21SEPTEMBKK.
Ao 1877.
No. 10M.
Algemeen Nieuws Advertentie- Landbouwblad.
Tijdsbeschoiiwingen.
De oorlog.
21ste Jaargang.
DENIJS.
Dit blad verschijnt op Woensdag avonddoch wordt
met een bijvoegsel bevattende het jongste Schager
marktberigtden volgenden avond verzonden aan hen
die zulks verlangen. Brieven franco aan de uitgeefster
Abonnementen op dit blad worden door alle
Paus per jaar 8.Franco per post 8.60,
Afzonderlijke nummers f 0.0 71
ADVBRTBNTiëü van een tot vijf regels f 0,75; iedere
rege.l meerder /"0,15. Oroote letters naar plaatsruimte.
Naar volksheil zouder deugd te dingen
Is arbeid aan een rota te bièu.
Postdirecteuren en Boekhandelaren aangenomen.
BM»I,3ISC:
Ter Secretarie van Schagen ztjn in
lichtingen te bekomen betrekkelijk vijf
tnelkschapen, met touwtjes om den nek
gemerkt: een met een Ftakkel en en
met een gaatje in het linkeroor, se
dert 14 dagen in deze gemeente ver-
blij vende.
GEVONDEN.
Een witte vrouwezak,
waarin:
zakdoek- mesje en porte-monnaie.
De eigenaresse kan zich ter terugbekoming aan
melden ter Secretarie van Schagen,
Burgemeester en Wethouders der Gemeente Scha.
gen.
Brengen naar aanleiding van art. 203, alinea 8
der Wet van 29 Junij 1851, (staatsblad No. 85)
ter openbare kennis, dat de Begrooting der plaatse
lijke inkomsten en uitgaven voor 1878, zoo als zij
aan den Raad der gemeente is aangeboden, op de
Secretarie der gemeente voor een ieder ter leziug
is nedergelegd en dat een ieder daarvan, tegen be
taling der kosten, een afschrift zal kunnen bekomeD.
Schagen den 22 September 1877.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Burgemeester
G. J. MULLER
De Secretaris.
Republikeinsche partij in Frankrijk.
Wie Göihe's, Hermanen Dorothea heeft gelezen
zal zich gewis ook herinneren de schoone bladzijde^
waarop hij de verrukking teekende, die alle gemoe
deren, van welke rigting ook, aangreep bij de
eerste tijdingen der fransohe groote staatsomwen
teling. Men zag een volk in weelde en slavernij
verloren, onverwachts tot een nieuw vrij leven
ontwaken. Op Frankrijk hadden alle volken der
aarde een hoopvol oog gevestigd. Zelfs de latere
zoo hevige antirevolutionaire redenaar Burke was
in den beginne niets dan verrukking. Een vroom
deensch staatsman dankte God met gebogen knieen,
dat hij een tijdsgewrocht mocht beleven waarin
twee goddelijke openbaringen, de wijsbegeerte van
Kant en de fransche omwenteling haar licht over
de wereld verspreidden. Ook de orthodoxe dichter
Klopstock wijdde der omwenteling een ode vol
opgetogenheid. Met eene dergelijke geestdrift volle
stemming kunnen thans allen, van welke rigting
ook, de matige houding der groote republikeinsche
staatspartij gadeslaan.
Het is alsof er een wonder gebeurd is. Het
ontstuimigste en liglst bewogen volk der aarde neemt
een kalme en rustige houding aan. Eene reacti
onaire regeering moge dat volk plagen, sarren en
uittarten, het blijft altijd even waardig kalm.
Terwijl de president der republiek in een onzinoig
manifest zich niet ontziet in scheldwoorden loste-
barsten, blijft de jeugdige vurige leider der de
mocratie kalm en bedaard. Een slaafsche regtbank
moge Gambetta veroordeelen, voor de regtbaük der
geschiedenis zal hij worden vrij gesproken en Mac
Mahon veroordeeld. Welke fouten ook der repu
blikeinsche partij in vroegeren tijd mogten aange-
k'eefd hebben, op het oogenbiik is hare houding
boven allen lof verheven. lederen dag stelt haar
goed regt tegenover een onverstandig krijgsman
in het licht. De republikeinsche partij voelt dat
zij ditmaal kampt voor de heiligste regten van
het volk, voor de vrijheid van godsdienst en ge
weten, voor de veiligheid van leven en eigendom
van alle ingezetenen. Achter den president staat een
brutaal militarismus en priester-heerschappij, achter
de republikeiosche partij alles wat op de zegepraal
van regt en vrijheid hoo| t.
De uitslag van den strijd kan niet twijfelachtig zijn.
Maar de fransclK liberalen moeten gevoelen, dat
zij niet alleen staan. De non-interventie geldt allee n
voor de regeeringen, de naburige volken moete n
door de organen der openbare tneenigen van hunne
sij.npaihie doen blijken, want de zaak des franschen
volks is die op het oogenbiik van alle volken.
De president van de voormalige
transvaalsche republiek. Sommige Zuid
afrikaansche dagbladen nemen het gedrag van den
gewezen president Burgets, in bescherming, indien
het echter waar is dat hij van bet engelsche gou
vernement een pensioen geniet van f 10000 's jaars
dan kan alleen schandelijke partijzucht hem vrij
spreken.
Ook zonder dat hij direct verraad gepleegd hebbe
is zulk een aanneming van een geschenk uit de
h>nd van een overweldiger, een staats-misdaad
waaraan in het oog van alle weldcnkenden een altijd
durende eerloosheid moet verknocht zijn. Maar zelfs
al hebbe hij niet zulk een pensioen bedongen of
aangenomen, zeker is het dat zijn zoetsappig
aftreden een aller ongelukkigst verschijnsel is.
Wie ambtenaar is moet op zijn post weten te
sterven, slechts dan als hij door de wettige macht
is ontslagen mag hij heen gaan. Hoeveel te meer
moest dit het geval zijn, bij een man als Burgers,
die zich al de airs van een grooten staatshervormer
gaf, waarlijk men bewijst het volk al een zeer
slechte dienst, indien men eenige baatzucht, eeltige
lafhartigheid bij een regeerings man in bescherming
neemt.
Wat zal er in nood van ons vaderland worden,
indien men het volk stellingen leert als de vol
gende: «buk u niet alleen voor de overmagt maar
zoek ook bij bet onderhandelen met die overmagt
voor u zeiven zooveel mogelijk geldelijke voordee-
len te bedingen? Er is voorzeker geen erger leil
in een man van karakter te denken dan dat hij een
overweldiger met vriendelijkheid in een op eigen
winst berekend gewaad ontvangt. En wie kan den
president Burgers van die vlek geheel vrij pleiten?
Het ministerie Heemskerk. Naar
alle geruchten zal dit ministerie eerdaags aftreden
het zal een goeden loffelijken naam nalaten. Gedu
rende drie jaren heeft het zich staande gehouden
en tal van wetten tot stand gebragl, schoon be.
houdend vau aard heeft het in vrijgevigen zin ge.
regeerd. Met uitzondering van de ministeries Tbor.
becke hebben wij na 1848 geen vaster ministerie
gehad eu dat zegt veel.
Moge het liberale ministerie dat nu zal optreden
zijn voorganger in verscheidene opzigten tot voorbeeld
nemen, maar vooral daarin dat bij de zamenstelling
niet alleen op de politieke kleur, maar hoofdzake
lijk op erkende capaciteiten worde gelet; want het
aftredend ministerie bestond uit bekwame minnen.
Daarin lag zijn kracht.
Niets grilliger dan de fortuin. Toen wij voor 14
dagen ons wekelijksch overzicht ter nederschreven,
toen scheen 't of eindelijk aan de ellende der Rus
sen in Bulgarijë een einde was gekomen en de lijd
der victorie aangebroken. Wel werd bet sensatie-
beurs— bericht der inname van Plewna terstond
gelogenstraft, maar de Russen hadden bij die on
derneming aanvankelijk zooveel succes, dat men
verwachten mocht Plewna's val binnen korten lijd
verwezenlijkt te zien. En zoo de handen ter rech
terzijde ruim gekregen hebbende, zoude 't hen
mogelijk zijn, door versterking van 'l leger van den
kroonprins links, zich van Meheroed Ali Pacha's
al lastiger wordende naLijheid te ontslaan. Hoe
heerlijk vertoonde zich de toekomstOns dunkt de
aanepz'ckteu der in den laatsten tijd moedeloos ge-
werdene soldalen straalden weder als op den dag
toen zij aan de overzijde van de Donau voor 't
eerst Bulgarijës boden betraden. En zie, wat is er
heden na niet meer dan 14 dagen van al
die heerlijkheid? Nu ja 't Russiesch-Rumeensche
'eger ligt nog voor Plewna, maar dc pestwalm der
lijkrn, rottende op 'l slagveld, hangt als een nevel
er boven en verspreidt een aller verschrikkelijkaten
slank, die het leven der overgeblevene bedreigt;
de sterkten en redouten tot wier vermeestering dui
zenden hun leven lieten zijn voor een deel weder
in handen des vijtnds; die vijnnd tergt hen door
zijn kalme onverschrokkenheid en antwoordt met
een honend zwijgen op den donder der kanonnen
wasrin Rusland zijn machtelooze toorn en gramschap
lucht; de Russiesche soldaat heeft 't hoofd wederom
moedeloos op de borst laten terugvallen en al spelen
de muzjjkkorpsen en schetteren de trompetten, 't z rx
de vreugdegalmen van koperen longen; geen jubel
die losbreekt uit menschelijke borst.
Zoo is de toestand voor Plewna. Werkeloosheid
en moedeloosheid. Eene hoop flikkert nog. De
versterkingen die in aantocht zijn. Maar van links
wordtn niet minder gretige blikken in die richting
geworpen en de vrees is niet ongegrond, dat het
getal troepen, die ter versterking in aantocht zijn,
niet groot genoeg zal wezen, althans in de eerste
weken niet, om degelijk en afJoende zoowel het
leger van den kroonprins als de legermacht voor
Plewna te kunnen versterken. Ook schijnt'l voort
rukken der reserve troepen uit Rusland uiterst
langzaam to gaan en openbaart zich ook hier de
verwarring die in alle takken der Russiesche leger
administratie heerscht. Men behoeft waarlijk de
Russiesche toestanden met geen al te donker oog
te bezien, om de vrees uittespreken, dat de hoop,
die zich bazeert op de verwacht wordende verster.
kingen, wel eens, even goed als elke vroegere kon
worden teleurgesteld.
De toestand, waarin het leger van den kroon,
prins verkeert, wordt met den dag ellendiger. Me-
heined Ali maakt den kriug dagelijks nauwer, die
hij halve uiaans gewijze om dat leger begonnen is te
trekken. En kenmerkten zijne bewegingen zich aan
vankelijk door een zekere aarzeling, van 't oogen
biik af dat zijn linkervleugel den steun gevoelt,
die hij in Hassan Pacba gekregen heeft, treedt hij
op den rechtervleugel en in 't centrum stoutmoediger
op. De slag dien hij op den 19 begonnen is en
die op den twintigste werd voortgezet en waarbij
't om 't bezit van Bjela te doen is levert daarvoor
't bewijs. Dc uitslag vau dien strijd is nog niet
bekend, maar wat er aanvankelijk vin werd mede
gedeeld was niet in *t voordeel der Russen. Het
bericht voort», dat echter nog bevestiging verdient,
als was men voornemens 't Russiesche hoofdkwar
tier naar Sistova te verleggen, geeft zeker geooeg
te kennen dat de Russen 't ergste vreezen.
Ook in den Schip ka-pas werd weder bloedig
gevochten, maar daar was 't voordeel aan de zijde
der Russen. Beide de oorlog voerende partijëu
schijnen een punt te hebben, dat hun veel man.
schappen moet kosten. Is Plewna 't graf der Rus.
siesche armee, de Schipka-pas is 't voor de Tur-
sche armee en zag Rusland zijn dappersten voor
Plewna vallen, Turkiié verloor zijn beste krijgers
in den Schipka-pas. Niettegenstaande Suleiman-
Paeha wederom 't hoofd stootte, geeft hij echter
den moed niet op en berichtte hij naar Konstan-
tinopel dat hij vertrouwt binnen niet zeer langen
tijd den pas op de Russen heroverd te zullen heb
ben. Dat de Russen hier alle krachten inspannen
is begrijpelijk. Iudien 't toch den Turken gelukt
den pas te nemen, dan wordt de Russiesche armee
in een allermoeielijkste positie geplaatst, een positie
die wel eens haar ondergang ten gevolge kon heb
ben.
Dat onder dit alles de geest der troepen in 't
Russiesche leger er niet beter op wordt, laat zich
beseffen. Burgarije ingedrongen in den waan steeds
te zullen zegevier*n, droomende van victorie en roem
is nederlaag op nederlaag hun deel. (leeft de Turksche
soldaat iets tastbaars, iets wezenlijks waarvoor bij
strijd: 't vaderland, den godsdienst; heeft deze iels