88S.
heden
geweest. A. wil altijd wel weten, dotl.ij geld
heeft en toch aan den anderen kant den
eenvoudigen man spelen.
B. kan het niet zoo goed doen als A. Hij
verdient vrij wat minder en groote uitgaven
passen hem niet. Zijn vrouw zou altijd nog
al gaarne hooger op willen. Dat hoogvliegen
is niet onaangenaam, maar wanneer de vleu
gels niet zoo ver reiken, gaat het moeielijk
en men valt dan zoo spoedig neer en 't is
dubbel verdrietig, wanneer men te gelijk met
een anderen vogel zich van den grond opheft
en men moet het aanzien, dat de andere al
hooger en hooger stijgt en zich in 't wijde
luchtruim verliest, zonder dat men dien kan
volgen.
A. vraagt aan B. in 't bijzijn van diens vrouw
of hij, dat wil zeggen met zijn vrouw, mor
genavond komt. B. aarzelt en maakt onmidde
lijk bezwaren in zich zei ven, terwijl zijne vrouw
inwendig verheugd is over de voortzetting van
de kennismaking met den heer A., die boven
hen staat //En waar je mee verkeert, daar
mee wordt je geëerd" denkt ze. Zij zegt dus
in haar hart ja en 't spijt haar reeds, dat ze
dien minder gewilligen trek op 't gelaat van
haren man bespeurt.
A. gaat intusschen met zijne uitnoodiging
voort en daar hij wel kan nagaan, waar de
schoen hij zijn buurman B. wringt, zegt hij zoo
welwillend mogelijk
Dood familiaar hoorGeen drukte, geen
omslag! We komen niet bij elkaar om eikan
ker op hooge kosten te jagenJe weet, dat
ik een eenvoudig man ben dus komen hoor!
B. ziet zijn vrouw aan, en bemerkt op haar
gelaat dat verlangen, om aan de invitatie
gehoor te geven! 't Was juist dat geldelijke
bezwaar dat hem tegenhield en angstig deed
zijn, maar als 't nu zoo dood familiaar is, dan
kunnen de kosten ook zoo hoog niet loopen;
dan is 't nog wel, om uit te houden en een
omgang met A. is dan niet te verwerpen!
't Beleefd verzoek wordt dus aangenomen.
Zoo komt de avond, voor de visite bestemd.
Juffrouw B. zal natuurlijk haar beste japon
aantrekken. Ze gaat weinig uit, en die enkele
keer moet je dan toch ook eene behoorlijke
vertooning maken. Daarbij komt, dat juffrouw
A. altijd zoo bijzonder naar de modegekleed
is, om nu bij haar zóó af te steken, dat gaat
niet. Haar echtgenoot doet baar nog opmer
ken, dat het geen deftige visitie is, en dat
ze maar dood familiaar bij elkaar komen,
maar dat helpt niet.
Men gaat.
Allerhartelijkst is de ontvangst. Zoodra men
binnenkomt, komt er reeds een wolk over het
gelaat van juffrouw B, want juffrouw A. zit
daar in een prachtgewaad tenminste in liaar
ocgen want juffrouw A. zelve vindt het
niet.
7Ïi. „Wilt gij mij or ijdel op maliën, dut ik den heer,
die mij zegt, dat ik zijn medelijden waard ben, mis
schien nog een warm gevoel heb ingeboezemd? Gij
voert zulk een warme verdediging, dat ik bijna zou
weDRchen, dat mijnbeer Bainintt die gehoord had,
hij zou dan misschien zijne vereering aan een waar-
diger en voor hem moer passend voorwerp besteden."
Ella bad do woorden nauwelijks uitgesproken, of
zij had er reeds berouw over; zij gevoelde, hoe on
hartelijk zij had gehandeld, om deu indruk te ver
loochenen, dien Helene's voorstelling op haar gemaakt
had, In deze woorden lag voor hare gezelschapsjuf
frouw een beleedironde spotternij.
Ilelene was, afgezien van haren afbankelijkon
toestand, var. baar gebrek aan de voortreffelijkheden,
wolke jeugd en schoonheid aanbieden, een wezen dat
zware slagen van het noodlot had beleefd. Ilare
familie was verarmd; nadat Ilelene haar beminde
door don dood had verloren, had zij voor het onderhoud
der haren moeten zorgenin de betrekking, die zij
eindelijk bij Ella gevonden had, had zij zich eerst
kunnen herstelion van do opofferende werkzaamheid;
er lag dus een kwe-tsendo boon in, toen Ella haar
een waardiger en passender voorwerp noemde voor
Willi's vereering.
„Vergeef mij deze spotternij," zeido Ella schielijk,
toen zij zag dat Helene van kleur verschoot, „maar
hot schijnt mij bijna komiek toe, dat gij veronderstoldet,
dat Barning ons heden misschien uit ijverzucht tegen
den prins heeft aangosproken".
„Gij geeft u moeite, uwe ware gevoelens te bestrijden,
te verloochonen en togen uwe betere overtuiging in
te spr- ken en te handelen, mevrouw," antwoordde
Holo.ie, „gij let daarbij niet op do wondon, dio gij slaat.
Het was onbedacht van mij, mij bloot te stellen aan
uw spotternij, waarmede gij een icdor torugsehrikt,
dio bij uw hart aanklopt, on uw trotsche voorkomon
niet vreost."
Was het de ernstige, borispende toon van Helene,
die Ella in haar gezelschapsjuffrouw niet wilde dulden
en die haar misschien te meer verbitterdo, als zij
•zich ba l vernederd, vergoving te verzonken, of was
het misschion de verstoordheid daarover, een gesprek
niet voort kunnen zetten, dat haar meer belang in
boezemde, dan zij wel wilde bekounou Ella vor"
anderde insgelijks van toon.
Alles is in optima forma. Dat amouble,
ment, die ^eheele omgeving, dat emsemb.e-
noerut A. n zijn kwaaie eenvoud, dood fami
liaar, hoewel hij in zijn hart zich verkneukelt
van genoegen, dat hij alles zooveel rijkei en
mooier heeft dan B.
De avoiad gaat om, evenals de tijd altij
omgaat, maar toch heersebt er eene zekere
géne, 't wordt van zelve en door zich zcDen
stijf en gedwongen. En toen er een zeer een
voudig, dood familiaar souper word opgezet
altijd volgens de woorden van A. - toen
heeft B. dubbel berouw, dat hij aan de inge
ving van zijn hart gehoor heeft gegeven, dat
hij niet bedankt heeft.
De gevolgen blijven niet uit. Die menschen
moeten terug verzocht worden en wat moet
B. nu doen 't Past hem niet, om zoo uit to
halen als de eenvoudige A., en zijn vrouw
draagt het hart te hoog om onder te doen.
Waar blijft nu het genoegen Och dat dood
familiaar heeft zoo menigeen den nek gebroken,
daar gaat zooveel onder dien naam door, dat
er niets op lijkt, dat de echte gezellige om
gang niet is, die 't- leven zoo aangenaam
maakt, een heerlijke afwisseling aanbiedt, voor
een oogenblik de'zorgen doet vergeten en toch
zoo is ingericht, dat men de tering naar de
nering zet.
Dood familiaar is maar al te dikwijls een
masker
Deuticliem. P- v. d. Velde Mz.
Deze versiering is geopend door
18(50 -
Bij het verschijnen van dit nummer is
er reeds een aanvang gemaakt met het feest
dat onze Katholieke medeburgers vieren, bij
de herdenking van het voor hen zeer gewich
tige feit, dat het heden de dag is, waarop de
Zeer Eerwaarden Heer Chr Fr. Philippona,
Deken en Pastoor dezer Parochie, vijf-en-
twintig jaren geleden, de Heilige Priesterwij
ding ontving.
Volgens het feest-programma, heeft de vie
ring heden namiddag tusschen 3V2 Rn 4 ure,
een aanvang genomen, met den feestelijken
intocht van den Zeer Eerw. Jubilaris, binnen
Schagen, aan de grens der parochie opge
wacht door eene eerevvaeht te paard en afge
haald wordende van de Halte Zijdewind.
Voor wij verder het programma volgen,
willen wij hier eerst eene beschrijving geven
van de prachtige en smaakvolle versiering,
aangebracht in de kerk en op het kerkplein
Voor den ingang der kerk dan zijn een
zevental bogen van groen en bloemen aange
bracht, waaraan 7 schilden, die eene allegorische
voorstelling geven van de 7 graden van het
priesterschap, die de ZeerEorw. Jubilaris heeft
doorloopen.
„Gij raoogt het voor valschen trots bowlen, mejuf
frouw Schiubort," antwojrdde zij, „maar zekere perken
wil ik gezet zien zelfs aan een welgemeende vriend
schap. Het is voor mij geen vleierij, mij veroveringen
to l.iten toedichten naar welke ik niet haak; de zeer
levendige belangstelling, waarmedo gij mijnheer Bar
ning verdedigt, moest bij mij do verdenking doon
cmt$tnau, dat hij het misschien h.-don niet gewaagd
zou hebben, u in mijne tegenwoordigheid aan te
spreken, wanneer hij niet zeker was gewest van
uwe levendige voorspraak. Ik moet aannemen, dat
er tusschen u on mijnbeer Barning bot rekkingen
bestaan, waarvan ik niets weet, hoe zou hij er anders
toe gekomen zijn, u tot bemiddelaarster te nemen,
toen )lc hem geen aandacht meer schonk? Ik wil
gelooveri dat uwe betrekkingen tot mijnheer Barning
van een zeer onschuldigeti aard zijn, dat ze misschien
met de beste bedoelingen zijn aangeknoopt, maar
ik houd nu eenmaal niet van dorgeljko zamenzwe-
ringen."
Een donker rood overtoog Helene's gelaat; zij
stond op. „Zulk een argwaan, mevrouw," antwoordde
zij met bevende stom, „vernietigd do voorwaarden
waarop ik een blijvende betrekking bij u hopon,
wonscbon kan. Ik kan niot wonon daar waar ik hot
vertrouwen moet ontberen." Met deze woorden ver
liet Hclene het verbek.
Ella had wel willen weonen van schaamte ovoj
zich zelve en bittorheid togen lielene. dia met haar
gebrek geen vorschooning gebruikte. Helene moest
hot wetou, radon, dat zij iu hare opgewondenheid
hare woorden niet overwoog. Do gedachte, Helena
te moeten laton gaan, zich van haar to moeten
scheiden, haar te moeton ontberen, kwam haar
vreosehjk voor; zij had iinraors dan niemand, mot wie
zij bon vertrouwelijk woord kou spreken dat wist
Ilelene. Verhief het arme meisjo, dat bij baar brood
had gevonden, zich er op, dut zij onontbeerlijk was
geworden? Zon zij Hefêtro verzoeken, baar woord
torug te nemen, zou zp bekennen dat zij zich gomaa-
koord had, dat bet haar verbougde, toon Helene van
Willi sprak, en dat zij haar gaarne iedere zamon-
zwering vergaf, dio eene verzoening, eone verklaring
met Wi ii en Freiich tm^eljjc zou makeu?"
Wordt Vet voïgd.
«s
etrl
woonjl
gw I
- - o qjcuu (j0f)r
waaraan een banderol ia vastgehecht
woordenüfet
,/Schagen's Jongelingschap aan haren T>
Boven de Kerkdeur is nog een t °°r".
geplaatst, waarop de volgende dichtSjS
Uw schepping vraagt U JubiW
Voltooi, blijf Vijf en Twintig jaa'r
Wis juichen we voor U in Gouden ï»i j
"LeefSchagen,ikhQrleet,uwoudenChris2°0t'
In den tuin voor de Pastorie i$ 0 u
versiering van groen, bloemen en °v]
aangebracht en heeft men op de
aldaar een schild gehecht, waarop in 2|?
letterswj
Wees Welkom Herder, in uw woon-
Laat Schagen's dankbaar vreugd het
Getuigen op uw Priesterfeest, 00111
Wat Gij voor Schagen zijt geweest
II«t Kerkgebouw binnentredende, wordH
oog al dadelijk aangenaam verrast door
algeheele versiering, die inderdaad zeersci
en smaakvol mag genoemd worden
die den vervaardiger, onzen p]aatso
noot den heer F. J. Gielen, zeer tot
verstrekt en waarvoor hij een warm
van lof verdient, wetende hoevele dai
nachten van strengen en geforceerden
het hem heeft gekost, die talrijke en keiirï
netjes vervaardigde en geschilderde banierenI
tropeëen, banderollen en vlaggen, gereed t>l
maken.
De heer Gielen heeft zijn goeden tianmalsl
decorateur op eene schitterende wijze gehaJ
haafd en heeft getoond in zijn genre wertj
lijk een kunstenaar te zijn.
De versiering van naderbij beschouwend!
noemen we allereerst het Priesterkoor,
de zich aan weerszijden bevindende kapellen,)
gewijd aan de Heiligen: Maria en Jozef,
Het priesterkoor is verrijkt met drie gescli
derde ramen, die de kerk tot een blijvend
sieraad zullen verstrekken, en waarvan
twee buitenste een geschenk zijn der Parocliil
nnen, terwijl het middenraam een cadeaui
uit een fonds der parochianen bijeen ge'tirackl
Elk raam bevat de verschillende tafereclij
uit het leven van Christus, en wel op
raam aan de Evangeliekant: Christus ja
Satan op de vlucht; Belofte van Petrus; I
Samaritaansche vrouw en de opwekking
Jaïrus' dochtertje.
liet Middenraam bevat de taftweelcn:
HemelvaartPetrus aangesteld tot Opperherdj
der Kerk; Christus openbaart zich aan
Emmaüsgangers en de Verschijning van
verrezen Christus aan Maria Magdalena.
Op het raam aan den Epistelkant zijn f
gebeeld: Verheerlijking op den berg ThaboiJ
Bekeering van Petrus; Broodveraienigvulilig'if
en de Opwekking van Lazarus.
In dit priesteikoor is boven debloempja
mieden en de versieringen van het altaar#
bandeurol met het kruis aangebracht,
door twee zwevende Engelen. Op deze banfW
rol bevindt zich het opschrift: 1
Gij zijt Priester in Eeuwigheid naardeonj
van Melchisedech. (Iebr. V:
Aan de pi uren ter weerzijde van
koor zijn een tweetal prachtige banieren a
plaatst, waarop de teekenen der priester
waardigheid en der offerrande zijn afgaei
In de beide bovenbedoelde ziij-kape cft|
kostelijke bloemkorven opgehangen en nope
waarboven de Pauselijke en Hisschopp
wapenschilden.
Voorts zijn aan de 10 pilaren
in het ni'dd'
der kerk 10 schilden aangebracht nietinsrr'I
betreffende den priesterlijken loopbaan
Jubilaris, terwijl elk schild omgeven
tropeeën en banieren. j.
Bij het orgel, aan welks ba «s
bandenrol is gehecht, bevattende
dl
„De parochie Schagen aan
haren
Herdf|
zijn 2 fraaie wimpels geplaatst, C^MS
jaartallen 1S60 en 1885, terwijl ii1U
m
deze groep het wapenschild van -
rechts dat van Nederland is
Ter linkerzijde van het orgel
3 I
vindtm
doopkapel alwaar thans een 11 Je.
uit de hand vervaardigd ijzeren be 1
dat een proeve is der groote e{0 pji
van de smederij van den heer k"u P. „el
De bloemversiering in do kor
door den heer Visser.
Tot het programma van
rende, kunnen wij vermelden, jfi
komst van den Jubilaris bij de PaS '^il
zal worden opgewacht door een
wit gekleede bruidjes, die jjeI1
strooien en Z.Eerw. bouquetten
tem