Parijs in rouw. Stok, gedacht op dien dag zijne 12J jarige awbts- vervalling als Burgemeester en niet ongemerkt wenschten de Gemeenteraadsleden dien dag te laten voorbijgaan. Een paar kearig bewerkte zilveren geschenken met toepasselijke inscriptie werden door H. H. Ge meenteraadsleden, als de H. H. Secretaris, Ontvan ger der Gemeenteen Bode den jubilaris als een bewijs van hoogachting en ingenomenheid met dezen dag aangeboden. In den avond waren nog eenige vrienden genoodigd om deelgenooten te zijn dezer feestviering en als getuigen van de belangstelling in dezen dag. Menige toast op den jubilaris uitgebragt, bewees dan ook hoezeer men wenschtc dat de plaats van Voorzitter in de Gemeenteraad, te N. Niedorp nog jaren mogt vervuld worden door den hooggeachten Bur gemeester. Te Metz is dezer dagen een Pruisisch sol daat door een Elzasser doodgestoken. De soldaat deed in dienst een commissie en st:et op een drie tal dronken Elzassers die hem in een maling namen. De menschen er om been maakten er een eind aan en de soldaat ging rustig verder. Een 50 pas verder hoort hij dat iemand hein volgt, hij keert zich om, ziet een der drie Elzassers en vraagt „Wat moet je?" In plaats van ant*oord krijgt hij een steek met een groot mes, in den bovenarm, afglijdende in de borst, daarna nog een in de dij en in den onderbuik. De moordenaar maakte zich snel uit de voeten, maar men kwam hem toch op het spoor. Als een bijzonderheid deelt men ons mede, dat door de vroedvrouw E. A. II., te Delft ter stede, tusschen jl. Zondagavond 9 ure en Dins dagnamiddag 4 ure dus 67 uren, bij drie geboor ten vau tweelingen bijstand is verleend en wel bij twee paren meisjes ec een paar jongens. Een oppasser te Arnhem heeft, in plaats van de laarzen van zijn heer te poetsen, die aan getrokken, uit het buffet zijns meesters het voor handen zilver genomen en te gelde gemaakt en is daarmede spoorloos verdwenen. Hij is weduwnaar en laat een kind van 8 jaar achter. Een zonderling proces, voor de rechtbank te Breslau aanhangig, heeft aldaar en in Warten- berg, waar de eigenlijke aanleiding is voorgekomen nog al eenige belangstelling gewekt. Een photo- graaf in laatstgenoemde plaats had de portretten van twee ingezetenen, de gebr. W. gemaakt, maar de afgebeelden weigerden ze te ontvangen, omdat ze, volgens hun zeggen, niet geleken. De photo graaf bragt de zaak voor de rechtbank. Deskundi gen verklaarden, dat de afbeelden niet juist waren en de aanklagt werd dus afgewezen. De photograaf hing nu de beide geweigerde portretten in zijne uitstalling met het opschrift»De twee spitsboeven, Slot Zijne koets wordt getrokken door acht spook achtige paarden, bereden door postillons in kei- ïerlijke liverei en de weg gaat over dooden en stervenden heen op het slagveld. erschrikkelij-1 ke gedaanten met omzwachtelde hoofden, even als of zij doodskleederen dragen rijzen van den grond en heffen dreigend de handen. Verminkte solda ten smeeken om gespaard te blijven; bidden dat de hoeven der paarden en de wielen van den wa gen ergens anders zich mogen richten dan over hnnne gewonde ledematen; de helpende verpleeg sters van den soldaat krimpen in een van schrik of uiten verwenscbingen luid eu diep op het eenig teeken van opmerking dat aan den lijdenden te beort valt. De postillons toch slaan met hunne lange zweepen de gewonden naar achter en drijven de paarden met eene geweldige snelheid over de verminkte ligchamen, terwijl de rooker zijn rook uitblaast zoo kalm als of hij in zijn leunstoel te hnis zat. Eene afdeeling Pruisische kavallerie, volgt achter het rijtuig, meer ter bescherming dan als eerbewijs en het geheel moet gelden als eene zuivere voorstelling van hetgeen op de capitu latie van Sé-lan gevolgd is. Het is eene verschrik kelijke teekeuing. Het is als of gij het gekreun en gekerm hoort der gewonde soldaten, wier stervensmart zoo wreed aardig en baldadig verhoogd wordt, terwijl de be- drijvige onbeschoftheid van de berijders der paarden, de ijzeren onverschilligheid van hem, die in het rijtuig zit en vau de troepen, die zijn spoor volgen en met de hoeven hnnner paarden het einde der marteling brengen, zoo levendig zijn teruggegeven die den touwslager N.N. uit Breslau in het Sile- j zische Reuzengebergte beroofden, nadat zij hem met snuif, waarin chloroform, bedwelmd hadden." Heel het stadje Wartenberg liep te zamen voor de uitstalling en stond de portretten der gebr. W. j aan te gapen. De copiën werden iu massa ver- j kocht. Op verzoek van het aldus gecompromit- teerden broederpaar liet de politie de zoo gerucht- makende en in aftrek zijnde portretten innemen maar de vervaardiger beriep zich op de geregtelij- ke uitspraak en nu zal nogmaals geoordeeld moe ten worden of de portretten gelijken of niet. In den nacht van 6 op 7 December heeft te Lobith een vreeselijk voorval plaats gegrepen. Twee heeren uit deze gemeente kwamen gisteren middag ongeveer te 5 uren met den spoortrein te Elten aan en sloegen den gewonen weg in, die dwars over de weiden naar deze plaats voert en hoogstens drie kwartier lang is. Door de duis ternis misleid, raakte zij verdwaald en doolden uren achtereen op de vlakte rond. Telkens vieleu zij in de diepe slooten, die door sneeuw bedekt en ontzigthaar waren geworden en in zoo groote menigte het terrein tusscheu hier en Elten door strijden. Alleen door verei-nde inspanning redden zij zich daaruit. Toen zij nu onder ontzettende verrnoeijenis ruim 4 uren op die wijze hadden rondgezworven, begonnen den jongste der twee de krachten te begeven. Hoewel door den ander ondersteund kon hij zich alras niet verder voort slepen en moest blijven liggen op den besneeuwden grond. De andere (ofschoon beducht dat redding reeds te Iaat zou zijn) is toen naar Elten terugge keerd, ten einde daar hulp te halen. Eerst te half twee ure bereikte hij die plaats. Toen, vergezeld door een tiental inwoners en een geneeskundige, is hij het ligchaam van zijn vriend gaan zoeken, doch men vond slechts een lijk. Iledeu, in deu vroegen ochtend, kwam de stoet met het lijk ia ons dorpje aan. Zooals waarschijnlijk aan velen bekend is, bestaat op de Veluwe en mogelijk ook wel in an dere streken van ons vaderland een volksgeloof, dat brand, door bliksemvuur ontstaan, alleen ge- bluscht kan worden door zoete melk. De oorsprong van dit geloof, dat wij altijd aan bijgeloof hebbeu toegeschreven, moet hoogst waarschijnlijk in de grijze oudheid gezocht worden, toen, zoo wij ons niet vergissen, de Oermannen gewoon waren hunne offervuren, na den afloop der offerranden aan de goden, niet met water, maar met melk uit te blus- schen. Hoe het zij, bijgeloof of niet, de schrijver der landbouwkundige mengelingen in de L. Crt. acht het niet opgepast den landman opmerkzaam te uiaken op dit bluschmiddel, dat hij meestal in zijn kelder voorhanden heeft. Als voorbeeld van de voortreffelijkheid der zoete melk daartoe, haalt hij het volgende voorval aan Een watermolen werd dat het onmogelijk is om er zonder siddering naar te zien. Als betooverd hangt de menigte aan die schets. Niemand zegt haar, dat zij in den grond boos aardig e.i kwaadaardig valsch is en dat zij geen ander doel heeft dan om onbeschaamd den Fran- schen hartstocht te vleijen door een gevallene te belasleren. Maar, de man van Sédan wordt er in zijn juist karakter geteekend, zoo zeggen ze en zon denken zij, arm volk! en ook deze photographie van den logen heeft een uitgebreiden aftrek. De kanonkogels en granaten waarvan ornamenten zijn gemaakt of snuisterijen voor huisselijk gebruik 1 trekken ook eene menigte beschouwers. Op eene i wandeling van een uur telde ik zeven winkels, waarin deze tusschen andere voorwerpen waren tentoongesteld achter de vrolijke winkelglazen. Gesprongen granaten met miniatuur gezichten van Parijs in olieverw geschilderd op hun gesprongen zijden. Zware ijzeren kogels, waarop deksels ge maakt zijn, houden fleschjes in of zijn ingericht voor inktkokers, tabakdoozen, snuifdoozen, papier gewichten, kandelaars, bloempotten, kegels, kettin gen, in een woord allerlei voorwerpen maakt men nit de werpmoordtuigen, waarmede Franschen door Franscben ongelukkig zijn gemaakt en men be dingt er buitengewoon booge prijzen voor. Zeker, indien het tweede beleg van Parijs en de vernieling van de edelste nationale monumenten door brand stichting, voor de Psrijzenaars een zaak ware ge weest om hen mede gelok te wenschen, kon er in het snoeven over wat er gebeurd is geen grooter genot gelegen hebben, dan nu algemeen gesmaakt wordt. bij hevig onweder door den bliksem getroffen en raakte in brand, juist toen een 30Lal koeijeu op eene nabij gelegen weide waren uitgemolken. Men komt op de gedachte, die melk iu de uitbrekende vlammen te werpen. Gaarne staat de eigenaar ze tot dal einde af, en zie, de brand werd in de ge boorte gestuit. Huisvrouwen zullen zeker kannen bevestigen, dat overkokende melk een sterk bran dend vaar schielijk uitdooft, eu dat er geen krach tiger middel is om spoediger doove kolen te bekomen. Zonderling zijn de spelingeu in de natuur; i ziet men soms met verbazing menschen van enorme ligchaamsgrootte ware reuzen, men vindt de tegen- i stelling in Tom Pouce. Aan deze echter bespeurt men meermalen eenige wanvorraing, hetzij door 1 ongeevenredigd hoofd als anderzins. De broeder en i zuster Mouche, thans in het paleis voor Volksvlijt 1 tot een bezoek uitnoodigende, onderscheiden zich i juist door regelmaligen vorm en waarlijk bevallig voorkomen. Zij wekken teregt de bewondering. Mr. Mouche is 15 jaar oud, lang 77 centimeter en weegt 7 kilo. Mlle Mouche is iets grooter; zij is 16 jaar oud, lang 83 ceutimeter en weegt 10 kilo. i Naast elkander op het canapétje gezeten, bedekt een opengevouwen Haarlemsche Courant het paar ge heel, terwijl dezelfde courant toegeslagen mr. Mouche j aan het oog onttrekt als hij ze voor zich hondt om te lezen. De ouders van deze natuurmenschen zijn beiden groot van gestalte. Er schijnt ernstige vrees te bestaan voor eene landing van keizer Napoleon III op de Fransche kust. Verscheidene oorlogschepen hebben onver wacht last gekregen om in het Kanaal en langs de kusten van Normandië te kruisen. En al meenen sommigen dat de kansen voor het ont troonde keizerhnis zeer slecht staan, zoo verwekt de mogelijkheid van een terugkeer niet weinig be kommernis bij de bestaande verdeeldheid ten op zichte van den regeeringsvorm voor de uaaste toekomst. Ook in Berlijn en België verwekt die mogelijkheid een zekere onrust, hoewel velen ge- looven dat Frankrijk niet anders dan door een stevige hand bedwongen kan worden, welke ook een waarborg voor den vrede moet zijn. Bij het slechten van een klein duintje achter de school te Egmond aan Zee, vond men dezer dagen het geraamte van een forsch gebouwd per soon. In een lederen beursje met wol gevoerd doch een en ander reeds vergaan vond men eenige spaansche matten. Een Amerikaan heeft een nieuwe soort van inkt uitgevonden, en daarna den naam gegeven vau Minnebrieven-Inkt. De reden, waarom hij hem zoo heeft genoemd, is, dat de inkt na vier weken geheel is weggetrokken, en het papier alsdan weêr zoo blank is, als het was voor men er op geschreven had. Minnebriefjes nu, meent de Inktfabrikant blijveo nooit langer dan vier weken waarheid, zoo dat het goed is, dat men ze na dien tijd niet meer zwart op wit kan toonen. In den laatsten tijd is voor den Anna Pau- lowna-Polder een goede toekomst geopend. De landerijen hadden er tot dusver weinig waarde, voornamelijk omdat de aanvoer van mest zoo kost baar was. Sedert kort is echter een der landbouwers begonnen op kleine schaal vspoeling te vervaardi gen. De resultaten waren eóó gunstig, dat men eene spoelingfabriek zal oprigten. Men weet dat men, door het vee met spoeling te voederen, een zeer kostbare mest bekomt, waardoor het bezwaar van den aanvoer voor een deel vervalt. Tot dusver zijn de landerijen in dien polder nog goedkoop, maar of dat zoo blijven zal is te betwijfelen. Jl. Maandag heeft men te Parijs een beruchten Engelschen dief en zakkenroller, zekere Baroud, gearresteerd, die het hoofd eener bende schijnt te zijn, welke, om zoo te zeggen, roet den trots van het leger te Versailles, in Mei jl. in Parijs is binnengetrokken en aldaar alles behalve stil gezeten heeft. De laatste welgeslaagde operatie van Ba roud is geweest een diefstal van diamanten ter waarde van 150,000 fr. Nadat de Parijsche poli tie—agenten zijn spoor reeds eenigen tijd ijverig volgden, hebben zij hem in hechtenis genomen op het oogenblik, dat hij in den hoek van de zaal van een groot koffijhuis, zich onder het talrijke publiek onbespied achtende, zijne zakken ledigde. el ver echter van onbespied, had de hem rus teloos volgende politie—agent tegenover hem plaats genomen, en deze betrapte den gaauwdief thans nagenoeg op heeter daad. Het ontbrak den agent bij de arrestatie niet aan bijstand onder het aan wezige publiek.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1871 | | pagina 2