De Strandroovers van Hörnum.
Gemengde berichten.
gaarne wenschen, dat hij gedachtig ware aan
die andere eigenschap Tan den spreeuw en te
rugkeerde tot:
Het nest waar hij is nitgehroed.
(Ofschoon wij het schilderachtige van deze
aanduiding willen ontkennen, geven wij bij
mogelijke uitgaaf van eene bunbei parlementaire
redevoeringen, deze variant ten beste:
Kumm herat. Die holde schone!)
Even als de spreeuw heett de Minister van
Buitenlandsche Zaken ook een voortreffelijk ge
heugen. Ooijevaars en zwaluwen schreef onlangs
de beer Huet in eene Gids aflevering, vergelen
minder gemakkelijk hunne nesten van het vorige
jaar dan menig Staatsman het doet, de beloften,
waarmede hij het volk, de Kamers op de stille
werktuigen zijner verheffing paaide. Mogt de
Minister van Buitenlandsche Zaken echter ver
geten wat wij recht hebben van hem te verwach
ten, dan vreezen wij dat niet alleen het Nederland-
sche volk maar dat ook de spreeuweu en de ooije
vaars en de zwaluwen en de kraanvogels en de
tortelduiven tegen hem getuigen zullen. (Men lette
hoe het verschrikkelijke dezer bedieiging zijn
hoogste punt bereikt in den tortelhet zinuebeeld
van liefelijkheid en zachtheid.
De Minister zal echter als hij om hel Nedër-
landsche volk niet geeft, reeds alleen in de
spreeuwen een vijand vinden, die het hem van
uit de hoogte, door de zwaarte kracht geholpen
kwaad genoeg kunnen maken.) Want, zoo gaat
de redenaar voort, al hebben zij niet als Staat
kundig programma afgekondigd, dat zij letten
zullen op de teekenen der tijden, nogtans,
volgens hetgeen geschreven staat in het boek dat
wij op de school wenschen te zien ingevoerd
nemen die vogels hunne gezette tijden waar en
eerbiedigen daarmede het recht huns Gods(!ü)
Bij Kon. besluit is benoemd tot ontvanger
der directe belastingen en accijnsen te behagen,
de heer Vollenhoven van Dalen thans te Lemmer.
Benoemd tot ie hulponderwijzer te Kaarden
de heer J Groot, te Schagen.
Bij gelegenheid der kermis te Leeuwarden,
werd eergisteren een harddraverij met paard en
chais gehouden, waaraan 19 paarden deelnamen
De prijs werd behaald door »Suzauna« van den
heer G. Paarlberg te Zijpe, gereden door J. Koster
de premie door .Prinses Marie* van den heer
A. Bloemhof, te Dronrijp, gereden door H.
Hylkeina.
Tot de vele steden des lands die zich thans
belangrijk uitbreiden, behoort ook Haarlem,
alwaar thans een groot aantal woningen in
aanbouw zijn, waardoor te dier stede groote
behoefte bestaat aan werklieden, vooral met
selaars en timmerlieden.
Te Vitry le Francais zijn twee huizen
ingestort, waarbij negen personen onder het
puin bedolven teerden. Twee daarvan zijn
gedood, en verscheidene anderen gekwetst.
Het gewelf van den kelder is plotseling
ingezakten de bewonersdie allen te bed
lagenvoelden hoe de grond onder hen weggleed
en zij onder een berg van steenen, planken en
pannen begraven werden
UI.
„Den inspecteur der strandvonderij van Kcitom
zal ik dadelijk door een bode van het voorgevallene
doen keunis geven, dan koirt l.ij zoodra mogelijk
herwaarts, 't Is te hopen, dat de storm tegen het
aanbreken van den dag bedaart, dan zullen we zien
te redden wat te redden is. Komt nu maar aan land,
kapitein
„Wie zijt ge zelf dan en wie hebt gij hij u?"
„Ik ben de strandvoogd LaDrens den Vos en ben
met het toezicht over bet stranddistrictHörnnm belast.
Deze mannen hier zjjn schippers en visscber6 van
Ranturo, die morgen bij het bergen zullen helpen.
"We hebben nw noodschoten scdeit lang gehoord,
kapitein, en we hadden u gaarne een loods gezonden,
maar or was er niet een, die zich bij den zwareu
noordwester storm bei ten gaats vertrouwde.'
De kapitein, een man van zekeren leeftijd, scheen
met deze verklaring tevreden en van zijn bezorgdheid
bevrrd te zijn. Zachtjes zei hij den stuurman eenige
woorden en liet vervolgens de boot op het strand
loopen waar deze laatste onmiddelijk door de dienst
vaardige eilanders opgetrokken werd, zoodat ze thanq
hoo° en droog op den oever kwam t-s liggen.
Waar komt ge van daan, kapitein? vroeg de
strandvoogd,
„Van Botterdam.'
„En uw naam ifl?"
Het eerst haalde men een 80 jarige vrouw
onder het puin van daan; zij is zwaar gekwetst
haar zoon werd gedood en diens vrouw zeer
gevaarlijk gewond.
Een achtjarig meisje is op een vreeseti/ke
wijze omgekomen. Haar achttienjarige zuster,
die naast haar sliepwerd bij het ongeluk
op haar geworpen. Zij voelde dat zij de kleine
onder het gewicht van haar lichaam verstikte
en hoorde den doodstrijd van het arme kind
maar kon zich niet bewegendoor den zwaren
houten vloer die op haar lag.
Men schrijft het ongeluk toe aan het
water van een riool, dat 1 n den kelder was
gelegen, naast den muur die de beide huizen
scheidt, en dat dien waarschijnlijk heeft
ondermiind.
Te Laupheim kwam dezer dagen een
welgesteld fabrikant 's avonds van een partijtje
Chuis, en lag nog een oogenblik uit het
benedenvenster een sigaar te rooken, toen
plotseling een schot knalde en den ongelukkige
man levenloos neerstortte.
Het werd uit een bovenraam qelost. door
den zoon van den fabrikant, die meende dat
er een poging tot inbraak werd gedaanen in
den vermeenden inbreker zijn eigen vader
doodschoot. De arme jongen heeft zich, radeloos
van smart, in handen van het gerecht gesteld
In een kamer op de vijfde verdieping
van een huis te New- York was brand ontstaan
op een oogenblik dat de bewoonster even was
uitgegaan Toen zij terugkmam zag zij reeds
van de straat af de vlammen uit het venster
slaan, en zonk met den uitroep dat haar kind
verbrandde bewusteloos neer.
Nauwelijks had het zoontje van een harer
buren, een jongen van twaalf jaren, dat vernomen,
of hijsnelde\terwijl de anderen nog beraadslaag
den wat te doen, het huis binnen, de trap op.
tegen den stroom der vluchtende bewoners in,
naar de vijfde verdieping, vond het kind, een
vierjarig knaapje, reeds bijna midden in de
vlammen, nam het in de armen, en kwam
wel met verschroeide kleeren en brandwonden,
maar toch behouden, met den kleine beneden.
De moeder was overgelukkig, en het fgedrag
van den jongen held werd door allen geprezen.
Maar hij wilde van geen lof hooren, en maakte
zich zoo gauw als hij kon ongemerkt uit de
voeten.
In het Noordwesten van Friesland wordt
het vlas reeds geplukt ofschoon er nog geen
zaadbollen zi]n. Dit geschiedt om fijner vlas
te bekomen. Het gewas is uitmuntend. Ook
belooft het koolzaad een ruim gewin.
De hooioogst in de omstreken van Kampen
is in vollen gang. Vele landbouwers hebben
een groot gedeelte der eerste snede reeds binnen.
Opbrengst en qualiteit laten weinig te wenschen
overLangzamerhand begint de verzending
van het Eilanderhooi drukker te worden. Men
besteedde in de laatste dagen van f 11 tot
J 24 de 5oo K.Gram.
Men bericht ons uit JVijhe:
Sedert een paar maanden is het gebruik
van mais als voeder voor de varkens hier sterk
toegenomen't Schijnt dat \dit voedingsmiddel
uitstekend btvalt, daar er weinig veehouders
meer zijn. die er geen gebruik vnn maken.
Zeer groote partijen daarvan worden hier per
spoor aangevoerd. Ook in het naburige Raalte,
waar eveneens tal van varkens worden gemest,
begint men zich van dat voedingsmiddel te
bedienen.
In Bommelerwaard is men dezer dagen
druk bezig met het rooien en scheep brengen
van Geldersche kralen. De prijzen zijn dalende
en liepen van f 3.20 tot f 2.75 per H. L. De
„Gorard Breidelen."
En de brik heet
„Eiasmus
„Zyt ge eigenaar van het schip
„Ja, mijn stuurman Abel Tasman heeft er een
klein aandeel in
Tevens woes hij op dezen, een nog jeugdig, reizig
zeeman, die minder dau de vier uitgeputte matrozen
van de doorgestane gevaren scheen te hebben ge
leden.
„Waar was de reis naar toe
„Naar Bïga. Ik vaar alleen met ballast om voor
eigen rekening een lading hennep, vlas, talk en pek
te halen."
De lange Peter wierp den strandvoogd een blik
van verstandhouding toe en keek daarop naar de
groene kist, welke de gezagvoerder voor zich had
staan. Peter en zijn makker kregen onmiddelijk de
de ovr rtniging, dat zich een flinke som gelds. wa>-r
schijnlijk goudgeld, tot het aankoopen van <b.
noemde Russische voortbrengselen bestem5 j-
kist moest bevinden. 'a' 111
,Uw equipage is niet voltallig, V
Laurens de Vos op. „Vier mam' -aP,tem'
grocte brik is niet voldoen-5 jze" Toor 2ulk 6011
„Drie van mija m»'
Stortzee over y -jnen werden gisteren door een
even ~oord gespoeld. Een vierde werd daar
-j0r een omlaag komend blok neer geveld. Hij
ugt mot verpletterden schedel ginds aan boord cp het
j dek."
1 „Het noodlot heeft u dan wel zeer vervolgd,
aardappelen hebben 'niet van de nachtvorsten
geleden, gelijk in de Tielerwaard, en de uitkomst
is vrij voldoende.
De vrucht is uitstekend van smaak.
Ter nagedachtenis is aan den ontslapen Heer
Henrikns Idema. in leven burgemeester en secretaris
der gemeente Opperdoes, en secretaris van Medemblik
welke beide betrekkingen hjj ongeveer 40 jaren mot
den meesien Ijver waarnam, werd op drn l6en dezer
door de besturen van beide gemeenten een gratsteen
op zijne rustplaats nedergelegd.
Met gepaste woorden werd hierbij •door het hoofd
van het plaatselijk bestuur vau Opperdoes opnieuw
gewezen, op do verdiensten van den ontslapene, en
op zijn ste. ds betoonden ijver en nauwlettendheid,
en hij voegde daarbij den wensch, dat zijn aandenken
lang in herinnering mogo blijven.
Zondagmiddag ontstond omstreeks half drie
uur brand op de hofstede, bewoond door den vee
houder H. te Mairssen; tengevolge van de felle
wind was binnen een uur het geheele huis vernield.
Twee varkens zijn verbrand, en slechts een klein
gedeelte van den inboedel kon gered worden, terwijl
naar men zegt, de assurantie kort geleden is afge-
loopen. De oorzaak van den brand is niet met zeker
heid bekend; waarschijnlijk hebben de kindoren bij
den hooiberg met vuur gespeeld, terwijl de ouders
hun middagslaapje genoten.
Een ploert op zijn plaats gezetDo beroemde
pianist Henry Ketten was eeas te San Prancisco bij
een rijk koopman een van die onverdragelijke,
onbeschaafde parvenus, zooals men daar vele vindt
op een partij genoodigd, en kwam er met zijne
vrouw evenals elke andere verwachte gast. Tot zijne
verbazing echter zag hij, dat het gehoole gezelschap
reeds in een halven cirkel plaats had genomen, als
in een concertzaal, en werd hij dadelijk door zijn
gastheer geprest om „wat te spelen." De beleefde
Franschmau voldeed aan dit verzoek, en op gedurig
aandringen bleef hij bijna twee uren lang het gezol-
schap „amusoeren."
Toen hij eindelijk doodaf was, werd het souper
aangekondigd, waarop de gastheer opstond, en zoide
„Je hebt weêrgaasch mooi getrommeld, Ketten, braaf
gedaan" oude jongen! Als je nu nog wat quadrilles
»n polka's voor de jongelui wilt spelen terwjjl wij
gaan schransen, zal ik mijn kleine meid straks boven
zenden om je af te lossen; of als je wilt, zal ik hier
wat voor je laton komen, dat kan je daar op do piano
eten. Ik zon eerst "een paar fiedelaars willen nemon;
maar mijne vrouw zei, dat je or niet tegen zoudt
hebben. Als je heengaat zal ik het wel good mot je
maken."
De verbaasde kunstenaar zag den sprektr die,
zooals bekend was, in „den goeden ouden tijd" een
kroeghouder was geweest eenige oogeoblïkken
als verstomd aan; maar hij bedwong zich, keerde
zich bedaard om en begon volgens vorlangen. dans
muziek te spelen. Toon het geheele gezelschap in do
zaal terug was, verhief hij zijne stem, en zeide
„Laat wat rum, citroen en suiker binnen brongen."
Dit geschiedde.
„Maak mij daar nu oon grog van, goede vriend,"
zeide Ketten, zijn oogen op zijn gastheer vestigende
„Ieder in zijn vak."
Er heerschte eene doodsche stilte, on met eene
akelige poging om het als eene grap op te nemen,
maakte de parvenu het glas grog klaar, en overhan
digde hot deu musicus. Deze proefde oritisck. „Je lubt
het verleerd, mijn goede man. In mijn hotel kunnen
zij er beter mee terecht. Daar, wat er over is, is
voor jou."
En na den verbluften millionnair die van schaamte
wel door den grond had willen zinken, een halven
doilar toegeworpen te hebben, gaf hij aigio vrouw
den arm, en ging heen.
De moord op Kattenburg te Amsterdam Woens
dag ochtend, ruim half tien uur versprdlóe zich het
gerucht in de stad, dat er op Kattenburg een moorcf
gepleegd was. De politie en de officier van justitie
waren spoedig op do aangewezen plaats, en helaas,
in perceel 121 op de derde verdieping moesten zij
constatceren, dat er hier werkelijk een moord was
gepleegd. De deur was behoorlijk gesloten, een paneel
in de deur werd ingetrapt. Vreeselijk schouwspel!
Op den grond lag het lijk eener vrouw met een zeer
diepe gapende wonde in den strot; uit den er warden
toestand der weinige meubolen bleek, dat er vóór
het plegen van het feit eene geduchte worsteling had
ongelukkige man," zei de strandvoogd, met goed
geveinsd medelijden. „We zullen zoo go?d als mogelijk
voor u zorgen zooals dit steeds tegenover arme
schipbreukelingen onze gewoonte is."
God loone het u!" hernam 'ie gezag roerder. „Maar
hoe zal ik hier een onderkomen vinden? Deze kust
streek is zoo bijzonder woest en schijnbaar even
onbewoond als de kust van Labrador."
„Een kleine mijl van hier, ligt in een betere streek
het dorp Rautnm. Daar zult ge, als ge niet te veel
eischeud zijt, vooiloopig een onder komen vinden,
^jj' ge, evencjg uw equipage, geuoeg bij krachten
om derwe^ftg te gaan
„L'-.en we in Gods Daarn maken, dat we onder
dak kolnen, om ons daar van de doorgestane ellende
een^viinig te herstellen."
„vooruit dau!" beval de strandvoogd. „Twee van
mjjn jongens kunnen die kist van u wel dragen, kapi
tein
„Dank u!" zei de kapitein afwijzend „Daarvoor
kunnen mijn eigen matrozen wel zorgeniveemt met
jelui boideu die kist op, Jan en Philip
„Zoo als ge wilt, kapitein. De arme jongens zullen
nog heel wat aan dat ding te slepen hebben. De weg
door de duinen is slecht."
Laurens de Yos ging met den gezagvoerder vooraan
daarop volgden de beide matrozen, die de kist droegen
voorts de andere matrozen met de roofzuchtige ei
landers, en eindelijk, geheel achteraan, kwam de
stnurman.
De weg door de duinen was inderdaad zeer slecht