Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad. 12 MNMM M 694. Vijftiende Jaargang. Ao. 1871 Tijdsbeschouwingen ADVERTENTIEN worden voor dit blad aangenomen voor Duitschland, Oostenrijk en Zwitserland door tusschenkomst van de heerèn HAASENSTEIN en VOGLER, die tot dat einde hunne kantoren gevestigd hebben te: Hamburg, Frankfort a/d Main Brleijn, Leipzig, Drcsden, Keulen, Stutgart, Weenen, Praag, Bazel, Zurich, St. Gallen, Geneve en Lausanne. GEMEENTE AFKONDIGINGEN, SCHAGER COURANT. Dit blad verschijnt op Woensdag avonddoch wordt inet een bijvoegselbevattende het jongste Schager- marktberigtden volgenden avond verzonden aan hen die zulks verlangen. Brieven franco aan de uitgeefster. Abonnementen op dit blad worden door alle Prijs per jaar f 3,Franco per post f 8,60. Afzonderlijke nummers 0,0 7 J. ADVERTENnëN van een tot vijf regels f 0,75; iedere regel meerder ƒ0,15. Groote letters naar de ruimte die zij beslaan. Naar volksheil zonder deugd to dingen Is arbeid aan een rots te biên. Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen. 3 C Kennisgeving. Burgemeester en Wethouders der gemeente Scha- gen, noodigen bij deze belanghebbenden uit, die over den jare 1870 van de gemeente iets te vor deren hebben, hunne rekening voor of uiterlijk op den 20 Januarij 1871, ter Secretarie dezer ge meente in te leveren. Schagen, 1.0 Januarij 1871. Bürgmeeester en Wethouders voornoemd Van Dörnberg Heiden. De Secretaris A. Th. Burgers. De Burgemeester der gemeente Schagen, brengt bij deze ter kennis van de belanghebbenden, dat liet inschrijvingsregister voor de nationale militie, ligtiug 1871 en de daaruit opgemaakte alphabe- tische naamlijst, ter inzage zijn nedergelegd op de Secretarie der gemeente en aldaar zulleii verblijven tot den 21 Januarij a, s. Tegen register eu lijst kan op de wijze bepaald in artikel 99 der wet van 19 Augustus J861, (Staatsblad No. 72) en binnen omschreven tijd van nederlegging, bezwaar worden ingebragt bij den Commissaris des Konings in deze provincie. Schagen, 10 Januarij 1871. De Burgemeester voornoemd Van Düruberg Heiden. Het derde ministerie Thorbecke. De langdurige ininistriele crisis heeft zich op eene allergelukkigste wijze opgelost en ten derden male onzen ineest bekenden staatsman aan het bewind gebragt. Wij meenen allezins reden te hebben om ons vaderland veel goeds te voorspellen van het we der optreden des mans, die ondanks'zijnen ou derdom nog altijd als het uitstekende hoofd van de liberale partij moet worden beschouwd. De jaren van het eerste en tweede ministerie Thor becke 1849 1853 en 1862 1866 waren toch in vele opzigten de gelukkigste die ons va derland heeft gekend, waarom zouden wij van een derde ministerie Thorbecke dan minder verwach ten 't Is waar, de jaren des staatsmans zijn reeds hoog geklommen, maar eene bijna aan het wonderbare grenzende werkzaamheid en inspanning des geestes hebben tot heden de gewone matheid des ouderdoms steeds van hem afgeweerd en de geestkracht kan nog gedurende verscheidene jaren de noodige klem aau zijn hand geven; spreekt niet de geschiedenis van onderscheidene staatslie den, die tot in den verst gevorderden leeftijd de hechtste steunpilaren van hun vaderland waren Was de bijna tachtigjarige Pombal niet Portu- gals energieke hervormerwas Tailierandook toen hij de 8 kruizen achter den rug had, niet de ziel van Europa's diplomatie en hoeveel ver loor Engeland niet toen het den tot denzelfden ou derdom geklommen Palmerston verloor. Onder den rij dezer bejaarde staatslieden zal Thorbecke eene eervolle plaats innemen, zelfs heeft hij boven de twee laatste staatslieden vooruit, dat zijn be kende ingetogen levenswijze hem waarschijnlijk een nog krachtiger ouderdom zal bereid hebben. Wat betreft de zamenstelling, zoo verdient het derde ministerie Thorbecke de voorkeur boven de twee vorigen, want het kan niet ontkend worden dat men bij het zamenstellen van het eerste ministerie in de benoeming van de heeren van Sonsbeeck en Pahud tot ministers van buitenlandsche zaken en van colonien, gelijk de ondervinding later bewees eene allerongelukkigste keuze had gedaan, terwijl ook in het tweede ministerie, de heeren van der Mae- seu van Sombreff en BlankeD bewezen hebben dat zij ongeschikt waren om aan het hoofd der departementen van buitenlandsche zaken en van oor log te staan. Thans wordt door de oppositie zelve de be kwaamheid van alle ministers, met name die van justitie, van oorlog en buitenlandsche zaken er kend. Wij verwachten dan ook dat het nieuwe ministerie door de natie met bijval zal worden begroet eu inde kamers den noodigen steun zal vinden. Wij hopen dat de liberale leden einde lijk hun twist- en vitlust moede, dit ministerie althans met warmte zullen oudersteunen, want zij moeten bedenken dat de aftreding van het minis terie Thorbecke altijd het sein tot de zegepraal van eene drieste reactie is geweest. Het nieuwe ministerie heeft dien steun dubbel noodig, want zwaar is de taakdie het wacht; onze natie wacht van het nieuwe ministerie de be langrijkste hervormingenhet vraagt toch om niets minder dan hervorming van het kiesstelselher vorming van het hooger onderwijs, hervorming van het belastingstelsel, hervorming van het regtswezen en hervorming van het krijgswezen. Wie anders J dan een ministerie Thorbecke kan ons die hervor mingen geven Maar bovenal wacbt onze natie van dat ministerie meer waarborgen voor Neder lands voortdurende onafhankelijkheid. Met het oog daarop verheugt het ons ten zeer ste dat het ministerie van buitenlandsche zaken aan bekwame handen is toevertrouwd. In dezen jammerlijken tijd van staatkundige ontbinding waarin Europa verkeert, achten wij het toch drin gend noodzakelijk dat Nederland een krachtdadig deel neme aan de oprigting van een nieuwen staten-bond der rijken aan de Noordzee. Slechts door de oprigting van zulk een staten-bond kan Nederland ontsnappen aan het gevaar van vroeg of laat overstroomd te worden door de telkens aanwassende zee van het Germanismus. Zulk een bond, waarvan de oprigting ook on langs door de Arnhemsche courant aanbevolen is, tusschen Belgie, Nederland, Denemarken, Zweden, Noorwegen en Engeland zoude het behoud zijn van het staatkundig evenwigt in Europa. In al deze rijken woont dezelfde liefde voor staatkun dige vrijheid, welke helaas, in het andere gedeelte van Europa nog te veel onderdrukt wordt. Die staatkundige vrijheid is het voornaamste levensele ment van die staten. Dat element tegen het des- potismus-huldigend Duitschland en Rusland te beschermen moet het hoofddoel van den nieuwen bond zijn. Nederland is geroepen om het initiatief te nemen tot de vorming van zulk een bondstaat. Moge het derde ministerie Thorbecke medewerken om dezen stouten droom tot verweze- lijking te brengen, doet het dit, dan zal het een weldaad, niet alleen aan Nederland maar ook aan Europa bawijzen. Ovatien aan fransche vlugtelingen. Gelijk bekend is koesteren wij eene innige sym pathie voor het zoo moedig strijdende en onge lukkige Frankrijk, toch aarzelen wij niet om onze afkeuring te kennen te geven over de ovaties die op sommige plaatsen in Limburg en Noord-Bra bant aan ontvlugte fransche krijgsgevangenen zijn toegebragt. Die krijgsgevangenen zijn ongelukkigen en als zoodanig hebben zij regt op ieders mede lijden en ondersteuning, maar verder mag men in een onzijdigen staat niet gaan. Elke ovatie, hun gebragt is eene schending der neutraliteit, waartoe wij ons verbonden hebben en die bij gedurige herhaling, zoo al niet die on zijdigheid in gevaar zoude kunnen brengen, toch zeker bij de Duitschers eene regtmatige oorzaak van onwil tegen Nederland zoude doen ontstaan. En het is waarlijk zeer in het belang van ons volk in eene goede verstandhouding met al zijn nabnren te leven en wat meer is, als Nederlan ders hebben wij tot heden geen aanleiding gehad om ons in een enkel opzigt over de duitsche politiek te beklagen. Het is dus onbillijk om zoo openlijk partij te trekken voor Frankrijk. Oordeel van de Times over Frank- rijks tegenspoed. Men weet dat het meest bekende dagblad van Engelands hoofdstad de Franschen telkens berispt wegens den wanhopigen tegenstand, dien zij in de laatste twee maanden aan de duitsche overmagt hebben geboden; vol gens dit oordeel is die tegenstand, omdat hij tot heden geen gunstige resultaten heeft opgeleverd eene dwaas-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1871 | | pagina 1