Volk" Binnenlandsch Nieuws. Eenige maanden later zien wij vrouw de kander zal brengen, menige klove dempen en velerlei bitterheid en valscbe oordeelvelling wegnemen, het zal aan den strijd, dien vuj voeren, van lijeverleden het wederzijds waar- deerend en vredelievend karakter verleenen, dat onmisbaar is, om dien strijd te doen ge dijen ten bate van het geluk, de ontwikkeling en den voorspoed van ons land en van Kunnen andere "Vorstenhuizen bogen P een sterk, d. i. talrijk jonger geslacht de rampen die de laatste jaren ons Vorstenhuis troffen, deden het op zijn grondvesten wan kelen, en ons rest nog ééne telg, onze kleine prinses, de hoop van het Nederlandsche volk Hoe zouden wij dan beter onze dankbaarheid kunnen betuigen, dat deze ééne hoop ons nog bleef, dan door eene waardige feestelijke her denking van den dag, waarop H. K. H. haar geboortefeest viert "Uit den aard der zaak zal het voor de eene plaats gemakkelijker en uitvoerbaarder zijn, dien jaardag feestelijk te herdenken, dan voor de andere, doch zeker is het, dat elke plaats het doen kan, terwijl het geenszins een vereischte is, dat die feestviering door luister steeds uilblinke. Ook de eenvoudige viering heeft immers hare waarde. Zoo zouden we bijvoorbeeld hier te Schagen, dezen dag kunnen herdenken, door het uitsteken van de N. vlag, een vacantie- dag voor de schoolkinderen, het jaarlijksch schoolfeest of de harddraverij op dien dag te doen plaats hebben, enz. Trouwens, het zou geen bezwaar opleveren, dunkt ons, een ant woord te vinden, op de vraag: kunnen wij hier dien dag feestelijk herdenken, en hoe P als we maar de handen ineenslaan. Voor deze plaats is het dan ook alleen de vraag maar, of er personen gevonden zullen worden, die genegen zijn, eene Commissie te vormen, en de voorbereidende werkzaamheden op zich willen nemen. Hadden wij hier ter plaatse, wat men bij voorbeeld in andereplaatsen heeft, namelijk eene vereeniging van Volksvermaken, de weg, dien we hebben te gaan, was ons aangewezen. Maar nog moeten we hier voor dergelijke feestelijkheden onzen toevlucht nemen tot de hulpvaardigheid van particulieren. Voor het oogenblik hebben wij dan ook met dit betoog alleen het dool, het feit ter alge- ineene kennisse te brengen en noodigen Be langstellenden uit zich tot eene voorloopige Commissie te willen vormen. 't Is waar, we hebben nog heel wat tijd voor de borst, doch wij voor ons geven de voorkeur aan de gelegenheid tot bedaard over leg, dan aan overhaaste samenstellingen. Plaatsgenooten, wier hart ook voor Oranje klopt, helpt ons den 31sten Augustus tot een nationalen feestdag te maken en laat daarbij onze leuze zijn „Eendracht maakt Macht" W. Schagen 23 Februari 1S86. Ruim een honderdtal mannen woonden Zaterdagavond in het Noord-Holl. koffiehuis alhier, de lezing bij van den heer Frowein, die tot onderwerp had gekozen Algemeen Stemrecht. Het zou ons te ver voeren, indien wij die lezing hier in haar geheel of in uifgebreiden vorm weergaven. Zij, die de lezing bijwoonden zullen het met ons eens zijn, dat de heer riowein op bezadigden toon de voordeelen van het Algemeen Stemrecht opsomde en betoogde dat in ons land, waar naar de regeling vol gens het thans bestaande kiesstelsel slechts een zeer klein gedeelte van het Nederlandsche volk het recht heeft zijne regeerders te kiezen, dat werkelijk een groot onrecht was jegens al die anderen, die wol degelijk in het onderhoud en de verdediging van ons Vaderland het hunne bijdragen, waardoor zij wel deelen in de lasten en met in de lusten. Een feit, dat met geen mogelijkheid valt te ontkennen en trouwens ook door niemand zal willen worden ontkend, fe erkentenis evenwel van deze onbillijkheid jegens het grootste gedeelte onzer Staatsburgers dige WeSSsel tegenwoor- nmGei!ïLk ^ftsburger weet, moet mei, om kiesgerechtigd te zijn, o. a. een zeW deze tml 7eCte belastino betalen. Juist uitsluiten 5g|- T gr°0t aantal burSers uitsluiten, die anders toch werkelijk door bekwaamheid en ontwikkeling op dit, recht ten volle aanspraak maken. De stand ccliter, die het meest door deze bepaling achteruit gezet wordt, is volgens den heer Frowein, de Werkmansstand, die, zijns inziens, zoo zeer behoefte heeft, aan mannen, welke in 's Lands vergaderzaal hunne belangen zouden kunnen voorstaan. Mannen, zooals bijv. de heer Heldt. Bij de vrije discussie, werd door den neer Ensing den Spr. gevraagd, of „Meer uitge breid Stemrecht" niet beter de naam was, dan „Algemeen Stemrecht." Dc heer E. verklaarde zich tegen Algemeen St., daar dan aan vele onbevoegden het stemrecht zou moeten worden gegeven; wel wil ZEd. een uitgebreid stemrecht, zoo ver mogelijk, en gelooft dan ook in hoofdzaak met den heer Frowein mede te kunnen gaan, doch weuscht eene zekere grens aangegeven te zien. De heer Onnekens sluit zich aan bij den heer E., en vraagt of niet „Ontwikkeling van het Volk" vooraf moet gaan. De heer Frowein repliceerde hierop, dat de beteekenis van het woord „Algemeen Stem recht", in danzelfden geest is op te vatten als de uitdrukking „Algemeeiie Dienstplicht", d. i. met behoud van eenige uitzondering en wenscht uit te sluiten hen die zich dit recht onwaardig mochten toonen, die eenig crimineel vonnis ter hunne laste hebben en hen, dienoch lezen noch schrijven kunnen. Als de ge makkelijkste wijze om dit laatste te kunnen con- stateeren, geeft de heer Frowein de volgende maatregel aan: Bij geval van eene verkie zing, wordt daarvan aan de kiezers kennis gegeven en worden zij tot deelneming opge roepen, terwijl ieder kiezer tegen overgift van dit oproepingsbewijs, op het kiesbureau een stembiljet krijgt, dat hij aldaar moet invullen. Daardoor wordt dus dadelijk bewezen [of de man kan lezen en schrijven en wordt tevens verhoed dat iemand door omkooping zijn briefje door een ander laat invullen. Hierna werd deze vergadering gesloten. „Zwarte Griet," de arme weduwe, wier man als betrapt wilddief door den opzichter van het kasteel harer woonplaats, werd dood geschoten, waardoor zij met haar eenig kindje in groote armoede achter blijft, zweert den opzichter wraak, en houdt haar zoon onop houdelijk voor, dat hij zich op „den moor denaar" van zijn vader moet wreken, en voedt hem op tot wilddief en spitsboef; zelve tracht zij haar kostje te verdienen, door het houden eener „taveerne," en door te fungeeren als kaartlegster, hetgeen haar bij de bevolking van het plaatsje tot een tooverkol stempelt en haar, die Griet de Zwart heet, den bij naam van Zwarte Griet bezorgt. Op het tijdstip waarop deze geschiedenis begint, bestaat het huisgezin van den opzich ter uit slechts eene dochter en eene zuster. Zooals vrouw de Zwart in het genot harer wraakzucht zeide, had zij na den dood van haren man uit het huis van den opzichter reeds een viertal lijken zien wegdragen. De geschiedenis van dit stuk verder volgende, heeft er ter eere van den nieuwen Burgemeester des avonds vuurwerk plaats, bij gelegenheid waarvan de weduwe de Zwart haar zoon verleidt, volgens een in het werk gesteld plan, met een bekenden deugniet dier plaats, bij den opzichter in te breken en uit een secretaire een acte weg te nemen, volgens hetwelk de grond, waarop de hut van Zwarte Griet staat, behoort aan den Burgemeester, welke die hut dan ook wil opruimen. Deze zoon, hoewel door zijn moeder steeds aangespoord tot wraak, aarzelt met zijn wraak neming, omreden hij de doehter van den opzichter bemint, doch op het feest dit meisje met den nieuwen Burgemeester ziende dansen, ontvlamt in hem de jaloezie, en geeft hij zich aan de verleidende stem zijner moedor over. ..Op het oogenblik van de inbraak wordt hij evenwel door den opzichter betrapt en in ziju woede staat hij gereed dezen te doorsteken, toen door het hooren van het gezang zijnerliefsté zijn arm verlamd wordt en hij voor den vader nederknielt en vergiffenis smeekt, belovende een beter mensch te worden. Teruggekomen bij zijne moeder, die hem in het park opwacht, deelt hij deze het gebeurdo mede en verwijt haar dat zij hem tot zulk een slecht mensch heeft gemaakt, en in zijn toorn niet bemerkende dat zijne moeder hem toch lief had en alleen zoo gehandeld heeft in hare dwaling, vloekt hij haar en vertrekt. Zwart, thans tante Margriet genoemd, door bemiddeling van den braven dorpspastoor, ffi0 haar bewusteloos, in het park vond liggen en aan wien zij haar hart had geopend en wien zii hare schuld belijdde, liefderijk opgenomen en verpleegd in het huis van den opzichter. Doch de smart had hare krachten zoo onder, miind dat zij haar einde nabij was. In haar stervensuur evenwel komt haar zoon, dien zij in den strijd hij had bij het leger dienst. genomen gesneuveld waande, nog tot haar terug, wederkeerig schenken zij elkander ver^ giffenis en stervende legt de moeder dc hand van de dochter van den opzichter, met diens toestemming, in die van haar zoon. Ziet hier, in korte trekken de geschiedenis van het drama dat Zondagavond in het Noord- Hollandsch Koffiehuis alhier werd opgevoerd door het Noord- Zuid Hall. tooneelgeschap, onder directie van den Heer W. Hart. Door do keuze van dit stuk heeft de Heer 1 Iart opnieuw bewezen, dat hij er steeds op bedacht jj degelijke stukken op te voeren, die bepaald eene gunstige strekking hebben. De wijze van opvoering was uitstekend ea verdient allen lof. In de eerste plaats noemen wij Mevrouw Ilart, die in hare rol van „Zwarte Griet" getoond heeft in het gemoedsleven door te dringen en dit op waarlijk natuurlijke en schoone wijze weet weer te geven. De heer W. Hart, in zijn rol van den deugniet Jan de Kreiter, bewees daardoor ook in komische rollen flink op zijn plaats te zijn, en ook de heer W. Henrijs, Pastoor van Zuidwijk, gaf ons een dorpsgeestelijke weder van den echten stempel, een vriend en herder zijner gemeenteleden. Ten volle was het dan ook verdiend dat het publiek op zoo ondubbelzinnige wijze blijken van ingenomenheid gaf, en een tot wierziens wordt den Heer Hart en zijn gezelschap toe geroepen. Onze Harmoniekapel voltooide door de uit voering van eenige schoone muzieknummers, op dezen avond het kunstgenot. Volgaarne voldoen wij aan een verzoek door het Bestuur der G. en S. „Lyeurgus" alhier tot ons gericht, om door middel van ons blad meêtedeelen, dat genoemde vereeni ging, om verschillende redenen, dezen win ter geene openbare uitvoering geeft. Om echter aan haren kunstl. leden en verdere belangstellenden, weder eens het bewijs te ge ven van het nut der gymnastiek en dat het haar ernst blijft met hare beoefening, stelt zij zich voor, op Dinsdagavond den 9en Maart a. s. Vasten-avond) in het locaal van dei Heer Kos alhier, een ouderlingen wedstrijd te houden in vrijoefeningen, ioes/el oe/eninp, hoog- en verspringen, waarvoor, naar wij ver nemen, den winners fraaie prijzen en diplo ma's zullen worden uitgereikt. Behalve genoemde wedstrijd- nummer!, komen op het programma nog voor „Keurtur- nen aan de toestellen" en een „Slot—groep" met Bengaalsche verlichting, terwijl danvoo: het eerst zal worden gezongen een, door de; Heer Roep alhier, der vereeniging opgedragei turnlied. Hoeveel gelegenheid tot allerlei gebied, den laatsten aangeboden, gelooven wij pogingen als deze worden nuttige van eene werkelijk de gymnastiek, aan het aangename te ver binden, een woord van aanbeveling en 1' aansporing om dezen onderl. wedstijd te h zoeken, volstrekt niet misplaatst is, te mes daar o. i. de gymnastiek nog veel te vreifi wordt gewaardeerd. Bovendien brengt 10 matige entree, voor 50 ets toch zijl®1! het locaal van' den Hr. Kos, van heden en mede op den avond van den wedst'r introductie- kaarten verkrijgbaar, dit zoek in veler bereik. De groote hardrijderijen op schaaf beginnen weerzinwekkend te worden door staaltjes van kwade trouw, die er van arttl, hcht komen. Zoo meldt een Deen nu ia N ationaltidende, dat do HollandJ zich te Hamburg van de volgende list lenden. Zij lieten hunne tegenstanders uitrijden, maar bleven hun dicht op de h'e'tl zoodat de voorrijder voor hen den wind breken en zij door de zuiging dor lucht gelijk vooruit geholpen werden; zij koD. zoo met veel minder inspanning dan dev0 rijder voortkomen. Eindelijk op korten afs'3' ontspanning of tijd ook wori toch dat, w»s: gedaan, om goede zaak

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1886 | | pagina 2