geen onbetwistbaar nnt hebben en dan zou menigeen die, waarom dan ook, een tegen stander van bepaalde lichaamsoefeningen is, i den voorstander in onzen tijd kunnen tegen werpen, dat die behoefte tegenwoordig niet bestaat, dat men tegenwoordig niet uren lang met een breed slagzwaard behoeft te strijden, om helmen te doen splijten, noch behoeft te worstelen, ten einde alleen door verbazende spierkracht te overwinnen. Bij eene nadere beschouwing der hooggewaardeerde gymnastiek vertoont zich nog eene andere goede zijde, die in alle tijden bruikbaar en toepasselijk is. Wanneer een paard of ander sterk dier wist. dat het zooveel kracht, zoo veel meer kracht dan de mensch heeft, zou het zich dan zoo gedwee onderwerpen en bukken voor hem, die inderdaad de zwakkere is? Welnu de zelfbewustheid van vermogens, die men wer kelijk bezit, geeft, kalmte, moed en vertrouwen. Lauwheid kweekt moedeloosheid, moedeloos heid kweekt flauwheid en slaafsche onderwer ping. Sluimerende krachten, zoowel van lichaam als van geest, moeten opgewekt worden. De mensch, iedereen moet gebracht worden tot een duidelijk besef van hetgeen hij vermag. Zoo menigeen staat in stomme verbazing over 't geen een ander kan tot stand brengen en weet niet, dat hij, bij genoegzame ontwikkeling en volharding, datzelfde zou kunnen doen. Dit is naar mijne meening nog een ander groot nut aan de beoefening der Gymnastiek verbonden. Ik stel op den voorgrond, dat ik hiermede niet bedoel, dat men tot roekeloos heid, tot overdrijven, tot het spelen met zijn leven mr et overgaan, alleen om anderen te overtreffi-nverre van daar; maar ik beweer, dat menigeen door eene verstandige beoefe ning der Gymnastiek zal verkrijgen eene mate van zelfvertrouwen, ontstaan door 't bewust zijn zijner krachten. Ilij voelt, hoe die krachten door gestadige oefening toenemen en 't wordt hem duidelijk, wat volharding vermag. Hij meet zijne krachten in een edel strijd perk en terwijl hij alle krachteu inspant, om uit te_ munten, wint zijn lichaam in ontwikke ling en gezondheid, 't, Is eene ontspaning in onzen tijd zoo hoog, zoo meer dan ooit noodig in onzen tijd, waarin van den geest dikwijls zoo bovenmatig veel gevorderd wordt, waarin zenuwen in te groote overspanning en spieren in te groote verslapping komen; in onzen tijd, waarin zoo luide wordt geklaagd over achter uitgang in lichamelijker] welstand en waarin wij bij andere landen vergeleken, nog achter staan in de aanwending der middelen om een gezond lichaam als de beste woonplaats voor een gezonden geest te bezitten. Daarom verdient uw streven ondersteuning en aanmoediging! Leden van r/Lycnrgus" reeds nu hebt gij gezien, wat oefening vermag. Gij waart boe jeugdig uwe verceniging ook zij, bij machte om eervol te kampen in den strijd Van harte wensch ik u daarmede geluk. Maar gij zidt nog schooner overwinning behalen. Juist deze uitslag zal tegenstanders ontwa penen, zal onverschilligen en lauwen tot na denken, tot erkenning, tot toetreding brengen. Gij zijt nog een jeugdige plant en die plant moet r.og groeien. Belangstelling moge was dom geven en eerst najaren zullen de werkelijke vruchten tot rijpheid kunnen komen. Maar wanneer dan ouders zich zullen verheugen in flink ontwikkelde kinderen, en die kinderen, mannen geworden, dankbaar zullen erkennen, wat zij aan de Gymnastiek te danken hebben, dan voorzeker zal de overwinning schoon zijn. Viert op den eersten Pinksterdag uw feest met dat heerlijk vooruitzicht! Doetinchem P. van de Velde Mz. Binnenlandsch 1\ iemvs Bij de op 26 Mei II. gehouden inschrij ving voor de besteding van een te maken Zeesluis te Aartswoud, waren de volgende 1.2 inschrijvingen ingekomen: P. v. d. Koolwijk te Heerder, v. ƒ72400. H. Pool Medembük, nu 69415. C. Blankenvoort u Monnickendam n n 75100. W. Lammers u Struijen n 73912. G. Moorman n Helder n 75600. M. W. Schreuder Kolhorn n n 73585. G. Vlot i> Hardingsveld f/ „31500. J. Jb. Bekker Gelderland n n 78700. Jb. Schreuder w Kolhorn nu 78860. J. Kooi j ii Amsterdam n u 74480. Jb. v. Nadord Struijen n ii 71400 De raming was f 74500. De laagste inschrij ver is de heer FT. Pool van Medemblik. Bin nen 8 dagen zal de gunning bekend zijn. liet Koninklijke gezin heeft Vrijdag laatstleden Oranje-Nassau-Oord verlaten via Frankfort de reis aannemende. H. M. de Ko ningin naar Kissingen eu Z. M. de Koning naar Carlsblad. In het laatst van de volgende maand wor den II. H. M. M. op lietLoo terugverwacht ELNDE. oor het gerechtshof te Amsterdam stond Dinsdag ter zake van opzettelijken dood slag terecht, Antonie Merlijn, oud 33 jar koopman, geboren en wonende Barneveld. Hoo' wordt ten laste gelegd, dat hij 23 Maart den nog geen jaar oud zijnden Henderikus het kind zijner vrouw, dat hij bij zijn huw lijk erkend en gewettigd heeft, zoodanig de gesloten vuist op het hoofd geslagen c-n hem ledematen gebroken of daaraan getrok ken heeft, dat hij dientengevolge is overleden Hij erkende, dat hij bedoeld kind, dat het zijne niet was, niet mocht lijden en dat hij het meermalen mishandeld heeft. Eindelijk heeft hij volgens zijne opgave on voornoemden dag, terwijl zijne vrouw naar de kerk was, een been en beide armen van het kind gebroken en het bij het rechteroog en linkeroor gedrukt, het hoofd tusschen de han- den genomen en met zijn gesloten vuist een krachtigen slag op het hoofd toegebracht. Eerst had hij opgegeven, dat het kind een stuip had gehad en dat hij het uit zenuwachtigheid had laten vallen. Plij had aan dokter J Versteef verzocht om een bewijs van overlijden, ook met het oog op eene uitkeering van de ver zekeringsbank ,,De Nederlanden" te Rotterdam. Dat gaf intusschen aanleiding tot het instellen van een nader onderzoek. Het bleek toen ook dat hij zich tegenover buren hai uitgelaten, dat hij den dood van het kind wenschte. Be- schuld. heeft zulk een koelbloedigheid aan den dag gelegd, dat hij na het plegen van den moord nog de kerk heeft bezocht. Omtrent eene geheimzinnige gebeurte nis, Maandag morgen ten kantore der Associatie- Cassa te Amsterdam voorgevallen, verneemt het HU. het volgendeDe hoofdkashonder stelde den assistent-kashouder twee pakjes bankbiljetten ter hand, om uit te betalen aan verschillende personen die stonden te wachten. De assistent-kashouder betaalde het eene pakje uit en greep naar het andere, bestaande uit dertig bankjes elk af 1000, maar de biljetten waren weg en zijn weg gebleven, men onder zoekt. De hoofdkashouder heeft, gelijk uit zijne boeken blijkt, de som uitbetaald, maar het onderzoek wordt bemoeielijkt, omdat de 71 jarige assistent, wiens eerlijkheid en goede trouw buiten kijf zijn, niet mei- juistheid weet waar hij het pakje bankjes heeft neergelegd. In eene advertentie in het N. v. d. I), worden f 1000 belooning uitgeloofd aan dengeen, die voldoende aanwijzing kan geven van den persoon, die het bankpapier in zijn bezit heeft. Eene goede ,/kennis". Een vreemd geval deed zich te 's Htrtogenbosch een paar dagen geleden voor. Een ingezetene ontmoette op straat een zijner kennissen, die elders woont, en vroeg hem ten eten. Thuis komende, was de vrouw bijna met de tafel gereed en de genoodigdc, die eenige nieuwe hemden opgevouwen zag liggen, had al spoedig twee er van, zonder dat door man of vrouw iets was opgemerkt, gekaapt. Na 't eten waren de tvvee luidjes ge woon een dutje te doen en werd door de vrouw ook aan den genoodigde, gevraagd, of hij ook niet wat wilde rusten, waarop een toestemmend antwooid volgde. Bij 't ontwaken waren de echtelieden niet weinig ontsteld bij de ontdek king, dat de gast vertrokken was medenemende een horloge met ketting. Terstond werd daarvan aan de politie ken nis gegeven, die al spoedig den dader opspoor de en naar het huis van bewaring aldaar overbracht. Zaterdagavond jl. ontving de Burgemees ter van Vlaardingeu per post een brief, hoe dende liet bevel om aan een opgegeven ai res f 50 te zeilden of om tijd en plaats e bepalen, waar die som kon worden afgeaaa zullende hij (de schrijver), zoo daaraan binnen vier dagen niet voldaan werd, trachten m breken of den geheelen boel in brand te s e ken. De politie, van het feit ondericht, terstond maatregelen genomen, die er toe r leid hebben, dat de schrijver iets anders geld zal krijgen. schappen der cultuur-volkeren eigen is, van daar ook dat Lij cr uliijd op bed.icht was, handen en hoefden van andero natiën aan zich dienstbaar te nuken en de resultaten van vreemden arbeid bet laiioealo manteltje om te hangen. Ja, door langdurige oefe ning brachten zij het daarin zoover, dat zij gelijk jagers en zeelieden hun eigen leugens voor waarheid namen Trotsch toonen zi) den vreemdeling hunne heerlijke hoofdstad met hare Magyaarsche acidamie's. univer iteiten, kunstverzaaielii gen, hare grootsehe handels- en industriëele ondernemingen en ver geten geheel en al, dat negen tiende ieelen van al die heerlijkheid het werk zijn van die zoo zeer gehate Duitsehers, Slaven, Jodou en Zigeuners. Deze zelf verblinding alleen verklaart het waanzinnige donkbeold, niet alleen do Duitsehers, maar ook hun litteratuur, kunst en wetenschap te willen verjagen, want het tijdstip, waarin de vervulling van dezen wensch zou plaats gnjpeu, zou onvormijdjlijk ook het begin zijn van eene geestelijke verdooviug in het rijk der Stepliau's kroon. Hoe boeiend en onderhoudend het gesprek vao dezen avond voor mij ook was, zoo bleef ik toch den zwijgenden deelnemer, den zigeuner Misko, doorloopeud aanzien. J e eigenaardige vermenging van melancholie en zorgeloosheid, beschaving en oorspronkelijkheid in het wezen van dezen maD, had mijn belangstellino- ten zeer.-te opgewekt en herhaaldelijk beproefde ik het dan ook lam in het gesprek te mengen, terwijl hij onder de hand uit oen stuk lindehout met vaardige hand allerlei speelgoed sneed voor de kindereu. Doch hij autwooid 'e meestal kort en verstrooid, en slechts eenmaal verliet hij zijne teruggetrokkenheid. Illona had op vriendelijke en deelnemende wijze hem namelijk gevraagd, of bij ook niet in bet geheim den wensch ki esterde, zijne stamgenooten op eigen grond en bodtm tct een machtig volk vereenigd te zien, waarop een half verachtend, half droevig lachje om zijn lippen kwam eu hij r.a een lange pauze antwoordde: „Wjj Zi^euiers willen niet, ook al konden wij het, en opdat u mij niet beklagen zult, Domna, zal ik u ook d reden mededeel n, zooals mijn vader mij die medr deelde. Toen de volkeren der aarde zeer talrijk waren gewordeu en over de grouzen van kuuue woon plaatsen met elkander in strijd waren geraakt toen riep de groote Gte^t, die hen had geschapen hen te zameu, om eene rechtvaardige verdeeliug te 'kouden. Schagen. Donderdag 11. had er een treu rig ongeval plaats in het locaal van den heer B. alhier. Een der bezoekers namelijk, de heer M. van Wiaringen, die aldaar een stuk bief stuk verorberde had het ongeluk daarin eens klaps te stikken. De spoedig bijgehaalde ge neesheer Dr. Ensing, kon slechts den dood constateeren. Oudkakspel. In de op heden gehouden vergadering van het Ambacht van West-Fries land genaamd Geestmer-Ambacht. is benoemd tot Hoofdingeland van den Hondsbossche en Duinen tot Petten, vóór Geestmer-Ambacht den Heer C. Kroon Mz., dijkgraaf van het Ambacht van West-Friesland genaamd Geest mer-Ambacht. De ?aak duurde echter lang, omdat ieder volk meer wilde hebben dan hem word toegedeeld; er was een gehandel en e3n loven als op een jaarmarkt. Alleen de Zigeuners, dio st-eds vrank en vrij hadden rond gezworven, bekorrim -rden zich niet om hun deel, en daar het een hcete dag was, legden zij zich neder in do schaduw van een grooten boom, en versliepen do geheele verdee'ing. Toen zij dan met slaperige oogen voor den Geest tradon, zeide deze lachende: „Gij komt te laat, kinderen, want aarde en water zijn tot op het laatste deeltje weggegeven, doch opdat gij niet boos zult zijn op mij, zal ik u daarvoor de lucht, die de aarde omgeeft, in bezit geven, en in dit eigeridom zult gij u zoo wel bevinden, dat nimmer het verlangen om grondbezit het hart van een Zigeuner zal drukken!'' Den volgenden dag nam ik afscheid van de beste menschen. Koman geleivide mij ver over de grens van zijn bezit, en bij deze gelegenheid richtte ik nog de vraag tot h<m, waarom hij niet liever de erfenis van zijn echtgonoit had aanvaard, om op deze wijze met veel minder moeite in het vaderland zijn plannen uit te voeren. „Het was mijn plan," antwoordde hij, „en was Siebenbiirgen in onmiddellijk verband met Oostenrijk gebleven, dan zou niets mij daarvan hebben terugge houden onder Mngyaarsche Comitaats-voogdij en- willekeurige heerschappij echter kunnen zij, die geen Magyare zijo, niet lieren. Illona zou als de vrouw van een Rumeniër van de zijde harer standge- nooten all en vernederingen en vijandelijkheden onder vonden hebben, ik zou mijne krachten verspild hebben in den kleingo.-stigeu strijd der rassen tegen buren en overheden, en dan, wat ik hier deed, is ook voor mijne landslieden aan gene zijde der grenzen gebeurd, en gelukt mijn streven en dat mijner partijgenooteu, dan mag de dag nog komen, waarop ook zij edeler en degelijker wraak zullen nemen, dan in het jaar 1848." Dit waren de laatste woorden, die ik hoorde uit de mond van den man, die door zijn levensloop als wel door z ;n karakter, een z er merkwaardig man was, zijne wuoidon prentten zich te vaster in mijn ■rebeugen. hoe meer ik door de later voorgevallen gebeurtenissen herinnerd werd aan de profetische beteekenis dier woorden. Te Noordlaren bij Groningen, iemand in zijne vischnetten tw^ee zeer zut me vogels gevangen, welke hij levend t bemachtigen. Tusschen tw ee en drie voet met scherpen, elstvormigen, ongetanden gekuifden kop, de pooten bijna aan het van het achterlijf, schijnen zij te behooie het duikergeslacht (gehoornde duiker,) t de omstreken van de Noordpool tehuis en als trekvogels op zijne tochten somtij 3 kusten bezoekt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1884 | | pagina 2