fJSE- Hede 11 **^sj Burgerlijke Stand der gemeente Schagen ALLERLEI. M a rk tberichten Aclvcrtcntien. p. m. 770 ellen SLOOT- YVEiïK, in twee percceien. R BIJPOST, Dijkgbaaf. ligt de »Alberdina," weder in lossing voor de stoomzagerij de Hij verheid, aan 't ZAüD. Blaauboer cn C0. In het jaar onzes Heeren 1879 heeft op Jen ■-den Mei Zijn Doorluchtige Hoogwaardigheid Petrus Matthias Snickers, bisschop van Haarlem den eersten steen gelegd van deze kerk gewijd aan O. L. V. van den Heiligen Rozenkrans." Terwijl de oorkonde in den steen werd besloten hield de bisschop met den stoet den rondgang tot inzegening van de bouwwerken, waarna de gebruikelijke ceremoniën volgden, en hiermede was de plechtigheid afgeloopeo. Te Parijs is een koorddanser overleden, die algemeen bekend was onder den naam van «Père Pigeon"; in werkelijkheid heette hij Auguste Fulbert Louis, chevalier de Baslard. Bij zijn meerderjarigheid bezat hij een fortuin van ruim 400-000 ^rs- die htj in korten tijd met reizen en uitspattingen verspeelde. Te Parijs teruggekeetd, daalde hij van stap tot stap op de maatschappelijke ladderen hij stierf op straat, onder het verrichten van toeren op het koord bij de pont-d'Austerlitz. Hij werd naar zijn woning gebracht te Montrouge; daar vond men onder den vloer niet minder dan 4^000 frs. inet een olografisch testament waarbij de over ledene zijn geheel fortuin vermaakte aan een zijner vroegere patroons. Ingeschreven van 6 tot en met 8 Mei 1879. GeborenGeene OndertrouwdGeene Gehuwd: Geene OverledenAdriana Maria Schuurman, oud 78 jaren weduwe van Arie Deutekom. Schiller verhaalt, in zijn gedicht «rde hand schoen,» de geschiedenis van den ridder Delorges en de schooiie Kunegonde. De trotsche jonkvrouw eischte, dat de ridder haar een bewijs zijner liefde zou geven, en bij een gevecht van wilde bees'en, dat door den koning en alle aanzienlijken des lands werd bijgewoond, werpt zij haren handschoen in 't ren perk en beveelt aan Delorges, indien hij haar inder daad zoozeer bemint als hij haar verzekerd had den handschoen op te nemen en haar terug te brengen. De ridder voldoet aan 't bevel, hij neemt den handschoen op, en onder luide toejuichingen treedt hij naar Kunegonde. De jonkvrouw werpt een teederen blik op den ridder, en staat op om hem te verwelkomen; doch hij werpt haar den handschoen in ,t aangezicht, keert zich om en verlaat haar, om nooit terug te keeren. Een tachtig-jarige vrouw verloor een dochter van dertig jaren. »lk wist liet wel,« zei ze, dut ik dit kim! niet groot zou brengen. Ei, mijnheer, vraagde een boer aan een student: wat beleekent dat woordje Dentist? Wel, antwoordde de andere, dat is de naam van iemand, die een ander de landen uitbreekt otn voor de zijne wat te hijten te hebben. Een juffrouw zei: «Toen ik voor de eerste maal gezoend werd, gevoelde ik mij als in een vat met rozen, die in bonig, Eau de Cologne cn Champagne zwommen, alsof iets met diamanten niet begrijpen. Den weedom van een man, wien zijne vrouw ontrouw word, kan eene jongeling zich niet voorstellen. Hij begrijpt niet dat inwendig de band voortduurt, ook al is die verscheurd door een der twee handen, die bem aanknoopte Het is e"n soort gelijke bandals die welke door de natunr ge legd is, die vader cn kind onafscheidelijk en onop losbaar verbindt. Ook de verloren zoou is en blijft do zoon zijns vaders. Gekrenkte trots on gegriofde waardigheid baten niet, om do wonde te doen slui ten. Zij geneest niet weder. Althans niet in karakters van zwaarmoedigen en somberen aard, van eene in zichzelvon gekeerde natuur, als het mijne misschien is. Wellicht dat anderen het anders gevoelen en nieuwe banden aanknoopen, wanneer zij de eerste maal hebben schipbreuk geleden het is mogelijk, maar wat raakt het mij, die anders denkt en anders gevoelt en zich zeiven verdragen moet, zooals hij nu ©ens-voor-al is. Uwe moeder verliet mij, toen gij twee jaren ond waart. Ik hing uiet da innigste liefde aan haar, met eenvoudige en oprechte trouw en, zooals ik in haar mijn geluk vond, zonder daarvan, ophef te maken, of dat in vele woorden lucht te ge ven, geloofde ik hetzelfde van haardat er andere meer hoogvliegende begeerten in haar sluimerden vermoedde ik niet. Toen wilde bet ongeluk, dat haar vader eene reis naar Engeland moest ondernemen, naar Manchester, om er eene, voor zijne omstandig heden niet onbelangrijke, erfenis te halen.... Hij wilde tevens van die gelegenheid gebruik maken om daar voor zijne handelszaken verbintenissen aan te knoopen en mot het bedrag dier erfenis zijne zaken uitbreiden. Maar hij was een ziekelijk man, die er tegen op zag, om alleen de zeereis te ma' en, ter wijl hij daai en boven niet vlot Engelsch sprak: daarom verlangde hij van mij, dat ik zijne dochter een paar maanden vei lof zou geven om met hem te gaan. Uwe moeder werd door eene zoo stormachtige vreugde bezield, bij de gedachte dat zij mij verlaten, de wereld zon intrekken. Engeland zoude zien, over zee zoude varen, dat ik in mijne argelocze goedhar tigheid er niet aan dacht haar te weerhouden. Zoo liet ik haar dan heentrekken met een beklemd hart, voet|es over mijn zenuwen liep, alsof duizende engeltjes door inijn aderen stroomden, alsof zich doormijn lichaam regenbooglichtjes verspreidden. Een doedelzakspeler reisde door het Jura- gebergte en ging op een steen zitten om schraaltjes te ontbijten. Eensklaps omringde hem een troep hongerige wolven. In zijn angst wierp hij hun beet voor beet zijn ontbijt toe, wat zij gretig verslonden. Zij kregen, al etende, meer eetlust en naderden steeds. Toen de arme man niets meer te geven had, begon hij zoo hard als hij kon te blazen. De wolveo gingen vol angst bij het ongewoon geluid op de vlucht. De oude werd boos, omdat hij zijn ontbijt kwijt was en riep: »Hé! als ik geweten had, dat je zoo muzikaal waart, dan had ikje al vóór den eten laten dansen 1" Een jonkman ontmoette een mooie boe renmeid, die een troep zwijnen voortdreef. «Liefkind, waar kom je van daan vroeg hij. «Uit het naaste dorp." was het antwoord. »Zoo,« ging de vrager voort, «dan kan je zeker je buurmeisje N. ook wel. Breng haar dezen kus van mijnentwege En hij wilde het meisje omhelzen en kussen. «Dat zal je wel laten zei de deern." «Kus liever een van mijn zwijntjes die zijn eer thuis dan ik en ze doen graag een bootschap voor een goede kennis." Een jong meisje liet een'jongen geneesheer halen. Zij vertelde van een aantal tegenstrijdige kwalen waaraan zij voorgaf te lijden. Begeef 11 in het huwelijk, Mejuffrouw! zeide de arts, dat is het beste, wat gij doen kunt. Dat is goed, zeide het meisje, ik wil uwen raad opvolgen: huw gij mij maar! De arts schrijft wel geneesmiddelen voor, maar neemt ze zelf niet inwas het antwoord des doctors. Een kapper liep ademloos over de straat. Daar werd een venster geopend en geroepen: kapper, licht gij tijd? Ja mijnlieer, antwoordde de gevraagde, in de verwachting dat men zijne hulp zou noodig hebben.Nu, waarom loopt gij dan zoo vreeselijk hard? zeide de andere daarop, en maakte het venster wederom dicht. Eenige dieven, veroordeeld otn te worden opgehangen, kwamen uit een gevangenis te Lon - den. Een van hen ontmoet zijne moeder. «Waar ga je heen, jongenlief?» «Naar, de galg!» «Zoo.» maar je zult je toch niet laten ophangen met je zondagschen jas: geef gauw hier, in je hemdsmouwen rs mooi genoeg. SCHAGEN, 8 Mei. aangevoerd tor markt waren holen als volgt: 14 paarden f 50 a 350; veulens a 15 ossen 90 a 150; 12 stieren 90 a 160 63 gelde koeijen magere 110a 180, 60 vette dito 220 a 270; 20 kalfkoeijen 190 a 260; 30 vaarsen 90 a 140; 10 graskalveron 40 a 50; 30 nuchtere kalveren f 4 a 15 rammen a 544 schapen magere 22 a 30. idem vette a overhouders a 1 150 lammeren 8 a 12; 10 bokken en geiten 1.a 6 25 varkens 8 a 25; idem vette a 30 biggen 3 50 a 6.50; 20 konijnen .10 a 75; 30 kippen 0.75 a 1.50; eenden a —.5 duiven 15 a 25; ganzen a zwanen f a250 kilo boter 1-00 a 1.12; 60 kilo kaas 30.a 35.— 7000 stuks kipeijeren 2.50 a 2.60; 5000 eendeijron 3.75 a 4. KOORNBEURS «CERES" Rogga f a per Hectoliter. Tarwe a Garst a Chiv, a Haver 4 50 a 5.25 Geele Boonen 12 50 a 1.4 Bruine a Citra Paarden a Graan we Erwten a Groene a A ale a - Karweizaad a Moostcidzaud rood H AMSTERDAM, 9 Mei. Do prijzen dor aar,hippelen waren hedeu als volgt: Geld. ronde Wolkammers i a dito Eng. f a Zecuwsche Spui-ehr Jammen f4 a 5.75 Zoouwsche Flakkeesche dito f 2.60 a 4 25, Zeeuscbo Franscho dito f a dito Pooters f 1.50 a 2.Friesclio Franekor Jammen f 3 40 a 4.30; Fricsche Dokkummer dito f3.a 4.50, dito Engolschcf 3.'a 3 40, Bovenmaatscbe Blanke f a Saksische f 4.a 4.50; Handel weinig. Het bestuur van den polder Schagerwaard, is voornemens om op MAANDAG den 19 MEI 1879, namiddags ten 2 ure, in de herberg van K. GO VERS te Dirkshorn, aan te beste den: Aanwijzing zal geschieden op denzelfden dag, voormiddags ten 10 ure, te beginnen bij de molens in het westelijk gedeelte van den polder^ Het bestuur van den pol der Schagerwaard voornoemd, Wij 'maken derhalve onze geachte begunstigers opmerkzaam op onzen ruimen voorraad JUFFERS, KOLDERS, ELLENS eu PA AL- RALKEN BADDINGS, greenen en vuren PLATEN, aj bij 7, 3 bij 7, 3 bij 8. NOORSGHE RIBBEN, 5 bij 5. EIKEN BARKOENEN, 6, 9 en 10 vts. UEd. Dw. Dn., en ik heb haar niet wedergezien „Zij 6tierf in Engelandantwoordde Ludwig half luid. „Dat zcidj men mij d it sohreof mij haar vader, dat schreef mij Friedrich. Zij stierf aan do typhus, zoo haastig, dat men mij niet had kunnen laten overkomon „Schreef Friedrich u dat „Ja, Friedrich was destjjds in Manchester. Hij was reeds sedert twee jat en in een Engelsch huis in betrekking geweest, om de Engelsche behandeling der ijzerindustrie te leeren kennen. Zijn contract liep juist ten einde, toen zij mot haren vader naar Manchester reisdeen het was Friedrich, die mij schreef, dat zij gestorven was.* „En toen vroeg Ludwig, diep bewogen. „Toen toen keerden zy terug haar vader en ook Friedrich zonder haarIk was krankzinnig van droefheid, ik wilde alles over hare laatste oogen blikken weten. Mon gaf mij slochts karige berich ten. Ware ik niet zoo verpletterd geweest, zoo ver slagen, dan had ik reeds toen moeten bespeuren, dat hunne opgaven niet zeker waren en in sommige opzichten met elkander in strijddat zij hare na latenschap niet hadden medegebracht, dat zij mij niets gaven, wat op eene ac!e van overlijden geleek Maar ik koesterde wantrouwen hoe zou ik er toe gekomen zijn ik zocht alleen mij van mijne ambts bezigheden zooveel mogelijk los te maken, om zelf de reis te kunnen ondernemen, om te gaan zien, waar men haar bad begraven en op haar graf te bidden. Toen ik Friedrich dit besluit mededeelde, ontried hij het mij met al zijne kracht, bijna ver schrikt H;j scheen volstrekt niet te begrijpen, dat ik een zoo natuurlijken drang mijns harten wilde opvol gen, noemde het dwaasheid, om, zonder eenigen nood zaak, mijn hart opnieuw dus te pijnigen Ik luisferde niet naar hem, ik bleef bij mijn voornemen volhar denterwijl wij daarover in woordenwisseling waren> werd ik toornig in toom gingen wij van een, Wij gingon vaneen, zonder dat hij mij aanwijzingen en raadgevingen omtrent mjne leis, hoe ik haar moest inrichten, had gegeven. Toeu ik mijn varlof verkregen had, ging ik toch op reis naar Engeland het was de eerste groots reis, die ik in mijn leven had gedaan er. ondanks mijne sombero stem. ming, vervulde zij mij met groote en bljjvende in drukken, die mg ten deel teruggaven van mijno kalmte ea innerlijke vrede, dien ik hier in mijne een zaamheid, altijd peinzende over de verlorene, niet had kunnen terugvinden. Zoo begaf ik mij naar Londen, naar Manchester. Ik zocht eerst het huis op, waar uwe moeder niet haren vader had gewoond en waarvan zij mij in haren eersten brief uit Manchester het adres bad opgegeven. Het was een groothotel, dat druk bezoeht werd en zeer levendig was, waar in ik terecht kwam Mon gaf cr mijnen tolk want ik had mij voorzien van een bediende, die Duitsch sprak, omdat ik alleeu do allernoodzakelijkste Engelsche uitdrukkingen kendi men gaf er hem slechts vluchtige antwoorden, die daarenboven met elkander in strijd waren- Toen ik vroeg, om de ka- tner te mogen hebben, waar uwe moeder gestorven was, herinnerde men zich geeue Duitsche dame die er in huis was g ^storvon oen kamermeisje verzeker de, dat zij ziek naar een ziekenhuis was gebracht een ander, dat zij met een bejaard heer, die haar v'rgezelde, bet hotel had verlaten en in eene kleine afzonderlijke woning haren intrek had genomen. Zij was. toen echter niet ziek, maar gezond en wel geweest- Waarbeen zij gegam was, dat wist zij niet en even min wisten het de bedienden, die ik ter loops te spreken kreeg Toen ik eindelijk begeerde, den hotel houder te spreken, werd ik tot hem gebra:ht ea ontving van hem, die scheen te denken, dat hij mij door zijne audiëntie eene bijzondere genadebewees, slechts lakonieke antweorden en do geringe uitkomst, dit de personon, naar welke ik onderzoek deed wel bij hem hunnen intrek hadden genomen, doch zeer spoedig waren vertrokken om eea der vele bij zondere kamers in de stad te betrekken, die bij de week worden verhuurd welke echter, dat kon hij niet zeggen in welke wijk in welke straat, welk nornmer wie kon van hem verwachten, dat hij daarmede zich zou hebben bemoeid Wordt eervoU/d.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1879 | | pagina 3