Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad. 9 MAART. M 702. Vijftiende Jaargang. Ao. 1871 ADVERTENTIEN worden voor dit blad aangenomen voor Duitschland, Oostenrijk en Zwitserland door tusschenkomst van de heeren HAASENSTEIN en VOGLER, die tot dat einde hunne kantoren gevestigd hebben te: Hamburg, Frankfort a/d Main Berlijn, Leipzig, Dresden, Keulen, Stutgart, Weenen, Praag, Bazel, Zurich, St. Gallen, Geneve en Lausanne. GEMEENTE AFKONDIGINGEN, Over de zniiienstelliüg van onze Tweede Kamer. SCHAGER COURANT. Dit blad verschijnt op Woensdag avonddoch wordt met een bijvoegselbevattende het jongste Schager- marktbcrigtden volgenden avond verzouden aan hen die zulks verlangen. Brieven franco aan de uitgeefster. Prijs per jaar 3,—. Franco per post f 3,60. Afzonderlijke nummers f 0,07J. ADVBRTKNTiëN van een tot vijf regels f 0,75; iedere regel meerder f 0,15. Groote letters naar de ruimte die zij beslaan. Abonnementen op dit blad worden door alle Naar volksheil zonder deugd te dingen Is arbeid aan een rots te biên. Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen. Nationale Militie. Oproeping van vrijwilligers voor de Zee—Militie. Burgemeester en Wethouders der gemeente Behagen; gelezen eene missive van den heer mi nister van Hinnenlandsche Zaken van den 5 Maart 1862, medegedeeld bij provinciaal blad No. 21 van dat jaar. 'Gezien art. 150 der wet van 19 Augustus 1S6I (Staatsblad No. 72.) Roepen mits deze op alle die lotelingen welke genegen zijn om bij de Zee-Militie te dienen, om zich daartoe aan te melden ter secretarie van het gemeentebestuur, voor den len April a.s. dagelijks van des morgens 9 tot des namiddags 4 ure, uitgezonderd des Zondags. Schagen 7 Maart 1871. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De BurgemeesterVan Döniberg Heiden, De SecretarisA. Th. Burgers. BEKENDMAKING. Patenten. Burgemeester en Wethouders van Schagen, ma ken aan de belanghebbenden bekend, dat de pa. tenten over het dienstjaar 18^, ter Secretarie alhier kunnen worden afgehaald, vau des morgens 9 tot 12 uur. Schagen 7 Maart 1871, Burgemeester en Wethouders voornd. Van Döniberg Heiden. l)e Secretaris, A. Th. Burgers. Wij ontvingen onlangs een brief van een on zer meeste geachte lezers over "het bovengemelde onderwerp; waarin hij ons verzocht zijne daarin outwikkelde denkbeelden (n ons blad mede te deeleuwij voldoen daaraan volgaarne, ofschoon wij ons niet geheel en al met de strekking kun nen vereenigcude brief luidde nagenoeg als volgt: Beantwoordt onze Tweede Kamer, zoo als zij thans zamengesteld is, aan hare bestemming en moeten wij, Nederlanders, maar stilletjes berusten in die zamenstelling en ons onderwerpen aan alles wat aan die edelmogende heeren mogt behagen. Deze vraag, mijnheer de redacteur wilde ik vol gaarne in uw blad beantwoord zien. Wat is onze Tweede Kamer? Ziedaar een eenvoudige vraag, die naar veler meening door ieder gemakkelijk kan beantwoord worden. Maar is een goed antwoord daarop werkelijk wel zoo spoedig te vinden Ik geloof het niet, en waarom niet? Welnu, het ant woord van de meesten zal wel zijnde Tweede Kamer maakt het voornaamste deel uit van de vertegenwoordiging des nederlandschen volks, be staande uit personen door verschillende districten gekozen, welke jaarlijks in den regel op gezette tijden met elkander vergaderen om in gemeen over leg te beraadslagen over alles wat den bloei van het vaderland kan bevorderen en de voor het volks welzijn noodige wetten te maken. Is dit antwoord juist? Jal en neen! het zoude zulks zijn als onze Tweede Kamer washet geen zij moest zijn, als zij in werkelijkheid allen inge zetenen vertegenwoordigt en iedere stand, iedere klasse er zijn tolken en woordvoerders vond, zoo in werkelijkheid de landbouw, de koophandel en de nijverheid er even goed werden vertegenwoordigd als de .regtsgeleerdheid. Maar nu dit niet het ge val is en voornamentlijk aan advocaten het voor- regt schijnt ten deel gevallen om er zitting te ne men, is het antwoord onjuist. Immers om met den landbouw te beginnen. Door hoeveel, of lie ver door hoe weinig leden wordt de stand der landbouwers vertegenwoordigd Hoe weinig leden worden er in onze Tweede Kamer gevonden, die de belangen van den landbouw in waarheid ken nen, hoe weinigen, die zelfs eene oppervlakkige kennis van alles wat voor den boer noodzakelijk is bezitten en hoe zullen zij dan de belangen van den boerenstand kunnen bepleiten en verdedigen Moet het antwoord niet bedroevend zijn. Men zal toch tot het besluit moeten komen dat de land bouw bijna in het geheel niet in onze Tweede Kamer wordt vertegenwoordigd. En zelfs onze regtsgeleerde wereld (om met haar die zeker ten aanzien van onze Tweede Kamer het minste reden tot klagen heeft te eindigen) wordt zij in werkelijkheid goed vertegenwoordigd Voor zeker aan advocaten ontbreekt het er niet. Maar is advocaat en regtsgeleerde steeds synoniem Zoude bij een pleitbezorger het gevoel van regt steeds het sterkst ontwikkeld zijn, hebben advocaten er altijd belang bij dat regt en regtvaardigheid overal in den lande heerschen Zijn de advocaten daaren boven altijd wel bekend met ons geheele regtswe- zen, of zijn zij niet vaak slechts op de hoogte van enkele onderdeelen? Ook in dit opzigt moet het antwoord op de vraag weder bedroevend lui den, doch juist in een omgekeerden zin, wat be treft de kwantiteit, wordt de regtsgeleerde wereld te veel vertegenwoordigd, ik geloof toch dat het aantal studenten in de regten en zij die het geluk hebben den titel van Mr. voor hun naam te doen prijken minstens vertiendabbeld kon worden (wat ieder eerlijk Nederlander, naar ik geloof zeker niet zou wenschen, daar er toch naar mijne bescheide- ne meening reeds ruim genoeg is van dat twist ziek volkje) eer men, het aantal advocaten, dat thans in de Kamer is, in aanmerking genomen, zonde kunnen zeggen, dat de regtsgeleerde stand er niet genoeg vertegenwoordigd zij. Het zoo schijn baar voldoende antwoord op de zoo even gemelde vraag, dat de Tweede Kamer de vertegenwoordi ging des volks of althans het voornaamste gedeelte daarvan uitmaakt is dus, als men de zaken op den keper beziet, geheel onwaar. De Tweede Kamer is eigentlijk niets anders dan de vertegenwoordiging van een eedeelte onzer regts geleerde wereld, advocaten alléén voeren er door gaans het hoogste woord, maar laudbouwers en burgerlieden, die toch evenveel belang hebben bij den welvaart van het algemeen, worden er noch gezien, noch gehoord. In onze Tweede Kamer, zijn dus de bekwaamheden ellendig slecht verdeeld, aan den eene kant een groote overvloed van ad vocaten—bekwaamheid, aan de andere zijde weinig of geen kennis van landbouw, nijverheid en koop handel. Het is alsof men een met onmetelijke schatten gezegenden Rotschild tegenover een arme jood plaatst, aan den eenen kant alles aan den anderen weinig of niets. De slechte gevolgen van deze wanverhouding kunnen niet wegblijven, wordt eene klasse vau menschen te sterk vertegenwoordigddan zal in den regel betweterij de plaats vau bezadigdheid innemen, dan wil ieder dat zijn haan koning zal kraaijen, dat zijne denkbeelden zullen zegevieren, dan komt er aan het gekibbelgeharrewar en nuttelooze redenering geen eiude, dan eindigt men gewoonlijk zoo als men begonuen isdan komt er niets of zeer weinig tot stand. Onze natie is in de Tweede Kamer dus zoo goed als niet vertegenwoordigd, hoe zoude zulk een niet—ver tegenwoordiging onze belangen kunnen voorstaan? Te wanen dat onze niet vertegenwoordigde belan gen zouden zegevieren zoude het niet gelijk staan met de ontkenuing van de waarheid der stelling 2 maal 0 is 0 Moet deze toestand deze onhoudbare toestand waar de kiezers zonder nadenken (de meesten toch kiezen hunne afgevaardigden zonder eerst goed natedenken of deze hnnne belangen wel goed kunnen en zullen behartigen) ons land in brengen, moet zeg ik deze treurige toestand nog langer dnren, beantwoordt onze aldus zamengestelde Twee de Kamer aan hare roeping, kan zij aldus gevormd al datgeue verrigten, waarop de natie regt heeft; Damelijk eene gelijke behartiging van aller be langen, dus evenzeer die van landbouw, veeteeld, koophandel, nijverheid en wetenschap Deze vraag, wilde ik gaarne in uw blad ge- J daan hebben.* K Wij antwoorden op deze vraag, dat wij in vele opzigten ons met de denkbeelden van den geachte inzender kunnen vereenigeu, ook wij gelooven dat

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1871 | | pagina 1