Algemeen A D V E II T E N T I E ZONDAG iMieiws- Landboewiila». 29 AUGUSTUS. DWALINGEN DES HARTE. Ao. 1886. J WINKEL, TE S C H A G EIST, Gemeente Schagen. Bekendmakingen. Werving voor het leger in Oost-lndië. P AïENTK l\T ,i". 30ste Jaargang. Jtë 2015. S II Dit blad verschijnt tweemaal per week Woens- da/- en Zaterdagavond. Bij inzending tot 's middags 12 ure, worden Advertentiën in het eerstuitkomend nummer geplaatst. Ingezonden stukken één dag vroeger. UITGEVER: Laan, Wijk D, No. 5. Prijj pV jaar f 3.Franco per post 3.60 Afzonderlijke nummers f 0.05. Advertentiën van één tot vijf regels f 0.75 iedere regel meer f 0.15. Groote letters wor den naar plaatsruimte berekend. De Burgemeester van Schagen, vestigt de aan- I dacht van hen die daartoe lust mochten gevoelen, op de voordeelige voorwaarden, waarop eene ver- bintenis kan worden aangegaan als Soldaat lij het leger in Oost-lndië, omtrent welke voorwaarden, bij aanplakbilietten reeds bekend gemaakt, zoo noodig inlichtingen worden gegeven ter gemeente- secretarie- Schagen, den 20en Augustus 1886. De Burgemeester voornoemd, G. LANGENBEBG. De Burgemeester van Schagen brengt ter algemeene kennis, dat de patenten, aangevraagd in de maand Mei j.1. tot uitoefening der beroepen van tapper, slijter in wijnen, sterke dranken en bieren, en koffiehuishouder, voor het dienstjaar 1886[87, onder overlegging van het aanslagbillet, waaruit voldoening der helft van den aanslag blijkt, ter gemeentesecre tarie door belanghebbenden kunnen worden afgehaald Roman van 1RIEDRICI1 IR1EDR1CH. XI. 23.) De lente was laat gekomen. April had zich gedrageu, alsof zij nog tot den wiuter behoorde; zelfs in de eerste dagen van Mei had nog het witte sneeuwkleed gedurende een ganschen dag de geheele heide bedektdaarna had een warme zuidenwind alles weggeveegd en weggewaaid, en nu had de lente met haren warmen zonneschijn en zachte lucht haar plaats ingenomenzelfs in den nacht tooiden de struiken en heesters zich met frisch groen, viooltjes en ademonen schenen eensklaps uit de aarde te voorschijn gekomen te zijn alles stond in bloei. Het was nu werkelijk lente. En bet was ook lente in Hedwigs bait. toen zij op een zonnigen, heerlijken morgen de lieide opging. Zij wist zelve niet, wat haar buiten het dorp dreef, zij wilde bloemen plukken en er bloeiden toch bloemen genoeg in den tuin van haar vader. Zij wist ook niet, waarom zij zoo opgeruimd was, maar haar hart sloeg sneller en zij zong luider. Zij dacht aan Horst. "Wist zij ook niet, wanneer deze terug keerde, een inwendige stem zeide haar: gij zult hein spoedig terugzien. Achter een boschje van brem en jonge berken zette zij zich neder en ver vaardigde een krans van de geplukte bloemen. En toen zij dezen vervaardigd had, liet zij dien op are knieën rusten en zong, in droomen verzonken, zacitkens eene lieflijke melodie. Eensklaps vernam zij achter zich lichte schreden; verschrikt wendde zij het hoofd om, zij sprong van par zitplaats op, een donkere blos bedekte haar ge aat, de krans ontviel aan hare bevende handen Porst stond voor haar- Geheel onverwachts ont boetten beiden elkander hier in het midden van "o heide. riep Horst uit en breidde werktui- de armen uit. Wln stond daar bevende, maar toen hij haar r° eens hij haren naam riep, toen wierp zij zich ,Z1Jhorst, omhelsde hem met beide armen en L~ *°e, dat hij haar kuste. Zij lachte en weende 'Jsertijd. Zij zag tot hem op, keek hem in de ^=on en kon geen woord sprekenmaar uit hare sprak een onbeschrijfelijk geluk. Zij rustte a 7i;e,_ van (h;n geliefde, zij had hem weder op alle werkdagen, des voormiddags van 6 tot 12 Z'J was de zijne de zijne ure. Schagen, den 7en Augustus 1886. De Burgemeester voornoemd, G. LANGENBERG. o- 't Is zomer en de tijd van reizen. Onder de plaatsen, die dan met een bezoek vereerd worden, behoort ook Brussel, en wie daar komt, bezoekt natuurlijk het vermaarde mu seum van den beroemden kunstschilder VVirtz. Dat museum is wereld benoemd en ik zal er geen beschrijving van geven, maar liever ieder aanraden, om het te bezichtigen, Ditmaal wil ik liever eene episode uit het leven van dien veel besproken man meêdeelen. Op zekeren dag kreeg hij een bezoek van een notaris, van Spach genaamd, die zijn por tret wilde laten maken. Van Spach was een der rijkste mannen uit Brussel, maar even gierig als rijk, waarom hij dan ook den bij naam van Harpagon droeg. Hoewel Wirtz Horst zeide haar wel is waar niet, dat hij haar liefhad, maar was dit ook wel noodig Behoorden hunne harten niet reeds sedert vele jaren elkander toe, zonder dat zij het ooit hadden uitgesproken Zij zeide hem ook niet, dat zij hem lief had en toch behoorde eiken slag van haar hart aan hem. //Hoe koint gij hierheen vroeg Horst eindelijk. L)e schoone morgen dreef mij hierheen; ik vond in huis en in den tuin geen rust, ik vermoedde, dat gij komen zoudt," gaf Hedwig ten antwoord en zag hem met van geluk stralende oogen aan. z/Hoe gaat het met uw vader?" vroeg Horst. z/Hij is gezond en wel, en verheugt zich in uwe terugkomst, ofschoon hij u nog r.iet had terug ver wacht." ,/Hoe wist gij, dat ik zou komen Ik had het u niet geschreven, omdat ik u wilde verrassen." „Dora heeft het ons dadelijk medegedeeld." z, Dora?" vroeg Horst. Hij herinnerde zich niet dadelijk, dat zijn stiefmoeder zoo heette. ;/Ja, uwe moeder." ,/Gaat zij met u om z/Zeker, bijna dagelijks; doch kom nu, wij wil len naar mijn vader gaan. Hij moet welen, dat gij teruggekeerd zijt. Hedwig nam Horst's arm en trok hem ongedul dig met zich mede. z/Laat ons langzaam gaan," verzocht Horst. „Zie, ik heb liet rijtuig, dat mij naar mijn vader zou brengen, verlaten. Ik heb den koetsier last gegeven, langzaam te rijden, om tijd te winnen langs een korteren weg wilde ik eerst naar u gaan, u begroeten en iets naders vernemen omtrent het huwelijk van mijn vader. Hij heeft mij slechts vluchtig daarover geschreven. Hoe is mijne nieuwe moeder ,/Zij is lief en goed, ofschoon zij een zeer ernstigen indruk maakt," verzekerde Hedwig. „Leeft mijn vader gelukkig met haar Hedwig talmde met haar antwoord. „Spreek met mijn vader daarover," zeide zij toen. „Ik ben met Dora bevriend, innig bevriend, maar zij spreekt met mij nooit over uw vader, ik weet niet waarom, en ik heb het haar ook nooit gevraagd." z/Dat is geen goed teeken," merkte Horst op en een lichte schaduw betrok zijn gelaat. ylk weet bet niet," antwoordde Hedwig. //Maar Horst, vertel mij iets van u, van uw reis, hoe het u gegaan is. Gij ziet er geheel anders uit, niet ouder3maar mannelijker, uw gelaat is gebruind!" „Wat moet ik vertellen vroeg de jonge man lachende. „Langer dan twee jaar ben ik weg ge weest, ik heb vele landen en steden en menschen dit zeer goed wist, wilde hij toch het verzoek niet afslaan, want die man met dat kale hoofd, rimpelig gelaat, borstelige wenkbrauwen, klei ne, scherpe oogen, haviksneus en dunne lippen, was eene ware schat voor den kunstenaar. Onafgewend staarde hij den notaiis aan eu prentte elk zijner trekkeu in zijn geheugen. //Hoeveel moet het portret kosten?" vroeg de notaris. z/Mijn prijs is 10000 francs," mijnheer! was 't antwoord. De oude heer schrikte, haalde de schouders op en zeide, terwijl hij zijn hoed afnam„dan heb ik de eer, u goeden dag te wenschen". Wirtz, die niet gaarne zoo'n model verloor, haastte zich, om er bij te voegen //dit is mijn gewone priji, maar om u genoegen te doen wil ik eene uitzondering maken. Wat dunkt u van 5000 francs?" Ook dit was nog te veel. Eindelijk werd men het eens voor 3000 francs en de notaris vertrok, vragende: „wanneer zal ik bij u ko men om te poseeren?" De schilder antwoorde„vooreerst heb ik 't nog te druk, ik zal u wel bericht zenden, wanneer ik een dag vrij heb." leeren kennen, ik heb ongedachte schatten der kunst en schoonheden der natuur gezien, maar dat alles is als een dik boek eu gij zoudt mij misschien niet verstaan, wanneer ik het voor u opensloeg eu u er een zijde uit voorlas. Het is mij, alsof een geheele nieuwe wereld zich aan mij heeft vertoond, waarin ik vrijer en gemakkelijker kan ademhalen." „En gij hebt er niet naar verlangd, terug te keeren? vroeg Hedwig niet zonder eenig verwijt. „O, zeker, en toch was ik bang voor de enge en beperkte toestanden, waarin ik hier heb geleefd. Het zal mij moeite kosten er weder naar te schikken ofschoon ik mij vast heb voorgenomen, zulks toch te doen." »De prins zal u zekerlijk iedere verlichting, welke gij verlangt, toestaan," bracht Hedwig hiertegen in. „Gij schreeft ons immers herhaaldelijk, hoe oplet tend hij jegens u was en dat hij u als een vriend behandelde Over Horst's gelaat gleed een lachje. „Hij was zeer vriendelijk jegens mij," verzekerde hij. I 'at was de stemming der reis en het gevolg van den dagelijkschen, nauwen omgang met elkander doch dat alles heeft nu opgehouden en wij leven beiden weder in de geheel verschillende toestanden, ik ben niet meer zijn reisgezel, maar ben weder den luitenant en hij is prinsde terugkeer heeft ons weder van elkander vervreemd. Gij zult dit wel niet begrijpen, maar ik heb het niet anders verwacht." Zij kwamen nu bij de pastorie aan. Met een vreugdekreet snelde Ebers beiden, die arm in arm door den tuin kwamen, tegemott en omhelsde den teruggekeerde. „Eindelijk eindelijk heb ik u weder riep hij uit en keek met trots op Horst neder. „De reis heelt u goed gedaan, uw oog ziet veel vrijer en vaster dan vroeger. Wees nu hier haitelijk, zeer hartelijk welkom Terwijl Hedwig in huis ging, om voor eenige verlrisschingen te zorgen, liepen Horst en de predi kant den tuin rond. Hij vroeg hem naar zijn vader. „Laat dat rusten, Horst," verzocht Ebers. „Het is beter, dat gij alleen en uit eigen aanschouwing hem leert kennen, misschien ziet uw oog scherper en beter „Gij kent de menschen beter dan ik," antwoordde Horst. „Ik bid u, zeer openhartig tegenover mij te zijn. Zeg mij alles, hoe het staat, want ik heb mij vast voorgenomen, alles te vermijden, wat mijn vader zou kunnen kwetsen en mijne positie is evengoed al niet gemakkelijk, want ik sta tegenover mijn stiefmoeder als een volslagen vreemdeling."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1886 | | pagina 1