23
Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad.
Napoleon III.
M 626.
Dertiende Jaargang.
Ao. 1869.
SCHAGER COURANT.
Dit blad verschijnt op Woensdag avonddoch wordt,
met een bijvoegselbevattende het jongste Schager-
marktberigtden volgenden avond verzondenaan hen
die znlks verlangen.
Brieven franco aan de uitgeefster.
Abonnementen op dit blad worden door alle
Prijs per jaar 8,Franco per post f 8,60.
Afzonderlijke nummers f 0,07J.
AnvBRTKNTiëN van een tot vijf regels f 0,7 5; iedere
regel meerder f 0,15. Groote letters naar de ruimte die
zij beslaan.
Boekhandelaren eD Postdirecteuren aangenomen.
Naar volksheil zonder deugd te dingen
Is arbeid aan een rots te biêu.
r
POLITIE.
Tee secretarie der gemeente is ter terugbeko-
ming voorhanden, een met zilver gemonteerd mes
en schede, Zondag j.1. op de Nes gevonden.
Wat een stormachtige dagen hebben wij tegen
woordig! Het is sints een dag of tien, ten minste
terwijl dit geschreven wordt, een weêr buiten als
of alles ten onderste boven moet. Schijnt de storm
van tijd tot tijd wat vermoeid, het is een kort
stondige rust, die hij ucerat en nl spoedig steekt
hij op nieuw weêr op, gevaar dreigende aan den
schepeling op zee en den herfst op het land zijne
beste schatten ontnemende.
Met den storm, die buiten bulderde kon men
er ook een waarnemen op financieel gebied en de
koers der effecten ging op en neer als in de be
wegelijke dagen van politieke beroering. Men heeft
later de oorzaak van de plotselinge weersverande
ring op de beurzen van Earopa toegeschreven aan
het terugtrekken van speculanten, dien het aan de
magt ontbrak om speculatiën, opgezet zonder ba-
zis, langer vol te houden, maar in deu beginne
was bet de ziekte van keizer Napoleon, die de
beurskwaal verklaren moest. Telegram op telegram
berigtte ons wat men wist en vermoedde omtrent
's keizers toestand en oplettend als eene moeder
voor het lieve, kleine kind dat zij op haar schoot
heeft, sloeg Europa belangstellend het oog op den
zieken Napoleou. Slaapt hij rustig, eet hij, zou
hij uitgaanis het rheumatisine inderdaad
wij gelooven dat menig h vpochoudrist zijn ka aal
voor een poos heeft kunnen vergeten door de aan
dacht waarmede hij zijn keizerlijk collega volgde.
Wij kunnen niet ontkennen dat bet verschijnsel
weinig opbeurends heeft. Hoe, hangt het lot van
Europa nu van een mensch af; is er nog zoo
weinig zelfstandigheid in den toestandnog zoo
weinig geloof aan de waarheid, dat deze door al-
gemeeue wetten bebeerscht wordt, dat een sterf
geval dien toestaud dreigt af te breken Het riekt
ons nog wel een weinig naar menschenvergoding
en het spreekt ten minste al vrij sterk het onge
loof uit aan eene hoogere leiding in de geschie
denis en aan het wettig noodzakelijke van den
tegenwoordigen toestand.
De waarde der individuen als dragers van de
maatschappelijke orde zal ons nooit regt duidelijk
worden, omdat wij orde en ordebewaarders altijd
zamen zien, maar toch heeft de geschiedenis ons
dit reeds geleerd, dat in dezen zin niemand on
misbaar is. Er valt ons althaos geen geschied
kundige naam te binnen, welke het eigendom is
geweest van iemand, die in het belang van den
staatkundigen toestand, langer had moeten leven.
Kleinen en gTOOten van invloed zijn opgeroepen,
zonder dat er op hunne misbaarheid of onmisbaar
heid gelet werd en geen tijdperk der geschiedenis
draagt het kenmerk dat het ontbrak aan de man
nen die er noodig waren. De beduchtheid, die er
heerscht bij het wankelen van 's keizers gezondheid
wijst dus terug op eene onnatuurlijkheid in den
staatkundigen toestand en het is welligt niet zoo
moeijelijk om dat onnatuurlijke aan te wijzen. Het
is het eerste middel om het weg te nemen.
Strikt genomen is een individu veel afhankelij
ker dan een volk. Zijne belangen vinden in eigen
kracht slechts beschermers en vijandig staan de
belangen van anderen tegen hem over. Toch kan
bij de onbevangen erkenning van het onzekere van
onzen toestand, die vastheid van gemoed ons eigen
zijn, welke ons tegenover de toekomet onbevreesd
maakt. Wij weten toch dat onze verantwoorde
lijkheid niet grooter is dan onze kracht en wan
neer wij de bewustheid hebben dat onze toestand
regelmatig mag genoemd worden, dan kuunen wij
gerust verklaren, zonder vrees te zijn.
In meerdere mate kan dit het geval zijn met
de maatschappij, die ter harer instandhouding be
schikken kan over alle iu haar aanwezige en el
kander aanvullende krachten. Ecue dergelijke ge
rustheid nemen wij ook waar in den staal ka ndtgen
toestand van ons vaderland. Ofschoon wij het
oog niet sluiten voor de gevaren die kleine Staten
bedreigen en huisselijke, inwendige moeijelijkheden
den dag niet doen voorbijgaan zonder zorgen, zoo
is toch dat fiere zelfstandige in ons volk levendig,
hetwelk de bewustheid van onafhankelijkheid geeft.
Dat dit thans aan Europa ontbreekt ligt in de
groote magt die de fransche keizer zich heeft
aangematigd. Het persoonlijk gouvernement is door
de geschiedenis veroordeeld en bet is niet on
waarschijnlijk dat het beschaafd Europa in de lang
durige regering van Napoleon III voor het laatst
het eenhoofdig gezag heeft zien optreden.
Naar mate wij ons meer gewennen aan het
denkbeeld dat de wezenlijke vooruitgang de erken
ning en zamenwerking eischt van alle krachten
dat regering zelfregering moet zijn en die
regeringsvorm de beste, welke persoonlijke willekeur
het meest onmogelijk maaktnaar die mate zal
met de knnstmagt ook de kunsttoestand verdwij
nen. Verdeeling van magt is het geheim waardoor
men wezenlijke magt schept. De laatste verkie
zingen in Frankrijk zijn werkelijk toenaderingen
tot dezen juisten toestand en de jongste stuiptrek
kingen der beurskoersen niet meer dan de welda-
d'ge pijnen, welke eene maatschappij moeten waar
schuwen, die aan de kwaal lijdt dat zij een ander
voor zich Iaat regeren.
Een tweede oorzaak voor Europa's heimelijke
angst ligt in de onzedelijkheid van het bestaande.
Geweld weet nog te veel het regt te knevelen
kapitaal en arbeid staan niet als broeders, maar
als vijanden tegenover elkanderde behande
ling van vraagstukken, die het leven der volken
raken, wordt verschoven en bij het telkens leven
diger worden van de bewustheid dat het onregt-
matige onkenbaar isneemt de vrees toe dat de
groote afrekening komen zal. Voor velen is de
fransche keizer de prop, die de kokende massa nog
houdt in haar omhulsel, maar terwijl zij het brooze
der beschutting erkennenmeenen zij gerust te
kunnen zijn, zoo lang zij nog houdt.
Het tegenwoordig tijdperk der geschiedenis is
niet voor uitstellen geschikt. De volken hebben
opgehouden de werktuigen van enkelen te
zijnZij treden op als profeten van het god
delijke in de menschheid en de stemmen die men
er thans hoort klinken, hebben het krachtige, het
waardige van stemmen Gods. Vergeefs vleit men
er zich meedat de zwakke krachten van een
mensch de geschiedenis zullen tegenhouden, deze
zet haar loop voort met of zonder Napoleon. Zij
alleen, die in hem meer vertrouwen stellen dan in
de menschheid, zien met zooveel vreeze het tijd
stip te gemoet dat de niemand bevredigende Na
poleon ook door de natuur zal worden opgegeven.
Buiten deze echter, nog eene talrijke klasse zij
die in effecten speculeren. Niet zonder oorzaak
is er verband tusschen de beurs en den keizer.
In het beursspel dat op vreesaanjaging, blind
geluk waaghalzerij ge {rond is is Napoleon de
troef. Wat te begiunen als die kaart mistTe
dier tijde zullen de speculanten wel ongelukkig
zijnzij toch zullen hun keizer bet langst mis
sen. Nog lang zal een gewonnen kapitaal in dank
baarheid aan hem doen denken, even lang armoede
haar lot aan hem wijten.
ÜEME.NGDE KEHIGTEX.
In de plaats van mejufvronw W. D. Klop, op
haar verzoek eervol ontslagenis tot hoofd-on-
derwijzeres aan de bewaarschool te Schagen benoemd
mejufvrouw E. WAppel, thaus hulp-onderwijzeres
aan de Sophia-bewaarschool te Amsterdam.
De harddraverij den 20 dezer op de Nes te
Schagen gehoudan, is in de beste orde afgeloopen;
de prijs werd behaald door de Bloedvinvan den
heer A. Mijs te Ooster—Morbock, bereden door den
heer A. Vader en de premie door het paard van
den heer Cornelis Stoop te Wester-Morbock, be
reden door hemzelven.
Bij de katkneppelpartij, die aldaar den volgenden
dag plaats had, trad de heer J. Ligihert als over
winnaar uit het strijdperk.
Door iemand, die onbekend wenscht te blij
ven en gedurende eenigen tijd in de gelegenheid
is geweest door persoonlijk onderzoek de koloniën
der maatschappij van weldadigheid te leeren ken
nen en herhaaldelijk bewijzen heeft gegeven een
levendig belang te stellen in hare bevolking, is
de Hervormde kerk te Frederiksoord begiftigd me*
een uitmuntend serafine—orgel. De indruk, die het
bijwonen eeuer openbare godsdienstoefening op den
edelen schenker gemaakt heeft, was daartoe de aan-
leidende oorzaak. Zondag j.L is het orgel door den
heer J. Dijkstra, van Asaen in gebruik gasteld