v
Algemeen
Advertentie
ZONDAG
21 JUNI.
m i e lt nv 8-
An ISS5.
LANBBOÜWBLAI>.
Gemeente Scha gen.
Bekendmakingen.
Verleent Vergunning,
I!
J. WINKEL
29ste Jaargang.
IS91
S! A
86II
J
Dit blad verschijnt tweemaal per week lVoens-
en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's
middags 12 ureworden Advertentièn in het
eerstuitkomend nummer geplaatst.
Ingezonden stuJcïcen één dag vroeger.
Do Burgemeester van Sehagen;
Gezien art. 23 en 29 van het politiereglemeni dezer
.gemeente
aan de tappers, om gedurende de kermis, muziek te
laten maken, danspartijen te doen plaats hebben eu
na bezetten tijd te mogen tappen,
Sehagen, 16 Juni 1885,
Do Burgemeester voornoemd,
G. LANGENBERG.
Burgemeester eu Wethouders van Sehagen;
Gelet "op art. 89a van het politiereglement
dezer gemeente;
Brengen ter algemeene kennis
Dat van af den 22en tot en met den 25en
funi en op den 28en a. s. in het belang der
ipenbare veiligheid is, in de
:om dezer gemeente anders dan stapvoets
e rijden.
Overtreding wordt gestraft met eene boete
aii v ij f gulden.
£5
-o-
Ge'lijk vele zaken en gebeurtenissen jaarlijks
rederkeeren, en met vreugde begroet worden,
oo is ook nu weder voor deze gemeente de
ermisweek teruggekeerd, de week waarnaar
Da Schoone Weduwe.
Roman van E. II. v. Dedenrotk.
UITGEVER
'dt-) Vijfde Hoofdstuk,
Ella keek Willi bevreemd aan. Zij moest wel achter-
oolit koesteren dat men haar strikken spande, want
wam het haar aan eene zijde zeer onwaarschijnlijk
oor, dat iemand zoo maar zonder meer van een
(langrijke erfenis afstand deed, zoo scheen dat nog
'üelooflijkor door de omstandigheid, dat Frelich, die
oh altijd had beroepen op de mogelijkheid dat de
üenaum zich opdeed, dezen tot haar had gezonden,
et vermoeden lag voor de hand, dat de aanspraken
>n den erfgenaam óf niet te bewijzen waren, óf dat
en door deze tegemoetkoming haar wilde overhalen,
'"e overeenkomst te sluiten waarbij zij werd
'ervraagd.
«Mijnheer," antwoordde de barones, „uw oogen-
!l"-tjk zeer hooghartig aanbod bewijst, dat gij u
nnj evenzeer vorgist, als mijnheer Frelich. Wan-
v ?r Sc'oof aan zou kunnen slaan, dat het
ment van mijn overleden vader zonder invlord
1 ®on detde was geschreven, dan zou mijn vader's
ir, 0 l8 «Sn, mij daartegen te verzetten
vin anlleor ,m!) openlijk onrecht geschiedde. Ik ben
overluigd, dat mijn vader misleid is geworden;
r nno U'? <e, na komen, maar ik wensch, dat
in i en or bef gerecht onderzocht worden,
ii va,5 r ?eTa^ zou 'k üever mijn proces verliezen,
schend weigering van uw erfenis als eeu
vnenk aannemen."
illj d?r[ m.lJ volstrekt niet vleien," antwoordde
i érk -81J een%e vvaardo hecht aan eeu woord
i miJ,!rInS' (1?0r raÜ gesProke»; maar ik zou het
uien ook niet zoo onverholen durven zeggen,
j zul!Q T P'aatS evcnz0° zou denken on handelen'.
I in tegenstanders zijn, mevrouw, wantik
"ineeril0 °°gen e6n dubbelzinnig karaktor schijnen,
iki na uwe verklaring mijn recht niot verdedigde
)0or ,au'm!l mmmcr als uw vjand to beschouwen'.
on ii„ langdurige staan vermoeid, was Ella gaan
armedn vm-ip d- 8troomne kalmer. Bij de beslistheid,
k een JZ1Jn® vorklanngon gaf, word het haar
weinig te moodon. De advocaat Ritler had
TE SCHAGE IST,
Laan, Wijk D, No. 5.
•,:,5
velen, om verschillende en soms zeer uiteen-
loopende redenen reikhalzend hebben uitgezien
Is het verlangen naar uitspanning, naar plei-
zier, naar kunstgenot het voornaamste, velen
zijn er ook, die deze dagen luide verwelkomen,
omdat zij in deze dagen hopen, goede zaken
te doen.
Men heeft wel eens willen beweren dat de
kermis voor de burgers der plaats geen voor
deel oplevert, en toch het tegendeel is waar.
Juist de vele vreemde spellen, tenten, kramen
enz. lokken uit den omtrek duizenden en
duizenden naar hier, die allen, de een meer, de
ander minder, hier hun tol betalen. De vreem
delingen zeiven, brengen hier nog een aardige
som in de gemeente, want vele kleintjes ma
ken ook in deze een groote. De kermis geeft
leven, vertier, -geeft brood, niet aan enkden,
maar'nagenoeg aan allen.
Nog enkele uren en onze kermis is inge
luid, do kramen en spellen worden ontsloten,
en de kermisvreugd neemt een aanvang, ter
wijl vrienden en bekenden eikander met een
warmen handdruk en verheugde gezichten een
genoeglijke en voordeelige kermis toewenschen.
Van hetgeen dit jaar deze kermis vooreen
ieder te genieten geeft, willen wij hier een kort
overzicht geven.
In de eerste plaats vermelden wij de komst
van het Hollandsche Tooneelgezelschap, onder
Directie van den heer A. van Lier van het
Grand Théatre te Amsterdam, die dagelijks
gedurende de kermis, uitgezonderd Zaterdag,
haar overreed, het proces tegen Frelich te wagen; zij
was herhaaldelijk gowaarscbuwd geworden, Ritler
geen blind vertrouwen te f-ciienken; nu bekroop haar
de vrees, dat deze haar zou kunnen bedrogen hebben.
De man, die voor haar stond, maakte op haar niot
den indruk van een avonturier en een zwendelaar;
de wrok togon Frelich had haar verleid, hem tot
die lage kuiperijen iri staat te achten, waarvan Ritlsr
hem beschuldigde, maar in haar hart was toch altijd
de twijfel blijven bestaan, of de oude vriend haars
vaders tot bcdriegerj in staat was, alleen om haar
van zijn wil afhankelijk te doen zijn.
Ella had zich met alle macht tegen de haar opge
drongen voogdijschap verzet; machtelooze trots was
blinde haat geworden eri de argwaan, dat Frelich
slechts dreigde met de verschjning van een tweeden
erfgenaam, oin het achterhouden van een deel harer
inkomsten te rechtvaardigen, was bj haar overtuiging
geworden nu stond de erfgenaam voor haar en
zj had hom tot don strijd uitgedaagd
Z;j wees met do hand naar een stoel, opdat Willi
daar plaats nam.
„Het is volstrekt mijn plan niet, nnj vijanden te
maken," zeide zij, „en daar gij een beleefden toon
.aanslaat, zal ik mij nader verklaren. Ik betwijfel, dat
het testament van mijn vader, hetwelk mijnheer
Frelich heeft opgemaakt, uit den vrijen wil van den
erflater is ontsproten, omdat ik de invloeden ken, die
op hem werkten. Ik was de vrouw geworden van een
man, dien hij geen vertrouwen schonk, en hij geloofde
mij te zwak en onstandvastig tegenover dezen man,
zoodat men bera gemakkelijk kon bepraten, om mij onder
voogdijschap te plaatsen. Wanneer gij de zoon zijt van
•Otto Barning, dan zal het u niet onbekend zijn, waarom
deze met mijn vader in vijandschap is geraakt; maar gij
weet misschien niet, dat Frelich ook een warm ver
eerder is geweest van uwe moeder, dat hij later
altijd haar partij heeft opgenomen, haar levendige belang
stelling heelt be.wtzen; ik mag hot dus hem wel
toeschrijven, wanneer mijn vader, toen hij oud en zwak
was geworden, in eou ziekclijken gemoedstoestand
niet alleen zijn broeder en uw moeder vorgaf, maar
zelfs met opoffering van zijn eer een voorwendsel
zocht, om den verdwenene of zijne erven een groot
deel van zijn vermogen te mogen toekennen. Ik koestor
de verdenking, dat Frelich dit middel alleen heelt g'ko
zen, om een deol van mijn erfenis aan eiken
mogelijken aanval to onttrekken, want het was me
denkbaar, dnt na wiif-on-livinHo' iaar eonsklans een
Drija per jaar/ 3.-—. Franco per post f 3.00
Afzonderlijke nummers f 0.05.
Advertentièn van één tot vijf regels f 0.75.
iedere regel meer f 0.15. Groote letters wor
den naar plaatsruimte berekend.
van af Dinsdag in liet Noord-Hollandsch Kof
fiehuis alhier e. k. buitengewone Voorstellingen
zal geven. liet répertoire bevat beroemde stuk
ken zoowel op het gebied der tragédie als op
dat der comédie, en zal worden geopend met bed
o. a. ettelijke malen te Amsterdam opgevoerde
blijspel „Mensch, erger je niet?" en het be
roemd volksstuk.- ,/De Orgeldraaier en zijn
pleegkind."
Daarna noemen wij het Groot Cagliostro
Théater van den heer A. Alber, die met zijn
buitengewone groote en prachtige tent, welke
eene oppervlakte van ruim 320 vierkante
Meter beslaat, alhier op het marktplein staat.
Dit Théater mag'inderdaad een grootsche
onderneming genoemd worden. De pracht der
costumes eu van het decoratief, welke hier bij
de voorstellingen op het gebied van Spiritisme,
Magnetisme en Electriciteit, wordt tentoonge
spreid, gaat elke beschrijving te boven. Zoo
iets schoons en bewonderingswaardigs hebben
wij in jaren niet op onze kermis gehad, en
vooral munten uit: de Geestverschijningen
zonder spiegels, de gymnastische oefeningen
der familie Webson, het groot Fantastisch
ballet Blauwbaard en de springende Reuzen-
fontein.
Ook is aan dit théater nog verbonden, het
vermaarde Marburger Strijk-orkest onder
directie van den heer A. Sehaub.
Vlak naast het bovengenoemd théater, is de
tent der twee Belgische Wonderkinderen,
gebroeders Schillemans, welke inderdaad een
spoor van den verdwenene of zijne erven te vinden
zou zijn. Ziet gij er iets luii'ongewoons in, wanneer
ik u onder de bovenbedoelde omstandigheden en bij
de vergeef mij de herinnering u ook wel
bekende lotgevallen van do voormalige verloofde van
mijn vader, niet zoo dadelijk als neef begr oet
„Neen, mevrouw," antwoordde Willi, „ik onthoud
mij van elk verwijt, van elk oordeel, alleen iets zou
ik willen. Volgens mijne vaste overtuiging is do raads
heer Frelich alleen van welgemeende gevoelens voor
u vervuld ik ken hem wel is waar eerst sedert
gisteren, maar ik zou er bjjna wel borg voor willen
zijn, dat hij het alleen in uw eigen be'ang betreurt, wan
neer gij tegen hem een proces voert. Waarom wijst
gij eene opheldering mot hem onbeleefd van de hand.
Waarom vervalt gij in de fout, een ruwe buiten
zijde te toonen. Op den weg hierheen ontmoette mij
een man, dien gij uit uw dienst hobt ontslagen. Gij
gelooft hom schadeloos gesteld te hebben. Hadt gij
zelve hem gehoord
De barones liet Willi niet uitspreken. Had het hem
aangemoedigd, dat zij hem een vertrouwelijke ver
klaring had gegeven eu een geheel andere zijde van
haar karakter had getoond, nu zag hij haar weder
in ziedenden toorn.
„Genoeg," rinp zij uit, „dat overschrijdt alle
grenzen. Gij vermeet u, mijne lieden uit te hooren
en als pleiter op te treden voor een brutaal moDseh?
Geen woord meer! Verlaat mij!"
Daar hij niot dadelijk opstond, sprong zij van haar
stoel en wees met de hand gebiedend naar de deur.
Hare opvliegendheid was voor Willi volkomen onver-
kla irbaar, want hij kon niet aannemen, dat haar wrok
over een onbedaeht woord van eon ondergeschikten
man nog niot afgekoeld was.
„Mevrouw," stotterde bij, „ik wil den man niet
verdedigen
Ella schelde.
Willi boog zich, draaide haar den rug toe on
verliet het vertrek, voor zij in liaro heftigheid zich -/oo
ver kon vergeten, den lakei te bevelen, hom het liuis
te doen ontruimen; maar hij had eenige woorden
toch niet kunnen terug houden, die haar het bloed naar
de wangen joegen, en haar in hotzelde oogenblik w eder
deden verbieekoo.
„Ik beklaag u" had hij gezegd.
IVordt Vervolgd.