Gemengde berichten.
De erfgenaam van Hornegg.
misdaad; geene nieuwe dictatuur maar eene
regeering door het volk.
In zijn measure for measure laat Shakespere
den vorst van Weenen zijn gezag overdragen aan
een plaatsvervanger. Ook deze acht zich voor
de nieuwe rol niet bekwaam en de handhaving
der wet vertrouwt hij niet zich zeiven inaar een
ander toe. De plaatsvervanger en de geheele stad
weet niet beter dan dat de vorst zich verwijderd
heeft, maar wel verre van daar beweegt hij zich
onbekend tusschen het'volk, om met eigen oogen
den toestand te leeren kennen. Wij lazen dat
de Czaar onder sterk geleide Petersburg verlaten
had. Hoe zou het wezen, zoo die verwijdering
eene misleiding was geweest, en Alexander
Czaar Peter hield er immers ook wel van
de behoefte van zijn volk wilde vernemen van
de lippen zijns volks? Het zou eene verklaring
zijn van zijn gedrag en voor de toekomst meer
belooven dan Gurko's schrikbewind.
De heer G. Bolhoofdonderwijzer te
Schagerbrug, staat op het drietal voor hoofdon
derwijzer aan eene der openbare tusschenscholen
Amsterdam.
Bij de Ned. Herv. kerk te Koedijk, is he
roepen de heer J. J. Tenthotf, pred. te Herkingen.
Zijn de visschers te Scharwoude over het
algemeen klaagzaam, een hunner werd dezer
dagen zeer verrast wijl een groote steur in de
netten werd opgehaald.
Jammer echter dat de man niet beter met den
prijs bekend was; hij verkocht het beest voor
f 9.de kooper maakte er terstond f 80.
voor.
Als met ieder koud voorjaar, rigt ook
thans, de ritworm ('t zoogenaamde gebit) in
den polder Waard en Groet groote verwoestingen
aan. Geheele velden tarwe zijn totaal verloren,
zoodat vele landbouwers besluiten, die velden
weder om te ploegen om er nog wat anders in
te kunnen zaaijen.
Ook zijn er velden waar het gewas bij plek
ken wordt uitgevreten, daar laten de landbouwers
het goede gedeelte staan, en zaaijen alleen op
die plekken opnieuw, op deze wijze kan de
opbrengst nog goed worden. Weilanden, zoowel
gras als klavervelden staan groen, meer niet,
zoodat er nog geen sprake van kan zijn, het
vee uit te jagen.
Dat de tegenwoordige kaasprijzen, niet
geheel en al aan de tijdsomstandigheden zijn
toe te schrijven, maar het ook aan de kwaliteit
ligt, kan hieruit blijken, dat er in de vorige
week boeren waren, welke f 22.voor hunne
kaas maakten, terwijl anderen zich inetfia.—
moesten vergenoegen.
Men is op de steenfabriek te Groetpolder
nabij Kolhorn, weder druk in de weer. Duizenden
steenen worden dagelijks machinaal gevormd.
Beantwoordden een paar eerste bakken niet aan
de verwachting, de steen in het overige jaar
gebakken is van goede kwaliteit en vindt gere
delijk aftrek. Daar vele arbeiders op de steen
fabriek werk vinden en goed loon kunnen verdie
nen, zoo is het voor Kolhorn gelukkig, dat het
inet de zaak naar wensch gaat.
XXXIX.
„Gij vergist u, TIeinrich, indien gij meent, dat ik
mot eenig ander doel tot n kom, dan om n iets mede
te deelen, vrat ik mij verplicht achtte n niet te ont
hoaden en u om uwen raad te vragen. Ik houd het er
voor, het is eene gewiehtige gewetensvraag, die zich
hier aan ons opdringt. Zullen wij denasporingen van
dokter Bitter begunstigen, of zullen wij het niet doen?1
De ambtman antwoordde niet. Hij ging voort, ter
wijl hij zijnen broeder den rug toekeerde, met in het
duister te staren.
„Het is begOD de fabrikant weder, „eene zware
en moeielijke taak, welke dokter Ritter op zich ge
nomen heeftwij kunnen ook veronderstellen, dat
hem van zekere zijde gevaarlijke belemmeringen in
den weg znllen worden gelegd, indien er iets van
zijne pogingen uitlekt. Maar wij mogen ons zei ven
niet verhelen, dat het doel van zijne pogingen edel
en schoon ishij wil een groot onrecht, dat gepleegd
is, herstellen, hij wil aan een vader zijnen zoon te
ruggeven
„Geloof gij, dat dat de diepste grond van die „ridder
lijke' handelwijze is viel de ambtman in, op een
snrkastischen toon.
„Welke andere bedoeling zou hij kunnen koeste
ren
„Het beste zou zijn, dat hij volstrekt geene bedoe
lingen had, om zich met de zaken van den vorst te
bemoeien, die hem om geheel andere redenen vol
vertrouwen den toegang tot zijn huis heeft geopend.
Maar, gij weet even goed, als de geheele weieldhet
weet, wanneer er een andere erfgenaam is gevonden
voor Hornegg dan prins Emile, dan bestaat er geene
enkele reden meer, dat de gravin Steinburg dat jonge
Men wil een spoorweg binnen Parijs
aanleggen. De hoofdlijn zou de Bastille in ver
binding brengen met het Bois de Boulogne en
langs of(nabij den Tuin der Tuilerien, de Champs
Elvsées, het Trocadero, enz., loopen. Eene tweede
lijn zou uitgaan van de Bastdle naar het Tro
cadero met overspanning van de Seine, om de
kaden en boulevards aan den linker oever der
rivier te bereikeu. Een derde lijn zou de stations
der oostelijke, noordelijke en westelijke spoor
wegen met elkaar verbinden. De lijnen zouden
meerendeels onder den grond loopen. De geza-
inelijke kosten worden geraamd op 100 millioen.
De Zwitsersche couranten deelen de volgende
gebeurtenis mee, die in een huisgezin te l'ster
voorviel. Het gezin had een prachtige volière,
met zeldzame vreemde vogels. Eenige dagen nadat
het eene nieuwe zending vogels uit Pesth had
ontvangen, werden vierder huisgenooten ernstig
ziek weldra bleek dat men met de zoogenaamde
Egyptische longtyphus te doen had en de ziekte
aangebracht moest zijn door de Hongaarsche
vogels. Een blikslager, die iets aan de kooi had
gerepareerd overleed aan dezelfde kwaal, terwijl
een buurman en diens vrouw, die eenige der
nieuw aangekomen vogels in hun huis hadden
genomen eveneens door typhus werden aangetast.
Si en heeft terstond alle maatregelen genomen.
De kooi en de vogels werden gedesinfecteerd,
het huis onder toezicht geplaatst.
Eene merkwaardige Friesche koe. Bij
gelegenheid dat in de provincie Groningen dezer
dagen werd gediscussieerd over de wenschelijkheid
van deelneming aan het rundveestamboek, werd
medegedeeld het volgende nopens eene koe van
den veehouder Joh. De vries te Baard in Fries
land, die in het Stamboek voorkomt onder den
naam van Koningin sub.110. 197, Inlandschc
koeijen. De koe was hoog bij het kruis 156 cM.
op de scholft ook i56 cM. en breed over het
kruis 65 cM. De koe had geen goeden melk
spiegel, en daarom zou ze eerst niet in het
Stamboek worden opgenomen. De Vries beweerde
echter, dat de koe twee maanden lang altijd
4o liter per dag gaf, en dat dan de melk wat
minder werd. Men nam nu zelf de p-oef, en
De Vries kreeg gelijk. De koe werd opgenomen.
Zij werd verkocht in Maart 1878 voor f 700,
met bestemming voor de tentoonstelling te Parijs.
Daar werd zij bekroond, liet kalf, dat ze bij
zich droeg, was voor de geboorte reeds verkocht
voor f 200. Ook door deze koe heeft de theorie
van den inelkspiegel veel van hare waarde
verloren.
Er is - zegt. de redakteur van Sieboldia
al heel wat geschreven, gezongen en gedeklameerd
over de liefdelijkheden der lente.
»De strenge winter vlugt, zoodra de lente
met haar zachten adem alles wat daar sluimert
en rust in de natuur opwekt en tot een nieuw
krachtvol leven aanspoort.»
Wel zeker; als we dit in den winter lezen,
gelooven wij dat het zoo wezen zal; lezen wij
het in den zomer, dan maken we ons zeiven
wijs dat het zoo geweest is; maar als we zul
ke phrases in de lento onder de oogen krijgen
zouden we veel lust hebben hem, die het schreef
met het hoek om de ooren te slaan.
Gewis, onze lente bezit alle elementen, die
noodig zijn om een geheel te vormen, dat, zoo
het al, naar de opvatting der kunstenaars, het
schoonheidsgevoel niet volkomen kan bevredigen,
er toch geheel en al op berekend schijnt om
onze zinnen te streden, zooals dit op geen an
dere wijze mogelijk is; om ons te verkwikken
na een langen, somberen winter; ons bloed een
mensch huwt en zoo ontstaat dan do mogelijkheid,
dat zij een man trouwt, die zich zoo vordienstehjk
heeft gemaakt voor hot vorstelijk huis. dat het hem
titels, stand, adel, ridderorden moot verschaffen, zoo
veel hij maar wil.'
„Het eigenbelang' antwoordde Fiiedrich Hagon,
„is nu eens vooral do drijfveer van alle handelingen
der menschen. Maar kunt dj van een mensch be.
geeren, dat hij goede en edele bedoelingen zal nala
ten, indien met het bereiken dier bedoelingen voor
hem zeiven voordeel verbonden is?'
„Neen maar hij verliest dan een deel zijner
aanspraken op onze sympathie*
„Gij zijt er dus tegen, dat ik hem een aanbeve
lingsbrief aan onze nicht Ada geef.'
De ambtman antwoordde wederom eene poos niet.
Toen zich onkeerende en langzaam aan zijnen kant
van de lange tafel op en Dedergaande door de kamer,
zeide hij
„Doe wat gij wilt en draag alleen de verantwoor
delijkheid voor hetgeen gij in de zaak doet; ik heb
geen lust, u die te helpen dragen.'
„Dat antwoord waarmede gij mij afscheept, klinkt
niet zeer broederlijk.'
„Verdient gij een ander antwoord? Uw eigen ge
weten zal u zeggen neen
„Mijn geweten Ik wist niet, dat het in eenig ver
band staat met deze zaak.'
De ambtman Hagen wierp van onder zijne bor
stelige witte wenkbrauwen een eigenaardigen, vijan-
digen blik op zijnen broeder.
„Ik vrees', zeide bij toen hard en scherp, „dat
het in zeer nauw verband staat met deze
zaak.'
„Mijn geweten En wat heb ik dan voor schuld
daaraan
„Komt het u volstrekt niet in den sin, hoe gij
sneller gang te geven, onzen blik te verruimen
ons hoofd te verhelderen, ons vatbaar te ma
ken voor de liefelijkste gewaarwordingen
Maar bet is in onze lente als met een schoone,
die, hij tal van liefelijke eigenschappen, ook nog
•een hum eurtje» heeft, en er, hetzij uit co-
quetterie of juit plaagzucht, of de hemel weet
waarom nog meer, gewoonlijk pleizier in heeft,
dit »te toonen» terwijl wij hunkeren naar een
vriendelijk woord, een innemenden glimlach,
een warmen handdruk; terwijl we branden van
ongeduld haar te omhelzen, en smachten naar
een kus van haar reine, maar al te speelzieke
lippen.
Dit Lunteren wordt ons gemeld, dat er
gisteren middag een boschbrand, die zich zeer
dreigend liet aanzien, in de nabijheid van het
dorp was uitgebroken. Door groote inspanning
is het echter gelukt den brand meester te worden.
De oorzaak is onbekend.
Te Sas van Gent is een vroegere bediende
der bloemfahriek van den heer J. Verschaffel
betrapt, even nadat hij door een der ramen de
fabriek was binnengedrongen en er 12 kg. bloem
had ontvreemd.
Hij is onmiddelijk in verzekerde bewaring
gebracht, doch heeft zich een uur na zijne ar
restatie door ophanging aan een zijner kouse
banden van het leven beroofd. Hij laat een
vrouw en 5 kinderen na.
Blijkens berichten uit Zanzibar, van 5
April jl. was de beroemde Afrika-reiziger Stanley
in gezelschap van een Belgischen officier, den
heer Dutalis, aan boord van de Albion, op hef
eiland aangekomen. Hij had een onderhoud met
den Sulan, aan wien hij door den consul der V.S»
van Amerika was voorgesteld. Naar het schijnt
zal Stanley als-leider en tolk der onder bescher
ming van den Koning van Belgie uitgezondene
nieu we exqeditie werkzaam zijn, terwijl als hootd
der exqeditie de heer Dutalis optreedt. Of in
de eerste plaats de, rivieren aan de oostkust,
misschien de Lugigi, Dona en Jaba' zullen on
derzocht worden, dan wel de Congo, scheen nog
onbeslist. Men zeide, dat de inboorlingen zei ven
een weg aanlegden tusschen de kust en het
noordelijke einde van het Nyaffameer, als zijtak
van den zoogenaainden Mackinonweg.
Te Assen heeft men eene windhoos waar
genomen, waardoor o. a. waschgoed op verren
afstand werd weggevoerd, waarvan eenige stuk
ken niet terecht kwamen. Overigens schijnt dat
er geene onheilen hebben plaats gehad.
Het slachtmasker, dat voor eenige jaren
tot het dooden van vee werd aanbevolen, heeft
naar men uit Bazel schrij ft, daar plaats gemaakt
voor een »schietmasker.« Dit bestaat uit een
lederen kap, dat het te dooden dier over den
kop gegespt wordt en een korten geweerloop,
welke gemakkelijk aan het masker wordt be
vestigd, dat dan op de groote hersenen gericht
wordt.
Daarin schuift men een patroon, welke door
een lichten slag afgaat, zoodat de puntkogel in
de hersenen tot aan den zesden of zevenden
halswervel doordringt en het dier terstond dood
neervalt. In Aarau is het gebruik van dezen
toestel reeds bij de wet voorgeschreven, en in
Zurich en Bazel door tal van slagers ingevoerd.
Onder den titel »Een philanthroop" geeft
het Paleis van Justitie het volgende niet onver
makelijk verslag van een dezer dagen te Am
sterdam behandelde rechtzaak.
Een schoenmaker, die aan den sukkel was
daaraan schuldig kunt zijn - ja, hoe gij ten slotte
alleen de schuld draagt, indien Arnold voor de ver
zoeking bezweek, toen deze tot hom kwam en hem
wellicht de bereiking zijner eerzuchtige bedoelingen
toonde, waartoe de eerlijke) weg hem was afgesneden
dank zij u 1*
Friedrich Hagen zag ontsteld zijn broeder aan.
„Wat voor combinatie denkt gij u thans, in 's
hemels naam riep hij uit.
„Daartoe behoef ik zulk eene groote gave van
combineeren niet. Arnold voedde het verlangen zich
in eene of andere groote stad te vestigen, zonder
voor zich en zijne vrouw een tijd van ontbering in
het Terschiet te hebbenzoo lang hij daar nog
onbekend en zorder praktijk zijn zou hij zoude
die begeerte hebben kunnen vervullen, indien zijn
oudoom, wiens petekind hij was, stierf en hem de
som van 2000 thalers vermaakte Hij zelf had zich
reeds 1000 thaler of daaromtrent bespaard met
zulk een vermogen kon hij het wagen om de ver
huizing te ondernemen en een of twee jaren in de
residentie te wonen, zonder practijk van beteekenis.
Nog voor hij daartoe de voorbereidselen had kunnen
maken waart gij bij de haod, om hem van dat
kleine vermogen te bevrijden Hij moest het afgeven
tot op den laatsten cent Ondanks zijn sarkastisch
en gesloten karakter, was hjj goedhartig en goedgeefs
en nooit in staat om een verzoek af te slaan. Wie
hem om zijn geld vroeg, die bezat het.Zoo kwaamt
gij en vroezt er om en ontnaamt het hem. Gij wildet
u daarmede een aandeel koopen in de fabriek, uw
doel bereiken om deelgenoot in de zaak te worden.
Nu ja, deelgenoot zijt ge geworden, aanvankelijk
voor een zeer klein aandeel, toen met een grooter
en grooter tot op dit oogenblik, nu de andere deel
nemers langzamerhaud door u zijn uitgekocht en
door u op straat zijn gezet. Maar Arnold, onze broe-