Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad. O Negentiende Jaargang Ja«t en Yisslicrij. GEMEENTE AFKONDIGING. Klaas, de Eeurs Jan Overtoom Jz, JK 919. Ao. 1875. Dit blad verschijnt op Woensdagavond; doch wordt met een bijvoegsel bevattende het jongste Schager marktberigtden volgenden avond verzonden aan ben die zulks verlangen. ltrieven franco aan de uitgeefster. Abonnementen op dit blad worden door alle Prijs per jaar 3.Franco per post f 3.CO, Afzonderlijke nammers f 0.0 7 i Advertentic* van een tot vijf regels f 0,75; ieder regel meerder f 0,15. Groote letters naar de ruimte die zij beslaan. boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen. Naar volksheil zonder deugd te dingen Is aribed aan e«n rots te biê-n. Bekendmakingen. Burgemeester en Wethouders van Schagen brengen ter kennis van het algemeen, dat de Raad heeft besloten, dat de kermis in deze gemeente dit jaar zal plaats hebben, en invallen op Zondag den 20en Jnnij a. s. des namiddags ten 4 uren om te eindigen op Zondag den 27 daaraanvolgende. Schagen 27 April 7875. burgemeester en Wethouders voornoemd, G. J. MULLER. De Secretaris DENIJS. T)e burgemeester, Hoofd van Politie der gemeente Schagen, brengt ter openbare kennis, dat gedurende de aanstaande Kermis in deze gemeente niet zullen worden toegelaten Waarzeggers, Liedjeszangers, Or'geldraaije'rs, Vertooningen in strijd met de goede zeden, ailes ter beoordeeling van den burgemeester voornoemd. Schagen 27 April LS75, De burgemeester, Hoofd van G. J. MULLER Politie Do Burgemeester van Schagen. In aanmerking nemonde dat de aanvragen tor be koming van jacht- en vischakteii en van kosteloozo vergunningen tot uitoefening dor visschorij, zoor on geregeld plaats hebben en de llocr Commissaris des Koning» in deze Provincio verlangt d3t op doü 15 Mei a. s. do verzoekschriften aan hem zullen worden ingezonden. Brengt andermaal tor konnis van do belanghcb- benden dat de blanco verzoekschriften, hierboven bedoeld, voor hot S^ison 1874|75, ten Secrctario der gemeeute ter invulling verkrijgbaar zijn dagelijks (do Zondag uitgezonderd) dos voormiddags van 10 tot 12 uron. Schagen 4 Mei 1875. Do Burgemeester van Schagen. G. J. MULLER. Bnrgemoester en Wethouders van Schagen: Gelot op art. 11 en 12 van hot Politicreglemcnt betreffendo do aangifto van verhuizingen binnou de gomeente Brongen voor zooveel noodig in herinnering van de ingezotonon do navolgende bepalingen. Art. 11. In geval van verhuizing binnen do gemeente, zal daarran binnen acht dagen behooren te worden kennis gegeven ter Secretarie dor gemeente, op den voot als liienia is bepaald te weten: Voor een geheel gezin, inwonende diensten werk- boden daaronder begrepen, door het hoofd van dat gezin Voor afzondelijk levende porsonon door hen «elven. Art. 12. Overtreding van hot vorig artikel wordt gestraft met oene boute van oen guldon. Schagen 4 Mei 1875. Burgemeester en Wethouders voornoemd. G. J. MULLER. De Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders der gemeente Schagen. Gezien de besluiten van den heer Commissaris dos Konings in Noord-Holland van den 20sten April 1875, Nos 113|1979 en 113il980, (provinciale bladen Nos 31 en 32). Gelet op onderscheidene bepalingen der wetten op de personele belasting en op het regt van patent; Brengen bij deze ter kennis van de ingezeten lo dat de uitreiking van do beschrijvings billettcn betrekkelijk de belasting op het personeel, zal aanvan gen op den 5en Mei aanstaande; 2o.dat overeenkomstig 2 van art. 29 der wet op de personele belasting, benoemd zijn om als tegenschat- ters van de zijde der belastingschuldigen te dienen, ingeval van herziening, achtcrvolgens het bepaalde art. 32 2 der wet van het aangegeven bedrag de huurwaarde of aantal deuren en venters of haarsteden, de hoeren EN 3o. dat do uitgifte van de verklaringen voor hot regt van patent, dienst 1875(76, zal aanvangen op den 5en Mei aanst. en dat do weder ophaling dier verklaring op den 16-jn Mei d. a. 'v. zal aanvnngon; een en ander met uitzondering van de patontpligcigcn vermeld onder Nos 37 tot 40 van tabol 14 (tappers enz.) aan welke do bedoelde verklaringen, welke biu- ncn drie dagen na do uitreiking zullen worden opgo- geliaald, afzonderlijk en onverwijld bij don aanvang dos dienstjaar»» zullen afgegeven worden; 4o dat zij, die bij hot bezorgen of terughalen der boschrijvingsbitlettcn voor do belasting op het perso neel en van do verklarigen betrekkelijk liet patenregt mogten zijn overgoslag-n, zich in geen goval op zoo danig verzuim mogen beroepen, maar integendeel ge houden zijn om do veroischto en behoorlijk ingoruldo varklaringen vóór of uiterlijk op den 31 Mei c. k. in te dienen, ton kantore van den ontvanger der directe belastingen, alwaar do billotton ter invulling steeds verkrijgbaar zullen zijn. 5o Dat de dag waaróp do patenten voor do paten- pligtigen verrat ld in Nos 37 tot 40 tabel 14 (tappers enz.) ter afhaling gereed zullen zijn, nader en in tijds zal worden afgekondigd, doch dat deze paton ten, ingovolgo art 2 der wet van 24 April 1843 (Staatsblad No. 1G) niet mogen uitgereikt ou do be doelde patentpligtigen (tappers enz.) dozo hunno be- roopon niet mogen uitoefenen alvorens hun vorsehul- digdon aanslag wegens het patentregt dier beroepen, over het vorig dienstjaar ton volle en dien over hot nieu we di mstjaar voor «lo helft to hebben betaald, waarvan iedor, bij du afhaling van het patentblad, door vertoon van de voreischte kwitnntion zal moeten doen blijken. Wordende ciudolijk een ieder herinnerd, dat do noodzakelijkste inlichtingen betrckkolijk ocno behoor- lijkè invulling d r beschrijvingsbilletten, zbo voor do p rsonolo belasting als het patontregt, op die billettcn afgednukt .zijn om door belanghebbenden to kunnen worden geraadpleegd, Burgemeostor en Wethouders maken de ingezetenen in hot bijzonder aandachtig: lo. Op do wijzigingen, welke in do twee eerste paragrnphen van art 27 der wet van 29 M tart 1833 istaatsblad No. 4) bij art. 7 dor zelfde wot van 1869, zijn gebragt luidende die paragraphen als volgt 1 Die na den 15 Mei oen porcecl in gobruik neemt is voor dit perecèl de belasting naar do 4 orsto grondslagen, voor don tijd des dienstjaar, die nog over is, verschuldigd; 2 Aan den belastingschuldige, die in don loop des dienstjaars een porcecl verlaat, zonder d.iariu oonigo roeronde goederen of iomand in zijno dienst aohtef te laten, wordt ontheffing verleend van zijn aanslag naar do vier eeasto grondslagen voor den tijd des dieustjaars die nog over is, indien daarvan door hem, binnen don Ujd van eens maand, volgcndo op dio, waarin hij het perceel verliet, tegen bowijs schriftolijk aangifte is go- daan ten kantore dos ontvangers op een aldaar kos teloos verkrijgbaar billet- De ontlielling wordt ook verloend over liet drie maande) ijdsch tijdvak waarin het percoel werd verla ten, indien da belas tin gpligtige daarna, doch in don loop van dat zslfde tijdvak, een ander perceel waar voor hij belastingpligtig is, in gobruik noemt. Bij overlijden van don belastingpfigtigo treden zijne erfgenamen in dezelfde regten en verpligtingcn. De aangifte, volgdns het eersto en derde lid inge diend, worden als gewone bezwaarschriften aangemerkt on behandeld. 2o Op hunne vcrpligting om bij hunnobczwaarschrif- ten, ingevolge art. 1 der wet van 4 April 1870 (staats blad No. 60), over te leggen een duplicaat van het betrekkelijk aanslpgbillct, tegen betaling van 5 cent bij den ontvanger verkrijgbaar gesteld. Schagen 4 Mei 1875. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. J. MULLER. De Secretaris. DENIJS. Een standbeeld voor Oldenbarneveld, de VVitt oi Thodbecke. Men moet het hebhbn van zijne vrienden zegt het spreekwoord en als Thorbeckes geest nog weet heeft van het geen hier beneden geschiedt ten opzigte van zijn standbeeld, zal hij dit cok bij zich zelven be trekkelijk zijn ouden triend, Groen van Prinsterer, denken. In het jongste geschrift van dezen onden Triend over Prins Maurits en Oldenbarneveld is deze namelijk teruggekomen op het reeds in 1872 geop perde denkbeeld bm liever een standlteeld voor Oldenbarneveld en do Witt, dan voor Thorbeckc op terigton. In de vraag voor wien dezer drie staats lieden hot eerst een standbeeld dient opgerigt to worden ligt op zich zelvo niets kwetsends voor do nagednehtonis van Thorbockc, in teguidoel is hot oono hooge oer in eenon alom mot m innen als 01 -> donbarneveld en de Witt genoemd to wordpn. In dit opzicht hebben do nodoria-idsiho staatslieden der negentionde eeuw een voorrang boven do vlootvoogden, legerhoofden en schil Iers, want wie onzer admi raals, goneraals en sclii dors zoudo hot anders dan voor ironio opvatten zoo zijn naam, naast dien van do Ruijter, Prins Maurits of Remhrundt werd ge noemd, on do vraag weid gedaan of niet eordor oen standbeeld voor ooit dezsr mannen dan voor bom moest worden opgorigt? Maar van do andere zijdo ligt er in dozn op g lijke lijn stolling van Thor- becke mot Oldenbarneveld en de Witt, iets dat zijn waardering bij een groot deol dos volks moet ver hinderen. Waarom zijn tot nog toe voor Oidenbar- novold en de Witt, geen standbeelden opgericht, waarom zoude elke poging daartoo met cen_ kreet van verontwaardiging van duizenden on dinzonden wordon begroet P Hot antwoord op dezo vraag is gertiakkolijk te gevon. Oldonharneveld on do VVitt zijn gevallen als tegenstanders van Oranje, do eersto daarenboven als handhaver van hot gozag des Staats boven de kerk, do laatste als boschcrmcr dor stcdoiijko oligarchie. I)o oprigting van een standbeeld voor deze man nen zoude daarom in veler oog gelijk staan met cono daad van vijandschap togen Oranjo; oono toejuiching van middelen, dio do godsdienstvrijheid beperken cn do uitsluiting van het wolk uit allo regorings-z ikeu benogen. Do geheime strekking dor gelijkstelling van Thorbccko mot Oklonbarncveld en de Witt is deze: lo. Thorbockc was oen gohoim tegenstandor van Oranjo, wildo hij niet als do Witt Oranje geheel buiten de regering sluiten, zijn toeleg was toch een par lementair vermogen in do plaats van hot gozag dos Konings to stollen en torwijl do Witt zijn mislukte toolog met den dood heeft moeion bokoopon is Thor bockc er maar al to goed ingeslaagd. I 2e, Thorbecko wilde do godsdienst als do slavin aan do voeten des Staats doen knielen. Zijn verde diging van do handelwjjzo dor regering in 1837 tegen do afgescheidenen wat was liet anders dan cou voortzetting van Oldenbarnovelds politiek, oono twoedo uitgavo van do scherpe resolutie Zijn school wet dio door oen staatsschool, do godsdienstigo on kerkelijke school trachtte to onderdrukken, was zij niet een uaurauding der gowotous- en godsdienst vrijheid. 3o. Tnorbecko zag met con soort van versmading neder op het volk achter do kiezers, het nedor- landsche volk bestoud, volgons hom, uit le paijs logal, dat wil zeggen alleen uit hon, dio binnon do grenzen van den census vielen, wat daar buiten viel was een hoop dio hem niet aanging, was dan de strekking zijner staatknndo' zooveel beter dan van de Witt. Welnu nedorlandscho mannon wilt gij dan con standbeeld oprigten voor mannen die deze louzon in hun banier hadden geschreven, doet het dan voor de Witt en Oldenbarneveld, de«o hadden al do deugden van Thorbecko, zij waren eerlijk, werkzaam en bekwaam, even als hij hebben zij hun leven aan het vaderland gewijd. Een ter hunner eero opgerigt standbeeld kaa daarenboven strekken om hun vergoten bloed uittowissen, hunne vertoornde schimmen te Terzoenen. Wio dio Groen van Prinsterers fijnen stijl heeft bestudeerd zal dezo strekking aan de bovenstaande gelijkstelling ontkennen? Wie zal het ook ontkennen dat er menige schijn van waarheid in deze aan- klagt ligt, maar juist daarom meenen wij dat een oud vriend als de schrijver roorzigtigor met dezo aanklagt bad mooton cmgaax. Do staatkunde van Thorbecke mag ten aanzien van het huis van Oranje niet op gelijke lijn, ja! wat zeg ik, niet vergeleken worden met die van de Witt. Do Witt had oen persoonlijken haat van zijn vader tegen de stadhoudelijke partij over genomen, Oranje zooveel mogelijk klein to honden. Ziedaar zjjn leus, aan dat doel, werden binnen- landsche cn buitcnlandscbe s'.aatskundc dienstbaar gemaakt. Do strekking van Thorbeckes politiek was een zooveel mogelijk zuivere constitutionoele monarchie met Oranje aan het hoofd in ons land te vestigen. Hij die een groot bewonderaar van Willem I was geweest had allengskens al de schaduwzijden van eene al te persoonlijke regering leoren kennen. Juist toen do schaduwen van deze

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1875 | | pagina 1