nee zij nee.En ik bin arg geriffermeerd, 'k mag et doamm nie doen. A'k joa zeg is et immers krek zoo goed?" A oorz.Ja man daar hebben wij nu niet mede te maken; de wet vordertdat allendie niet tot de Doopsgezinden behooren, in rechten den eed zullen afleggen, vóór zij getuigenis geven." Get.: Loat mien dan moar weer goan, meneer de presidentwent verrechtig, ik doei et niet en ik kan ze nie noazeggen ook al die woor den die kan ik toch niet onthouwen." Voorz.„Gij kunt mij toch wel woord voor woord nazeggen: zoo dom zijt gij niet Get.: Nie best: moar k' bin nie slecht, 'k zal allèvel de woarheid wel spréken. Krek alles wa'k weet. Vroag mien moar goed Voorz. (ongeduldig)„Hoor eens Duffel 1 nu geen verder gehaspel, hoor! Wij zitten hier niet om met elkander als schooljongens te kib beien. Gij woei den eed doenanders staat die mijnheer daar (op den ambtenaar van het open baar ministerie wijzende) open vraagt straf tegen udan gaat gij naar de gevangenis.? Get: „Steet et er zóó met? 't Is toch arg: umda 'k God en den Bibel meer geheurzoam wil zin as ulli, zoo 'k daarveur ien de kas roaken? 't Is nog al mooi, datmo'kzeggen." Voorz.: „Ja man! wat gij nu mooi vindt of niet mooi, doet hier niets ter zake. Kort en goed: wilt gij zweren, ja of neen? Get.: „Nie geern: moar-... asetwo^, dan mot et -, want ien de kast kan 'k toch ook nie; dan zou mien goeje Jannigje de begoaves krie- gen van angst, a'k nie weer thuus kwam van oavond Voorz.„Nu danZoo waarlijk helpe mij God Almachtig." „Get(de volle hand hoog in de lucht ste kende): „Zoo helpe mien allemachies." Voorz.: „Neen man! dat deugt niet; zijt gij nu zóó onbegrijpelijk, of houdt gij u maar zoo, om er af te komrn? De twee voorste vin gers van uw rechterhand omhoog, zóó: goed gesloten; en nu: Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig! Getuige houdt de twee vingers wijd vaneen, waarop de voorzitter hem toeroept: De vingers aan één gesloten, heb ik u gezegd„, wat aan leiding geeftdat een der nabijzittende heeren Z. E. A. in stilte de vraag doet: „waarom hij daar zóó op staat?", waarop even stil het ant woord volgt: „Omdat het volksgeloof meent, dat een eed, met verspreide vingers afgelegd, niet zoo nauw behoeft genomen te worden, omdat er dan, zegt men, nog wat door heen kan„. Getuige, die inmiddels de hand weer heeft laten zakkenzegt nu op klaaglijken toon „Moar meneer de president! begriep nou toch es asteblief! 'k Bin nog nooit veur de heeren gewest; moar 'k zeg op mien beurt: 't is een schandoal 't is krek vluuken. Ge wit toch (ook wel dat er geschreven steet -.„Ge zult den .Heer uwen God nie verzuuken"en dat is et toch. Dinkte gij nouda'k uut mien eiges gin woarheid zal zeggen?" Voorz. (driftig)„Hou nu op met die brab beltaal, of ik maak er op andere wijze een eind aan, hoor! Met uw bijbelteksten hebben wij hier niets noodig. Kom, zeg mij nu dadelijk eerbiedig na„Zoo waar helpe mij God Al machtig". Get. (terwijl hij zich het klamme zweet van het voorhoofd wischt): zoo woar is God alle- melde gesprek gehoord. Een gevoel van on rust bekroop haar bij de woorden. „Het is vrij lastig te komen waar men wezen moet, vooral in het donker!" Weder richtte zij onwillekeurig het oog op den zeeman, den eenige harer medereizigers, in wien zij vertrouwen stelde, al had ook zijn korte, bijna barsche manier van spreken, haar een paar maal gekrenkt. De jonge man stond niet ver van haar, dicht bij de schroef der boot.. Het witte schuim spatte hoog op en maakte zijn haai en baard vochtig. Hij had de armen over de borst gekruist, en in de schemering zag zijn gebronsd gelaat er strenger uit dan te voren. Toch zou zij aan niemand anders de vraag hebben willen doen, waarmede zij hem nu naderde. Zijt gij op het eiland bekend? Ik behoor er te huis. Ik ben Sylter van geboorte Kan men in Westerlandgoed onderdak domen Heb ge niet vooruit logies bestelt? Deze wedervraag verschrikte haar. Neen, ik hoop dat ik, ook zonder voor uit een kamer besteld te hebben, wel logies J machtig". Voorz.„Maar dat is om zijn gedidd te ver- pezen! Nu laat gij weer wat weg. Zeg nnj nu maar wooid voor word na." (Voorz.) Zoo - (getZoo (voorz.) waarlijk (get.) woarhk (voorz.) helpe mij (get.) helpe mien (voorz.) God Almachtig (get.) God allema- chics Voorz.„Dat laaste woord moet gij over- ze,rorcn: niet allemachies, maar Almachtig 11 Giet. luid en kwaad: „Allemachtig! Is et nou goed, meneer de president A k et thuus ver tel da'k zoo gevluukt hédan kieken ze nnen nie meer oan; moar k zal wel zeggen, dak anders ien de kast gedreeid was." Vcorz.„Dat is uw zaak. Antwoord mij nu maar op mijn verdere vragen. Over dat vloe ken behoeft gij u zoo ongerust niet te maken. Get.„Niet? nou ik wil meneer de president went der steet geschreven. Voorz: (forsch): „Man zwijg! het kan mij nu niet schelen wat er geschreven staat. Mannus staat onbeweeglijk Voorz.„Kom, vertel mij nu eer.» wat van die vechtpartij in de herberg van Ovcrbosch, daar zijt gij immers ook bij^ geweest? Wat hebt gij gehoord en gezien?' Mannus zwijgt nog. Voorz.: „Hoe is het, krijg ik antwoord? Get. (koddig wanhopend).- „'t Is nm der tu reluurs van te worren, menheer de presendent Erst móst ik vluuken, en toe 'k begos te spré ken, hedde mien geordonneerd te zwiegen, en nou ik zwieg, nou mo'k weer spréken, k Be griep der net niks van, en k wit der niks af ook. 'k Hé niks gezien of geheurd, went ik zij der nie bie gewèst; moar mien bruur Har. men, die wit der alles van, die ies er bie go. wést; en die hadde gullie hier motten roepen ien plek van mien; en nou hedde mien, mif al die temtoasie, nog ongeheurzoam oan den Bibel gcmoakt derbieen lie'k motten spréken zooa'k nog nooit hé gedoan." Tableau En met een standje aan den veldwachter die zoo onattent den verkeerden Duffel had opgegeven, liep deze affaire, die meer dan drie kwartier kostbaren tijd had vermorst, onverrichter zake af. IKTJINST-LM IETTWS. en droomen, waant overgeplaatst; alles \v van 't begin tot 't eind, krachtig meg,, 1 den lof van Basch, den toovenaar bij u;0Ul inendheid, op aher iip|ien te leggen. U't0€ Ons eerste woord omtrent dit Paleis(W u - zins Met de grootste welwillendheid hebben wij deze regelen uit het Haagsche Dagblad van Woensdag lO Mei overgenomen, nu wij uit zekera bron hebben vernomen, als dat dit alles ons, onder het oog zal worden gebracht, op Dins dag. Woensdag en Donderdag i2 en 3 A ugustus iu het tooneet lokaal van de firuia A. Knikker te Schagen, moge het den stouten ondernemer, die ons op elk gebied van kunst en wetenschap, zoo veel schoons geeft te zien, kunnen slagen, daar onze spanning om den Wei lid: Heer Basch weder in Schagen te mogen zien, zeer hoog is Het Haagsche Dagblad van Woensdag io Mei 1882 schrijft: Wij volgen de traditioneele volgorde in 't iiiededeeleu van onze kertnisindrukken, en zoo komen wij tot onzen vriend Basch. Wel mu gen wij he.n vriend noemen, want hij verhoogt de kermisvieugd niet weinig Ook weder dit maal heeft hij alles gedaan 0111 aan de hoogst gestelde ei se hen te beantwoorden In vollen na druk uiag dit Cagliostro theater een tooverpa leis genoemd worden, waarin men zich als in een andere wereld, die der stoutste gedachten zal vinden. Dat is de vraeo;! m O Zijn koele, bijna norsche toon deed haar op nieuw onaangenaam aan, zij gevoelde er zich door gekrenkt, en wendde zich onwille keurig half van hem af. Op dit oogenblik flikkerde een ver blindende bliksemstraal door de donkere wol ken. De windvlagen werden heviger, en het schip begon harder te slingeren. -Hoe vreeselijk! zuchte de jonge dame half luid. Haar nieuwe kennis glimlachte minachtend, terwijl hij met niet te miskennen ironie haar uitroep herhaalde. Toen trad hij een stap nader en vroeg op ietwat vriendelijker toon: Ge wordt toch zeker te Munkmarsch afgehaald,, aan de landingsplaats, meen ik? Neen, ik ken niemand op Sylt, Eu ge hebt dus geen rijtuig en evenmin logies vooruit besteld? Neen. Maar hoe is dat mogelijk Hoe kan uw familie u zoo alleen op reis laten gaan, zon der ten minste de noodige voorzorgen te ne men gij, zoo jong, zoo schoon" wilde hij maar hield dut w oord nog bij tijds in begoocheling zij gewijd aan Basch zeiven. n' toch zw aait den tooverstuf weder met t'. i en een zek _.tvwl hein kan verwachten. De wondermacht der*3" nroduclie toonde hij in de eerste proeve zjj schier onbegrijpelijke hand vlugheid, waarna in »den gestoorden wijndrinker" zijn ina„r vermogen treffend, deed uitkomen Ook nieuwe manier 0111 rijk te worden gaf j.. ee° zien, welke menigeen zou wenschen na te gen, d:e, vei le d door de zucht om rj;^01 worden, juist arm werd, en dikwerf ve|e a[le ren met hein medesleept in zijn val. y) 8 gende ringen, 't wonderuurwerk en de «pieJj! mede met die bewijzen van zijn schitterend i00v talent verwierf hij succes, doch de Indisch wonder chatule. waar-n een .-chat van vogell^J en, konijnen, duiven, ja schier de inventarj, van geheel de Arke Noachs uit te voorschijn kwam, overtrof bijkans al 't vroeger aanschouw Maar neen, 't boofd Fbikns, een doodslioofj door den grooten Basch ten nieuwe leven wekt door de macht van het magnetisme, gj,"„ zelfs de toer van de Indische wonder cbaii,|8 tc boven, 't Publiek werd door dat ma^ti seeren op 't doodshoofd volbracht, geëlectri^tj en 't daverendst applaus weerklonk iu de zaa|' Basch staat gereed met zijn wondergave op»e|,[ le gaan doen. Als hij doode hoofden, ook van kabinetten, weder leven in kan storten, dan kan hij nu zijn kunst niet ver van het terrein zijner werkzaamheid met goed gevolg tooneii. Voegt men hier nu nog bij, dat Basch een 1* schaafd, ontwikkeldi welsprekend toovenaar iS gelijk weinigen, dat hij door zijn onderhoudend woord reeds betoovert, en wij gelooven, dat men recht heeft om met de kracht van een basstem de roem van den eenigen Basch te verkon digen En dan de drie gebroeders Ma«sini uit Ma drid svier spel op den viool, guilar en maniloli tie, werkelijk verrukkelijk en verrukkend in»« heeten. Hierbij denken wij vocral auu den vin list, die een eerste kunstenaar bleek, en die op zijn instrument vele geluiden van dieren aller natuurlijkst weet na te bootsen. Hij heeft van Basch 't tooveren geleerd en betoovert nu met zijn kunstrijk spel T publiek Ook de tooneu, aan de guitar en de mandoline ontlokt, be haagden ongemeen en deden het mede in Basch niet weinig waardeeren, dat hij dit drietal Spaan sclie kunstenaars aau zijn onderneming wist te verhinden. Miss Niagara de Amerikaansche Water Ko ningin, handhaaft haar naain op loffelijke wij ze. 'Dij is de bevallige waternymf, die bekoort alleen reeds door het liefelijke van haar ver schijning en die telkens kreten van bewonde ring aan de toeschouwers ontlokt, als deze, bij na angstig haar vele seconden onder water zien toeven, etend, drinkend, schrijvend, terwijl zij zich straks ze'fs met gemak onder en tusicben een stoel door in het water beweegt. Deze Nia gura lijkt wel een dochter van den niachtigea stroom, naar welken zij zich noemt. Haar ver schijning is een der merkwaardigste van (leze kermis, eu als de heer Basch niets anders te gerieten gaf dan dit boeiend watertafereel,'dn deze bekoorlijke watervorstin, die de vvuiereo en het publiek beheerscht. dan reeds zou zij11 tent zoo fraai ingericht eu door iets vverke lijks paleisachtigs zich kenmerkend eiken avond door een dichte schare van loovervfie» den worden bezocht. Voegeu wij hierbij nu uog bij, dat de Agio» copisehe Wereld Tubleaux uitblonken door en zeide„zoo onervaren Ik heb niet aan mijn familie gevraagd of zij mijn reis goedkeurde. Ik ben nlleen hierheen gegaan, zooals ik ook alleen tot reis besloten heb. Onbegrijpelijkriep hij uit. Onwillekeu rig verlangde hij meer te weten en gingvoort met vragen. Dus wilt ge op goed geluk op Sylt a® wal stappen, waar ge in het duister geen weg of steg weet? Hoe denkt ge dan te \Yester- land te komen? Zorgt dan de directie van het badhui? niet voor het vervoer der reizigers naar hotels? Zoover ik weet, niet. Sylt is geen m° badplaats, waar men alles juist vindt zooa» dat het gemakkelijkst is; goede vervoer®' delen, fraaie hotels, en een goed georg^'^ seerde directie. Van dat alles is te Wes e, land geen sprake. De badgasten moeten z weten te behelpen, te ontberen, en hu" schen te matigen. Die dat niet kan 01 wil, kan bij ons niet terecht. Maar dat is ongehoordriep het J° meisje met de grootste verontwaardiging Hoe kunnen er dan verstandige n,eUfcC

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1882 | | pagina 2