X i e l w 8-
L a sbbo w b l a i>.
Algemeen
A i» v e u t e r I e
ZONDAG
Ao 1885.
29 ste Jaargang.
.M 1893.
J. WINKEL,
De Schoone Weduwe.
TE SCHAGEN,
Laan, Wijk D, No. 5.
Gemeente Sc ha gen.
Bekendmakingen.
A V T.
Dit blad verschijnt tweemaal per week Woens-
fay- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's
middags 12 ure, worden Advertentièn in het
eerstuitkomend nummer geplaatst.
Ingezonden stukken één dag vroeger
UITGEVER
Prijs per jaar/3.Pranco per post f 3:60
Afzonderlijke nummers f 0.05,
Advertentiën van één tot vijf regels f 0.75.
iedere regel meer 0.15. Groote letters wor
den naar plaatsruimte berekend.
POLITIE.
Ter Secretarie dezer gemeente zijn inlichtin
gen te bekomen omtrent een g'OlldCIl
alhier op een der kermisdagen ge
vonden.
Burgemeester en Wethouders van Schagen
Gelet op art. 89a van het politiereglement
dezer gemeente;
Brengen ter algemeene kennis
Dat het van af den 22entoten met den 25en
Juni en op den 28en Juni a. s. in het belang der
openbare veiligheid is, in de
kom dezer gemeente anders dan «»till»VOetS
te rijden.
Overtreding wordt gestraft met eene boete
van v ij f gulden.
Schagen den 18 Juni 1885.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. LANGENBERG.
de Secretaris,
DENIJS.
De Burgemeester van Schagen, daartoe ontvangen
hebbende de noodige aanschrijving, brengt, ter vol
doening aan de bestaande voorschriften, ter algemeene
kennis, dat, tegen den 7on Juli a. s. tot de werkelijke
dienst wordt opgeroepen, de verlofganger van de
lichting 1883, CORNEL1S SCHOORL, behoorende tot
het 4o regiment'Vesting-artillerie, om op den opge
geven datum vóór des namiddags 4 ure bij zijn corps
present te zijn.
Scharren, den 26en Juni 1885.
De Burgemeester voornoemd,
G. LAiNGENBERG.
Roman van E. II. v. Dedenroth.
(16.) Zesde Hoofdstuk.
Doctor Wurm had hot niet kunnen nalaten, zich
hij de reünie in do Kurzaal belangrijk te maken
door de nieuwtjes, welke hij wist, uit te kramen.
Dij kon mededeelen, dat de eigenares van het slot
Liebenstein, onverwachts op de burcht haar intrek had
genomen, dat zij eene verongelukte arbeidster bij haar
had opgenomen, dat zij, om die dadelijk hulp te ver
schaffen, haar voorgenomen rijtoer naar het bad L.
<1 °Pgegeven en den stoilen terugweg naar het slot,
pjots do hitte van den dag, te voet had afgelegd.
Tevens berichtte hij zijne toehoorders dat mijnheer
vdu Barning, een boroomd oogarts, de leerling van
professor en de schrijver van een brochure was,
die ongehoord opzien had verwekt.
Deze nieuwtjes werden ook don prins overgebracht,
en hij vernam op deze wijze, waarom El la haro
dof te jegens hem niet had gehouden. Do prins
vjas ten zeerste verrast; juist de gedachte dat Ella
e k teedor gevoel miste, had hem teruggehoudon een
eshste stap te doen. Ella's schoonheid had den
prins botooverd, hare luimigheid had zijn hartstocht
ln vai'r en vlam gezetde overtuiging dat haar hart
eerst dan wat ra voor hem zou slaan, wanneer hij
l"V u kere'^ verklaarde, haar zijn naam te geven,
z\ h me'' ^00P vervuld; maar do twijfel, of hij
c'i'0'bedroog, of zij tot een warme toegene-
K n eid m staat was, had hem weder besluiteloos
gemaakt.
dii^° Pr'ns 'la<* zÜn joigd genoten; bijna over verza-
eon i.Van ®onol; on vougde, triumf en ijdelheid, die
niet 0<J"Fe'J0I'®n> schoon jongman, die zijn crediet
,iiH zlob «ch kan verschaffen, was hij nu aan het
'P .gekomen, waarin de bekoorlijkheid van hot
o 1 niet meer machtig genoeg was, do stom van
NIETS.
O(o)—O
VIL
Een hartroerend schouwspelDie getrouwe
knecht, die zoovele jaren zijn meester had
opgepast en verzorgd, al zijne eigenaardig
heden, luimen en grillen met het grootste
geduld had gedragen en verdragen, was diep
getroffen bij 't besef, dat hij dien meester zou
verliezen. Want nu viel er aan 't bestaan der
ziekte niet te twijfelen. Het wordt hem te erg,
en hij valt aan de voeten zijns dierbaren
meesters neder.
Een schilder zou hier eene prachtige stof
voor eene schilderij gehad hebbeneene trouwe
knecht, liggende aan de voeten zijns meesters
Gedurende eenige oogenblikken heerschte er
eene ademlooze stilte, alleen nu en dan afge
broken door het snikken van den knecht en
een paar woorden, door den meester geuit.
Wie is zoo onbeschaamd, die plechtige stilte
zoo op eens te verbreken, en een luidruchtigen
Dch te doen hooren Onbetamelijker handel
wijze in de nabijheid eens stervenden is toch
bijna niet denkbaar.
Weet gij, wie dit doet?
De knecht, de getrouwe dienaar, die onver
wachts uit zijne knielende houding is opge
rezen on door de kamer springt en danst,
terwijl hij gedurig uitroept
Mijnheer de markies, 't is niets! Geloof mij
op mijn woord 't is niets 't Is om je ziek
te lachen
Maar Jan kermt de markies, hoe kunt gij
mij in mijn doodsuur nog bespotten? Mij,
een stervende!
Een stervende? Ik hoop en vertrouw, dat
lief verstand te verdooven, die een halt gebiedt en
met den ondergang in schulden dreigt.
Gelijk wij vtoeger reeds te kennen gaven, had hij
niet te hopen, dat het oog eenor rijke prinses op hem
zou vallen, daar bij tot een bij de politiek onbeduidend
huis behoorde; maar hij gaf er ook do voorkeur aan,
een voornaam particulier te blijven; het had voor hem
niet de minste bekoorlijkheid aan het hof eoner voor
name macht als bezoldigd echtgenoot eoner prinses
een rol achter de coulissen te spelon. Hij had een rijke
vrouw noodig, om zich uitwendig een aangenamer positie
te verschaffen, en Ella's schoonheid deed voorbijzien,
dat het onderscheid van geboot te zeer belangrijk was;
aan de grootte van haar vermogen twijfelde de prins
niet, daar de koopman Heinrich Barning geen andere
kinderen had nagelaten en hij voor een millionair te
boek stond, terwijl de eigenares van het slot Lieben-
stein in Berlijn met bijna vorstelijken prachtgeleefd had.
Prins Emil had van Ella nooit verwacht, dat het
gevoel van medelijden met een arme haar aanleiding
zou kunnen geven meer dan tot het koel uitreiken van
een aalmoes, hot had voor hem iets bekoorlijks gehad,
haar eens door onverschilligheid te straffon voor haar
gebrek aan beleefdheid; nu had hij er berouw ovor,
niet naar het slot Liebenstein gereden te zijn. Had
hij tot nu Ella miskend, haar naar den uiterlijken
schijn beoordeeld, verborg zij een edel, warm hart
voor diogene, die zich g9en moeite gaven, baar beter
to leeren kennen?
De prins ontsloeg graaf Sternheim, van do ver
plichting hem te vergezellen naar Liebenstein, hij
vorweet deze in zijn hart, dat het zijn schold was
dat hij van Ella's wegblijven zoo weinig nota had
genomen, dat hij misschien reeds sedert lang de barones
verkeerd had beoordeeld.
Toen hij de prachtige vallei bereikte, en de weg
sterker begon te stijsren, verliet hij zijn wagen, om
oen gedeelte te voet te gaan on de sohoone gezichts
punten te kunnen genieten. Op eon met een bank
voorzion rotsplateau, dat door oen oouwen ouden
eik overschaduwd was. zag bij een man zitten. dte(
iu droomerijen verzonken, bij zijne nadering opstond(
mijnheer nog vele jaren zal blijven leven
Nogmaals zeg ik u, dat liet niets is. Maar
die dikke beenen, dan? Die kunt gij toch
niet aan mijne verbeelding toeschijnen Dat
is duidelijk zichtbaar! O, mijnheer! praat nu
toch niet meer van die dikke beenen, want
dan mocht ik weer beginnen te lachen. Her
inner u eens bedaard, wat er gister is voor
gevallen, en wat ik u toen heb aangeraden;
weet gij 't niet meer? Dan zal ik 't u ver
tellen. Een paar dagen geleden hebt gij zoo
geducht over de koude in uwe voeten geklaagd,
daar gij met dit gure weêr die zijden kouzen
moet dragen, die zoo dun zijn. Toen heb ik
u aangeraden, om dan in plaats van één paar,
er drie aan te trekken En wat hebt ge nu
in uwe ongelukkige verstrooidheid gedaan?
Aan den eenen voet zit er één en aan den
anderen 't is werkelijk om je ziek to
lachen wonder waarlijk, dat uw eene voet
zooveel dikker is dan de andere.
De markies kon zijne ooren niet gelooven.
Nu eens keek hij naar 't been, dan weer
naar zijn ouden dienar, die met zijn echt
vroolijk gezicht ook hem eindelijk wist op te
beuren.
't bleek waar te zijn; de knecht had het
geraden. Met de kwaal van den markies was
't. mets, letterlijk niets. Maar daarbij bleef
het niet. De geheele zaak had een weldadigen
invloed op hem, bracht hem tot inkeer en
deed hem een geheel ander mensch worden.
Hij leefde nog verscheidene jaren en over
leefde zelfs zijnen knecht!
Zulk eenen weldadigen, heilzaam werken
den invloed kan ook het woord mets hebben
(o)(o)(o)
als wilde hij niet gestoord zijn, en eono ontmoeting
ontwijken.
Blijf," zoido de prins, „ik ga verder."
Willi zag bevreemd op. Een lachje spoelde om zijno
lippen, als wilde hij den aanmatigende terecht
zetten, die hem het vertoeven op eeDe wandelplaats
toestond; daar zag hij een equifirge, de prinselijke livrei,
en niet zonder nieuwsgierigheid wierp hij een onder,
zoekenden blik op den man, dien Ella vermoedelijk
wachtte, van wien hij gehoord had, dat hij naar do
hand der barones dong.
„Ik ben op don terugweg," antwoordde hij: „Ga
dit punt niet voorbij, men heeft hier het schoonste
gezicht op de vallei."
Hierop wilde hij ter zijde treden, om den prins het
smallo pad vrij te laten, dat naar een vooruitsprin
genden rots voordo.
„Komt gij misschien van het slot Gjj woot
missohen, of zij alleen is, dan of zij bezoek heeft?"
„Ik 2ag slechts eene dame by haar, die vormoede-
lijk de gezelschapsjuffrouw is.
„Ah gij waart dus bij haar, zijt gij mot da
barones bekond?"
„Ik zou mij niot gaarno daarop beroemon," anf-
woordo Willi met een eigenaardig lachje: „ik bedoel/
voogdo hij er bij om een misverstand te voorkomen,
„ik heb er mijnerzijds geen recht toe, mij op deze
onderscheiding te beroemen."
Daarmede grootte Willi en vorwijderde zich, om verdere
vragen te ontwijken.
De prins keek hem nieuwsgierig na. Het was eone
zeldzame waarheid, die do vreemdeling had uitgespro
ken, en zijn persoon kwam den prins ook niet ottbe-
langriik voor. Een jong, deftig, cuu6tig uitziend mui,
dien Ella ontvangen had eti die er tegen op kwam,
voor een harer bekenden te worden gehouden; dat
was iets, wat da gedachteu van een vrijer kon
bezighouden.
Wordt Vervolgd.