A i.L E M E E i¥ A V E IIT E X I S E - Ao 1885. 29itc Jaargang. }o 1875. Bekendmakingen. Veemarkt te Schagen. M I E L' S" u AS 0 g O II \Y B L A J. WINKEL, IETS OVER DIENSTBODEN. Gemeente Schosen van TE SCHAGEN Laan, Wijk D, No. 5. Dit blad verschijnt tweemaal per week Woens dag— en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's middags 12 lire, worden Advertentièn in het eerstuitkomend nummer geplaatst. Ingezonden stnklcen één dag vroeger. Wegens de g r o o t e Yoorjaars-weekmarkt te HOORN, op DONDERDAG, 30 APRIL a. s., zal de mede op dien datum vallende weekmarkt te SCHAGEN, worden gehouden op WOENSDAG, 29 APRIL e. k. Schagen, 17 April 18S5. Burgemeester en Wethouders, G. LANG EN BERG. de Secretaris, DENIJS. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen, voor zooveel noodig, met het oog op het verzuim, betrekkelijk het doen van aangifte ter Secretarie, bij verhuizing binnen de gemeente, den ingezetenen in herinnering, de volgende artikelen van het politiereglement dezer gemeente, als: Art. 11. Ingeval van verhuizing binnen de gemeente, zal daarvan, binnen aclit dagen, behooren te worden kennisgegeven ter Secretarie der gemeente, op den voet als hierna is bepaald, te weten Voor een geheel gezin, inwonende dienst en werkbodeu daaronder begrepen, door het hoofd van dit gezin. Voor afzonderlijk levende personen, door henzelven. Novettefte van Eosenthal-Bonin. (3.) Brief van Oom Gustaaf aan Francis Cromwell Zabel, in Chieago. „Beste Francis! „Nu ben ik dus veertien dagen in Europa en eene vo-k bij mijn broeder. De ooren doen mij nog pijn 'au het geschreeuw, dat ik over mij heb bezworen, naar mijne door u bespotte rol, den doove te spelen, leeft zich voortreffelijk beloond. Ik heb daar bij ons jinder genoeg comedie ondervonden, nadat ik rijk ras geworden, en ben hoengegaan om een bart te oeken, dat ton minste mjj zelve oen weinigje liof ee.t, en dat niettegenstaande mijne doofheid, en mij e meer zal liet hebben, wannetr die eensklaps ver fijnt, ik ben gegaan om een moisje te vinden, dat eer on a^ccn n:'j, oude jongen, om mijn geld „Nadat ik mijne belangrijke sommen in de bank e aan bad, hing men mij daar erg aan. Ik was zoo 0 itde en hef en goed en interessant, een voorbeeld an een man, terwijl vroeger geen kat om mij zich e ommorde, cn da dametjes waren nu huiselijk en eugdzaam, zacht en toegevend, ofschoon ik ver- He',e Van '16n a'8 v'eeschohjke duivels heb gekend. af( ^eef' mjj op een eerbiedigen atstand blijven, 1 ik besloot geen vrouw vau daar ginds te liuwon, ea tarom ging ik als stokdoove man naar mijn oudo iderland, naar mijn broodor, om als doove te hooren, at de harten spreken. Nu, Francis, ik heb allerlei ïuervonden en dauk God, dat ik dat masker bob UITGEVER: Art. 12. Overtreding van het vorig artikel wordt gestraft, niet eene boete van een gulden. Schagen, 21 April 1885. Burgemeester en Wethouder voornoemd; G. LANGENBERG. de Secretaris, DENIJS. IV. Ik stel 't volgende op den voorgrond Ieder mensch heeft plichten te vervullen en daarenboven is ieder mensch afhankelijk. Wanneer de dienstbode hare plichten te vervullen heeft, en alleen zij den naam van goede dienstboden kunnen dragen, welke zich kwijten van die verplichtingen, dan is 't even waar, dat ook de huisvrouw de hare heeft te vervullen. Men eischt, en met recht, dat eene dienst bode zindelijk en ordelijk zij. Nu gebeurt het niet zelden, dat die huisvrouwen, welke tot in 't bespottelijke over zindelijkhied en orde redeneren buiten hare woning, toch in hare woning geen toon-of voorbeelden daarvan zijn. Er zijn er, die 't den geheelen dag ontzettend druk hebben en hare dienstboden bijna geen rust gunnen, alleen om dat zij den dag niet ordelijk verdeden, de dienstdoende ieder oogenblik van 't eene werk afroepen en ze aan een ander zetten, zoodat noch 't eene noch 't andere gereed komt. De gevolgen blijven niet uit. Men komt tijd te kort en in zoo'n huishouding zal, kan geen orde zijn. De vrouw, die natuurlijk de schuld niet wil dragen, werpt die op de meid. Volgens hare opinie tobt ook zij niet die algemeeno kwaal voorgedaan. Mijn broeder heeft drie aardige dingon, zwarloogige, kroeskoppige, levenslustige, goedge bouwde dochters, d:o iemand zeer handig het hoofd op bol kunnen brengen, want hunne gezichtjes en dat wat zij schreeuwen, is verbazend lief, én goed, maar wat zi) sprolien, Francis, brr! Toen heb ik do naakte waarheid gehoord. „Nu, vleiend was dit niet voor mij; ten laatsto kibbelden zij onderling or over, wie mij hebben zou, en eindelijk werden zij het op dit intoressant punt eens, dat do oudsto mij bobben moest, omdat zij hot moeielijkst van do ba.m zou grrakon, en dan uitste kend kon zorgon voor eene ferme bruidschat voor de beido andero. Ofschoon nu mijno doofheid nog een groot bezwaar opleverde van mijn persoon was geen sprako ik bos'oud niot, was niet voor handen, en mijne doofheid scheen mij nog grappiger te maken. Maar mijn geld weid mot den grootst mogelijken eerbied behandeld cn men beraad slaagde uitvoerig over de aan te schaften woelde. Ik zat daar steeds bij, zette een dom gezicht en hoorde deze erfonisdeeling in al hare kleuren en schakecringen. Het was hoogst belangrijk 011 leerrijk voor do kennis der karakters, zeg ik 11, Francis, en beveel u dozo metbode; zjj is onleilbaar. Nu maakt alleen die eene Fanny boot zij mij het hof, de anderen hebben do ongelenvlougeis toegeslagen on gedragen zich be leefd cn afgotrukken, behandelen mij met de meeste hoogachting en tooncn dat mijne nietigheid zoo nu en dan hen verveelt. Dat is natuurlijk komisch omdat het na den grooten wedstrijd zoo schielijk intrad. „Met deze drie bon ik dus gereed en veel onder vinding rjkor. „Nu is er nog oene bloedverwante in buis, een flink meisje, met een eerlijk schoon gelaat en eon goed, dapper hart; maar zij is mank. Ken pracht exemplaar zij bezorgt de gcheelo huishouding, werkt trots haar korte vo.t altijd opgeruimd en voor drie, gaat zelve zeer eenvoudig gekleed on leent de meisjes geld voor hunne luxe, natuurlijk om het nimmer Prijs per jaar ƒ3.Franco per post ƒ3.60 Afzonderlijke nummers f 0.05. Adver/entié'n van één tot vijf regels 0.75. iedere regel meer 0.15. Groote letters wor den naar plaatsruimte berekend. die onbruikbare dienstboden, en is 't eten op den bepaalden tijd niet gereed en klaagt do heer des huizes, dan is de meid de zonden- bok, en meestal niet de vrouw zelve, die door haar gemis aan regel en orde toch de primitieve oorzaak is. Een mensch is niet volmaakt. Misschien zal de huisvrouw dien regel dikwijls aanhalen om hare eigene te kortkomingen te bemante len. Toch zal ze meestal van hare onderhoo- rigen eischen, dat ze dit wel zijn. Ware dit het geval niet, dan zoude men voorzeker meer door de vingers zien, niet elke kleinigheid als eene hoofdmisdaad beschouwen, ieder oogenblik eene dienstbode wegzenden, om dat men altijd naar de volmaakte zoekt, die men toch niet vindt, terwijl daarenboven zij, dio gedurig van personeel veranderen, al zeer spoedig een kwaden naam krijgen en diegenen die zich voor zulke diensten aanbieden, ten laatste zoodanige zijn, die nergens anders terecht kunnen komen, het er dan maar op wagen en uitgaan van de stelling, dat ze op die wijze, alweder tijdelijk geborgen zijn. - Zoo dan iemand met ernst over zijne eigene on volmaaktheid nadenkt, zal men genegen zijn, om de gebreken van anderen niet zoo zwaar te wegen. Nieuwe bezems vegen schoon. Zoo menige dienstbode ging in de eerste dagen, ja zelfs nog gedurende eenige weken voor 't non plus ultra, het puikje der dienstboden door. Maar spoedig verandert het tooneel, de goede eigen schappen ondergaan eene daling en daarna wordt de zoogoede eene onbruikbare. In som mige gevallen is dit waar. Er zijn van die menschen, die in den beginne het beste been voorzetten en spoedig, verflauwen en verande ren. Maar dit gebeurt ook vaak van de zijde der vrouw, die in den beginne op overdreve- nc wijze goed en inschikkelijk i.°, daaidoor do terug te krijgen. Dat viouwsp-rroon gedraagt zich zoor zonderlingzij ontwijkt mij altijd en schijnt toch ook niet vóel om mij te geven. Zij is ontevreden ik zie het haar aan - over hot gedrag harer nichten cn wordt door dezon voorbeeld van deugd' gonoomd. Zj vleit mij nooit, is vriendelijk 011 opmerkzaam, en zorgt voor iemand, zond t dat mea daarvan veol bemerkt, terwijl hare nichten iedere kloino dienst op een presenteerblad leggoa 0:1 met Ooti ,ziet gij, hoo wij zijn 1' kruiden. „Dozo Ottilio, zoo heet do bloedverwante, oe.i zwagers kind, is als eon heldere, kal.no, warme, sc'ioono zomer dag, daarbij niet moor jong ik schat haar dic.it bij de dertig 011 hinkt nog al org. „Eorst dool hare m tukheid mij leo.1, nu zie ik hot tor nauwernool nog, zoo kan mon zich daaraan go- wennon. t likwijls weuscli ik. d it zij mij maar oons het hof maakte. Wat denkt gjj or van, Francis, wanneer ik dio neom Zulk een jo.ig fladderend ding is toen niets vour mij, dat zie ik beo langer hoe moer in. Of deze mij echter wil hebben, dat is nog de vraag; om mijn geil steekt deze mjj geen vinger toe. De ben geen Adonis, dat hebbel mijne drie nichten duidelijk genoog gezegd, on dmsoa on.fraaie bokken sprongen maken en den galanten hoor uith ingen, d it hob ik dooreen fïonjarigon zwaren arbeid vorlebrd. Dat is voor altijd voorbij. Wat moot dus dat meisje aan mij zien? Niots dan eon eerljko kerolZou ik' eon stormloop wagon Wat ra idt gij mij, oudo jo.igon Daar ginds gelukte mj allewanneer ik er maar duchtig op los ging; wol is waar, waren dat gocu vrouwenzaden, daarin bon ik zeer onorvareu. „Hebt gij voel Wilcox-vet in voorraad? Verkoop zoo spoedig mogolijk „Scürjf mj spo dig, wat uw mconing is iu dezo zaak, ik moen, botretïondo dat moisje. Uw vrior.d Gustaaf Langlioff, (Wordt Vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1885 | | pagina 1