Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad. Vrijheid der gemeenten. 'M 725. Vijftiende Jaargang;. Ao. 1871 ADVERTENTIEN worden voor dit blad aangenomen voor Duitschland, Oostenrijk en Zwitserland door tusschenkomst van de heeren HAASENSTEIN en VOGLER, die tot dat einde hunne kantoren gevestigd hebben te: Hamburg, Frankfort a/d Main Berlijn, Leipzig, Dresden, Keulen, Stutgart, Weenen, Praag, Bazel, Zurich, St. Gallen, Geneve en Lausanne. GEMIv\(;üt: KEllIGTE.V SCHAGER COURANT. Dit blad verschijnt op Woensdag avonddoch wordt, met een bijvoegselbevattende het jongste Schager- marktberigtden volgenden avond verzondenaan hen die zulks verlangen. Brieven franco aan de uitgeefster. Abonnementen op dit blad worden door alle Paus per jaar 8,—. Franco per post f 3,60. Afzonderlijke nummers f 0,07$. ADVBKTENTië.v van een tot vijf regels f 0,75; iedere regel meerder f 0,15. Groote letters naar de ruimte die zij beslaan. Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen. Naar volksheil zonder deugd te dingen Is arbeid aan een rots te biên. zin Het jammerlijk oproer, dat een tijd lang te Pa rijs is meester geweest, is voor een deel voortge komen uit den onvrijen toestand, waar de twee grootste steden van FrankrijkParijs en Lion iu verkeerden. Hierover zijn het, naar wij meenen, bijna allen eens. Doch in den laatsten tijd zijn er bij ons stem men opgegaan, welke op grond van dit feit aau- gedrongen hebben op liet verleenen van meerder vrijheid aan onze gemeenten, daarbij de zelfstan digheden der engelsche gemeenten ons ten voor beeld aanprijzende. Naar het ons voorkomt kennen de aanprijzers van die meerdere vrijheid de werking van onze gemeente-wet te weinig om met eenigen grond over het al of niet wen- schelijke van het verleenen van meerder vrijheid te kunnen oordeelen en is het beroep op Engeland ook al heel weinig afdoende, want wie zegt ons, dat het met de zamenstelling der engelsche ge meentebesturen zoo bijzonder goed gesteld is De menigvuldige oploopjes en oproeren, waarvan de engelsehe dagbladen telkens en telkens gewa gen leveren althans niet het bewijs, dat de inge zetenen met hunne besturen zoo bijzonder te vre- den zijn. Waarschijnlijk gaat het in Engeland zoo als het bij ons voor 1795 bij de onbepaalde zelfstandig heid der gemeenten-besturen ging. In weinige woorden heeft Thorbecke in een antwoord aan den heer van Golstein (1864) dien toestand geschetst: Laat liever het volk controlerenlaat het liever aan de plaatselijke overheid en burgerij over, tot dat er eens een volksoploopje kotne e:i dan zal men wel gedwongen worden om te keeren zoo lang de keer duurt. Het is de oude geschiede nis van onze Bepubliekin vele opzigten eene treurige geschiedenis, waaraan onze grondwet een einde heeft gemaakt. Waarschijnlijk gaat het thans in Engeland nog even zoo als bij ons voor 1795 toe. De terugkeer tot dien toestand zoude dus eene reactie van de ergste soort zijn. Men handelt ook verkeerd als men ter dezer zake spreekt van de vrijheid der gemeenten, men moet spreken van de vrijheid der ge.meente-besturen. Waar in bestaat nu de zoogenaamde onvrijheid, waarin de gemeenten of gemeente-besturen ten gevolge van de bepalingen der gemeentewet verkeeren? lo dat het hoofd van het bestuur niet door de ingezetenen maar door den koning wordt aangewe zen: 2o dat e.ikele handelingen des bestuurs, zoo als b. v. het aangaan van geldleeningen, het koo- pen en verkoopen, enz. aan de goedkeuring der Gedeputeerde Staten ziju onderworpen3o dat de plaatselijke verordeningenzoo zij in strijd zijn met de wei ten of het algemeen belang, door den koning kunnen geschorst of vernietigd worden4o dat de begrooting de goedkeuring der Gedepu teerde Staten behoeft. Welke nu dezer bepalingen wil men doen wegvallen Wil men deti burge meester doen verkiezen door de ingezetenen Maar zou zulk een gekozene wel geschikt zijn om op te treden als vertegenwoordiger van den Staat en het algemeen belang, zoude in het oog van zulk eeneu gekozene het belang zijner kiezers niet boven dat van het algemeen gaan; zoude hij geschikt zijn om 's lands wetten te handhaven tegen de wenschen en begeerten zijner gemeentenaren? De sub 2 ge melde heperking is vooral een greote doorn in het oog van de aanpredikers der meerdere gemeenten vrijheid. Het dus door Gedeputeerde Staten uitteoefenen toezigt is, naar hunne meening eene vernederende en aan slavernij grenzende curatele, maar zij ver liezen iets uit het oog, dat namelijk die curatele niet de gemeenten, maar de bestuurders betreft. Waarom zijn volgens onze burgerlijke wet al de door den voogd of den curator te verrigten daden van eigendom onderworpen aan de goedkeuring van de arrondissements-regtbank of den kantonregter Is het niet om de belangen van den minderjarige of geinterdiceerde te handhaven tegenover den voogd en den curator? En zoo men de zoo zeer gewraakte beperking der zoogenaamde gemeente- vrijheid wegneemt, wie zal dan de belangen der gemeeutenaren tegenover hunne bestuurders kunnen handhaven De gemeentenarenja, zonden de magt behouden om de slechte administrateurs niet weder in te kiezen, maar iu dien tusschenlijd zouden zij evenwel aan hunnen willekeur zijn overgeleverd. Geen verstandige aal voorzeker de sub 3 genoemde beperking willen wegnemen en wat betreft die onder 4 gemeld, zoo kan men ze niet wegdenken, daar anders de vroeger gemelde heilzame beperking geheel krachteloos zoude worden. Beschouwt men de zaak in het afgetrokkene dan kan dus voorzeker het verleenen van meerdere vrijheid aan de gemeentebesturen niet worden aan geprezen, maar met het oog op de geschiedenis van onze meeste gemeente-besturen en hunne te genwoordige zamenstelling kan dat nog veel min der geschieden, of zijn onze gemeente-besturen niet van oudsher de schuilplaatsen van vele misbruiken geweest Is er eene gemeente in geheel ons va derland, waarin niet in stilte wordt gewezen op sommige goederen, waarvan in vroeger tijd deze of gene leden van het gemeente-bestuur zich op een onregtmatige wijze hebben meester gemaakt, is er eene gemeente, waarin niet in vroeger tijd het nepotismus ten nadeele van de geldmiddelen der gemeente eene treurige rol heeft gespeeid En met zulke treurige antecedenteu zoude men aan de gemeente-besturen eene onbeperkte vrijheid durven toestaan En na de invoering der gemeente-wet pleit de geschiedenis der conflicten van de ge meente-besturen met bet staatsgezag voor of tegen het noodzakelijke der controle Golden de klagten over de vermeende onvrijheid, de geschonden be langen der gemeenten of die der bestuurders Was het een geschonden gemeentebelang toen voor een jaar of vijf door verschillende gemeente-be sturen zulk een klagt werd aangeheven over het verbod om een post op de begrooting te brengen wegens verteeringen der raadsleden bij de verkie zingen? Was het een geschonden gemeente-belang toen de goedkeuring aan de begrooting der ge meente Hardenberg werd geweigerd, omdat de raads leden de opbrengst der aan die gemeente bij reg- terlijke uitspraak toegewezene gronden niet op de begrooting wilden gebragt hebben Was het ge meente-bestuur vau de Yledder in zijn regt toen het weigerde onderwijs aan honderd kinderen te laten geven Dagelijks hoort men bij ons klagten rijzen over de zoogenaamde keuro— manie der gemeente-bestu» ren, maar zouden die klagten nog niet veel menig- vuldiger worden zoo men het toezigt wegnam Ons zijn toch verscheidene gevallen bekend, waarin door tusschenkomst der Gedeputeerde Staten, de dwaze zucht der gemeente-raden om alles te wil len regelen werd tegengegaan. Zoo werd o. a. door oen gemeente-bestaur vast gesteld eene verordening op hel bellen door reizi gers aan de deuren der ingezetenenzoodat een reiziger welke gebeld had bij een ingezetenen kou beboet worden. In eene andere gemeente wilde men een patent-belasting op het rooken van tabak en sigaren instellen, zoodat hij die wilde rooken, eerst voorzien moest zijn van een door het gemeente bestuur daartoe aftegeven patent. Beide verorde ningen werden ten gevolge van eene opmerking der Gedeputeerde Staten, dat zij de vernietiging aan den koning zouden voordragen, ingetrokken. Wij vragen het nu aan ieder deskundige mag bij het bestaan vau zooveel kleingeestigheid, ver oordeel en eigenbelangzuchtigheid, aaugedrougen worden op het verleenen van meerder vrijheid. Die meerdere vrijheid aan de gemeente-besturen zal ten nadeele vau de belangen, de vrijheid der in gezetenen zijn. Naar het ons voorkomt kan alleen hij, die ge heel vreemdeliug is in de administratie der ge meente-besturen in dit opzigt verandering der ge meente-wet verlangen. Misschien zullen bij het wegnemen van de controle sommige burgemeesters eu gemeente-raadsleden juicheu, maar zeer zeker zullen er de gemeentenaren een groot nadeel door lijden. Zondag jl. onder de mis zijn in de kerk van Montmartre te Parijs drie revolverschoten op den pastoor gelost, waardoor die geestelijke echter niet getroffen is. Aanvankelijk dacht men aan een nieuwe uitbarsting van het oproer; het bleek evenwel weldra, dat de aanslag gepleegd was door een uit Beigie geboortigemaar vele jaren in Frankrijk woonachtige vroaw, die wegens een be- ganen diefstal een tuchthuisstraf had ondergaan en telkens, wanneer de pastoor of een der kapellaans in hunne preeken tegen het misdrijf waarschuwden waaraan zij zich had schuldig gemaakt, daarin een tegen haar persoonlijk gerigten aanval meende op te merken. De verbittering, welke dit bij haar te weeg bragt, heeft haar tot het nemen van wraak over de vermeeude beleedigingeu doen besluiten. In haar gebedenboek heeft men een den vorigen dag door haar geschreven uitersten wil gevonden waarbij zij het weinige, 't welk zij bezat aan de armen van Brussel had vermaakt. De Arrondissement-regtbank te 's Hage heeft jl. Dingsdag de zaak behandeld van een student uit Leidendie eenigen tijd geleden in opgewonden toestand een portier van prins Frede- rik, een bejaard man, een slag met zijn rotting toebragt, waardoor de getroffene viel eu eene ern stige kneuzing in de zijde en aan den schouder bekwam. Het O. M. eischte tegen den beklaagde eene maand cellulaire gevangenisstraf.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1871 | | pagina 1