A L G E H E E
I O V E B T E A T 1 E -
IG
f
I
COUR A
A I E L \V S-
[1
DONDERDA C*
Laxdbouwblad.
7 OCTORER.
Bekendmakingen.
POLITIE.
teinonnale.
DWALINGEN DES HARTE.
Ao. 1880.
30a Zé» Jaargang.
}o 2020.
J. WINKEL,
Gemeente Schagen.
Ein n en la n dsch Nieuws
Dit blad verschijnt tweemaal per week: oen-s-
Jat/- cn Zticrdu/avond. Bij inzending tot s
middags 12 ure, worden Adoertenhèn in het
eerstuitkomend nummer geplaatst.
Ingezonden slakken één dag vroeger.
J»i uE V EÜ:
TE S C H A G E 3M,
Laan, LVljk D, No. 5.
Prijs per jaar ƒ3..Franco per po at 3.(>U
Afzonderlijke nummers f 0.05.
Advertentiën van één tot vijf regels 0.75
iedere regel meer 0.15. Groote letters wor
den naar plaatsruimte berekend.
Ter Gemeente secretarie zijn inlichtingen te
hekomen omtrent een alhier gevonden por»
Burgemeester en Wethouders der Gemeente Sclia-
gen.
Breugen naar aanleiding van art. 203, alinea 3
der Wet van 29 Juni 1851, (staatsblad No. 85)
ter openbare kennis, dat de begrooting der plaatse
lijke inkomsten en uitgaven voor 1887, zooals zij
aan den raad der gemeente is aangeboden, op de
secretarie de.r gemeente voor een ieder ter lezing
is r.edergelegd tot en met den 12en October a. s.
en dat een ieder daarvan, tegen betaling der kosten,
een afschrift zal kunnen bekomen.
Schagen, den 29en September 1886
Burgemeester en Wethouders voornd.
13e Burgemeester,
G. LANGENBERG.
l)e Secretaris,
Denijs.
Roman van 1RIEDRICÜ 1R1EDR1CH.
34.)
Toen Dora Horst de woorden //vlucht vlucht
hal toegeroepen, was bij in dolle vaart vertrokken.
«Ja, ik bemin u klonk het herhaaldelijk in zijne
ooren, en tegelijk zag hij zijn vader voor hem staan,
met het ernstige, van smart doorploegde gelaat.
1 lij wist, dat Dora hem lief had, en hij zou haar
nooit weder zien, nu hij haar zijne liefde had bekend.
Hij had het park verlaten en bleef verschrikt
staan, als vreesde hij, door de menschen gezien te
worden. «Vlucht, vluchtklonk het hem aanhou
dend in de ooren, en hij spoedde zich voort, zonder
te weten, waarheen dat was hem ook onver
schillig. Hij sloeg den weg in naar de pastorie,
zonder het op te merken. Hij stond eensklaps in
den tuin der pastorie en keek verbiasd rond, want
hij wist niet, hoe hij daar was gekomen; hij wilde
juist terugkeeren, toen Ebers hem in den weg trad.
«Ah, Horst! Vanwaar komt gij zoo onverwachts?
Wees welkom!" riep de geestelijke, naar hem toe-
ijlende, en hem beide handen toestekende. Maar
toen hij Horst's bleek, ontdaan gelaat zag, deinsde
hij ontsteld terug.
Wat is er gebeurd vroeg hij.
//Ik moet u spreken!" riep Horst, ternauwernood
wetende, wat hij zeide.
//Kom mede naar gindseh prieel."
Neen neen - - ik moet u alleen, ongestoord
spieken."
«Ga dan mede naar mijn kamer," zeide Ebers.
Hij ging voor, Horst volgde werktuigelijk.
/'ij begaven zich naar de kamer, in welke Horst
zoo menig uur aan de zijde van deu geestelijke
had gezeten. Hier had hij het eerste onderricht
ju nel Latijn en het Grieksch genoten, hier had
"ij later zoo dikwijls als jonge vriend van zijn
onderwijzer gezeten en zoo menigen raad ontvan
gen dit vertrek was voor hem altijd een heilig -
(.om geweest; nu gevoelde hij daarentegen van dat
alles niets.
Toeu hij de deur achter zich gesloten had, wierp
"ij zich met de woorden «Red mij Sta mij bij
a' n de borst van zijn vaderlijken vriend.
Horst wat is er geschied F" riep Ebers ver-
sehrikt uit. «Gij maakt mij bevreesd
//Sta mij bij ik bemin Dora, gloeiend
hartstochtelijk
"Gij rauw/zalige beklagenswaardige riep de
westelijke uit.
Als eene bijzonderheid kan gemeld worden,
dat te Barsingerhom op het erf van den heer M.
Maars, een wrilde kastanjeboom en eenige frambozen-
struiken voor de tweede maal van 't jaar in bloei
staan. Vooral bij den kastanjeboom leveren de opge
richte bloemtrossen tussclien verdorrende bladeren,
een zonderling gezicht op.
In het Maandblad tegen vervalsching van
Levensmiddelen, komt o. a. het volgende voor
SCHADELIJK KUNSTMEE L.
Wij ontvingen van de Redactie der Vlaamsche
Bakkersgazet, een poeder ter beoordeeling, het
welk als «Kunstmee!" op de graanmarkt te Ant
werpen, aan de bakkers aangeboden wordt a fr. 3.80
per 100 kilo. Het bleek ons bij chemisch onder
zoek te bestaan uit 91 procent an—organische stof
(kiezelzure magnesia, een weinig kalk) verder water-
organische stof, zonder een spoor «meel" te bevat
ten. Wij hebben hier dus weder met eene grove
oplichterij te doen, en daar het niet onwaarschijn
lijk is, dat deze stof haar weg naar Holland zal
nemen, meenen wij het gepast, ernstig tegen deze
maatregel te waarschuwen. Tot: nu toe waren het
«Ik beminde haar sedert het eerste oogenblik,
waarin ik haar zag ging Horstin hartstochtelijke
vervoering voort. «Met allé krachten heb ik daar
tegen gestreden, het is tevergeefs geweest ik
ben bezweken"
„Gij moogt niet bezwijken," antwoordde Ebers,
zich met möeite bedaard houdende, want aan zoo
iets had hij nooit gedacht, zulks niet voor moge
lijk gehouden. „Hebt gij niet tot u zei ven gezegd,
dat zij de echtgenoote van uw vader is, dat uwe
liefde altijd altijd eene hopenlooze moet zijn
«Alles alles heb ik mij zeiven voorgehouden,
niet éénmaal, maar wel duizend maalHet geeft
niets, wat ook al mijn hoofd, mijn verstand er
tegen inbrach', het was alles te vergeefs, want mijn
hart luistert naar niets naar niets!"
De kleine geestelijke stond daar ten einde raad.
In zijn leven, zoo buitengewoon rijk aan ondervin
ding, was heiu zulk een geval nog nooit voorgeko
men; hij had zulk een toestand niet mogelijk geacht.
Hij gevoelde medelijden met den ongelukkige, dien
hij zoozeer genegen was, en hij beefde bij de gedachte
aan zijn dochter; voor haar arm hart bestond er
dus ook geen hoop meer. Zou zij dat alles kunnen
dragen
«Horst, gij moet u zeiven overwinnen," zeide hij.
«Nog i$" het tijd buiten mij mag niemand het
vernemen
«Het is te leatriep Horst uit, terwijl hij
zijn gelaat met beide handen bedekte.
«Te laat?" herhaalde Ebers ontsteld. «Rampza
lige, gij hebt toch niet
»Ik heb Dora mijne liefde bekend zij weet
alles ook mijn vader!"
«Mijn God! mijn God!" riep Ebers uit en liep
radeloos de kamer op en neder. «Ook uw vader
En wat wat zegt hij
«Ik w eet het niet ik hen gevlucht, hier heen
ik weet niet wat ik moet beginnen. Sta
mij bij red mij <voor mij zeiven, voor den harts
tocht in mijn gemoed, welke mij verteert."
De geestelijke zuchte diep, hij wilde helpen en
was zelve machteloos en ten einde raad.
«Gij ui oogt de barones niet wederzienzeide
hij eindelijk.
«Ik zil haar niet terugzien," gaf Horst ten
antwoord, eu in afgebroken volzinnen verhaalde hij,
dat dit reeds zijn vast besluit was; alleen op de
roepstem van ziju vader was hij nog eenmaal terug
gekeerd.
«En wat wat zegt de barones?" vroeg Ebers.
«Zij bemint mij. Maar zij heeft geen schuld. Zij
heeft mij ontweken, zooveel het mogelijk was; zelfs
mijn blik ontweek zij; eerst toen ik mij door de
slechts enkele beruchte firma's welke propaganda
voor het «Kuustmeel" maakten, doch nu de bedrie
gerij zoo driest het hoofd durft op te steken, en op
de markt hare waren aanbiedt, is het publiceeren
daarvan o. i, meer dan ooit van dringend belang.
Een heer, die dezer dagen van Helder naar
Haarlem spoorde, liet bij het overstappen te Uit
geest zijne portefeuille, f 5000 aan bankpapier in
houdende, in den trein achter. Gelukkig kwam de
portefeuille met den inhoud tussclien Uitgeest en
Zaandam in handen van den hoofd-conducteur, die
haar aan den eigenaar ter hand stelde en eene be
looning van f 10 ontving.
De politie in Den Haag heeft vergunning
geweigerd tot het aanplakken van oproepingsbil-
jetten voor een socialistische vergadering aldaar.
Bijna alle steenfabrieken langs "Waal en Maas
hebben nu opgehouden met vormen en bakken,
hoewel er velen zijn, welke dezen zomer in 't ge
heel niet gewerkt hebben. Te Heertwaarden o. a.
werkten van de 6 ovens dit jaar slechts 4. Wer
den daar in de beste jaren ruim 16 millioen stee
tien gebakken, dit jaar maar ruim 7 millioen. En
zoo ging het overal. Door de minderen fabricatie
kouWer évenwei meer vraag, zo'odat hier en daar
ontroering van het. oogenblik liet verlokken, aan
haar mijne liefde te bekennen, toen toen zeide
ook zij, (fat zij mij beminde doch zij zeide het
iemand, die voor huar dood moest zijn
In dit oogenblik hoorde men uit het aangrenzend
vertrek een luide kreet. Ebers werd doodsbleek,
Horst sprong verschrikt van zijn stoel op, want hij
had Hedwig's stem herkend. Hij wilde naar de
deur gaan, doch de geestelijke hield hem terug.
«Blijf hierzeide hij.
«Het was Hedwig's stem riep Horst uit.
„Ik zal naar haar gaan zien," ging Ebers voort
en verliet het vertrek.
Het dnurde lang, voor hij terugkeerde; zijn* ge
laat was nog bleeker geworden en men zag het
hem aan, hoe hij streed, om zijne kalmte te be
waren.
«Het was Hedwig vroeg Horst.
Ja, zij gevoelt zich onwel doch het schijnt
niet gevaarlijk zij heeft zich naar hare kamer
begeven."
«Zij heeft mijne woorden gehoord
«Neen neen dat geloot ik niet zij
klaagde van morgen reeds over hoofdpijn. Doch,
wat wilt gij nu beginnen
«Ik weet het niet mijn hor'd is dofraadt
gij mij antwoordde Horst.
«Welken raad moet ik u geven ging de geeste
lijke voort. «Gij moet dien rampzaligen hartstocht
bestrijden, gij moet dien trachten te bedwingen, en
het beste middel, om dit doel te bereiken, is arbeid.
Leg u met allen ernst en ijver op uw beroep toe,
al mocht dit u ook moeielijk vallen."
«Ik heb mijn ontslag genomen."
«Hebt gij u ontslag genomen riep Ebers ver
baasd uit. «Waarom
«Om mij weder op reis te begeven, om mij zeiven
de mogelijkheid te benemen, hierheen te komen."
De geestelijke schudde bedenkelijk het hoofd.
«Of dit middel het juiste is bracht hij hier
tegen in. «Of ile verstrooiingen der reis voldoende
zijn, uwe gedachten aanhoudend bezig te houden eu
uw hart tot kalmte te brengen? Ga nog eenmaal
met u zeiven te rade, vergeet niet, dat van dit
besluit uw geheele leven afhangt."
Het leven heeft voor mij weinig waarde
«Spreek niet zoo," vermaande Ebers ernstig. «Na
verloop van eenige weken zult gij er anders over
dtnken, dan heden, nu gij zoo opgewonden zijt.
Gij laat den moed zinken en toch, er zijn nog veel
zwaardere en pijnlijker beproevingen Dit reue kan
ik u uit mijne eigene levenservaring wel zeggen
de mensch kan veel, wanneer h<j m.ar erustig
wil. Toon nu, dat gij een vasten wil bezit."