Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
OSDH
25 AUGUSTUS.
Ao. I87S. 22slc Jaargang.
Aio. 11J2.
Bekendmaking.
E.enc gevaarlijke l>e aling
in de nieuwe wet op het
onderwijs.
SCIIAGE
Dn blad verschijnt twee maal per week: IFoens-
dag- en Zaturdaq avond. Bij inzending tot 's mid
dags 12 ure worden advertentiën in bet eerstuitko-
mend No. geplaatst, ingezonden stukken een dag vroeger.
Abonnementen op dit blad worden door alle
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.6o:
Afzonderlijke nummers f 0.07j.
Advertentiën van een tot vijf regels fo 75iedere
regel meer ƒ0.15. Groote letters naar plaatsruimte.
Postdirecteuren en Boekhandelaren aangenomen.
Naar volksheil onder deugd te dingen,
Is arbeid aan een rots te biên.
I)e Burgemeester Tan Sckagen
Maakt bekend, dat van af Maandag
26 Augustus a 9. tot en met Dingsdag
den lOen September 1878, (de 7,0nda
gen uitgezonderd), des voormiddags
van 9 tot 12 ure, ter Secretarie der
gemeente kunnen worden afgehaald:
De voljaarspatenten voor het dienst
jaar I878[79; en
De patenten aangevraagd in den loop
van bet le kwartaal van da dienst-
jaar.
Wordende patentpligtigcn herinnerd
dat de afhaling persoonlijk moet ge
schieden.
Schagen23 Augustus 1878,
De Burgemeester voornoemd;
Cs. DE PATER, Weth.
keur worden. De verbods bepaling is zoo alge
meen mogelijk. Het bepaalt zich niet tot zijn
onderwijs, hij mag ook niets toelaten wat strij
dig is met den eerbied voor de godsdienstige
begrippen van anders denkenden. Indien b. v.
de onder zijn toezicht staande leerlingen verschil
krijgen over den godsdienst en de een het eene
of- andere spottend woord op biechten, vasten
of processies zich laat ontvallen dan zal hij
tusschenheiden moeten koinen op straffe van ge
schorst te worden. Het verbod bepaalt zich niet
tot de schooluren. Neen! niets in al zijn handel
en wandel mag hij doen wat met den bedoelden
eerbied in strijd is. Wanneer hij in een gezel-
ligen kring of in (Je sociëteit zich wat vrij uitlaat
over den Paus, de sijnode, het eene of andere
bijl telboek dan loopt hij gevaar onder het bereik
van dat artikel te komen.
r
Het woord pligtverzuim dat in het aangehaald
artikel 33 wordt gebezigd is zeer in het nadeel
van de onderwijzers gekozen. Wel is waar geldt
in strafzaken de regel: geep straf zonder uitdruk
kelijke wetsbepaling, maar bij ons wordt dat
steeds zoo toegepast dat de ligtere overtreding
de zwaardere van zelve insluit. Indien dus
pligtverzuim reeds strafbaar is hoeveel meer
dan directe overtreding? In sommige wettenen
verordeningen wordt alleen grof pligtverzuim
bedreigt met schorsing of ontslag, maar de on
derwijzer geraakt door elk pligtverzuim, in deze
Het tot stand komen der nieuwe wet op het
onderwijs was een zegepraal voor de liberale
partij, maar eene zegepraal die niet zonder (groot of gering onder het bereik der strafbepa-
groote offers werd verkregen. In de hitte des j ling. Deze bepaling wordt te bezwarender voor
strijds heeft men niet gelet op deze offers, wat de onderwijzers, daar de bevoegdheid om over-
inen de tegenpartij ook aanbood, van alles wendde tredingen te constateeren aan verscheidene per
zij het hoofd afkeerig af. Op zilveren en gouden sonen is toegekend die ze vroeger niet hadden
schalen, werd het vleesch van de uitgezochts te Terwijl vroeger alleen de leden der plaatselijke
lam meren en stieren naar het altaar van de schoolcommissies, de schoolopzieners en de in-
vertoornde Godheid, ter verzoening aangebiagt, specteurs het regt daartoe hadden, moeten de
inaar als een Jehova door zijn profeten sprak onderwijzers voortaan (zie art. 72 der nieuwe
zij: denkt gij dat ik lust heb in het bloed van wet) in eiken veld- en boschwachter, eiken
stieren en lammeren. De onderwijzers van de officier en onderofficier der marechaussee, eiken
openbare school waren de wezentlijke slagtoffers directeur en commissaris van policie, eiken wa-
van deze naar verzoening strevende gezindheid, i terschout, eiken burgemeester, eiken kantonreg-
De bepaling, die wij daarbij voorna mendij k ter, eiken ambtenaar van hel openbaar minis-
op het oog hebben is die van art. 33. Het terie, een vijand duchten, wiens procesverbaal
tweede lid van artikel 23 der oude wet luidde: hen met schorsing of ontslag bedreigt. Overal,
de onderwijzer onthoudt zich van iets te leeren, op school, op straat, in het koffijhuis zal elk
te doen of toe te laten wat strijdig is met den onderwijzer belagers van zijn levensrust ont-
eerbied, verschuldigd aan de godsdienstige be- moeten, levenslang blijft hij een speelbal van
grippen var. anders denkenden. Eene strafbepa- ministrieele willekeur. Voorzeker zoo lang een
ling op de overtreding van dat voorschrift kwam liberaal ministerie aan het bewind blijft zal er
in de wet niet voor. Thans luidt art. 33 der voor de onderwijzers weinig of geen bezwaar
nieuwe wet, de onderwijzer onthoudt zich van uit deze bepaling voortvloeijen, maar in geen
iets te leeren, te doen of toe te laten wat strij- rijk ter wereld blijft een partij eeuwig aan de
dig is met den eerbied verschuldigd aan de gods- regeering. Zoo zeker als de nacht op den dag
dienstige begrippen van anders denkenden. volgt, komt na de regeering van de eene partij
De onderwijzer, die zich in dat opzicht aan die van de andere eens aan het bestuur. En
pligtverzuim schuldig maakt, kan door Ons voor hoe zal het dan gaan, als wij eens een clericaal
hoogsteus een jaar en bij herhaling voor onbe- ministerie krijgen? Aan welk een willekeur
paalden tijd, in zijne bevoegdheid tot hel geven zullen dan de onderwijzers zijn blootgesteldMaar
van onderw ijs aan eene openbare school geschorst ook dan zelfs als een liberaal ministerie aan het
worden. roer blijft zal de bepaling toch tot ontzaggelijk
I en gevolge van deze bepaling hangt het veel ïnoeijelijkheden aanleiding geven. Het is
zwaard van Damocles aan eiken onderwijzer ee- een hoogst gevaarlijke zaak aan den Koning
ner openbare school lioven het hoofd, elk oogen- het hoogste regterlijke gezag in een kiesch geval
blik kan hij een speelbal van ministeriecle wille* j toetekennen. De koning, dat is zijn verantwoor
delijke minister zal in alle geval moeten oordee
len of de onderwijzer den eerbied voor de gods
dienstige begrippen al dan niet heeft geschonden.
Hij zal dus opperste regter in een gewetenszaak
moeten zijn. In den regel zal geen enkele gods
dienstige partij vrede hebben met zijn beslissing-
De wetgever heelt dus de overgroote fout be
gaan van het koninklijk gezag te betrekken in
den strijd der godsdienstige meeningen. Zag men
dan niet in dat men zoodoende twee eeuwen
achteruitging? Een van twee, de bepaling zal
een doode letter blijven, in dat geval is zij
nutteloos of zij zal in strengheid worden toege
past en dan zal zij een bron van moeijelijkheden
zijn. Dus nog eens onze wetgever heeft aan de
kerkelijke partijen een offer gebragt, waarop deze
geen recht hadden en dat deze ook niet eens
eischten. Het doel van den wetgever was loffelijk,
hij wilde verdraagzaamheid op alle openbare
scholen, maar hij streefde zijn doel voorbij, door de
uiting der onverdraagzaamheid strafbaar te ma
ken. Had onze minister van binnenlandsche
zaken bij de behandeling der wet niet te stijf
op zijn stuk gestaan, hij had bij de beraadslagingen
zelve kunnen merken op welk gevaarlijk terrein
hij zich met die bepaling had gewaagd, volgens
het gevoelen van de wederpartij werd toch
vaak aan den eerbied voor de begrippen van
andersdenkenden te kort gedaan door menig
woord, dat haar in schets ontviel, en even zoo
vielen sommige afgevaardigden, naar zijn ge
voelen in de zelfde fout. Maar hoe zullen nu
de arme onderwijzers dien strik, hun van eiken
kant door de omstandigheden gespannen, kunnen
ontgaan? Elk schertsend woord hun in gods
dienstzaken ontvallen kan hunne schorsing of
hun ontslag te weeg brengen. Zeiden wij dan
te veel toen wij de onderwijzers de slagtoflers
noemden, die aan de kerkelijke partijen werden
gebragt?
3-21/:21T3C3 1T
Tegen aanstaanden Maandag zijn de leden van
de atdeeling «Schagen. der Hollandsche Maat
schappij van Landbouw bij een geroepen,
wij kregen toevallig een convocatie billet in
handen oin onder anderen te beslissen over
de vraag: zal tot de op 20 September aanstaande
binnen Delft te houden algemeene vergadering
van bovengenoemde Maatschappij het verzoek
worden gerigt, oin in 1879 te Schagen de alg.
tentoonstelling te houden.
Dat die vraag bevestigend zal worden be
antwoord daaraan twijfelden wij geen enkel
oogenblik: het voorstel tot eene zoo gewigtige
zaak voor de gemeente, de eer om gelijk
gesteld te worden met de groote plaatsen van
Noord- en Zuid Holland, nog daargelaten de
finanlieele voordeelenkan niet verworpen
worden.
Wij zullen dus de leden niet behoeven aan
te sporen tot eene trouwe opkomst, een ieder
zal begrijpen, dat het voor de eer der afdeeling
weuscbelijk is, dat gezegd voorstel met algemeene
stemmen worde aangenomen.
Aan de harddraverij te I'urmerend namen
16 paarden deel. De schimmel »Rosa,« van J.
isser te Barendrecht behaalde den prijs f 25o.
De eerste premie f 100,werd liehaald door