l a n d b g u w b l a d, wikkel, 28stc Jaargang. Een VOLKSLEIDER. Ao. 1SS4. K i e u w s» ié TE SCHAQF.N, Gemeente Scha gen. Bekendmakingen. HE II UK. IIinnenlnndsvh Nieuws. Jlê 17.33. Algemeen Advertentie- Dit blad verschijnt tweemaal per week Jf oens dag en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden Adverlentièn in het,, eerstuitkomend nummer geplaatst. Ingezonden stukken één dag vroeger. UITGEVER: Laan, Wijk D, No. 5. Prijs per jaar ƒ3.—Franco por post f 3.(10. Afzonderlijke nummers f 0.05. Advertenticn van één tot vijf regels f 0 75. iedere regel meer f 0.15. Croote letters wor den naar plaatsruimte berekend. E POLITIE. Ter Gemeente-secretarie zijn inlichtingen te bekomen omtrent een in die gemeente gevonden parapluie etn zweep. Burgemeester en "Wethouders van Schagen; Gelet op het besluit van Heeren Gedeputeerde Staten dezer provincie van den 2 Januari 1884, No. 14, (Pro vinciaal blad No. 2.) Gezien het Koninklijk besluit van 29 November 18c3, (Stbl. No. 161,) waarbij is bepaald dat in het jaar 1884 aan den herijk zijn onderworpen de maten en gewichten; Brengen ter kennis vati de ingezetenen, dat die herijk, binnen deze gemeente, zat plaats hebben voor de gewichten voor fijnere wegingen, op Zaterdag 15 Maart a. s. des namiddags van 2 tot 4 ure; voor de overige maten en gewichten, op Maandag 17 en Dins dag 18 Maart, van des voormiddags 9 tot des namid dags 3 ure, alles in het lokaal de Beurs" van W. ROGGEVEEN Cz„ Wijk F, No. 36, ingang aan do Noord zijde. Schagen, den len Maart 1884. Burgemeester en Wethouders voornoemd, G. LANGENBERG. De Secretaris, DENIJS. Schagen. Met het oog op het vijfjarig feest, dat aanstaanden Zondag door onze Gym nastiek- en Schermvereeniging „Ltcükgus" al hier zal worden gehouden, meenen wij het niet ondienstig langs dezen weg der Burgerij in overweging te geven, om, door op dien dag onzen nationalen driekleur uit onze huizen te doen wapperen, onze ingenomenheid met dit feest te kennen te geven. Dus, bnrgers, de vlaggen uit! „Lycurgus" is het waard. Historische Homan van Ferdinand Scuifkorn. Uit het Duitsch. (21). VEERTIENDE HOOFDSTUK. Het jaar 1848. Nu trad ook Morkulu, de rechter van Kishegy, naar Roman toe, vergezeld niet alleen van Donatu, maar ook dos landbeers oude, eenoogige koetsier Bretschha, die als een der getrouwste dienaars van Uermenyi gold en daarom door de dorpslieden steeds gemeden werd. Morknlu schudde Roman de hand. „Gij ziet, wij zijn allen op uw roepstem gekomen," zeide hij, en op Bretschha wijzende, voegde hij er bij „gij kunt hem vertrouwen, bij is geen verrader." „Gij moet hem beter kennen dan ik," antwoordde Roman, „maar zeg mij nu, h d het bij u staat" „Slim genoeg," antwoord* de rechter, „de landheer wordt dagelijks zinneloozer, Domna Jelonda hitst hem op en Antal's stok heeft meer te doen dan ooit. U en Misko heeft hij den dood gezworen, en hij gaat nu nooit meer zonder zijn geweer het dorp in, in de hoop een van u beiden te ontmoeten." Roman's oog vonkelde onheilspellend. „De moorde naar doet er goed aan," zeide hij daarna kalm; „wanneer wij elkander ontmoeten, is voor een van ons beiden het laatste unr gekomen." Toen wendde hij zich tot Donatu, om hem met eenige woorden te bedanken voor den dienst, waarvan hij door Misko's mededeeling kennis had gekregen. De knaap wees de dankbetuiging bescheiden af. „Ik deed alleen wat Rosmunda verlangde," bekende hij rondweg, „Rosmunda is een duivelsch meisje en wat zij zich eenmaal in het hoofd zet, moet ge- schieden." „Dan zullen wij maar hopen dat zij zich alloen wat goeds in het hoofd zet," meende Roman lachende. „God weet het," gaf Donatu zuchtende ten ant woord, „zij nam nu zelfs dienst bij de jonge domna Illona, ofschoon hare moeder nu, gij kent immers treurige geschiedenis." Sciiagen. Zondag 1.1. had het Concert plaats van onze Harmoniekapel. Het rijk en afwisselend programma verschafte het publiek een genotvollen avond. De „Harmonie" kweet zich flink van haar taak en gaf blijken van vooruitgang en studie. De solo voor hobo, uitgevoerd door een lid van het Helderseh Marinecorps, werd mét tact en netheid uitgevoerd. Tot slot van het programma gaf de Rede rijkerskamer „de Roos" welwillend het stukje: „Schuiven gaan ze," Blijspel met zang. in 1 bedrijf, ten beste. Aangenomen Imt beroep naar de Doops gezinde gemeente te Barsingerhorn c. a. door Ds. J. Westeruian llolstijn te VVestzaan (Zuid.) Men verwacht binnen weinige dagen de uitlevering van Schepop, een der moordenaars van den boerenknecht onder Ileinoo bij Raalte. Het schijnt dus, dat er termen gevonden zijn om Schepop, die nog in Kleef in hechtenis zit, te kunnen uitleveren. Ruim drie jaren geleden vond een arme vrouw te Enkhnizen op een schemeravond een jong kind in doeken en luiers gewikkeld in de sneeuw liggen. Ze had deernis met den kleine en nam hem mede naar huis. Toch gevoelde zij zich met de zorg voor het hul- pelooze en verwaarloosde wicht wel wat be zwaard. Zij vertelde van hare vondst en hoe zij daarmede zat, aan de vrouw van C. R., die het kind voor hare rekening nam„zij hadden al verscheiden eigen kinderen groot gebracht, zij meende, dat het hiermee ook wel zou lukken." Er viel heel wat te genezen en te reinigen. Doch met onverdroten zorgen kwamen zij te ko- zoover, dat er aardigheid aan begon Roman keek verwonderd on verheugd op. „Hoe, jufvrouw Illona is nog tehuis!" vioeg hij„zoudezen winter reeds niet haar huwelijk plaats hebben? Donatu haa'de de schouders op. „Het heet, dat de jonge domna ziek is geweest maar ik denk, dat zij door Rosmanda, ofschoon dio er niet vooruit wil komen, van de gebeurtenissen van dien nacht, in welken het groote feest in het hecronhuis gevierd werd, gehoord heeft, en Donatu's vertelling werd hier tot Roman rs leedwezen afgebroken door het luide klokkengebcngel, dat van de kerktoren van het naastbijzijnd bergdorp wi er- klonk, bet eindigen van den vroegdienst aankondigende, met welk gelui zich spoedig ook dat der andere klokken van omliggende plaatsen vereenigde, een koraal vormende, dat door de zuivere lucht der Alpen helder en plechtig weerklonk. Het was het teeken, dat de vergadering een aan vang zon nemen en de eensklaps ontstane stilte herinnerde Roman aan zijn plichten op dezen dag. Als afgevaardigde van het Blasendorfer Rumeensche Comité en als leider der berggemeenten, betrad hij het bergplateau en begroette de gasten in naam van dezen met weinige warme woorden, herinnerde daarna kortelijk, wat in Weenen en Pest tot nu was geschied, en deelde toen de besluiten van den Magyaarscheu rijksdag in laatstgenoemde stad mede, waar de ondeelbaarheid van het landgebied der ütephanskroon was uitgesproken, en de opheffing van de leenplich- tigheid en tienden, de algemeenheid der belastingen de gelijkheid van alle standen voor de wet was ge regeld, terwijl in Siebenbürgen trots dit alles, de oude slavernij voortduurde. Hij wees er daarna op, dat in de worstelingen der volkeien, zoolang de a rde bewoond was, alleen die naties een achtenswaardig en duur zaam bestaan had veroud, die door eigen kracht hot juk der slavernij afwierpen en zich daardoor de vrij heid waardig hadden getoond, en nadat hjj het pro gramma van den Blasendorfer partijdag, zoowel als het bericht, dat m deze dagen dergelijke vergaderingen in het gehcele land, zoover Rumeniër leven en lijden, zouden worden gehouden, had medegedeeld, eindigde hij met de aanmaning om eendrachtig en broederlijk men liet werd een aardig aanvallig knaapje, bi] al de hnisgenooten om het zeerst de lie veling. Hoe dat alles kon samengaan, zonder dat de moeder van het, kindie mede in het spel kwam, en zor.der dat het geval zelfs tot opspraak aanleiding gaf, is vrij raadselachtig. Intussehen, een meisje dat voor eenige jaren buiten echt daar ter stede bij hare familie aan huis bevallen was en sedert weder buiten ge diend had, kwam als getrouw le vrouw te Kokhuizen wonen en eischte het kind, zoo ze zegt h a a r kind, op. De pleegouders verlangen het te behouden en geven het niet over maar na 'verloop van eenige dagen is het kind weggesto len! klinkt het. Inderdaad komt men tot de ontdekking, dat de vrouw, die het heeft opgeëischf, het in haar bezit heeft. De pleegvader gaat om raad naar een rechtsgeleerde, en terwijl de nieuwe bezitster afwezig is, vertoont zich de pleegmoeder aan het knaapje, en het gaat weer met haar mee. Naar men zegt, is de justitie» thans met de zaak gemoeid. fEnk/t. Ctj Een 5-jarig ziekelijk knaapje uit een arbeidersgezin te Ridderkerk zat met een stoel bij het vuur. Z;jne kleederen vatten 'vlam, en de moeder, die ongesteld te bed lag, kon geen hulp verleenen, zoodat het kind spoedig geheel door de vlammen werd omringd en zulke he vige brandwonden bekwam, dat het eenige uren later onder smartelijk lijden bezweek. Naar wij vernemen worden tnsschen do Transvnalsche regeering en eene combinatie van Engelsehe kapitalisten onderhandelingen gevoerd over den aanleg van een spoorweg, welko onderhandelingen reeds zoover gevorderd zijn dat naar den Transvaal geschreven is om uit te zijn, zonder welke geen groot Werk kan slagen. Deze aanspraak vond jubelenden bijval, waarop naeorï korie pauze, gedurende welke de vertegenwoordiger» der landelijke gemeenten met elkander overlegden, de oude, eenoogige Bretschha de redenaarsplaats betrad. De schijnbaar afgeh olde grijsaard, mot het mummie achtige gelaat en tiet weinige witte baar op den kalen schedel, scheen in dit oogenblik een tiental jaren jonger te worden, zijn gebogen gestalte strekte zich uit, zjjn oog fonkelde met een daemoni-eh vuur en zjjn sten» beefde hoorbaar, niet van zwakte, maar van langen, verkropten toorn. „Vrienden!" riep hij, terwijl hij do handen ten hemel uitstrokfe, „God liet mij tachtig jaren oud worden, opdat ik dit oogenblik zou beleven, hetweltc ik sedert vijftig jaren van hem onophoudelijk wr-eeendo, vloekende of biddende afsmeekte, het oogenblik, waarop ik oude man de centenaarlast zon kunnen afwerpen en eenmaal voor de eerste maal onder God» vrijen hemel, niet sidderende en niet het hoofd bui gende als de hond voor zijn meester, maar rechtop staande, zonder vrees, vrij en open, als mensch tegi n- over mensch, als Rumeniër tegen Rumeniër, mag spreken als zoodanig echter zeg ik u, wilt gij vrij worden, houdt u dan niet op met programma's vast ie stellen, maar neemt haak en sijs of het vuur en dan ter neder met alles, wat Magyaar beet en Ma- gyaar is!" Zoo aangrijpend de eerste woorden van den spreker op» de vergadering hadden gewerkt, zoo onverwacht kwan» deze naakte uitbarsting van de wildste wraakzucht, dat het meerendeel in stomme verbazing bleef eu slechts er.kelo stemmen een luiden kreet aanhieven. Doch in plaats hiervan verootmoedigd te worden, speelde er een bitter, verachtend lachje om des grijsaard» lippen, terwijl hij voortging:- „Gij verbaast en staat bijna verstijfd, dat een Rumeniër alzoo durft te spreken; o, dat begrijp ik Van kindsbeen af zijt gij. immer» alleen g woon aan de kreet r sla dood den Rumeen-chen schuik, den knecht,den slaaf! Vertrap hemd Welnu, zno u die kreet, die roepstem beter bevalt, gaat dai* gerust uit elkander, laat u verder ook slaan en vers treden, geeft hen als tot nu have en goed, levert 1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1884 | | pagina 1