n De Schoone Weduwe. Ao 1885. Algemeen Advertentie- 29slc Jaargang. 1927. ZOADAG pit blad verschijnt tweemaal per week Woens- jaq- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden Advertentièn in het eerstuitkomend nummer geplaatst. o§o- Is cr g-cvaar? Het jaar, dat alweder ongemerkt ten einde spoedt, is in vele opzichten een merkwaardig jaar geweest. Of was 't niet een jaar, vol van allerlei verwikkelingen, die den vrede van Europa ernstig bedreigden? Eerst was 't Engeland, dat in verschil ge raakte met het machtige Rusland, schijnbaar om een strook lands, dat in de oogen van an dere onpartijdige bijna geene waarde had, doch waarachter eene veel gewichtige beweegreden was verborgen. Men schrikte bij de gedachte alleen, dat twee zulke machige rijken met elkander in botsing zouden komen, en groot waren de verliezen, die reeds geleden werden, voor de oorlog nog verklaard was. Wat niet al faillissement, wat niet al daling der effecten, wat al niet stilstand in den handel en in alle takken van het fabrieks wezen Met bekommering zag men de toekomst te gemoet, want al hadden we direct met dezen waarschijnlijken oorlog niets te maken, toch zou men den terugschok ook hier even goed gevoelen en niet alleen de daling der papieren zou menigeen duizenden doen verliezen. Ma eenigen tijd in spanning te hebben ver- A I E L* W S- L A N D lt O i; W BLA ÖCTOBER. J. WINKEL, TE SCHAQEN, Laan, "Wijk D, No. 5. keerd, kwamen er gelukkig betere berichten en de zon der hoop brak door de dreigende onweerswolken heen en het beklemde hart kon ruimer adem halen. Nog was evenwel de zaak niet als geheel geëindigd te beschouwen, toen een nieuwe twist tusschen twee andere rijken daar tusschen kwam. Deze leide de aandacht een igermate van het eerste af en had in veler oogen niet zulk een dreigend karakter, maar 1 och, rust en vrede was het niet, en spanning veroorzaakt het altijd. Te midden hiervan kwam eindelijk het zoo aangenaam bericht, dat de zaak tusschen Engeland en Rusland geregeld en er dus van dien kant geen gevaar te vreezen was. De zaak tusschen Spanje en Duitschland kwam evenwel nog niet in orde. Toch werd hieraan niet zooveel gewicht gehecht en zoodoen de vleide men zich met het vooruitzicht, dat de vrede niet verstoord zoude worden. Terwijl deze kwestie nog hangende was, komt er geheel onverhoeds uit het Oosten van Europa een nieuw onweder opzetten. Jaren achtereen is dat gedeelte van ons werelddeel gevaarlijk geweest voor de rust der andere volken. Eindelijk scheen het dat de mogendheden door het traktaat van Berlijn aan al die onzalige verwikkelingen een einde hadden gemaakt en alwaren ook alle voorna me staatsmannen het daarvoor niet geheel eens, toch had men een middel gevonden, om het leven van den zieken man weder eeni- ge jaren te verlengen. Al mocht heimelijk ieder naar zijn dood verlangen, toch ontveinsde aan den anderen kant niemand de groote bezwa ren, die bij diens doodde verdeeling der erfenis Prijs per jaar/ 3.Franco per post 3.(50 AfzohfDrlijke nummers f 0.05. zou opleveren, en daarom keurde men het goed, wat in den grond der zaal» minder goed was. 't Waren halve maatregelen, en daar deze nooit tot een goed resultaat kunnen leiden, was het niet veel meer dan langgeveinsde rust maar er was rust, en men was reeds tevreden, dat men het tenminste zoover had gebracht, en eenige jaren lang zijne aandacht aan iets anders kon wijden. Geheel onverwachts, zonder dat de voor naamste heeren er een flauw vermoeden van hadden zoo zegt men tenminste, hoewel 't bijna onbegrijpelijk is, dat al die toebereidselen roor eenen opstand zoo geheel in stilte kunnen gemaakt worden enfin, geheel onver wachts komt er bericht van gebeurtenissen, die daar in 't Oosten weer geheel andere toestanden moeten doen ontstaan. Al weder nieuwe redenen tot bezorgdheid en zeker nu nog meer dan vroeger, want eene Oostersche kwestie is altijd van een zeer langen adem geweest, omdat zooveel verschillende landen daarin betrokken zijn, en er hierbij op zooveel verschillende en zeer uiteenloopende belangen moet gelet worden. We zijn dus nog altijd iu afwachting, wat de eerstvolgende dagen zullen opleveren, en of eene nieuwe Conferentie zoo gelukkig zal zijn, om iedereen zooveel mogelijk te bevredigen, en of men in die tusschentijd de heethoofden in bedwang kan houden. Maar wat er ook gebeurde, en hoe dit indi- rekt onze belangen kon benadeelen, en daardoor van invloed zijn op de welvaart van ons en de onzen, het waren toch geen verwikkelingen, die bepaald Nederland aangingen, noch waardoor SCHAKER Ingezonden stukhen één dag vroeger! Roman van E. H. v. Dedenroth. (50.) Zeventiende Hoofdstak. De graaf was aangediend; wederom was Ella alleen, ditmaal had zij ook geen getuigen kunnen gebruiken; zij was bereid zich over te geven. Ella was doodsbleek, toen de graaf binnen trad, maar zij droeg het hoofd rechtop, en zij zag hem met donkeren blik aan. „Het is zeer vermetel van u," zeide zij tot hem, „hier te verschijnen, maar gij gevoelt, dat gij over winnaar zijt; gij hebt wapenen gebruikt, die het offer weerloos maken, wat wenscht gij van mij „Gij zijt wreed, Ella. Op mijne knieën smeek ik o om verlof, te mogen zeggen, dat ik gisteren mjjno beminde heb bezocht, en te mogen hopen, dat gij mij vergeeft, wat ik in blinden hartstocht heb misdaan". „Ik behoor u toe, gelijk een buit den roover, welke door ajjno aanraking voor anderen waardeloos is gemaakt. Het zal uw zaak zijn, de eer van uw verloofde te bewaren. Ik neem uw aanzoek aan, omdat ik moet maar toch nog ondor eene voor waarde: kunt gij mij onder eede verklaren, dat gij onschuldig zijt aan het vergoten bloed?" „Ik was immers bij u, Ella!" „Ik eisch van u een duidelijk antwoord. Is uw geweten vrij van elk verwijt van medeplichtigheid, gold uw bezoek gisteren alleen mij Wat mij is over komen kan ik vergeven. Ik vorder van u een eed °p eer en geweten." „Tloe komt gij aan zulke gedachten Ik zou gisteren mijnheer Barning op het pistool uitgedaagd hebben, Wanneer ik hem waardig had geacht, mij voldoening te geven. Het is zoo goed als bewezen, dat do hout vester Zornau op Barning heeft geschoten; men heeft jjot geweer gevonden, waaruit het schot is gelost, fpj schijnt Barning voor don inspecteur aangezien te ebben; bij zijne in hechtenis neming stiet hij tegen do?-eu wilde vloeken uit; hij schijnt geheel krank- 2'nnig te zijn geworden en heeft bepaald do daad in -Szernij bedreven. Doch gij hebt mij zooveol te ver jon, dat ik u er geen verwijt van durf maken, dat mij kunt verdenken van moord of medeplichtig» S!(1 daaraanElla, ik wenschte dat gij in mijn hart UITGEVER kondet lezen, hoe diep ik mij er oyer schaam, het jawoord, waarnaar mijne liefde zoo sterk verlangde, op deze wijze te ontvangen. Voor de meuschen zijt gij mijn beminde, maar ik zal voor mij zeiven niet de geringste gunst van u verzoeken, voor ik uw trotsch hart verzoend, en mij uwe achting veroverd heb-" Ella's golaat klaarde op; zulk een tegemoetkoming had zij niet verwacht, zulk een kiesch gevoel had zij Sternhei m niet toevertrouwd." Een half uur later en do graaf kon Ella mededeelen, dat de rechter er van af had gezien, haar in het verhoor te nemen; bij had baar hulpgeschrei verklaard door een slechte scherts, dien hij zich had veroorloofd, om zijn verloofde eens te verschrikken hij had de belofte gekregen, dat men omtrent dit punt het stilzwijgen zou bewaren, zoolang het ondorzoek dit toeliet. Achttiende Hoofdstuk. Ella was de verloofde van graaf Sternheim. Had zij eene verbindtenis met prins Emil zich reeds voorgesteld als een soort zelfmoord aan de droomen harer jougd, als een begrafenis van bet verlangen baars harte naar het geluk der liefde, als het wandelen in een kerker, waarvan de deur alle illusiên afsluit, zoo besobouwde zij de op heden gesloten band als een zonde tegen zich zelve, als eene vergiftiging van haar leven; maar de verbittering in haar gemoed was zoo groot, dat zij behagen schepte in de vernedering van haar eigen hart, dat zij de wonde, die haar hart deed bloeden, nog vorder openreet. De man, dien zij haatle, was haar li9ver dan eenig ander; moest zij zich verlagen, verkoopen, dan wierp zij zich liever in do armen van dengene, dio in zijn hartstocht tenrainsto den moed nog bad gehad, haar te veroveren, dan dat zij er berouw over zou gevoelen, met den prins gebroken to hebben, die tot geen besluit kon komen. Het maakte oen Z6er gunstigon indruk op Ella, dat Sternheim, toon zij tegenover dezen baar voor nemen to kennen gaf, Ilm te ontslaan, zeer beroid- willig zijne hulp aanbood, haar dadelijk iemand te bezorgen, die voorloopig het beheer van het land- good op zich nam. Daar zij in haren argwaan, dat or tusschen Ilm en den graaf in meerdere of mindoro mate een geheim verbond bestaan had, eerder het tegendeel verwacht had, zoo verdreef Steruheims ant woord nu hare verdenking daar zij Ilm mot had willen ontvangen, kon zij ook niet vermoeden, hoe- Advertentiën van één tot vijf regels f 0.75. iedere regel meer f 0.15. Groote letters wor den naar plaatsruimte berekend. zeer zij met haar verlangen, do wenschen van den graaf juist tegemoet kwam. "Wij hebben reeds vroeger aangetoond, dat Ilm geen volslagen misdadiger was. Hij had een moord begaan, maar toen de daad was geschied, en bij het vinden van den gewonde, het ooodsbleeke gelaat van dezen had gezien, en do verwenschingon der monscben tegen den moordenaar bad gehoord, terwijl hij boven dien uit de woorden en gebaren van den graaf, het verwijt gevoelde, dat hij zijn zaak beter had kunnen doen, toen had het berouw zich vereenigd met de angst en do onrust van een bezwaard geweten. Hij had niemand met wien hij gedurende den nacht de zaak bespreken kon; de man, die hem tot de mis daad had verleid, was weg die bekommerde ar zich niet om, die was immers beveiligd voor eiken aanklacht, dio kon elke medeplichtigheid loochenen. De furiën van bet booze geweten brachten allerlei spookgedaanten voor den ziel van don misöad:gor. Het was onverwacht geschiedWilli Barning was niet alloen geweest, Hui kon niot weten, wat Heleue \an het voorgevallene gezien en gehoord had. Hm had zich verbeeld, dai Willi do barones n iep, deze kon, om haar erfenis niet to moeten verdeden, Barning do hand reiken, eti dan zou Ilm aan Frelich rekoniug en verantwoording moeten doen. Deze zorg was nu golijk een droombeeld weggenomen. Willi scheen zich tevreden gostold te hebben met de gezelschapsjuffrouwde barones ontsloeg deze, de misdaad was dus zeer waarschijnlijk voor Ilin's belangen geheel overbodig geweest, maar de graaf trok er ook geen voordeel vanElla had immers togon hem om hulp geroepen; het was de vraag, of Sternheim, nu alles mislukt was, zijno beloften zou nakomen. Hm vernam, dat de dame, die door Ella als gast naar Liebenstein was gebracht, de zuster was vau don boutvoster. Kon zij dus hare medeminnares vergiffenis schenken, dan zou zij hom ook we! zijue lichtzinnigheid vergeven hebben, die hem verduiste ringen had doen begaan. Was hij niet een dwaas, dat hij gezegd had, den houtvester meende herkend te hebben NVist de houtvester, dat Ella zijn zuster tot zich gouomon had. dan geloofde niemand, dat deze met een misdadig plan naar het slot was gekomen; deze leugen kon voor Ilm zeer gevaarlijk worden. De onrust van den inspecteur steeg nog tot vreese- lijke zielsfoltering; het werd hem bang te moede, toen Ella hem weigerde te ontvangenhad zij volstrekt

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1885 | | pagina 1