20) MEI.
Alaremeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
Ao. 1880.
24ste Jaargang
No. 1293
£k:kcii(lmakiiigcii.
ONZE TIJD.
Art: 12.
SCMGE
Dit blad verschijnt twee mooi per week. IFoens-
dag en Zoturdag avond. LJij inzending tot 's mid
dags 12 lire worden advertenti'én in het eerstuitkomend
No. geplaatst, ingezonden stukken een dag vroeger.
Abonnementen op dit blad woiden door alle
Prijs per jaar f 3.Franco per post f 3.6o.
Afzonderlijke nummers J 0.07J.
Advertentien van een tot vijf regels J o 7a; ieder
regel meer 0.15. Groote Ltteis naar plaatsruimte.
Postdirecteuren en Boekhandelaren aangenomen.
Naar volksheil zonder deugd te dingen
Is arbeid aan een rots te biên.
=1
SCHUTTERIJ
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Beha
gen, roepton mits dozo op, alle zoodanige Ingozotonon
die op den 1 Januari] 1880 hun 25ste Jaar vau
ouderdom zijn ingetreden, benevens de zoodauigen,
dio zich van Buitenlands in deze gemcento govestigd
hebben, voor zooverre zij nog in een der Kla&se van
do Schutterij vallen, om zich tusschen 15 Mei en 1
Junij aanstaando, ter Secretarie dozer Gemeente voor
de Dienst der Schutterij todnon inschrijven, zullende
tol ontvangst van hun aangifte te dier plaatse speciaal
worden gevaceerd op allo werkdagen dos voormiddags
van 9 tot 12 ure.
Tot narigt der belanghebbenden dient:
Dat als Ingezetenen in deze woiden beschouwd,
alle Nederlanders, in het Rijk hun gewoou verblijf
houdende, en allo Vreemdelingen, in het Rijk woon
achtig, welke hun voornemen om zich aldaar te vestigen
zullen hebben aan den dag gelegd.
Dat de aangifto tot Inschrijving in alle gevallen voor
do Ingezetenen van den hierboven bedoelden ouderdom
behoeven gedaan te worden, ook dan zolfs, wanneer
do belanghebbenden vermeenen tot de vrijgestelden
of uitgestotenen tot de Schut terlijke dienst te behooren,
dat zjj die bevonden zullen worden zich niét voor
den len Junij 1880 te hebben doen Inschrijven, door
hot Plaatselijk Bestuur ambtshalve worden ingeschreven
en ter zake van hun verzuim in een geldboete ver
vallen, terwijl dezelve daarenboven zonder Loting
zullen worden ingelijfd. En worden overigers do In
gezetenen aangemaand om zich tijdig van een Geboorte
Extract te voorzien, en zich alzoo van hun juisten
ouderdom te verzekeren, ten einde de Inschrijving
behoorlijk geschiede, en zjj alzoo niet komen te
vervallen iu de straffe bij de Wet bepaald.
Schagen den 4 Mei 1880.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
G. LANGENBEKG.
üe Secretaris,
DENIJS.
Aangifte van verhuizing.
BURGEMEESTER en WETHOU
DKRS van Schagen, brengen voor
zooveel nootlig, niet het oog op het
verzuim betrekkelijk het doen van aan
gifte ter Secrelarie. bij verhuizing
binnen de gemeente tier ingezeten in
herinnering de volgende artikelen van
het politiereglement dezer gemeente,
als
Art: 11.
Ingeval van verhuizing binnen
de gemeente, zal daarvan, binnen acht
dagenbehooren te wordeu kennisge
geven ter secretarie der gemeente,
op den voet als hierna is bepaald, te
welen
Voor een geheel gezin, inwonende
dienst- en werk boden daaronder be
grepen, door hel hoofd van dat gezin.
Voor afzonderlijk levende personen
door hen zeiven
Overtreding van het vorig artikel
wordt geslratt met eene boete van
een gulden.
Schagen, 4 Mei 1880.
Burgemeester en Wethouders voorn.,
G. LAlNGEJNBERG.
De Secretaris,
DEMJS.
Het prijzen van den tijddie voorbij is, ten
kosten van dien v .n hef oogenblik, is een zwak
dat vrij algemeen is. II' verschijnsel is verklaar
baar genoeg. Gewoonlijk verzacht de tijd de
scherpe kanten, waaraan we ons bezeerden en menscli aan vermogen om te koopen wat we*
even als een landschap in schoonheid wint, zenlijke waarde heeft. Ongetwijfeld, onze tijd
wanneer wij het van uit de hoogte bezien, even is rijk; rijker dan eenige andere, maar zijn rijkdom
zoo het veld der] geschiedenis van ons .leven, j maakt den inensch niet rijker. Meestal worden
wanneer wij daarop door den tijd verder gedragen de nieuwe schatten verspild en geofferd aan
een blik terug werpen. Toch loont het de moeite scliijnvertooningen, die hij haar genot slechts
den tijd en den tijdgeest, te midden waarvan verveeling geven, of zal men het loochenen dat
wij leven, te vergelijken met dien van vroeger terwijl de inkomsten zijn verhoogd, de kapitalen
eeuwen, omdat wij daarin een middel vinden zijn verdubbeld, de loonen verbeteid zijn, geene
tot bepaling van den tijd en den tijdgeest zel|. wezenlijke verbetering in liet materiele lot der
Het is zeker hoogst moeijelijk op dit gebied inenschen hiervan liet gevolg is geweest? De
lengte en breedte op te nemen. De vaste punten groote inkomsten hebben alleen tot groote uit-
onthreken meestal of zijn veelal door wolken gaven geleid, uitgaven meest, die den mensch
bedekt, onzichtbaar. Wellicht echter kan hier
een geheel andere methode gevolgd worden. Men
Verder brachten van zich zelf en hein in een
maalstroom stortten van niets beteekenendo din-
beweert wel eens dat de mensch steeds een kind gen. Het sparen is een onbekende zaak geworden
is van zijn tijd, maar juist daarom kan met en z;l' nu door den wetgever (die waarlijk zelf hel
eenige juistheid uit den mensch besloten worden sparen wel leeren mocht!) geleerd worden aan
tot den tijd- Zeker is de werking van den een tfe" minderen man. Zich behelpen in huis om
op den ander wederkeerig en hierdoor hebben vertooning te maken en huiten is het groote
wij waarschijnlijk gegevens genoeg om enkele evangelie onzer dagen en niet zelden wordt aan
karaktertrekken van onzen tijd in het licht te dat evangelie geloofd tot de spanning te groot
stellen. 1 wo,'<R e" een schandelijk bankroet alles in den
We nteenen dan dat onze tijd zich kenmerkt algrqnd stort. Ik weet het wel: we zijn niet
door rnsteloozen arbeid op materieel gebied. De allen bankroetiers en er zullen wel uitzonderingen
ondernemingszucht heeft geen breidels meer. Wij
gelooven niet dat in eenig tijdperk der geschie
denis zoo algemeene drilt tot werkzaamheid zich
zijn op den regel, dien ik schetste, inaar toch
zijn wij allen eenigermate kinderen van onzen
tijd en zijn wij bij grooter rijkdom, armer dan
heeft geopenbaard als in het onze. De gansche vioeger door ons offeren aan den schijn
wereld is één onmetelijke bijenkorf, waarin hard
wordt gewerkt en waarin hij en mier ophouden
beschamende getuigen te zijn tegen den mensch.
Maar wat dien arbeid kenschetst tegen over behoeve der menscliheid, onze geesten verrijkt,
dien van vroeger tijden, is zijn bijna uitsluitend nuttige kennis algemeen gemaakt, liet verstande-
Wij zijn niet rijker, doch zijn wij soins wijzer
dan vroeger? Heelt de wetenschap, die zich zoo
verdienstelijk heeft gemaakt in haren strijd ten
materieel karakter. De wetenschap om zich zelve
heeft sinfs lang opgehouden een doel te zijq
Praktische kennis is het wachtwoorden terwijl
daardoor alles wat op de materieele levenstoe
standen van invloed is eene ongekende hoogte
van ontwikkeling heeft bereikt, valt het niet te
ontkennen dat de dienst der schoone kunsten,
dat de bestudeering van het ideaal, dat die
lijk peil van den meuschc! ij ken geest verhoogd
Nog schriller tegenstelling valt ons hier iu 't
oog. Zeker, er is vrij wal keuuis ouderde tnensthen
verspreid, maar wees niet al te veeleischend bij
uw onderzoek naar diepte en degelijkheid van de
wetenschap, om U. «Wetenschappelijke mannen»
het woord bestaat nog, maar wetenschappelijke
mannen zijn liet niet, die het hoogst zijn aan-
behoeften der ruenschen, welke boven de dingen geschreven. Handige mannen eisclit men en op
gaan van liet stof, weinig getrouwen heeft over- j handigheid legt men zich toe. De uitbundig
gehouden. geprezen halfgoden van onzen tijd, kunnen de
Wat zien wij bijvoorbeeld op het gebied der vergelijking niet doorstaan iuet vroegere groote
schoone letteren? Schrijvers, die gelezen willen
worden hebben niets anders te doen dan den
mensch te teekenen als eene machine om te
wei ken, met meer of minder smaak te genieten
met meer of minder waardigheid te lijden en
onder te gaan. Van eene innerlijke, van eene uit
den mensch ontstaande kracht, die aan ailes
buiten hein hooger gloed en beteekenis geeft,
weten zij niets af. Zij zijn, helaas! de getrouwe
spiegels van het leven van onzen lijd. Het is
maar al te waar, dat bij al het grootsche, dat
we om ons zien wrochten, wij eene armoede
waarnemen aan geest, aan schoonheid, aan
oorspronkelijkheid, die ons met oprechtheid tot
een laudator temporis acti maakt. Rusteloos
werkt de menscliheid van alle kanten strooinen
baar de vruchten van bare vlijt toe, maar is haar
welvaart grooter. is de mensch van beter staal
dan vroeger? och! hoe weinig zegen rust er op
die schatten en hoe arm is in den regel de
mannen.
Doch de algemeene indruk dien wij ontvangen
wanneer wij omtrent den omvang der kennis,
die als het ware publiek domein is eene ver
gelijking maken inet dien vjn 25 of 5o jaren
geleden kan niet gunstig zijn Welk eene opper
vlakkigheid, welk eeue africhting, welk een
gemis aan alle wetenschappelijkheid trelt ons
Doch ten slotte, is de mensch gelukkiger dau
vroeger? Dok hieromtrent stelt ons onderzoek
ons te leur. Onze tijd is machtig en rijk en
werkzaam inaar onrustig, ontevreden, ligtziunig
tegelijkertijd grootsch in zijn pogen waar hij
zijn hand aan den arbeid slaat, maar kinderlijk
zwak, waar het er op aankomt zijn levensgenot
te vergrooten. Gelukkig, neen! is onze lijd niet.
Daartoe mist hij te veel hoop en geloof. Het
ideaal bestaat niet meer voor hem. Dingen des
stofs lokken uit lot goocheltoeren, maar laten
hij al het schitterend succes de hoogere behoeften