E in n a i la n (Is t h iï iciuvs
uitligt
E-i d'. 3 stammen doen zc'i lioorcn op ei-
geimrffige wijzemet door 't geen onze ooreu
treftm ur door 't geen onze oogeu waarne
men. In die lar.n met dikstamraige eiken en
beuken bezet, is ook hier en daar een kas
tanjeboom geplaatst. Ook z'.jn stam is dik en
ook hii draagt vele takken en vele bladeren
aan die takken. Hij heeft in den voorzomer
inet heerlijke bloesems geprijkt en h.j toont
jiot trotsch zijn bladerkroonmaar voor h nu
is de tijd van den herfst reeds gekomen, Daar
zijn reeds zoovele grijze haren onder die an
deren vermengd geraakt, dat men er op vujot
dat het duidelijk en eiken dag duidelijker
zichtbaar wordt en hoe schoon die cigenaai-
(liste, onbeschijfelijk indrukmakende gele tuw
de°r bladeren moge zijn en ons oog daardoor
treft; even als voor den grijsaard het uur van
scheiden door zijn eerwaardig zilveren kruin
wordt gepredikteven zoo is die gele tint zijner
bladeren voor den boom de roepstem, dat
ze zullen heengaan, hem zullen verlaten eu
dat er niet één zal overblijven, met een!
En hij ziet ze vallen en onderwerpt zich
aan zijn lot. Met medelijden maar ook met
een zekeren trots zien de andere boomen dat
aan. Die arme kastanjeboomdenken ze. Zie
dan ons eens aan. Wij prijken nog met onze
bladeren en misschien mengt zich daaronder
11.,g wel de heimelijke gedachte: Zouden ook
wij ze wel vei liezen? Zou het met kunnen
gebeuren, dat wij ze behielden r Wat zitten
die bladeren nog stevig aan de stengelDaar
is al zoo menige windvlaag geweest en toch
bleven ze gespaard. Zij beginnen, al reeds te
twijfelen aan de o veranderlijke Orde in do natuur.
Daar staan boomen, die zoo vele jaren tellen,
lteeds zoolang hebben ze 't sieraad vin ie
laan uitgemiaktl Zoo menig wandelaar je
wonderde hen en kwam voor de brandende
z mnestralen onder hun dicht gewe fd dak
verkwikking en schuilplaats zoeken. Het land
schap om hen heen is in die jaren zoo vcr-
anderd door de lmn.i des mcnschen. Vroeger
hoorden ze niets anders dan den eentonigeu
lan^zamen maar zekeren tred van het paan
dat zijne belletjes liet lioorcnterwijl het de
kar mot hooge wielen voorttrok of nu en dan
den vluggeren stap van het paard, dat een
rijtuicf niet vroolijke menschcn door dc laan
bracht, die in 't voorbijgaan een uitroep van
bewondering deden hoorondie hv.ii go t
Maar dat is veranderd. Zij hooren nu en dan
een schel gefluit; daar is een ander vervoe-
middel gekomen, vlugger, sneller, meer in
overeenstemming met den rusteloozen geest
des tijds. En waar bouwland was, is aan
gelegd plantsoen gekomen, cn waar de een
voudige boerenwoning stond, is een villa
verrezen, en de rook stijgt niet meer sta
tig en rustig uit de schouw omhoog in den
stillen avond, wanneer kalmte over het land
schap was uitgestort en nog enkele zonnestra
len hun afscheidsgroet aan die boomen brach
ten, zoo vriendelijk, zoo lachend, zoo bemoe
digend, als wilden ze zeggen: tot morgen.
"l)at alles is zoo veranderd; heidenen men-
schen zijn veranderd en daarom kon het zijn,
dat zij ditmaal hunne bladeren behieldenwant
ze zijn zoo sterk!
Maar ach! Daar komen dagen van dichten
nevel. De zon kan er niet meer doordringen,
wat ze ook doet. Vruchteloos zien de bladeren
uit naar die koesterendedie goeddoende hand,
die ze zal opdroogen. Die hand is verzwakt en
de bladeren gaan kwijnen. Ze gevoelen het,
"Wolfgang boog hierop.
Ik geef u elk. honorarium, wat gy verlangt, zoide
nu de Hollander, „en gij mijnheer?" wendde hy zich
tot Wolfgang.
„Hat, wat de jufvrouw tot nu heeft gehad,'meende
„Dat is verstandig," zeide Theresa lachende. „Vijri-
heer Arendberg, ik verlang van u eiken avond hon
derdduizend,riep zij plagend.
„Zoolang ik zo heb, zal ik zo ubotalonr' antwoorddo
de" Hollander ernstig en beslist.
Wolfgang zag daarop dezen man scherp aan: toen
keek hij naar Theiesa; doch daar deze kalm en op
geruimd bleef, zoide hy nu ongeduldig
„Wij willen niet schertsen, maar de zaak, waarvoor
wij hier heen zijn gekomen, eindelijk afmaken."
Maar ik zeg u, dat gij de menagerie niet kunt
koopen!" riep de Hollander nu ook ongeduldig uit.
En waarom niet, mijnheer?' vroeg Wolfgang kalm.
"Om dat het u te duur wordt!" stiet de Hollander
bijna toornig uit.
"Dat is nog de vraag! was het wederantwoord.
Gaat gij tot twee, driemaal honderdduizend?"
fluisterde mijnheer Arendberg Wolfgang in het oor.
„Neen." antwoordde deze, „dat is de zaak mij niet
waard, maar wel tot honderd en zeventigduizend als
maximum."
„Te duur!" zeide nu de practische Hollander, en
Wolfgang bij den arm nemende, zeide hij tot hem:
Waarom moeten wij de zaak tegen elkander opjagen
Koopen wij het ding samen. Gij verstaat het vak,
zooals gij gezegd hebt, en ik zoo halt en half. Laten
wij het bij honderd en vijftienduizend laten blijven."
Wolfgang bedacht zich een oogonblik en zeide toen:
dat de vasth id en veerkracht verminderen
en ze zien elkander aan! Die frissche, groene
kleur is verbleekt ze kunnen het niet ineer
ontkennen, dat hun tint is verflenst en ook
geel begint te worden.
Zoo verloopen er dagen. Op eenmaal herleeft
de moed. Helder is de zon uit de kimmen
verrezen. Ze komt terug, maar ze komt niet
alleen. Een vroolijke, krachtige, dartele herfst-
wind vergezelt haar en hij is zonder mede
lijden. Blad bij blad rukt hij af, want zij
hebben geen kracht om weerstand te bieden,
en nog niet tevreden, dat hij hen van hunne
makkers heeft gescheiden en op den grond
geworpen, drijft hij den spot niet hun leed
en dwingt hen, om zich tot eensn kring te
Vormen en hunnen doodendans te dansen; eu als
zijuitgeput van die uitspanning neerzijgen, dan
komt nog dikwijls de ondankbare ineusch, die in
den zomer aan hen verkwikking te danken
had en hen bewonderdeenvertrapt ze
nu onder zijne voeten.
Djeutjciieji. P. v. d. Vei.de. Mz.
H ordt vervolgd.
!en van
en
°eften
Als bijzonderheid op het gebied van een
weelderigen plantengroei kunnen wij vermelden
dat in den tuin van den heer Vis liieperink, een
witte rozenboom isdie voor de tweede maal
in bloei staat, terwijl een roode rozenstruik,
insgelijks voor de tweede keer bloeit.
Men verzocht ons onder de aandacht te
brengen dat bij de Dinsdag 1.1. alhier gehou
den harddraverij, de Willem III de premie
heeft gewonnen in kampstrijd met het paard
Aafke, van den heer J. Dam van Alkmaar.
-In den avond van 20 September heeft
zekere K.wonende te Schagenin de Spoor-
sloot bij het stations koffiehuis zich door ver
drinking van het leven beroofd.
Wie Donderdagavond jl. zich de moeite
had getroost een bezoek aan de zaal van den
heer C. Ivos te brengen, zou met genoegen
kennis hebben gemaakt met de producten,
door de leerlingen der Iluisylijtschool in den
verloopen winter vervaardigd. Artikelen van
kunst en smaak, voorwerpen van algemeen
en huishoudelijk gebruik lagen er in ruime
verscheidenheid, netjes uitgestald. Hier werd
het oog door een uiterst keurig juweelenkistje
of fijn bewerkt horlogestandaard geboeid,
uitstekend vervaardigd door N. de Boer; daar
netjes vervaardigde schrijnwerkersvoorwerpen:
opgelegde tabaks- en theekistjessigarendra-
gers, van hout vervaardigde [mozaïken tafel-
matjes, fraai vervaardigd, o. a. door T. en P.
Groot, elders anders weer artikelen van al
gemeen nut.
Noemden wij hierboven enkele namen van
hen die uitmuntten, allen verdienen evenwel
een woord van lot, voor het werk dat zij in
betrekkelijk zoo korten tijd hebben geleverd.
't Is jammer, dat het leven van cene zoo
nuttige instelling niet voor altijd verzekerd is.
Afgescheiden van de nuttige en aangename
uren, welke ze het kind uit den gegoeden
stand verschaft, kan ze bijdragen tot het voor
zien in de behoeften van het werkliedengezin.
Wanneer in den winter het werk schaarsch
en de nood soms groot is, zou de knaap, de
vader met hot geleerdedat ismet matten
en vlechten van zittingen, het vervaardigen
van pijpedoppen en inuizevallenhet breiden
„afgedaan!"
„Mojufvrouw Theresa," nam nu mijnheer Arendberg
hot woord, „vindt u hot goed, wanneer wij beiden,
die hoer en ik, de menagerie koopen?"
Theresa keek verrast op. „Daarover heb ik immers
niet te beslissen," zeide zij, terwijl zij hem verwonderd
aanzag.
„Toch wol," zeide de Hollander, „ten minste ik wonsch
uwe toestemming."
„Ik zou dio insgelijks niet missen," zeide Wolfgang.
Theresa bedacht zich een oogenblik.
„Dan zal ik het onder deze dubbelde directie beproe
ven," antwoordde zij opgeruimd.
„MovrojawjBryland deze heer, met my in compagnie,
biedt honderd en vijftienduizend francs. Wilt gij
zeide nu mijnheer Arendberg tot de weduwe, die met
groote spanning deze verhandeling gevolgd was.
De weduwe toonde zich een weinig bedrogen over
dezen afloop. Honderd en twintigduizend, dat is deze
schoone zaak ruimschoots waardmeende zy.
„Honderdvijftienduizend en geen penning meer," riep
de Hollander uit, „de transportkosten zijn voor de
helft voor uwe rekening."
De oude dame zag nu in dat zij het met geen dwaas
le doen had, zooals zjj eerst meende, maar met een
voorzichtig, verstandig man van zaken, en sloeg nu
ook eindelijk toe.
Hiermede nam deze merkwaardige zaak een einde en
zoo ging de zaak Brylatid in handen van Arendberg
en Atrani over.
Binnen weinige dagen waren de formaliteiten van
den verkoop volbracht. Pe weduwe Bryland reisde af
en het houten gebouw kreeg nu een nieuwe firma.
van netten en het vlechten en strengelen v;
„remkettingen en vele zadelmakersartikel,
niet In de noodzakelijkste levensbehuefi
b-nnnen voorzien?
Voor dut alles rijn luttel grondstoffen nood»,
"Vereenigii'g u tot werkverschaffing kouden
ontbonden en de uitgaven van diaken- en
diakenen
armbesturen tot een 'kleine som ten,ggebrafcfo
worden. Daarom vereeuigingcn, invloedrijke
ingezetenengegoede burgers, en gijallen
het wel nieeut, steunt de huisvhjtsch,.,,!
(llü llL/ 7"lt J
-•uj^n
zedelijkhelpt ze geldelijk Gij zult daardoor
biidragen tot een werkelijk goed doel: de
zelfverheffing van den vhjtigen werkman En
doet uien dan niet eene belangrijke schrede
op het goede pad vooruit?
OoSTiiuiZKn. Tot onderwijzeres aan de
tweede openbare school in deze gemeente is
benoemd Mejuffrouw A. J. bonneaberg te
Zutfen.
Ds Ten Brüggenkate alhier staat op het
twaalfial voor de vacature te Olst (Overijsel.)
rpe Amsterdam heeft thans een 10-
11-jarige knaap .PhilipRoth, in de l'ai kschouw-
burg, proeven gedaan van zijn geweldige reken-
kunstgetallen van 6 cijfers vermenen
- w muwt
hij uit het hoofd met andere van 3 cijfers
eu lang voor een ander gereed is met de be
rekening op het bordgeeft de rek en kunstenaar
zijn niilliarden al op.
In zake de beleende treurige baldadig
heden op liet Munsterkerkhof te Utrecht, wordt
ons medegedeeld, dat de stukken door de
Rechtbank in de raadkanier zijn onderzochten
daarna aan den rechter van instructie tero-r.
gezonden met bevel, onderzoek in te stellen
naar een gebleken contradictie in de beide
rapporten van de geneeskundigen. De heeren
Talma en Brondgcest moeten in hun rapport
tot een voor de studenten zser bezwarende
conclusie komen.
Morits Scharfde veertien-jarige geinig
in het proces van Tisza-Eszlardie als beschul
diger van zijn vader optrad, is thans, naar
men bericht, met zijn ouders naar Amsterdam
gegaanwaar hij in een vak van nijverheid
waarschijnlijk wel tot het diamantslijpeii opgeleid
zal worden. De knaap is een tijdlang verbor
gen gehouden in het Doofstommen-geslicht
te Pest. Zijn ouders blijven ook in Amster
dam.
Dinsdag had te Groningen een vreeselijk
voorval plaats. Twee jonge kaaskoopers, broe
ders, uit ZwaagwesteindeSietse Jan en Ale
Hulsinga, 10 en 23 jaar oud, waren naar
Groningen, om hunne waar aan den man te
brengen en hadden hunnen intrek genomen
bij den slaapsteehouder van der Veen aan liet
Gedempte Zuiderdiep bij de Jonkerstraat. Daar
kregen ze 's middags een woordentwist. De
oudste verweet den ander dat hij te weinig
verkocht had, en de jongste, die geslagen
was, ontstak in drift, nam een kaasmes en
en bracht daarmede zijn oudsten broeder een
steek in het linker bovenbeen toe. De steek
was noodlottig: een slagader was doorstoken.
De getroffene bloedde verschrikkelijk, sta
melde nog de woorden wO Godik sterf' en
viel daarop in zwijmwaaruit hij, ondanks de
omniddelijk verleende heelkundige hulp, net
meer mocht ontwaken. Zijn lijk ligt thans in
het Academisch zie v enhuis.
De dader vluchtte na de bedreven tnisdaaj
Wolfgang Möllenhof had zijn menagerie naar Europa
laten komen, eigenlijk met het doelafleiding te hebben»
Het leven scheen hem dor en vervelend toe,
was er niet die hem in Australië tot arbeiden dwou?-
hij nam zyn toevlucht tot het menagerieberoep,
eensdeels uit zucht tot verzet daar zyn moeder
zoo angstig voor was, anderdeels vond hij in
gestadig verkoer met de groote roofdieren, die "U n™
eens plaagde, dan weder streelde, zulk een bekoom*'
heid die hem prikkelde.-Zoo had'hy dan ookL
beroep gekozen. Als erfgenaam," zoo had hfj zien
voorgesteld, zou hij de menagerie by zjch in
tot zijn eigen liefhebber;] kunnen houden, on siev j
oenige maanden in het jaar met haar behoeven iro
te reizen, opdat de kosten van onderhoud niet do
zyn vermogen gingen. Want de voormalige speler
spaarzaam geworden, hy scheen zelfs dikwijls heoz
tig, wanneer er spraker was' van groote somnw11-
alleen wanneer ket eene voldoening zijner lu' ,,,r
gold, rekende hy niet. Toen men de erfenis. <j
moeder terug hield, maakte dit eene veranaeu fc
zyne plannen. Dat veroorloofde hem vooreerst
zulk een leven te verschaffen. ;Nu moest rnj
gereed te zyn, wanneer de loop der zaken hem ten.
dwingen Europa ten spoedigste te moeten i
Toen ontmoette hy Theresa en werd <w°
verschijning getroffen. paar
Daarna kwam een wensch bij hem v.vaa
principaal te zyn, welk voornemen voor iden j.gD
Bryland zoo bijzonder in de hand gewerkt4[uit
van beiden: of zy werd zijn vrouw - "mStt-r
den weg geruimd worden, ene0n t^]iingeea
kan immers zoo gemakkelijk by eene vooro
ramp overkomen. i
Wordt vervotr'