Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
M 922
Negentiende Jaargang
Prijs per jaar 3.Franco per post 3.60,
Afzonderlijke nummers f 0.07J
91
Bekendmakingen.
BEVOLKING.
pol:tie.
Een wit lam
B)c kandidatuur >an den
Heer de Bruijn Kops,
Dit blad verschijnt op Woensdag avonddoch wordt
met een bijvoegsel bevattende het jongste Schager
marktberigtden volgenden avond verzonden aan hen
die zulks verlangen.
Brieven franco aan de uitgeefster.
Abonnementen op dit blad worden door alle
ADVERTENTiëN van een tot vijf regels 0,75; ieder
regel meerder ƒ0,15. Groote letters naar de ruimte die
zij beslaan.
Naar volksheil zonder deug] te dingen
Is arbeid aan etn rots te bicn.
Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen.
JACOBA OUT, in do maand Februarjj II. uit do
gemoento Helder binnen deze gemeente gekomon wordt
in haar belang aangemaand zich zoo spoedig mogelijk
to vervoegen tor Secrcturio van Schagen.
VERMIST,
op Donderdag 20 Mei 1875 van de markt
TWEE WITTE LAMMEREN,
langstaarten gemerkt met eoue blaawo stroep over
staart en kop.
gomorkt met eene roodo stroop in don nek en roode
stip aan het regter oor.
Zij die hier omtrent oenige inlichting kunnen geven
werden verzocht zich te vervoegen ter Secretarie van
Schagen.
Bnrgemeester en Wethouders van Schagen:
Gelet op art: 11 on 12 van hot Policiereglement
betreffende de aangifto van verhuizingen bin.ien do
gemeente
Brengen voor zooveel noodig is herinnering van de
ingezotouen de navolgende bepalingen.
Art. 11.
Ingeval van verhuizing binnen do gemeente
zal daarvan binnen acht dagen bohooren te
worden kennis gegeven tor Secretarie dor ge
meente, op den voet als hierna is bepaald te wetan
Voor een gohcel gozin, inwonondo diensten werk
hoven daaronder begrepen, door het hoofd van dat
gezin
Voorts afzonderlijk levende personen dcor hen
zelvon.
Art. 12.
Overtreding van het vorig artikel wordt gestraft
met eene boete van een gulden."
Schagen 25 Mei 1875.
Burgemeostor en Wethouders voornoemd,
G. J. MULLER,
De Secretaris
DENIJS.
SCHUTTERIJ.
Burgemeester en Wethouders der gemeente Sohagon
roepen mits deze op, alle zoodanige Ingezotouen, die
op den 1 Januarij 1875 hun 25ste jaar van ouderdom
zijn ingetreden, benevens de zoodanigon, die zich van
Buitenlandsch in deze Gemeente gevestigd hebben,
voor zoovere zij nog in oen der Klasse van de
Schutterjj vallen, om zich tusschen 15en Mei en le
Junij aaustaande, ter Secretarie dezer Gemeente voor
den Dienst der Schutterij to doen inschrijven, zullen
de tot ontvangst van hun aangifte te dier plaatse
speciaal worden gevaceerd gedurende des voormidd.igs
van 10 tot 12 ure. (Zon en Feestdagen uitgezonderd.)
Tot nirigt der belanghebbenden-dient:
Dat als Ingezetenen in deze worden beschouwd,
alle Nederlanders, in het Rijk hun gewoon verblijf
houdende, en allo Vreemdelingen in het Rijk woon
achtig, welke hun voornemen om zich aldaar te ves
tigen zullen hobben aan den dag gelegd.
Dat de aangifte tot Inschrijving in allo gevallen
voor de ingezetenen van den hierboven bedoelden ouder
dom behoeven gedaan te worden, ook dan zelfs
wanneer de belanghebbenden verm enen tot de vrij
gestelden of uitgestotenen tot den Schutterlijken Dienst
te bohooren, dat zij, die bevonden zullen worden zich
niet voor den len Junjj 1875 te hebben doen Inschrij
ven, door het Plaatselijk Bestuur ambtshalve worden
ingeschreven, en ter zake van hun verzuim in een
geldboete vervallen, terwijl dezelve daarenboven zon
der Loting zullen worden ingelijfd. En worden overigens
de Ingezetenen aangemaand om zich tijdig van een
Geboorte-Extract te voorzien, en zich alzoo van hun
juiste ouderdom te verzekeren, ten eindt de Inschrij
ving behoorlijk geschiede, en alzoo niet komen te
vervallen in de straffe bij de Wet bepaald.
Schagen den 25e Mei 1875.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. J. MULLER-
De Secretaris
DENIJS.
Burgemeester en Wethouders van Scbjgen:
Gelet op art. 228 der wet van 29 Junn 1851 (Staats
blad No 85.)
Gezien de art. 2 en 3 der wet van 8 November
1815 (Staatsblad No. 51.)
Brengen ter openbare kennis dat de termijn Toor
de indiening der vorderingen ten laste der gemeen
te over het dienstjaar 1874 op den laatsten Junij a
s. zal zijn verstreken.
Wordendo allo schuldeischers der gemeente mitsdien
aangemaand hunno vorderingen vóór het verstrijken
van den,aangewezen tormijn ton secretarie der gemeonto
in te leveren ten einde do nadecligo gevolgen van vor-
zuim in dezo niet te ondervinden.
Schagen don 25e Mei 1875.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. J. MULLER.
Do Se'crctnris
DENIJS.
Brundspuitdienst
Burgemeester en Wethouders van Schagen.
Gelet op art, 184 on volgendon van het policioroglo-
ir.cnt voor de/e gemeente.
Roepen op allen die vermeonen regt to hebben op
ontslag van de brandspuitdienst, hetzij weg-ns den
bereikt hebbenden leeftijd van 50 jaren het zij wegons
ligchaams gebreken of eene zwakke gezondheid om
uiterlijk binnen vijf dagen to rekenen van af 24 dezer
d;uirvau aangifto to doen ter plaatselijke secretarie
ouder inlevering van liunno ondorscheidingsteekens.
Zjj welke de aangifto verzuimen worden weder voer
een jaar ingedeeld.
Schagen 25e Mei 1875.
Burgomecstcr on Wethoudors voornoemd,
G. J. MULLER.
De Secretaris
DENIJS.
net Hoofd van hot Plaatselijk bestuur der gemeente
Gemoento Schagen, brengt bi) doze tor kennis van
do Ingezetonen dier Gomoento, dat het Kohier voor
do belasting op hot personeel dienstjaar 1874-1875
No. C op den 22o M.-i jl. door den Heer Provincalen
Inspecteur in de Provincie Noord-Holland is executoir
verklaard, on op heden aan den II >er Ontvanger der
Directe Belastingen binnen deze Gemeente ter invor
dering is tor hand gesteld.
Iodor Ingezeten die daarbij belang heeft, wordt al
zoo aangemaand om op de voldoening van zijnen aanslag
behoorlijk acht te geven, ten eindo allo gercgtelijke
vervolgingen wclko uit nalatigheid zonden voortvloeijcn,
te toekomen.
Schagen, den 25e Mei 1875.
liet Hoofd van hot Plaatselijk Bestuur voorn.
G. J. MULLER.
NATIONALE MILITIE.
Onderzoek van Verlofgangers to lande.
Burgemeester en Wethouders van Sehagen, bren
gen ter kennis van de in die gemeente verblijf-
houdende Verlofgangers der Militie te land, be-
hoorende tot de ligtingon 1371. 1872. 1873. 1874.
dat zij zullen hebben tegenwoordig to zjjn hij het
onderzoek hetwelk zal plaats hobben to Schagen op
Vrijdag dan Hen Junij aanstaando des voormiJdags
ten half twee uro voor het Raadhuis aldaar.
Wijders worden aan belanghebbenden in herinnering
gebragt de navolgendo bepalingen uit de Wet op de
Nationale Militie van 19 Augustus 1861 (Staatsblad
No. 72)
Art. 130, Het Crimineel Wetboek en het regle
ment van Krijgstucht voor het krijgsvolk te lande
zijn op de manschappen der Militie te land, die
'zich onder de wapenen bovinden, van toepassing en
met opzigt tot de verschillende gevallen van deser
tie op al de bij de militio to land ingeljjfden.
Die manschappen worden geacht onder de wapenen
te zijn
lo. zoolang zij zich bij hun corps bevinden
2o. gedurende den tijd, dien het in art. 138 be.
bedoeld onderzoek duurt
3o. in het algemeen, wanneer zij in uniform zijn
gekleed.
art. 140 De verlofganger verschijnt bjj het onder
zoek in uniform gekleed, en voorzien van de'kleeiing
en ui: rustingstukken, hem bij zijn vertrek met verlof
medegegeven, van zijn zakboekje ca van zijn verlof
pas.
Art. 141. Behoudens het bepaalde in art. 130 kan
een arrest van twee tor zes dagen, te ondergaan in
do naastbij gelegen provoost of het naastbij zijnde
huis vaa bewaring of arrest, door den militie-commis
saris worden opgelegd aan den verlofganger,
lo. die zonder geldige reden niet bij het onder
zoek verschijnt:
2o. die, daarbij verschenen zijnde, zonder geldige
reden, niet voorzien is van da in het voorgaand
artikel vermelde voorwerpen
wiens kletding- of uitrustingstukken, bij het onder
zoek niet in voldoenden staat worden bevonden
4o. die klecding- of uitrustingstukken, aan een
ander bohoorondo, als do zijne vertoont.
Art. 142 Is do verlofganger, wion krachtens het
voorgaand artikel arrest is opgelegd, bij het onderzoek
tegenwoordig, dan kon hij dadelijk onder verzekerd
geleide.ia arAst worden gebragt.
Is hij niet tegenwoordig on onderwerpt hij zich
niet aan do hem opgelegde straf, dan wordt hij, op
schriftelijke aanvrage van den militie-commissaris, to
rigten a in den burgemeester der woonplaats van dien
verlofganger, aangehouden en ond r verzekerd golei-
do naar de naastbij gelegen provoost of het naastbij
zijnde huis van bewaring of arrest overgobragt.
Art. 143. Onverminderd de straf, in art. 141 vermeld,
is do verlofganger verpligt, op den daartoe door den
militie-commissaris to bepalen tijd en plaats, en op do
in art. 140 voorgcschrovon wjjzc, voor hem te verschij
nen om to worden ondorzocht.
Art. 144. Do verlofganger, die zich bij herhaling
schuldig maakt aan het feit, sub. 4o van art. 141 be
doeld, of niet overeenkomstig art. 143 voor den mii
litio-commissaris verschijnt, of, aldaar verschenon zijnde
in het gival verkeert, sub 2o. en. 3o. van art. 141
vermeld, wordt onder de wapenen geroepen en van drio
tot zes maanden gehouden.
Art. 145. De verlofgangor dor militio, die niet vol
doet aan eene oproeping voor do werkelijke dienst,
wordt nis deserteur behandeld.
Burgemeester en Wethouders voornoemd, verma
nen allen wio dit aangaat om, door in achtneming
van hunne verpligtingen, zich voor onaangenaamheden
on straffen te vrijwaren.
Schagen den 25 Mei 1875.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. J. MULLER.
De Secretaris,
DENIJS-
Men zou ons vorig hoofdstuk slecht begrepen
hebben, zoo men Abdera ver weg zoebt. Ons
verhaal drukt ouze groote bezorgdheid uit, dat
zoo de algemetne verkiezingen dezelfde leden in de
nieuwe Kamer terug brengen, de oorzaak van de
klacht der verlamming en werkeloosheid zal blijven
bestaan, //et gaat toch in de ATaioer als in ons
verhaalterwijl de doctors babbelen en disputeren
gaat de tijd om te handelen voorbij. Maar wij
protesteieu tegea eene zoo algcineeue opvatting
van ons verhaal, volgens welke elke herkiezing,
onraadzaam zon zijn. Er zijn onder de thans
uitvallende leden zeer zeker hoogst bekwame man
nen, op wie de schuld der verwarring niet mag
gelegd worden. Daaronder tellen wij in de eerste
plaats den vertegenwoordiger van ons district, den
heer de Zfruijn Kops. Met groot genoegen namen wij
dan ook kennis van zijne candidatuur eu onder
steunen die met alle kracht.
In een district als het ouze, waarin alleeu naauwe
aaneensluiting den waarborg geven kan, dat de
openvallende plaats niet door een tegenstander
van het openbaar ouderwijs zal warden ingenomen,
zou het onzinnig zijn van liberale zijde een andereu
naam le noemen. Wij kunnen er niet genoeg op
wijzen, dat bij de minste versnippering van stem
men, bij de geriugste verslapping in de opkomst
der kiezers aan de tegenpartij op staatkundig
gebied de overwinning gelateu wordt. De heer
de Aruijn Kops is zoo niet onze eerste, toch
zeker een onzer eerste staathuishoudkundigen eu
zijne adviezen in de Aamer kenmerken zich steeds
door hunne helderheid en wetenschappelijkheid.
Z/ierdoor reeds onderscheidt hij zich gunstig
boven velen zijner ambtgenooten. Stellige weten
schap ontbreekt aan het grootste gedeelte onzer
kauierlieden en slechts bij zeer enkelen valt het
zamen dat zij niet alleen deze bezitten maar ook
de vaaudragers dier wetenschap zijn. De Aruin
Kops is teu man van gezag, in den goeden zin
des woords, hij is een man van wetenschap, wiens
wooraen niet gemakkelijk ter zrde kunnen worden
gezet. Daarbij behoort bij niet tot den kliek der
liberalen, waarop ons vori^ hoofdartikel doelde.