23 JANUARI.
Ao 1883
27ste Jaargang
No 1640
DINSDAG
LMD8QÜW8L&D.
Riiitcnlandsch Nieuws.
Binnenlandsch Nieuws.
Zondag 11 gaf de nog jeugdige zangver-
eeniging Amicitia te Kolhorn hare eerste uit
voering inde zaal van den Heer D. Kist, aldaar,
welke uitvoering wel geslaagd mag heeten, en den
Directeur, den heer Evenwel tot eere verstrekt,
wetende dat deze gemengde zangvereeniging
(bestaande uit 00 leden, zoowel dames als heeren)
nog slechts 3 maanden oud is.
Dat de zaal van den lieer Kist meer dan vol
was bezet, zal voorzeker wel het bewijs zijn,
dat Amicitia op een flinke» steun zal mogen
rekenenbij hpar verdere pogingen van beoefe
ning van zang en muziek.
Een geanimeerd bal besloot deze feestviering.
De vrouw van een spoorwegarbeider te
Workum is van honger omgekomen. Een ver
schrikkelijk feit voorwaar, in een land bekend
door zijn liefdadigheidszin.
Omtrent den ramp te Muiden bericht men
ons verder dat het getal dooden 11 is, terwijl
10 daarvan gevonden zijn, met name:
E. KlokD. DollemanSepke van der Weijden,
G. Jongkind, L. v. d. Sluijs, G. v. Ravenswaij
G. Kreunen, J. van Wilsum, en J. Vis.
Voorts moet men nog 3 personen vermissen,
terwijl het getal der gekwetsten 9 bedraagt.
Men schrijft uit Naaldwijk, aan het D.
Een meer dan eenvoudige stoet trok heden
ochtend naar het kerkhof om het lijk van een
oud vrouwtje aan den schoot der aarde toe te
vertrouwen. Op zichzelf zou dat feit niets ver
meldenswaardigs hebbendoch de omstandigheid
dat met haar iemand tengrave daalde, aan wie
door het bijgeloof werd toegeschreven „met den
helm te zijn geboren" en daardoor in staat te
zijn een meer dan gewonen invloed op haar me
deburgers en burgeressen te kunnen uitoefenen,
geeft daaraan eenige belangrijkheid.
Als de laatste slag van het middernachtelijk
uur nog even de lucht in trillende beweging
had gehouden, dan moesten deuren en vensters
der huizen,; ^ie in de onmiddelijke nabijheid
van de woning van het oudje stonden, zijn
gesloten, wantdan was het oogenblik
aangebroken, dat haar nachtelijke zwerftochten
een aanvang namen, en wellicht liep men gevaar
wie kent de listen en lagen, die een demon
den mensch spant? dat zij haar invloedrijke
en geduchte hand naar de kinderen en alles
wat onder haar bereik kwam, uitstrekken en
onheil aanbrengen zou! Zoo zeide het domme
volksgeloof, 's Daags liep ze met een kleine
negotie en ieder aan den macht van den helm
geloovend mensch zou zich wel wachten, haar
weg te zenden zonder koopmanschap te hebben
gedreven. Stond zij dus, waarschijnlijk nolens
volensals tooverheks aange-jchreven, hot domme
bijgeloof kwam haar kleinen handel dus toch
te stade.
A propos, we schrijven1883, en Naald
wijk ligt in een der welvarendste streken van
Zuid-Holland.
- Dinsdagavond vergaderde in Zeemanshoop
de afdeeling Amsterdam der „Holl. Maatschappij
van Landbouw." De heer A. F. Marlet uit
Hontenisse hield een voordracht over de vraag r
„Wat moeten onze landbouwers doen om de
aanstaande Internationale landbouwtentoonstel
ling te Amsterdam te doen strekken tot ont
wikkeling van onzen nationalen landbouw".
Hij wekte den Noderiandschen landbouwer
op tot flinke inzendingen, wees op de groote
voordeelen, welke tentoonstellingen als die te
Kilburn en te Parijs voor den landbouw hebben
afgeworpen en meende, dat het gewenscht zou
zijn, indien gedurende de tentoonstelling tocht
jes op het terrein ondernomen werden, onder
leiding van een bevoegde, welke belangstellen
den op nieuwere zaken of toepassingen kon
wijzen.
Na afloop dier voordracht stond de afdeeling
Amsterdam aan de tentoonstelling een som van
f 2000 toe.
SCHAKER
Dit Und verschijnt drie manl per week. Maandag
Jf'oetitdag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot
's middags 12 ure worden Adverten/icn in het
eerstuitkonier.de nummer geplaatst. Ingezonden
stukken een dag vroeger.
Prijs per jaar] f 3Franco per post f 3.60,
Afzonderlijke nummers f 0.05.
Adcertenticn van een tot vijf regels f 0.75.
iedere regel meer f 0.15. Groote let'.ers worden
naar plaatsruimte berekend.
PBANKBIJK-
Omtrent den'gang van het Anarchisten
proces te Lyon, wordt gemeld, dat o. a. ook
Prins Krapotkine is veroordeeld; maar zes zijn
er vrijgesproken. De anderen zijn veroordeeld
tot kortere of langere gevangenisstraf en
geldboeten.
Prins Krapotkine heeft vijf jaar dwangarbeid,
2000 fr. boeten, tien jaar onder toezicht der
politie en verlies van burgerschapsrechten ge
durende 5 jaren gekregen.
De veroordeelden zullen appel teekenen
tegen het vonnis.
BELG-IE-
Van uit Bmssel wordt bericht dat Z.
M. de Koning, weder hersteld is, en met zijne
Gemalin den 23 Jan. naar Berlijn zal reizen, tot
viering van de zilveren bruiloft van den Kroon
prins van Pruisen.
ENG EL ATSTD-
Zaterdag werd in het Arsenaal te Wool-
wicli ter eere van Prins Napoleon een monu
ment plechtig onthuld.
Prins Napoleon sneuvelde namenlijk in Zu-
luland, en was de zoon van Keizer Napoleon 111.
Dit gedenkteeken is opgericht door 25000
officieren en minderen van het Engelsche
leger.
Prins Napoleon was Gentleman Cadet van
de Militaire Koninklijke academie te Wool-
wich.
TTJEEIJE.
Uit Erzeroem meldt men dat de Turk-
sche politie eene waarschuwing heeft ontvan
gen van het bestaan aldaar van een Arme-
niscli geheim genootschap, waarvan de leden
den volgenden eed zweeren: «De ondergetce-
kende zweert, zich alle opofferingen te zullen
getroosten en, waar het moet, zijn bloed te
vergieten, om zich zelf en zijn landgenooten
van de tirannie der Koerden en der Circas-
<16
HUMORISTISCH VERHAAL.
VAN
PHILIPP. LENZ.
„Gy moest Henriette zelf eens in het verhoor ne
men," zeide zy. „Ik kan niet haar niet gereed komen;
tegen my is zij brutaal en zy beliegt my op deonbe-
schaamdste wijze."
Angstig wachtte zy op antwoord.
Zyn gedrag beviel haar niet zoo goed als zooeven.
Hy trad nu niet zoo vry tegen haar op, als zy anders
van bom gewoon was; hy draaide nu wat om de
zaak heen en dat kon en dat mocht alleen zyn
oorzaak daarin hebben, dat hy geen zuiver geweten
had.
Mijnheer Böhmer wees het hem onwelkome voor
stel van de hand.
„Laat die nietige zaak toch op haar beloop, beste
GeorginaHet best is, op zoo iets geen acht te
slaan."
„O, Rudolf!" riep mevrouw Böhmer uit, „o, Rudolf,
het is geenzins een nietige zaak geenzins een nie-
herhaalde zy met nadruk. „Een keuken
meid heeft het recht niet het portret van haren
meester zoo maar zich toe te eigenen en in haar bed
te verbergen, Daarvoor verdient zy een scherp ver-
wyt en wel van u zelf Buitendien moeten wy
toch weten, hoe zy eigenlijk aan dat portret is ge
komen!"
Mynlieer Böhmer zette zyn gelaat in een ernstige
plooi en trachtte zyn wederhelft te overreden,dat de
siërs en van de kwellingen der Turksche
ambtenaren te verlossen." Dientengevolge zijn
reeds te Erzeroem 400 Armeniërs in hechtenis
genomen en achter slot en grendel gezet.
Het geheim genootschap schijnt goed ge
organiseerd te zijn en is verdeeld in compag-
niën en liattallons, heeft zijne olficieren, onder
officieren en soldaten, en heeft over verschei
dene provinciën zijne vertakkingen.
geheele geschiedenis nog al kiesch was en Henriette
zich zeer gemakkelyk zou kunnen verbeelden, dat
mevrouw jaloersch op haar was, wanneer men zoo
veel ophef maakte van dit oude portret.
Mevrouw Böhmer was van het tegenovergestelde
gevoelen en meonde dat als de oorzaak zoo onschuldig
was, Henriette niet beurtelings vuurrood en doodsbleek
zou zyn geworden, en dan had zy ook do kostbare
soepterrine niet op den grond laten vallen. Bovendien
en dat zeide zy met het toornig rood op de wangen
had zy op haar dienstbode niet jaloersch te zyn;
het was eene boleediging voor haar, zulk een vermoe
den ook maar uit te spreken en zij verzocht van der-
gelyke aanmerkingen in het vervolg verschoond te
blyven. Byna was haar ontvallen, dat Henriette op
het zien van het portret had uitgeroepen: „O God,
mijn toekomstige!"
Mynheer Böhmer haalde de schouders op. „Nu,"
antwoorddo hy luchtig, „wanneer gy naar myn goeden
raad niet wilt hooren, dat kan ik Henriette later wel
eons ondervragen."
Hy wilde Henriette later eens ondervragen, alleen
natuurlyk! zeer sluw verzonnen, waarachtig I
„Moet ik er dan niet by zyn?" vroeg mevrouw
Böhmer, half verwonderd, half verontrust en tegelyk
besloten, geen geheime zamenkomsten tusschen haren
man en Henriette meer te dulden.
Ik acht het werkelyk verkeerd," antwoordde mynheer
Böhmer, tervvyi hy niet scheen op te merken, met
welk een gelaat zyne vrouw deze mededeeling aan
hoorde. „Uit het kleine voorval komt anders nog een
groot proces en, zooals ik reeds opmerkte, het meisje
zou zich iet* kunnen verbeelden."
„Neen, ik duld het niet, dat gy met Henriette alleen
iets afmaakt!" riep mevrouw Böhmer uit, terwyl
zjj de handen zamen kneep en het bloed haar j
naar het gelaat vloog. „Gy neemt haar altyd in be
scherming en wilt ook nu Veder de geschiedenis verduis
teren. Gyonder den kalmen blik, die haar man op
haar richtte, herstelde zy zich weder „zyt veel te
onvoorzichtig tegen die listige meid," ging zy voort, ter
wyl zy zich over hare opbruischenheid schaamde. „Ik
moet er by zyn, anders verdraait zy in vertrouwen
op uwe goedmoedigheid, de geheele geschiedenis en
zou ten laatste nog de vermetelheid hebben, te be
weren, dat ik haar de terrine uit de hand had ge-
stooten."
„Ik denk, dat juist ik Henriette zal moeten verhoo-
ren, omdat gy niet met haar in gereedheid kunt ko
men," meende mynheer Böhmer.
„Waarom bespot gy my, Rudolf?" riep mevrouw
Böhmer weder zeer opgewonden uit. „Gy put altyd
uit myne woorden, iets, om my belachelyk te maken I"
„Het was alechts een kleine scherts, myn schat,"
antwoordde mynheer Böhmer geruststellend.
„Gy behoeft op zulke wyze niet te schertsen, Ru
dolfMoet ik Henriette binnenroepen?"
Menheer Böhmer begreep, dat Georgina met allen
geweld de keukenmeid in hare tegenwoordigheid tot
eene bekentenis wilde gedwongen zien.
Hy kende zyne vrouw genoeg om te weten dat zy
hem geen rust zou laten, voor zy haar wil had door
gezet, en hy overlegde derhalve, of het niet het raad
zaamst was, te bekennen, vanwaar de photographie
kwam. Doch hy verwierp een voorbarige bekentenis,
want, wanneer zyne vrouw op dit oogenblik werkelyk
nog niet wist, waar en in wiens gezelschap hy gis
teren middag was geweest, en dat eerst nu van hem
te weten kwam, zou hem dat zyn geheelen leven tot
ergernis zijn.
„Laat Henriette dan maar komen," zeide hy.
fZordt vervolgd.