8 Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad. Tijdsbeschouwingen. Jfé 615. Dertiende Jaargang. Ao. 1869. Politie. SCHAGER COURANT. Dit blad verschijnt op Woensdagavond; doch wordt, met een bijvoegselbevattende het jongste Schager- marktberigtden volgenden avond verzondenaan hen die zulks verlangen. Brieven franco aan de uitgeefster. Abonnementen op dit blad worden door alle Prijs per jaar f 3,Franco per post f 3,60. Afzonderlijke nummers f 0,07J. ADVERTZjrriëx van een tot vijf regels f 0,75; iedere regel meerder f 0,15. Groote letters naar de ruimte die zij beslaan. Naar volksheil zonder deugd te dingen Is arbeid aan een rots te biên. Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen. i Ter secrtarie der gemeente Schagen, is voor den regthebdende, ter terugbekoming voorhanden: een portemonnaie met eenig geld; tijdens de kermis op de straat gevonden. BURGELIJKE STAND. De persoon van Fredrik Lindeman, geboren te Zijpe, den 7 Mei 1839, zoon van Ferdinand, - en van Jannetje de Wit, beide overleden, wordt in zijn belang, - aangemaand, zich te vervoegen ter Secretarie der gemeente SchageD. Brief van den Heer van Foreest. Gelijk den lezers btlfend is heeft de Heer van Foreest een door de nieuwe Alkinaarsche Courant mede gedeelde brief gerigt aan de kiezers van dit dis trict. In tegenstelling van vele liberale bladen kunnen wij ons niet anders dan gunstig uitlaten over den huinanen toon, waarin deze brief van den diepgegriefden man is geschreven. Naar onze meening heeft de Arnhemsche Cou rant in dit opzigt een veel te scherp en ongun stig oordeel over dezen brief geveld. Immers gaat het niet op om den schrijver te bezwaren met datgene wat er niet in staat, maar er slechts een door diepzinnig napluizen uit kan getrokken worden. Als de heer van Foreest b. v. zegt dat hij zich nooit heeft willen leenen tot iets, dat naar ge wetensdwang zweemt, dan is het zeker wat ver getrokken om daariu eene bedekte beschuldiging tegen zijnen opvolger, als zou deze tot zoo iets in stapt zijn, te willen lezen. Is het reeds ten hoogsten twijfelachtig of de regtsregelqui dicit de uno negat de alterobij de uitlegging eener wet mag worden toegepast, bij die vau eenen brief is dit voorzeker geheel en al ongeoorloofd. Evenmin kunnen wij het den niet gekozenen kwa lijk nemen, als hij beweert gevallen te zijn, terwijl hij het vaandel waarop voor vrijheid en va derland geschreven stond, hoog hield opgehe ven. Iedereen houdt toch de door hem omhelsde overtuiging voor de eenige ware en zoo moet ook de Heer van Foreest, in het opvolgen van zijne zienswijze, den eenigen weg tot het behoud van vrijheid en vaderland zien. Wie kan het hem dan euvel duidendat hij in gebloemden stijl ver klaart als man eener heilige overtuiging gevallen te zijn De heer van Foreest schrijft zijne niet verkie zing voornamentlijk toe, aan verschil van zienswijze betrekkelijk de schoolkwestie. Wij zijn het daarin bijna geheel en al met hem eens. Ondertusschen hebben wij sinds geruimen tijd behalve de school kwestie, nog twee andere punten gereleveerd en wel de passive houding, welke de afgevaardigde ten aanzien van de herhaalde Kamer-ontbindingen heeft ingenomen en zijn aan den minister van co- lonien gegeven raad, om de behoudende staatkunde door toepassing van allerlei dwangmiddelen in Oost-Indien te handhaven. Ten aanzien van de schoolkwestie zegt de afgevaardigde, dat hierin een misverstand bestaat. Hierin vergist hij zich, naar onze meening ten zeerste. Ook nu, ja! om den willen van dezen brief moet ieder voor stander van het openbare onderwijs, die niet op den Heer van Foreest heeft gestemd, zich des wegen gelukkig prijzen. Hij verklaart toch in dezen brief zelve, dat hij geen voorstander is van de openbare schoolzoo als die krachtens de wet van 1857 onder ons bestaat, en dat hij die in iedere gemeente, waar de meerderheid tegen de zelve is gekant, wenscht te zien opgeheven. Werd deze wensch vervuld, dan zoude de openbare school in geheel Noord-Braband, Limburg en in een groot gedeelte van Gelderland en Utrecht worden ver vangen door bijzondere godsdienstige scholen, en wat zou er dan worden van de opvoeding der kinderen van de minderheid? Zoude die miuder- heid niet genoodzaakt zijn om hare kiuderen te zenden naar scholen, waar in een andere godsdienst dan die der ouders wordt geleerd Zoude dit geen gewetensdwang van de ergste soort zijn De voorstanders van gewetensvrijheid voor allen moeten dus na deze verklaring dubbel te vreden zijn dat een liberaal als Knoop vau Foreest heeft vervangen. Maar ook zelfs dit punt ter zijde gelaten, kan de gewezen afgevaardigde de meerderheid niet eu vel duiden, dat zij daar, waar het zulk een heilige zaak als het onderwijs der kinderen geldt, hare belangen niet langer wil zien verdedigd door een twijfelachtigen vriend. In belangrijke zaken is steeds de spreuk «wie niet voor mij is, is tegen mij," waar. Bovendien moest de entente cordiale, welke sinds eenige jaren tusschen Je conservatieven en ultramontanen bestaat, niet het ergste doen vreezen? Misleid door de blufferijen van de Tijd hebben de conservatieven den invloei van dat blad te hoog geschat eu dat is hun «ngeluk geweest. Zij hielden zich zeker van de overwinning als slechts de roomsche geestelijkheid er de orthodoxe pre dikanten aan hunne zijde stolden. Daarom heb ben zij het stilzwijgen bewaari toen het mande ment der bisschoppen de openjare school aanviel, toen Brouwers en Nuijens cbn schim van den edelen Lodewijk hoondenlom Insingers onder scheidene onderwijzers uitschad voor godlooche naars, toen van Wassenaer de moderne predikan ten ook uit de leerstoelen var de burgerscholen voor goed wilde verwijderd herben. Door dit stilzwijgen heeft die partij elk regt op sympathie bij de natie veneurd, zij beklage noch verwondere zich dan ovr de geleden ne derlaag. Wil zij de verloren ;unst herwinnen dan verdedige zij met de liberalen zoowel de openbare school als de nationale ges-hiedenis, tegen de heftige aanvallen der ultra-mo tanen. Zonder dat voorspellen wij haar dat de verkiezing in 1871 nog slechter voor haar zal afloopen dan het ge val is geweest in 1869. Bisschoppen vrees. De redactie dezer cou rant heeft tot regel aangenomen om zooveel mo gelijk alle stukken die niet aandruischen tegen de openbare zedelijkheid of iemands goeden naam be zwalken, op te nemenook dan zelfs als zij in strijd zijn met het persoonlijk gevoelen der re dacteurs. Om die reden heeft zij ook niet geaar- seld in het vorig nommer op te nemen, het stuk met het opschrift: aan de liberale kiezers in het Noorder-kwartier. Wij behoeven echter naauwe- lijks te zeggen dat wij ons in geeuen deele ver eenigen met de strekking van dat stuk, Wij zijn gelukkig steeds geheel bevrijd gebleven van de bisschoppen vrees. Voorwaar niet van de bisschop pen maar wel van den bekrompen secten-geest die in alle kerken bijua even sterk heerscht, heb ben wij te vreezen. Een bisschop behoeft uit hoofde van zijne betrekking geen vijand van het licht te zijn. Was immers een Fénelon ook geen bisschop De grondwet eischt dat ieder kerk genootschap zich vrijelijk naar de eischen van hare inrigting kan ontwikkelen. Daar nu geen roomsche kerk zonder bisschoppen is te denken, zoo is elk ijveren tegen die bisschoppen tevens een ijveren tegen de grondwet. Znlk een blinde ijver werkt den geest der reactie in de hand. Waar is het dat de bis schoppen door hun mandement de perken van hun bevoegdheid hebben overschreden, maar wat bewijst dat? Gaat niet menig ambtenaar zijn be voegdheid te builenen zoudt gij daarom alle ambtenaars willen ontslaau Het mandement heeft daarenboven de zaak der ultramontanen eerder be nadeeld, dan voordeel aangebragt Het heeft be wezen, dat elk godsdienstig gezag hetwelk zich wil mengen in de staatkunde zijn eigen arm ver lamt. En het liet zich voorzien, dat de nederlaag welke ten gevolge van dat mandement, door de ultramontaansche partij is geleden, de bestunrders der kerk ten onzent wijzer zal maken. Voor bis schoppen vrees bestaat er onzes inziens volstrekt geen grond. Dagbladen zonder zegel. De dagbladen zijn dus met den 1 Julij ontheven van den druk der belasting, voor welke zooveel verzuchtingen zijn opgegaan. Wij hopen van ganscher harte, dat al de gunstige verwachtingen, welke zoowel de rege ring als de Staten-Generaal, zich van de afschaf fing hebben voorgesteldzal mogen verwezentlij- ken. Ondertusschen meenen wij te mogen op merken dat de redactiën der verschillende dag bladen naar ons gevoelen den verkeerden weg, welke zij tot dus verre hebben gevolgd, nog niet hebben verlaten. Alle dagbladen wijden toch naar onze meening, te veel ruimte a4n de politiek

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1869 | | pagina 1