A L G E M E E N ADVERTENTI E - 18 MAART. DOADERDAG A i eu w s- Landbouwblad. Zakboekjes Verlofgangers. J\3. 1968, TE SCHAGEN, Laan, Wijk D, No. 5. Gemeente Schagen. Bekendmakingen. lichtingen uit, luinne zakboek jes, daartoe ter gemeente secretarie tn te leveren, vóór 22 Maart e. k. Bier ijk. Burgemeester en Wethouders van Schagen; Gelet op het besluit van Heeren Gedeputeerde Staten dezer provincie van den 6 Januari 1886, No 8, (Provinciaal Blad No 2) Gezien het Koninklijk besluit van 8 December 1885, (Staatsblad No 197), waarbij is bepaald, dat in het jaar 1885 aan den herijk zijn onder worpen, de maten en gewichten; Brengen ter kennis van de ingezetenen, dat die herijk, binnen deze gemeente, zal plaats hebben voor de gewichten voor fijnere wegingen, op Zaterdag 27 Maart a. s., des namiddags van 2 tot 4 urevoor de overige maten en gewichten, op Maandag 29 en Dinsdag 30 Maart, van des voormiddags 9 tot des namiddags 3 ure, alles in het locaal „de Beurs," van W. Roggeveen Cz., Wijk F, No 36, ingang aan de Noordzijde. Schagen, den 12en Maart 1886. Burgemeester en Wethouders voornoemd; G. LANGENBERG. de Secretaris, DENIJS. Zeemilitie. Burgemeester en Wethouders van Schagen, brengen, naar aanleiding van art: 150 der Militie- wet, ter kennis van de lotelingen dezer gemeente, dat zij, welke genegen zijn, om bij de Zeemilitie te dienen, zich daartoe moeten aanmelden ter Gemeente-secretarie alhier, vóór den len Apri a. s. Schagen, 12 Maart 1886. Burgemeester en Wethouders voornoemd; G. LANGENBERG. de Secretaris, DENIJS. Ao 1880. 30ste Jaargn na:. SCHAGKIt COURANT. Dit blad verschijnt tweemaal per week Woens dag- en Zaterdagavond. Bij inzending tot s middags 12 ure, worden Advertentiën in het eerstuitkomend nummer geplaatst. Ingezonden stukken één dag vroeger. UITGEVER J. YVIMvEL, De Burgemeester van Sdltlg'eil, aan schrijving ontvangen hebbende, dat de zak boekjes der Verlofgangers van de Nationale Militie der lichtingen 18§2, 11883 en 1884, moeten worden opgezonden aan hunne korpskommandanten, noodigt de in deze gemeente wonende verlofgangers van ftlic Schagen, 16 Maart 1886. De Burgemeester voornoemd, G. LANGENBERG. De Groote Speculatie. Novelle van KARL BECK. IV. e.) Toen Reimann gezeten was, zeide hij„Hoe gezellig en aangenaam is hot hier. Ach ja, gij hebt «r slag van, aan het leven bekoorlijkheid te verlee- nen, wanneer gij uwe schoone en edele eigenschappen, ■waarmede de natuur u zoo overvloedig heeft toege rust, slechts wildet gebruiken. Helaas, heb ik slechts zelden gelegenheid gehad, daarvan te genieten." De agent zuchtte. Om den mond der vrouw kwam «en trek van toorn, die over dit niet onverdiende verwijt bij haar opkwam. „Nog eens, mijnheer, wat voert u hierheen Waartoe dienen deze jammer klachten „Waartoe Deze jammerklachten moeten u verkon digen, dat ik, ver van u, een ellendig leven voort sleep, dat ik u overal mis, dat ik zonder u niet leven kan kort en goed, dat ik u voorstel, u ■weder met mij te vereenigon." Bij dez9 onverwachte woorden zag mevrouw Reimann haar man strak aan. Niets in haar gelaat verried intusschen eenige verbazing, ofliet ook maar vermoeden, hoe zij over dat voorstel dacht. Reimann trachtte met spanning den indruk zijner rede te ontdekken en sloeg eindelijk verward de oogen neder. „Gij kunt mij niet wijsmaken," antwoordde Hedwig, „dat gij om goen andere oorzaak hier komt, om mij uit te noodigen, mij met u to verzoenen en weder uwe huisvrouw te worden, dan alleen omdat gij u verlaten en eenzaam gevoelt. Uw loven aan mijne zijde was niet gelukkig genoeg, om zulk een gevoel <te rechtvaardigen. Gij wilt mij bedriegen gij hebt «en geheime rede, die u deze hereeniging wenscbelijk doet schijuen. Wees eerlijk en openhartigdan zal ik u ook even eerlijk ou openhartig mijn besluit mededeelen." „Ik heb het immers zoooven nog gezegd, dat gij «ene verstandige vrouw zijt. Mot uwe grooto en o, zoo schoone oogen doorziet gij do menschen geheel en al. Geen vouwtje in het hart blijft voor u verborgen." „Wanneer gij niet van plan zijt, zooals het schijnt, ernstig te spreken, dan moet ik u bepaald verzoeken, mij te verlaten en uw bezoek nimmer te hervatten." „Zend mij niet van u weg, ik zal openhartig zijn «naar eerst verzoek ik u om een kopje thee, want daar buiten is het bitter koud." „Wat Wilt gij thee driuken Dat hebt gij immers uw geheelon leven niet gedaan „Het ziet er zoo aanlokkcljjk uit, wanneer gij de tafel geregeld hebtwerkelijk hot nobele karakter verloochent zich nooit." Deze plompe en vervelende vleierij miste nu ook hare uitwerking niet, want de ijdele en pronkzieke vrouw had in zoolangen tijd niet iets dergelijks ge hoord, dat zelfs oen loftuiting uit den mond van dezen man, al was ze ook gehuicheld, bij haar eeu aange naam gevoel deed ontstaan. Met tamenlijk vriendelijk gelaat reikte zij hom do gevraagde thee aan, en zeide: „Maar spreek nu dan toch Reimann dronk zijn thee met eene behagelijkheid, alsof hij zijn gehcele leven niets heerlijkers had genuttigd, en sprak toen „Ons huwelijk zou nooit zulk oene ongunstige won ding genomen hebben, wanneer gij zult mij dit moeten toegeven wanneer het gelnk mij altijd had had toegelachen en ik in staat geweest ware doorloo- pond de wenschen te bevredigen, welke gij, mijn lieve vrouw, volgens uw stand en geboorte gerechtigd waart te stellen. Hoe ik u acht en bemin, heb ik daardoor bewezen, dat ik uit eigen beweging u een booger inkomen vaststelde, dan waartoe do rechterlijke uitspraak mij verplichtte. Het geluk heeft mij nu de gelegenheid aangeboden, weder een vermogen te ver worven, maar daartoe heb ik uwe hulp noodig. Ik krijg namenlijk, wanneer ik een jong, knap en voornaam man, die evenwel arm is, aan een rijke vrouw help, het vierde gedeelte van het vermogen der bruid! Voor den baron past nu geen meisje beter dan OttilieGij alleen kunt op haar invloed uitoefenen, kunt de gelegenheid verschaffen, dat de jongelui elkander leeren kennen en liefhebbon. Gij maakt mij, wanneer gij mijn voorstel aanneemt, tot een rijk man en brengt mij in de mogelijkheid, u weder een naar uw stand geregeld bestaan te kunnen aanbieden. Ik ben bereid, u bij notarieele akte de helft van mijn jaarlijksch inkomen te verzekeren; gij ziet hieruit, dat ik het eerlijk meen. Wilt gij niet, nu dan zal ik wel een ander rijk meisje vinden en behoud bet geld alleen, Dat ik juist Ottilie kies en u verzoek mij to helpen, moge u bewijzen, hoe zoer ik u nog steeds in mijn hart vereer." Reimann had geëindigd; hij zwoegde er van, want zoo lang en zakelijk had hij in zijn leven nog niet gesproken. Hedwig was tijdens de redevoering van haren man opgestaan ea liop het kleine vertrek op en neder. In het eerste oogenblik wilde zij het voorstol kort weg van de hand wijzen hot kwam haar boleedigend voor; zij wildo haar vriendin waarschuwon, dat men haar dacht to verkoopen. Toen echter dacht zij aan haar eigou treurigen toestand, die haar verplichtte, met gevaar voor hare gezondheid te arbeiden, wanneer zij niet afstand wilde doen Van gewoonten, die haar lief waren geworden; haar blik dwaalde in het vertrek rond, waar do smakeloozo wanden haar aaugnjusden; daar viel haar Prijs per jaar ƒ3.Eranco per post 8.60 Afzonderlijke nummers f 0.05. Advertentiën van één tot vijf regels ƒ0.75 iedere regel meer 0.15. Groote letters wor den naar plaatsruimte berekend. ^v:iivv Burgemeester en Wethouders der Gemeente Schagen, brengen bij deze ter keanisse van de Ingezetenen dezer Gemeente, en van alle daarbij belanghebbenden, dat de Lijsten, bevattende do aange- slagenen in de Rijks Directe Belastingen, zoo in opcenten als in hoofdsom, tot een bedrag van f 16. en f32.en hooger, en die alzoo en overigens da bevoegdheid bezitten tot het kiezen van LEDEN voor den Gemeenteraad, de Provinciale Staten, de Tweede Kamer der Staten Generaal, zijn opgemaakt, ingevolge art. 6 der Wet van den 4den Juli 1850, (Staatsblad No. 37), op heden den 13en Maart 1886, naar aanleiding van art 10 dier Wot zijn vastgesteld, en te rekenen vanaf dien datum, gedurende veertien dagen, van des voormid dags negen, tot des namiddags ten vier ure, op do Secretarie dezer Gemeente, voor een ieder ter inzage zullen worden nedergelegd, en daarenboven van elk blik op het beeld van haar vader, dat haar deed herinneren aan don glans harer jeugd. Deze glans verblindde haar en deed haar ernstig over het plan nadenken. Reimann had de veranderde gezindheid zijner vrouw zeer goed bemerkt, en hij was slim genoog van het rechte oogenblik gebruik to maken. „Ziet, lief kind," begon hij weder, „ik zou u dit voorstel niet gedaan hebben, indien er iets onbillijks in lag. Ottilie is een oude vrijster, of toch er kort aan toe, om het te wordenzij is trotgch, wil de hoogte in en de voor haar bestemde echtgenoot is van hooge geboorte, een barondaarbij zeer schoon en indien mijne menschenkennis mij niet bedriegt, een door en door brave kerel. Hij heeft geld noodig, omdat hij niet onafhankelijk wil zijn 1" „Afhankelijkheid is altijd een ongeluk!" „Zij moeten elkander leeren kennen en liefhebben, er wordt immers geen dwang op uitgeoefend; wij geven hen alleen de gelegenheid, gelukkig te worden Deze beschouwing der zaak werkte. Hedwig nam het voorstel aanhaar echtgenoot vertelde baar nu breedvoerig, op welke wijze hij den baron had leeren kennen en dat hij hem aanstaanden Zondag weder zou ontmoeten. „Dus Zondag moeten de eerste maatregelen reeds in zooverre genomeu zijn, dat zij elkander voor de eerste maal kunnen zien. In de liefde is de eerste ontmoeting beslissend. Ik denk dat het niet kwaad is, indien wij eene kleino partij arraugeeren, rijden naar Charlottenburg, en goed dineeren bij Budor of bij Schott in eene afzonderlijke zaal; ja, ja, dat is nog beter, dan is men volkomen vrij Het beste is het wel, dat gij nog heden uwe vriendin meldt, dat wjj met elkander verzoend zijn, dat wij weder to zamen zullen leven, en gij noodigt haar daarbij uit, aanstaanden Zondag deze hereeniging met ons to vieren. Zij zal komen, want onze scheiding was haar altijd een steen des aanstoots; zij dweopt zoo sterk met do heiligheid van hot huwelijk! Nu, zijt gij het mot mij eens „Dat beu ik!" „Heerlijk! Dan spoed ik mij nu naar huis, om voor den intocht mijner geliefde vrouw het noodige in orde to brengen- Het zou niet kwaad zijn, indien gij dadelijk mede gingt. Maar alles ligt bij mij over hoop, en dan moet ik nog inkoopen doeneen prachtig, zijden kleed, een zijden hoed met een veer, zooals het nu de modo is, niot waar Mot een beleefde handkus nam hij afscheid. Op do trap evenwel verdween het lachje van zijue lippen, do vriendelijkheid uit zijne oogen, en eeu diepe zucht ontsnapte aan zijn borst. Hij had do beslissende stap gedaaD, do list was gelukt hoo kwam het, dat hij over den gunstigen uitslag niet verheugd was? Wordt Vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1886 | | pagina 1