XXV.
Einnenlandsch Nieuws.
0§0
i S ii e c u w.
"Vervolg.
't Is waar; de schade en de last, die de
sneeuw aan de inenschen veroorzaakt, is
somtijds aanzienlijk vooral in de bergachtige
landen, waar de verschrikkelijke lawinen
huizen en menschen onder hare massa begraven,
't Is waar, menig reiziger, die door een
sneeuwstorm overvallen werd, zonk uitgeput
neer, en werd een prooi des doods; ja,
dikwijls worden de bergbewoners zoo onder
<le sneeuw begraven, dat zij, met inspanning
van alle krachten, eenen uitweg moeten zoeken,
en in gevaar verkeeren, om van honger om
te komen. Maar, wat beteekent dit tegenover
het uitgebreide nut, dat de sneeuw ons
verschaft? Zij is even noodzakelijk voor de
aarde als licht en luchtde bergen en de
poollanden zouden zonder de sneeuw niet
bewoond kunnen worden.
Een jaar zouden we 't zonder sneeuw kunnen
uithouden, wanneer de winter zeer zacht was.
Verbeeldt u echter eens, datheteenige jaren
achter elkander niet sneeuwt, wat zou er dan
gebeuren De vorst zou de planten doen
sterven; alle korenvelden lagen dan in den
zomer woest en brachten iu den herfst geen
oogst voort, en eene algemeene hongersnood
zou daarvan het onvermijdelijke gevolg zijn.
Valt er daarentegen genoeg sneeuw, dan mag
de felste koude gerust komen; de planten
hebben dan geen gevaar te duchten, want zij
slapen warm onder hun heerlijk dekkleed.
JBij de hoogste koude der poollanden blijft
de temperatuur reeds 4 voet onder, de sneeuw,
altijd nul graden R dat wil zeggen de tem
peratuur van dooiend ijs en de bewoners dier
gewesten, die hunne hutten 6 tot 8 voet onder
do sneeuw begraven hebben, verheugen zich
onder dit kleed in eene aangename warmte.
Het mos, dat het rendier begeerig uit de
sneeuw opkrabt, groeit benevens andere plan
ten gedurende den langen winter vroolijk voort
en bij ons doet de sneeuw aan de teedere
planten, die geene koude kunnen verdragen,
niet de minste schade. Door koude verstijfde
menschen, die men nog spoedig genoeg vond,
bracht men in 't leven terug, door ze dadelijk
in de sneeuw te begraven, terwijl zij in de
vrije lucht nooit weder ontwaakt waren. Be-
vrorene handen en voeten worden weder beter
wanneer men ze in de sneeuw steekt.
In Rusland gebeurt het op zeer koude
winterdagen dikwijls, dat de neus van dezen
of genen bevriest, zonder dat hij zulks
bemerkt. De voorbijganger, die dit aan de
witle kleur bespeurt, roept hem als dan toe:
„Vriend, uw neus!" en wrijft daarna zonder
plichtplegingen den verstijfden neus met
sneeuw in. Wanneer de bewoners der Pool
streken door eenen sneeuwstorm overvallen
worden, of door vermoeidheid en duisternis
niet verder kunnen komen, kruipen zij zoo
diep mogelijk onder de sneeuw, die genoegzame
lucht bevat, om de ademhaling te doen plaats
hebben, en wanneer zij hierin eenige uren
gerust hebben, zetten zij hunnen tocht voort.
Wat zouden vooral de hooge bergen zijn
zonder sneeuw? De groene Alpenweiden met
hare kruiden zouden dorre, kale woestenijen
zijn, dewijl die hooge bergspitsen en vlakten
eens zoo lang aan de winterkoude zijn bloot
gesteld als do lager liggende landen. Hoe
korter de lente en de zomer hier duren, des
te krachtiger vertoont zich de plantengroei,
zoodra de sneeuw is weggenomen. Merk
waardig is het, dat juist het vroege vallen
der sneeuw en het latere wegdooien op de
hooge bergen oorzaak is, dat het groene tppijt
zich zooveel frisscher op nieuw vertoont.
Daar de sneeuw op schaduwrijke plekken,
in afgronden en rotsspleten langer blijft lig
gen, duurt het dooien op die plaatsen
het geliecle jaar door en spijst eene menigte
bronnen, die, zonder do sneeuw, zouden moe
ten uitdrogen. IToa hooger de sneeuwlaag is,
des te langzamer smelt zij, van daar
hoort men in de zomermaanden, wanneer het
vlakkeland aan groote droogte onderhevig is,
een gedurig ruischen van beken en water
vallen, een onophoudelijke beweging van het
water in die bergwereld, die met haren rijkdom
van water de armoede der lagere landen te
lmlp komt. Wanneer de onbeduidende stroo
men van den Harz of van het Thuringer-
woud bijna geheel verdroogd zijn, stuwt de
Rijn, die krachtige zoon der Alpen, trotsch
zijne golven door Zwitserland naar de Dnitsche
landen en verder. Wat zou zijn macht zijn
zonder de sneeuw der Alpen.
Op de hoogste bergen der aarde sneeuwt
het, even als aan de polen het gansehe jaar
door, terwijl dit daarentegen op de zeeën en
in de vlakten van de heete luchtstreek geen
plaats grijpt. De bewoners van Maltha zou
den zich ten hoogste verwonderen als iemand
uit de noordelijke landen hun verhaalde, dat
de regen bij hem in de gedaante van witte
veêren neervalt. Een lijn midden door de
Middellandsche zee getrokken zoude ongeveer
de noordelijke grens van die luchtstreek aan-
toonen, waar het nooit sneeuwt maar alleen
regent. Nog in Napels is de sneenw eene
zeldzaamheid en de Napolitanen moeten juist
naar den Vesuvius gaan, om de sneeuw te
leeren kennen. In Opper-Italië is zij niet zoo
zeldzaam, maar blijft toch zoolang liggen, dat
men daar sledevaarten kan houden. Zuid-
Duitschland heeft meer sneeuw dan men naar
zijne ligging zou vermoeden. De drie maanden
December, Januari en Februari, kan men be
paald voor sneeuwmaanden rekenen, terwijl in
Aoord-Duitschland een vaste regel is dat
het in Mei, Juni, Juli, Augustus en Septem
ber niet sneeuwt, en men aldus gedurende de
grootste helft van 't jaar sneeuw te wachten
heeft.
Geheel anders bijv. is het in Pelersburg.
Daar neemt de winter reeds in October eene
aanvang, en eindigt in 't laatste van Mei.
Nog verder noordwaarts sneeuwt het alleen
gedurende do dri# zomermaanden niet. Op
150 mijlen van de Noordpool zijn Juli en
Augustus alleen van snaeuw bevrijd. En dan,
ja dan nadert men met rassche schreden
de gewesten, waar zij altijd heerscht. Zoowel
op 't noordelijk als op 't zuidelijk halfrond
geldt de regelhoe dichter bij de pool, hoe
meer sneeuw, hoe dichter bij dan evenaar,
hoe meer regen. Evenwel begint het aan
gene zijde van den zuidelijken keerkring
eerder te sneeuwen dan op 't noordelijk half
rond, daar dit over 't algemeen warmer is
dan 't zudelijdelijke, zoodat bijv. de zuidpunt
van Amerika hoewel niet verder van den
evenaar dan Noord-Duitschland, bijna 't ge-
heele jaar door met sneeuw bedekt is, en
de zeelieden die om Vuurland heen zeilen,
dikwijls met zware jachtsneeuw te kampen
hebben.
Deutichem. P. v. d. Velde Mz.
Schagen, 23 Januari '86.
In de vergadering van den Polder en
Banne Schagen, werd heden, met algemeene
stemmen, de heer P. Timmerman Dz. gekozen
tot Iloofd-Ingeland van dit lichaam.
Heden hield de afdeeling Schagen, der
IIolI. Maatschappij van Landbouw alhier, hare
vergadering in het lokaal van den heer Johs. de
Beurs.
Tegenwoordig waren 17 leden.
Na opening der vergadering werden door
den secretaris de notulen gelezen, welke door
de vergadering daarop werden goedgekeurd.
Tot de ingekomen stukken, behooren
£1. Een missieve van de afdeeling Leiden,
met verzoek, in aansluiting met haar, bij het
Hoofdbestuur aan te dringen op eene herziening
der schatting voor de belastbare opbrengst
der ongebouwde eigendommen.
Daar de termijn vaa deelneming op 14
Dec. was gesteld geworden, had het Bestuur
op eigen rekening in dien geest gehandeld,
hetwelk thans door de vergadering door goed
keuring werd geauthoriseerd.
Ba. en c. Missieven van de afdeelingen
Puttenen IJsselmonde, hebben de dezelfde strek
king als dat van Leiden. Deze beide missieven
werden, als zijnde na den gestelden datum in
gekomen, voor kennisgeving aangenomen.
Verschillende missieveii welke tusschen
den Minister van Finantiën, de commissie tot
vaststelling der typen voor de schatting van
ongebouwde eigendommen en het Hoofdbestuur
van de Landbouw-Maatschappij, waren ge
wisseld. Werden allen voor kennisgeving aan
genomen.
I'. Een missieve van het Hoofdbestuur,
vermeldende, dat de algemeene tentoonstelling
dit jaar zal gehouden worden te Gorinchem
en verzoekende of onze afdeeling ook een
daarvan
beschikking
meer prijzen ter
stellen.
Het besluit omtrent dit punt werd
men, nadat door den penningmeester rekaiflj
en verantwoording over '85 was afgelegd e6
wel, dat door de vereéniging in dien geest
^Üde
Reno.
kan worden verricht.
«iets
22*
ft*
Een missieve van de verecniging
75 w p""Ö l|
bestrijding van den knoeierijen inde boterhau.
del, houdende het verzoek tot deelneming.
Óp voorstel van het bestuur werd met
"Qg3
tegen 2 stemmen besloten deze afdeelir
lid der vereeniging te doen inschrijven.
Uit de nu gevolgde rek. en verantw. vaa
den penningmeester omtrent het gehondjj
finantiëel beheer over 1884, bleek het volgende.
Batig saldo 1884 42.88^
Contributie 121 leden 363.
Totaal 405.881/,
Hieraf de uitgaven, totaal 342.80
Gaf een batig saldo van f 63.081/»
Tot het nazien der rek. en verantw. werdej
benoemd, de heeren Jm. Smit en C. Bijposf
die verklaarden dezelve in goede orde j
bevinden.
Hierop werd door den heer C. Asjes, al
afgevaardigde naar de gehouden vergadert
van Holl. N. Kwartier, verslag daarvan uit
gebracht, waarvoor hem den dank der vet,
gadering werd betuigd.
Bij de nu volgende bespreking omtrent be
houden eener tentoonstelling te dezer pl^
werd na re- en dupliek besloten, dat het
bestuur met in achtneming van den finanti-
eelen toestand een grondig onderzoek en po-
gingen tot het instand komen daarvan zou i;
het werk stellen.
Diensvolgens werd besloten het uitloten de
rentelooze voorschotten tot nader uit te stellen
Bij opening der bus bleek daarin de vol
gende vraag te zijn nedergelegd
„Wat zouden de oorzaken zijn, dat een b
haar kalf te vroeg uitwerpt en haren draagtiji
niet ten volle uitloopt.'' Mochten hierover ii
nadere bepalingen de meeningen uiteenloopen
in het algemeen was men van het gevoelen
dat verschillende oorzaken hiertoe kunnen
medewerken, doch dat het den gewonen vee
houder niet mogelijk was, hierop een bepbï
afdoend antwoord te geven.
Hierna werd door de voorz. de vergadering
gestoten.
De arrondissements-rechtbank te Amber-
heeft mevrouw de wed. Bulkley veroordeel
tot 18 maanden, Kloppers tot een jaar e
mejuffrouw Schlingemann tot 45 dagen coi
rectionr.eele gevangenisstraf in eenzame opsla
ting te ondergaan.
Uit Eist werd gemeldAls eer. bewijr
dat het tegenwoordig hier den arbeidende
stand ook al niet voor den wind gaat, k
dienen, dat een aantal ingezetenen het vor:
nemen hebben opgevat, binnenkort naar Araer
ka te vertrekken. De gunstige rooruitziohte:
welke daar bestaan voor hen, die niet tegf
zwaren arbeid opzien, zijn dan ook inderdsi
zoo aanlokkelijk, dat het licht te begrijpen!
dat menigeen, die hier tegen een sober dss
loon van den vroegen morgen tot den 1#
avond hard moet werken, daardoor bewoge
wordt, zijn fortuin „in het verre Westes
te gaan beproeven.
Maandagmiddag omstreeks half i*1
uren, het gewone tijdstip waaropde goederf-
trein van Den Haag te Delft aankomt ter»
de sneltrein van Rotterdam passeert, bevom;
zich beide treinen op hetzelfde spoor.
goederentrein was nl. maar doorgereden, W**
de signalen op onveilig stonden. Door de r
woordigheid van geest van den over weg war'.
Kolf, die den goederentrein met de roode1
tegemoet liep en hem deed stoppen, zij"
gelukken voorkomen. De sneltrein had
oponthoud van 18 minuten.
Te Gorredijk neemt het kerkbezoek'
af, dat thans is besloten, de leden dei'B
gemeente aldaar op te roepen, om uitsp"
te doen of verder do morgen-godsdienst
ningen al of niet zullen worden gehoudefl'
Jeanna Lorette schijnt zich in <j®j
vangenis te Arnhem uitstekend te gedW
Door de zorg van eenige dames h°u -p
zich onledig met allerlei handwerken e'1
poes, waaraan zij blijkbaar zeer geh®Cj|
Tijdens haar verblijf in Den Haag had zjj
een tam gemaakte muis in eene flcscJ>
deze had hare gevangenis niet met de ül
willen verruilen.