwaken.
Even zoo is het gesteld met de nahurige nj-
ken. De Nederlanders stonden met de Duitscbers
op een geheel vriendschappelijken voet, op de
grenzen zag men het onderscheid tusschen de
beide volken langzamerhand wegvallen. Maar de
ongelukkige gebeurtenissen van 1866 hebben de
nationale antipathie met dubbele kracht doen her
leven. Die gebeurtenissen hebben ons meer dan
twee eenwen teruggebragten voor een goed deel
het werk der negentiende eeuw vernietigdzij
hebben een einde gemaakt aan de internationale
verbroedering en aan den wedijver in de werken
des vredes.
Wel ia waar tracht Napoleon III aan de ten
toonstelling te Parijs allen mogelijken luister bij
te zettenmaar die schijnt hors de saison, want
zij wekt weinig belangstelling meer. Instinctma
tig gevoelt iedereen dat het de avondschemering
is van het gouden tijdperk der nijverheid. Ieder
een gevoelt dat wij weldra zullen staan voor een
nieuw tijdvak. De nijverheid was de godin onzer
eeuwaan hare voeten hebben de meeste volken
der aarde de vereering van iederen anderen God
afgezworen.
In de gevarendie van alle kant voor de nij
verheid aanbrekenligt de naderende straf voor
de afgoderij. En die straf was niet onverdiend;
want het valt niet te ontkennenin [onze eeuw
hebben de meesten zich meer geinteresseerd in
werktuigen dan in menschcnwaar slechts geld
werd verdiend daar had dit leven veel minder
de hoogere aanleg van den mensch, eenige waarde.
Niet het evangelie, maar de staathuishoudkunde
en de natuurkennis zouden den mensch zalig ma
ken. Het is zoo waarwat een geestig engelsch
schrijver zegtzoo menigeen zijn ware meening
wilde blootleggen dan zoude hij zeggendat
Christus veel beter had gedaan met een stoom
fabriek op te r'gten of een kanaal te laten gra
ven dan oü te sterven voor het heil der men-
schen. Deze afgoderij moet een einde nemen
want zij maakt de menschen tot stofaanbidders
en bekrompen schepsels. Wij welen niet wat
het laatste gedeelte der 19e eeuw ons zal schen
ken maar dit geloof ikstaat vastdat zij ons
zal leeren dat, tvenmin als de 18e eeuw genoeg
zame troost vond bij de wijsbegeertezoo onze
eeuw die evenmin bij de nijverheid zal vinden.
GEVYOAE KE1UGTE>.
Donderdag den 14 dezer hield het Scbager-
Nnt zijne laatste wintervergadering; even als vroe
ger werd zij opgeluisterd door het gezang der
leerlingen van de departementale zangschool.
Het was een heerlijk gezigtal die jeugdige
zangers en zangeressen op de planken te zien
(de rederijkers kamer de Roos had goed gunstig
haar tooneel tut dat einde afgestaan) zy bewezen
hunnen tijd goed te hebben besteed. De uitvoering
liet niets te wenschen over.
Wel verdienden lof komt bnnnen onderwijzer
den beer Slangen toe die thans weder het bewijs
heeft geleverd ook in dit vak van onderwijs" nit
te monten.
Verder werd de vergadering aangenaam bezig
gehoudenzoo door eene verhandeling van den
heer Jast de la Paisières als door bijdragen die
zeer geschikt en blijkbaar gekozen warenom
echt hollandsche knapen te boeijen.